"uuid","repository link","title","author","contributor","publication year","abstract","subject topic","language","publication type","publisher","isbn","issn","patent","patent status","bibliographic note","access restriction","embargo date","faculty","department","research group","programme","project","coordinates" "uuid:c70b7a9f-4b4a-4c92-9d05-8ec4fe54b41b","http://resolver.tudelft.nl/uuid:c70b7a9f-4b4a-4c92-9d05-8ec4fe54b41b","Door grond horizontaal belaste palen: Bestaande ontwerpmodellen","Hoefsloot, F.J.M.","","2008","In het algemeen is een door grond horizontaal belaste paal een 3-D situatie, die in 1 fase direct met een 3-D EEM-model (zoals PLAXIS 3D Foundation) kan worden gemodelleerd. Deze modellen zijn echter gecompliceerd en pas de laatste jaren eenvoudiger toepasbaar in de adviespraktijk. Een directe berekening is ook mogelijk met PLAXIS 2D. Het betreft hier een benadering, waarbij de paal als een wand wordt gemodelleerd. Tot voor kort was het gebruikelijk om de analyse te splitsen in 2 fasen: 1. Berekening van de horizontale grondverplaatsing, waarbij de invloed van de paal wordt verwaarloosd 2. Analyse van de deformaties, dwarskracht en moment in de paal als gevolg van de horizontale verplaatsing van de grond berekend in fase 1. De berekening van de horizontale verplaatsing van de grond kan worden uitgevoerd volgens de elasticiteitstheorie met de tabellen van Van IJsseldijk - Loof. Als alternatief kan de horizontale grondverplaatsing worden berekend met de methode van Bourges en Mieussens of een 2D-EEM programma, zoals PLAXIS 2D. Bij fase 2 wordt een berekening uitgevoerd, waarbij de paal als een verend ondersteunde ligger wordt gemodelleerd. In het computerprogramma MSHEET kan een dergelijke berekening worden uitgevoerd. Hierbij wordt vaak een lineair elastisch-plastische veerkarakteristiek van de grond verondersteld. Deze wordt gekenmerkt door een elastische veerconstante k [kN/m3] en een maximale tegendruk, gekarakteriseerd door de horizontale gronddruk coëfficiënt ? [-]. Waarden voor k kunnen worden afgeleid volgens de methode Menard (1968) en Begemannde Leeuw (1972). Waarden voor ? kunnen worden bepaald volgens Brinch Hansen (1961) en vanuit de ?-waarden voor damwanden, die dan met een zogenaamde “schelpfactor” moeten worden gecorrigeerd. Daarnaast zijn er grondkarakteristieken ontwikkeld volgens de zogenaamde PY-methode (API, 2000). De PY-methode wordt met name voor offshore stalen buispalen toegepast en wordt hier verder niet toegelicht.","horizontaal belaste palen; ontwerpmodellen; PLAXIS 3D Foundation; 3-D; EEM-model; modellen; PLAXIS 2D; grondverplaatsing; Van IJsseldijk - Loof; schelpfactor; damwand; PY-methode; Delft Cluster; CT01.30; funderingen en bouwputten; CT01.32.11; CT01.32.01","nl","report","Delft Cluster","","","","","","","","","","","","",""