"uuid","repository link","title","author","contributor","publication year","abstract","subject topic","language","publication type","publisher","isbn","issn","patent","patent status","bibliographic note","access restriction","embargo date","faculty","department","research group","programme","project","coordinates"
"uuid:e84fdf90-e77b-4e70-94b6-350e55e17d83","http://resolver.tudelft.nl/uuid:e84fdf90-e77b-4e70-94b6-350e55e17d83","Guest editorial: Integrated corporate real estate and facilities management strategies","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2024","Seven years ago I wrote a paper about the growing connections between Corporate Real Estate Management (CREM) and Facilities Management (FM) (Van der Voordt, 2017). Last year I coauthored the third edition of a Dutch book on Accommodating People, in which we share insights from practice and research about the main components of CREM/FM strategies and how to implement these strategies in briefing processes, business cases, new building projects and management of buildings-in use (Hoendervanger et al., 2022). In this book, connecting CREM and FM with other disciplines like human resource management, information technology and finance and control is a key concept as well. Due to a growing attention to balancing business needs, end-user needs and societal needs, incorporating the required expertise from different disciplines such as environmental psychology, ergonomics, sustainability, circular building and so on is also highly relevant. [...]","","en","contribution to periodical","","","","","","Green Open Access added to TU Delft Institutional Repository 'You share, we take care!' - Taverne project https://www.openaccess.nl/en/you-share-we-take-care Otherwise as indicated in the copyright section: the publisher is the copyright holder of this work and the author uses the Dutch legislation to make this work public.","","2024-08-27","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:30d4fe55-6c64-4cfe-9fea-b8ee149ccd90","http://resolver.tudelft.nl/uuid:30d4fe55-6c64-4cfe-9fea-b8ee149ccd90","Fijner en gezonder werken in een coherent kantoor","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2023","Behalve voor flexibele, activiteit-gerelateerde werkomgevingen, hybride werken en slimme, gezonde en duurzame kantoren tekent zich ook een toenemende belangstelling af voor coherente kantoren. Dit artikel beschrijft wat dit concept inhoudt en hoe gebouweigenschappen en workplace management hieraan kunnen bijdragen. Het laat ook zien dat verschillende dilemma’s niet eenvoudig zijn op te lossen.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:d7c1a53b-8d9b-4a68-ab8f-98492f70e266","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d7c1a53b-8d9b-4a68-ab8f-98492f70e266","Design quality: what we learned from evidence-based design and post-occupancy evaluation research during the COVID-19 pandemic","Ornstein, Sheila Walbe (Universidade de São Paulo); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Mallory-Hill, Shauna (University of Manitoba)","","2023","","evidence based design; post-occupancy evaluation (POE); COVID-19 pandemic; design quality; healthy environments","en","contribution to periodical","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:a63f34f8-717c-4731-9102-fd5c1dcf22a1","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a63f34f8-717c-4731-9102-fd5c1dcf22a1","Sociaal welzijn op kantoor vraagt om méér dan een goede koffiecorner: Beyond the Coffee Corner","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2023","Op 4 Oktober promoveerde Susanne Colenberg aan de TU Delft op haar studie BEYOND THE COFFEE CORNER - Workplace design and social well-being. Het proefschrift is helder gestructureerd en zowel theoretisch interessant als relevant voor de praktijk.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:ea5715e3-ca03-4451-8e6d-fb9eea908c7e","http://resolver.tudelft.nl/uuid:ea5715e3-ca03-4451-8e6d-fb9eea908c7e","De spreadsheets voorbij: Op weg naar integrale en waardengerichte businesscases","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Hoendervanger, Jan Gerard","","2023","Ingrepen in huisvesting gaan vaak gepaard met forse investeringen. Een businesscase moet inzicht geven in een gezonde verhouding tussen kosten en baten. Maar welke kosten en baten worden precies meegenomen? En wat is gezond? Professionalisering van het vakgebied vraagt om verbreding van de scope, waarbij een scala aan invalshoeken, effecten, stakeholdersbelangen en een langere tijdshorizon in de afweging worden meegenomen.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:c1437b37-8d2c-4399-bb50-b7be4be87cd7","http://resolver.tudelft.nl/uuid:c1437b37-8d2c-4399-bb50-b7be4be87cd7","Performance measurement in the built environment","Vande Putte, H.J.M. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van Bortel, G.A. (TU Delft Real Estate Management)","","2023","The very purpose of management is to achieve desired goals. Management ensures that planes fly, the sick are healed, or peace is maintained. Management in the built environment ensures that the built environment fits with user requirements, during operation and (re-)development. Management needs feedback on whether its area of attention is moving in the right direction and the desired goals are reached. Performance measurement provides that feedback.
Performance, as used in this textbook, is the extent to which the current state of a focus area corresponds to its desired state. The concept is very familiar to all of us: we check performance naturally and frequently throughout the day as we examine whether our actions have produced the desired results and use this information to plan new actions. For example, when preparing a meal, we frequently check that the vegetables are cooking according to the recipe (performance measurement) and appropriately adjust the heat of the oven (performance management). This textbook focuses on the technique of performance measurement, with occasional references to what management can do with the results of performance measurement.","","en","book","Delft University of Technology","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:fe628c96-c4fc-43b6-862b-33a45342c0c9","http://resolver.tudelft.nl/uuid:fe628c96-c4fc-43b6-862b-33a45342c0c9","Organisatiegericht huisvesten","Hoendervanger, Jan Gerard; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Wijnja, Jaap","","2022","In dit hoofdstuk staat het perspectief van de organisatie, als gebruiker en huurder of eigenaar van huisvesting, centraal. Hoe kijkt de strategische top van een organisatie naar huisvesting in relatie tot organisatiedoelen, bedrijfseconomische impact en risico’s? Hoe kan huisvesting een organisatie optimaal ondersteunen? Het antwoord op deze vragen vloeit deels voort uit het primaire proces (de bedrijfsactiviteiten, mensen en middelen) en deels uit de visie, missie en organisatiestrategie. Bij een goede koppeling tussen de organisatiestrategie en de huisvestingsstrategie kan huisvesting toegevoegde waarde genereren. Dit is voor elke organisatie een kwestie van maatwerk.","huisvestingsmanagement","nl","book chapter","Noordhoff Uitgevers","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:64f40392-52a2-4944-bb24-9760819559d7","http://resolver.tudelft.nl/uuid:64f40392-52a2-4944-bb24-9760819559d7","Huisvestingsmanagement: Integratie van waarden, behoeften en belangen","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Hoendervanger, Jan Gerard; Wijnja, Jaap (Hanzehogeschool Groningen)","","2022","In augustus verschijnt de derde druk van het standaardwerk Huisvestingsmanagement: van strategie tot exploitatie. In dit artikel geven de auteurs een voorproefje van enkele highlights.","huisvestingsmanagement","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:fa621939-6b12-4140-b72e-82b407519e3d","http://resolver.tudelft.nl/uuid:fa621939-6b12-4140-b72e-82b407519e3d","Value-sensitive design & management of buildings and facilities","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","Rocco, Roberto (editor); Thomas, Amy (editor); Novas-Ferradás, María (editor)","2022","Architectural design may be defined as a synthesis of form, function, and technology, in a particular context, taking into account legal and financial preconditions. This book shows the need to also incorporate societal values. In the area of Corporate Real Estate Management (CREM) and Facilities Management (FM), a growing awareness comes to the fore, how buildings, facilities, and services can add value for clients, end-users, other stakeholders, and society as a whole. Adding value through well-thought design and management choices in the development of new buildings or interventions in buildings-in-use regards its contribution to the fulfilment of organisational objectives, end-user needs, interests of other stakeholders, and societal values. This chapter aims to connect both worlds by presenting findings from the CREM/FM field that may be incorporated in architectural design. It discusses twelve types of added value, possible conflicts and synergy between different values, and criteria for prioritisation. It also presents a step-by-step model to support value adding design and management processes. Incorporating societal values and values of clients and end-users is a prerequisite for socially responsible and user-centred design and management. Teaching students this way may help to provide a sustainable built environment that fits with people’s needs and interests. The chapter ends with some suggestions on how to teach value-sensitive design and management of buildings and facilities.","Corporate Real Estate; facilities; user-centred; societal values; priorities","en","book chapter","TU Delft OPEN Publishing","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:dddfbb97-2e4e-4ad3-88dc-882861f33c4a","http://resolver.tudelft.nl/uuid:dddfbb97-2e4e-4ad3-88dc-882861f33c4a","Kom van die plek af! Over de kunst van flexibel werken","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2021","Blog","","nl","report","Smart WorkPlace","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:f859df8d-6c0d-4343-baa0-cc20be52947a","http://resolver.tudelft.nl/uuid:f859df8d-6c0d-4343-baa0-cc20be52947a","Designing for health and wellbeing: various concepts, similar goals","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2021","The last decades show a growing interest in the impact of buildings, facilities and services on health and wellbeing. This paper aims to present different design concepts that have been developed to support health and wellbeing of the end users, such as healing environments and healthy offices, or to avoid negative impacts, such as the Sick Building Syndrome and toxic workplaces. Each concept is supported by a selection of references to available evidence of its influence. The paper is based on an extensive narrative literature review of buildings and facilities related publications on how to provide healthy environments, with a focus on offices and health care facilities. The discussed design concepts have much in common, but also different focus points, Overall it is shown that a variety of building design characteristics - spatial layout, indoor climate, interior design, finishing, contact with nature - affect the health and wellbeing of building users. Facilities such as desk bikes and plants and services such as healthy food and drinks or healthy behaviour stimulating programs have a positive impact as well. As a consequence, the design and management of healthy environments needs a multidisciplinary approach and collaboration between designers, corporate real estate and facility managers, human resource managers, IT specialists, and the involvement of different stakeholder such as clients and end users.","healthy workplaces; building syndrome; user wellbeing","en","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:6bf926d2-c739-4d96-bec3-f1e3a4683547","http://resolver.tudelft.nl/uuid:6bf926d2-c739-4d96-bec3-f1e3a4683547","Meerwaarde van gezonde werkomgevingen","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2021","Een gezonde werkomgeving vraagt om méér dan een Corona-bestendig gebouw. Dit artikel bespreekt verschillende ontwerp- en management concepten die kunnen bijdragen aan gezondheid en welbevinden van de eindgebruikers. Het laat ook zien dat een gezond gebouw bij kan dragen aan een hogere tevredenheid en productiviteit van de medewerkers en op termijn kostenefficiënt uitpakt.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:8f77e30f-009c-4bf4-b9cf-a5a1e8450d67","http://resolver.tudelft.nl/uuid:8f77e30f-009c-4bf4-b9cf-a5a1e8450d67","Kom van die plek af!","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2021","","","nl","contribution to periodical","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:48bcdc00-bac6-467b-954d-c3a99d048817","http://resolver.tudelft.nl/uuid:48bcdc00-bac6-467b-954d-c3a99d048817","Corporate real estate management maturity model: Joroff et al. one step ahead","Wijnja, Jaap (Hanzehogeschool Groningen); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Hoendervanger, Jan Gerard","Danivska, Vitalija (editor); Appel-Meulenbroek, Rianne (editor)","2021","The five-stage real estate evolutionary model of Michael Joroff, Marc Louagrand and Sandra Lambert dates back to more than 25 years ago. This maturity model outlines five development stages in corporate real estate management (CREM). According to these stages, CREM changes from technical to strategic, from taskmaster to business strategist, and from engineering buildings, minimising costs, standardising usage and matching market options to convening the workforce. This model can be used as a framework against which professionals can share and evaluate their experiences and discuss their dilemmas in CREM and workplace management. Considering the developments in the last two decades, a sixth stage has been added to this model, which defines the role of a ‘business & user strategist’ as someone who creates work environments that support work practices and enables or enhances behavioural change, in alignment with both corporate goals and employee needs and preferences. To be able to fulfil the role of business & user strategist, psychological aspects of the interactions between people and their work environment need to be taken into account.","","en","book chapter","Taylor and Francis","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:1c3c4113-ea84-4a77-8d42-23b248e5cde7","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1c3c4113-ea84-4a77-8d42-23b248e5cde7","Value Adding Management of buildings, workplaces, facilities and services","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Jensen, Per Anker (Technical University of Denmark)","Danivska, Vitalija (editor); Appel-Meulenbroek, Rianne (editor)","2021","This chapter presents a theory about the added value of buildings, workplaces, facilities and services. Traditionally, value is mainly associated with financial parameters. This chapter presents a more holistic approach. It explains the meaning of value and discusses different value types and value parameters. It shows that prioritized values depend on culture, time, context, and who is involved. Furthermore, it presents a Value Adding Facilities and Corporate Real Estate Management process model. This VAM model guides decision makers through the process of adding value in four steps, from identification of performance gaps, objectives for improvement and selection of appropriate interventions to its implementation and a check on whether the objectives have been attained, what value has been added to whom, and which Key Performance Indicators are most appropriate to measure the added value by FM and CREM. Next, the chapter shows how this VAM theory is or can be applied in workplace studies and practice.","","en","book chapter","Taylor and Francis","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:1908996b-b541-45a2-b9d2-b36b970977f0","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1908996b-b541-45a2-b9d2-b36b970977f0","The impact of healthy workplaces on employee satisfaction, productivity and costs","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Jensen, Per Anker (Technical University of Denmark)","","2021","Purpose: This paper aims to explore the added value of healthy workplaces for employees and organizations, in particular regarding employee satisfaction, labour productivity and facility cost. Design/methodology/approach: The paper is based on a narrative review of journal papers and other sources covering the fields of building research, corporate real estate management, facilities management, environmental psychology and ergonomics. Findings: The review supports the assumption of positive impacts of appropriate building characteristics on health, satisfaction and productivity. Correlations between these impacts are still underexposed. Data on cost and economic benefits of healthy workplace characteristics is limited, and mainly regard reduced sickness absence. The discussed papers indicate that investing in healthy work environments is cost-effective. Originality/value: The findings contribute to a better understanding of the complex relationships between physical characteristics of the environment and health, satisfaction, productivity and costs. These insights can be used to assess work environments on these topics, and to identify appropriate interventions in value-adding management of buildings and facilities.","Added value; Cost; Health; Productivity; Satisfaction; Well-being; Workplace","en","review","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:980d5765-c103-4248-b683-f73157a44067","http://resolver.tudelft.nl/uuid:980d5765-c103-4248-b683-f73157a44067","Typology of value adding FM and CREM interventions","Jensen, Per Anker (Technical University of Denmark); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2020","Purpose: The purpose of this paper is to present an empirical-based typology of facilities management (FM) and corporate real estate management (CREM) interventions that can add value to the core business of organisations and possibly the wider society. The typology is explained, elaborated and discussed with the aim to reach a deeper understanding of value adding management in the context of FM and CREM. Design/methodology/approach: The paper is based on FM and CREM literature, a survey with 15 expert interviews from six different European countries and cases with examples of interventions from earlier research. Findings: The typology consists of six types of interventions, some mainly product-related, some mainly process-related and some that can be both. Each type is underpinned by examples from a case company and from interviews. Research limitations/implications: The number of interviews is limited. The typology with related interventions is not necessarily complete. However, the typology is regarded to include the most important interventions in the current state of practice of FM and CREM. Practical implications: The typology provides an overview of the different ways FM and CREM can add value. The cases and examples can be used as inspiration for developing specific interventions in practice. Originality/value: The typology is the first to provide a classification of FM and CREM interventions. By integrating findings from interviews and case studies, this typology contributes to a better understanding and practicing of value adding management.","Added value; Corporate real estate management; Facilities management; Interventions; Typology; Value adding management","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:6abdaffa-7966-4e8c-931a-5aef7ccf5768","http://resolver.tudelft.nl/uuid:6abdaffa-7966-4e8c-931a-5aef7ccf5768","Productivity as a value parameter for FM and CREM","Jensen, Per Anker (Technical University of Denmark); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management; Center for People and Buildings)","","2020","Purpose: This paper aims to investigate how facilities management (FM) and corporate real estate management (CREM) can add value to organisations by contributing to improved productivity of knowledge workers, and to explore interrelationships between productivity, employee satisfaction and other value parameters. Design/methodology/approach: This is a literature research of possible contributions of FM and CREM to improved labour productivity in relation to five activity areas of FM/CREM (portfolio management, project management, space and workplace management, property management and service management) and a first exploration of interrelationships between productivity and other value parameters. Findings: The findings indicate that FM and CREM most directly can contribute to productivity by space and workplace management that supports different types of work and organisational activities. Portfolio and project management can mostly contribute by providing appropriate locations, adjacency relations between different parts of the organisation and supporting process flow and logistics. Property management can contribute to productivity by ensuring business continuity and comfortable indoor climate. Service management can contribute by relieving staff from trivial tasks by efficient services and by providing exiting experiences. Productivity shows to be mainly positively related to satisfaction; insights into interrelationships with other value parameters are still limited. Practical implications: The results can be used to obtain a deeper understanding of how FM and CREM can add value to organisations by contributing to improved labour productivity. Practitioners can find inspiration on how to contribute to labour productivity and additional benefits within specific activity areas of FM and CREM. The exploration of interrelationships between productivity and other values can be used as input to a future research agenda. Originality/value: The paper adds new insights to the growing body of knowledge about how FM/CREM can contribute to increased labour productivity and how other value parameters may be interrelated with productivity.","Added value; Corporate real estate management; Facilities management; Interrelationships; Productivity; Value parameters","en","review","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:244e9081-1d56-47d2-8b80-f6ed0be602fa","http://resolver.tudelft.nl/uuid:244e9081-1d56-47d2-8b80-f6ed0be602fa","Smart sturen op optimaal werkplekgebruik","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Knijnenburg, Marc","","2020","Gemiddeld staat 40-50 procent van de werkplekken op kantoor leeg. Dit zorgt voor rust en flexibiliteit, maar is qua kosten en duurzaamheid niet efficiënt. Een gemiddelde werkplekbezetting van 75 procent wordt als optimaal gezien. Op basis van literatuur en interviews met dertien experts bespreekt dit artikel welke factoren van invloed zijn op de bezettingsgraad van werkplekken en hoe u kunt sturen op optimaal werkplekgebruik.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:c0ecbc60-ed3d-46fa-9fd7-8368d033b5d0","http://resolver.tudelft.nl/uuid:c0ecbc60-ed3d-46fa-9fd7-8368d033b5d0","Healthy work environments - Guest editorial","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2020","","","en","contribution to periodical","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:36d09ee0-4b8f-4f2a-9692-c40b407a9c57","http://resolver.tudelft.nl/uuid:36d09ee0-4b8f-4f2a-9692-c40b407a9c57","Impact of activity-based workplaces on burnout and engagement dimensions","Appel-Meulenbroek, Rianne (Eindhoven University of Technology); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Aussems, Rik (Eindhoven University of Technology); Le Blanc, Pascale (Eindhoven University of Technology); Arentze, Theo A. (Eindhoven University of Technology)","","2020","Purpose: This paper aims to explore, which characteristics of activity-based offices are related to the position of workers on the burnout – engagement continuum. Design/methodology/approach: Literature review and an online survey amongst knowledge workers in the Netherlands, which provided data of 184 respondents from 14 organisations. The data has been analysed by descriptive statistics, bivariate analyses, factor analyses and path analysis, to test the conceptual model. Findings: Five physical work environment constructs were identified of which three showed to have significant relations with employees’ position on one of the three dimensions of the burnout – engagement continuum. Distraction has a direct and indirect (through overload) negative relation with the individual strain (meaning increased exhaustion). Office comfort has indirect positive relations (through recognition and appreciation) with the interpersonal strain (meaning increased involvement). The possibility for teleworking has an indirect positive relation (through control) on the self-evaluation strain (meaning increased efficacy). Practical implications: The findings show that in the design and management of a healthy physical work environment, corporate real estate managers and human resource managers should particularly pay attention to lowering distraction, providing comfortable workplaces and considering the option of teleworking to some extent. Originality/value: This paper provides new insights into the impact of distinct activity-based workplace characteristics on workers’ position on the burnout – engagement continuum.","Activity-based workplaces; Burnout; Comfort; Distraction; Engagement; Health","en","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:a4b4e58b-9f8b-4d6c-9e87-524364037639","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a4b4e58b-9f8b-4d6c-9e87-524364037639","Impact of employee satisfaction with facilities on self-assessed productivity support","Groen, Brenda (Saxion University of Applied Sciences); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Hoekstra, B.S. (TU Delft Real Estate Management); van Sprang, Hester (Saxion University of Applied Sciences)","","2019","Purpose: This paper aims to explore the relationship between satisfaction with buildings, facilities and services and perceived productivity support and to test whether the findings from a similar study of Batenburg and Van der Voordt (2008) are confirmed in a repeat study after 10 years with more recent data. Design/methodology/approach: Data were traced from a database with data on user satisfaction and perceived productivity support. These data were collected through the work environment diagnostic tool WODI light. The data include responses from 25,947 respondents and 191 organisations that have been analysed by stepwise multiple-regression analyses. Findings: In total 38% of the variation of office employees’ satisfaction with support of productivity can be explained by employee satisfaction with facilities, the organisation, current work processes and personal- and job-related characteristics. The most important predictor of self-assessed support of productivity is employee satisfaction with facilities. In particular, psychological aspects, i.e. opportunities to concentrate and to communicate, privacy, level of openness, and functionality, comfort and diversity of the workplaces are very important. The findings confirm that employee satisfaction with facilities correlates significantly with perceived productivity support. Other factors that are not included in the data set, such as intrinsic motivation, labour circumstances and human resource management may have an impact as well. Originality/value: This research provides a clear insight in the relation between employee satisfaction with facilities and the perceived support of productivity, based on survey data collected over almost 10 years in 191 organisations.","Employee satisfaction with facilities; Facility management; Office employees; Self-assessed productivity support; WODI; Workplace management","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:a3cc12c3-92aa-47c6-9caa-2fd79b250f72","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a3cc12c3-92aa-47c6-9caa-2fd79b250f72","Healthy workplaces: what we know and what else we need to know","Jensen, Per Anker (Technical University of Denmark); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management; Center for People and Buildings)","","2019","Purpose: This paper aims to explore the impact of buildings on the creation of healthy workplaces (HWs) and end users’ physical and mental health and well-being. The paper presents available research on the impact of workplace layout, interior design, indoor climate and “green” offices. It ends with reflections on the main lessons learned, gaps in our current knowledge and suggestions for further research. Design/methodology/approach: A literature research has been conducted of all papers in four corporate real estate management and facilities management-oriented journals from 2008 to 2017 that discuss health and well-being and related topics such as satisfaction, productivity and creativity. Findings: A conceptual model to analyse impact factors for HWs covers the influence of many different variables. Most papers only discuss a particular influencing factor, mainly plants and indoor climate. Various papers show that the spatial layout, in particular the level of openness and opportunities for communication, concentration and privacy and interior design have an important impact on user satisfaction, perceived productivity support and creativity. These factors may have a positive impact on HWs as well and can also be benefits of HWs. Practical implications: The paper identifies, which factors are important to consider for creating HWs and potential benefits of HWs. Originality/value: This paper discusses the role of CREM and FM in creating HWs and reflects on the available knowledge, current omissions and the need for transdisciplinary follow-up research.","Health; Indoor climate; Interior design; Spatial layout; Well-being; Workplace","en","review","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:8c2b9ba6-069d-4c91-ac8e-25b7755272dc","http://resolver.tudelft.nl/uuid:8c2b9ba6-069d-4c91-ac8e-25b7755272dc","Gezonde werkomgeving: Wat weten we echt?","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2018","De praktijk lijkt zich er in toenemende mate van bewust dat de werkomgeving substantieel kan bijdragen aan de gezondheid en vitaliteit van de mensen die er werken. Maar hoe creëren we een gezonde werkomgeving? En wat weten we er écht van? Dit artikel bespreekt een aantal mogelijke invloedsfactoren en de beschikbare bewijslijst voor verbanden tussen de fysieke omgeving en gezonde werkomgevingen. Hiertoe zijn de laatste ten jaargangen geraadpleegd van Facilities, Journal of Facilities Management, Corporate Real Estate Journal, en Journal of Corporate Real Estate. Het artikel bespreekt ook kort lopend onderzoek aan Nederlandse universiteiten en hogescholen.","gezond; wrkomgeving; bewijslast","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:18b407f2-16dc-4042-b633-525c3d9720e9","http://resolver.tudelft.nl/uuid:18b407f2-16dc-4042-b633-525c3d9720e9","Conversion Potential Assessment Tools","Geraedts, Rob P. (TU Delft Design & Construction Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Remøy, H.T. (TU Delft Real Estate Management)","Wilkinson, Sara J. (editor); Remøy, Hilde (editor)","2018","Building owners and other stakeholders can adopt different strategies to cope with vacancy, such as consolidation, rent reduction, selling the building, renovation, transformation and conversion to adapted reuse, or demolish and build a new building. This chapter discusses various tools to cope with vacancy by adaptive reuse. It presents an overview of the many factors and aspects that enable or hinder adaptive reuse by conversion of (office) buildings into housing, and how to assess the characteristics of the market, location, building and involved stakeholders. Furthermore, it presents the Conversion Meter, a tool to assess the conversion potential of vacant office buildings into housing. The tool is built up from a first quick scan using veto criteria (Step 1) till a more detailed scan of the conversion potential based on gradual criteria (Step 2). No single gradual criterion is sufficient to decide if conversion is possible or not; it is the combination of all criteria i.e. the sum that provides a valuable indicator for the conversion potential. Step 3 calculates a conversion potential score as a weighted sum of all criteria. Step 4 is a scan on financial feasibility. The final Step 5 is a check on possible risks and opportunities to eliminate these risks. The chapter continues with lessons learned from case studies by applying the Conversion Meter.","Adaptive reuse; Transformation; Conversion meter; Assessment tools; Vacant buildings; Risks; Opportunities","en","book chapter","Blackwell","","","","","Accepted Author Manuscript","","2019-12-31","","","Design & Construction Management","","",""
"uuid:c292570b-a68b-45c3-b8c6-d44be228c95a","http://resolver.tudelft.nl/uuid:c292570b-a68b-45c3-b8c6-d44be228c95a","Prestatiemeting en benchmarking: belangrijke basis voor smart workplace management.","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2018","Van smart workplaces wordt veel verwacht. Dit artikel presenteert een 4-
stappenmodel voor het efficiënt en effectief sturen op toegevoegde waarde van smart workplaces. Vervolgens wordt ingezoomd op het meten en benchmarken van de geleverde prestaties, zowel van de huisvesting, diensten en middelen als van de organisatie en de medewerkers. Het artikel pleit voor een integrale benadering. De inzichten kunnen worden gebruikt bij het opstellen van integrale business cases.","prestatiemeting; benchmarking; toegevoegde waarde; smart workplaces; werkplekmanagement","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:978604f5-cde7-44f0-b117-fb18ab298118","http://resolver.tudelft.nl/uuid:978604f5-cde7-44f0-b117-fb18ab298118","Measurement and benchmarking of workplace performance: Key issues in value adding management","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Jensen, Per Anker (Technical University of Denmark; Centre for Facilities Management)","","2018","Purpose: The purpose of this paper is to present a process model of value-adding corporate real estate and facilities management and indicators that can be used to measure and benchmark workplace performance and the added value of workplace interventions for an organisation. Design/methodology/approach: The paper compares the performance measurement and benchmarking theory with current practice and data from different work environments. The paper builds on two books on adding value through buildings, facilities and services, both edited and co-authored by the authors of this paper. The books were based on literature reviews, interviews with practitioners, cross-border studies of performance measurement and benchmarking and in-depth analyses of various value parameters by experts from different countries. In addition, theory and empirical examples of benchmarking have been included. Findings: The paper presents 12 value parameters that are seen as relevant in measuring and benchmarking of workplace performance: four people-oriented, four business processes-related, two economic and two social parameters. Because not all values can be easily expressed in monetary units, various other ways of measuring are presented that can help to monitor and to benchmark workplace performance. The 12 values and ways to measure can be used to support a more integrated business case approach that goes beyond “dollar-metrics” and spreadsheet-based decision-making. Both quantitative and qualitative performance indicators, including hard and soft factors, are needed to define the trade-off between the costs and benefits of interventions in corporate real estate, facilities and services and to cope with the interests and needs of different stakeholders. Practical implications: To add value to an organisation, workplaces have to provide value for money by a positive trade-off between the benefits, i.e. support of the organisational objectives and the primary processes and the costs, time and risks connected with achieving these benefits. Widely used indicators to measure the costs are the investment costs, running costs and total cost of occupancy. These metrics are primarily connected to efficiency, i.e. to optimal use of the resources of a firm, but much less to effectiveness and benefits such as user satisfaction, productivity, health and well-being. Originality/value: The paper links performance measurement and benchmarking to value-adding corporate real estate and facilities management and presents new ways to measure and benchmark the performance of buildings, facilities and services in connection to organisational performance.","Added value; Benchmarking; Business case; KPIs; Performance measurement; Workplace","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:1460450f-e7a1-4177-897b-3eedaa121c1a","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1460450f-e7a1-4177-897b-3eedaa121c1a","Organisation and people centred management of smart workplaces","Hoendervanger, Jan Gerard (Hanzehogeschool Groningen); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Wijnja, Jaap (Hanzehogeschool Groningen)","","2017","Er komen steeds meer kenniswerkers en hun werkpatronen zijn structureel aan het veranderen. Dit heeft grote invloed op de vraag naar huisvesting en de taakuitoefening van workplace managers. Om werkomgevingen te creëren die zowel organisatiegericht als mensgericht zijn, is behalve kennis van gebouwen en organisaties ook inzicht nodig in de wensen en het gedrag van mensen. Een nieuwe fase in de professionalisering van workplace management dient zich daarmee aan. Dit artikel geeft een overzicht van belangrijke veranderingen in de vraag naar huisvesting en de impact hiervan op de rol van workplace managers.","smart; workplace; mangement; trends; huisvestingsmanagement","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:9b1e3ea1-1b20-49a0-a58b-a14ca1bb2d35","http://resolver.tudelft.nl/uuid:9b1e3ea1-1b20-49a0-a58b-a14ca1bb2d35","New Model for Adding Value by FM and CREM","Jensen, Per Anker (Technical University of Denmark; Centre for Facilities Management - Realdania Research); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2017","Model in four steps on how to add value to the organisation by interventions in buildings, facilities and services.","added value; Facilities management; Corporate Real Estate Management","en","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:a7f0bb8c-492d-4c90-bad1-32b454f59a1e","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a7f0bb8c-492d-4c90-bad1-32b454f59a1e","Real estate implications of transitions in Dutch health care institutions","Brand, Alexander (AAG); Bollinger, Daan (AAG); de Jong, P. (TU Delft Design & Construction Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2017","Due to structural changes in laws and regulations and ways of financing, Dutch health care organisations are in a phase of reorientation and transition. As such, many strategical issues have to be solved that will influence their corporate real estate strategy. In such a dynamic context real estate represents a high risk. The transition requires increased transparency and understanding of performance. The current Dutch situation can be described as:
•Increased vacancy arouses. Hypothesis: Health care organisations prevent vacancy by disposing of or reinvestments in existing locations, with improved quality of the remaining real estate.
•Lower rates and increased uncertainty. Hypothesis: The response will consists of increased focus, demanding a proper preparation.
•A growing dilemma of lower budget for real estate and high need for investments. Hypothesis: The level of available financial resources for the renewal of the stock and guaranteed sound management is questionable.
The purpose of the research is to test these hypotheses in order to gain a better understanding of the qualitative and quantitative (financial) mutations in health care real estate and to bridge the gap between the current supply and the future demand.
To which extent are Dutch health care organisations ready to realise the transition by the introduction of new concepts, in order to meet the future demand of health care real estate?
Based on a survey, relevant real estate related data including performance parameters has been collected by AAG, a consultancy firm and shared service centre for health and care, in 2015 and 2016. This database is the starting point for benchmark analyses on the resilience and flexibility of health care organisations to provide the required transition.
The data include qualitative data about the location, building, and user experience, and quantitative information (financial, physical, features). Mapping the current situation (IST) generates a better understanding of the (im)possibilities of the health care real estate in the Netherlands (1). In order to forecast the effects of the transition it is necessary to use future scenarios (SOLL) to reveal resilience and flexibility (2). Such scenarios are qualitative as well as quantitative – determining the possible maximum investment and improvement (3). These scenarios will be hold against the actual plans of the health care organisation (4).
In order to add value to the organisation, the work environment has to provide value for money by a positive trade-off between the benefits i.e. support of the organisational objectives and the primary processes, and the costs, time and risks connected with achieving these benefits. Widely used indicators to measure the costs are the investment costs, running costs, and the Total Cost of Occupancy. These metrics are primarily connected to efficiency i.e. to optimally use the resources of a firm, but much less to effectiveness and benefits such as user satisfaction, productivity and well-being.
The paper compares performance measurement and benchmarking theory with empiric data from different work environments. The paper mostly builds on two books on adding value through buildings, facilities and services, both edited and co-authored by the authors of this paper. The books were based on literature reviews, interviews with practitioners, cross-border studies of performance measurement and benchmarking, and in-depth analyses of various value parameters by experts from various countries. In addition, theory and empirical examples of benchmarking have been included in the paper.
The paper presents 12 value parameters that may be relevant in measuring and benchmarking of workplace performance: four people oriented parameters, four business processes related values, two economic parameters and two social indicators. Because not all values can be easily expressed in monetary units, various other ways of measuring are presented that can help to monitor and to benchmark workplace performance. The findings can be used as input to a more integrated business case approach that goes beyond “dollar-metrics” and spreadsheet based decision-making. Applying both quantitative and qualitative performance indicators and including both hard and soft factors is needed to define the trade-off between the costs and benefits of interventions in corporate real estate, facilities and services, and to cope with the interests and needs of different stakeholders.
The paper links performance measurement and benchmarking to value adding corporate real estate and facilities management and presents new ways to measure and benchmark the performance of buildings, facilities and services in connection to organisational performance.
Background: The growing research on the added value of FM and CREM over the last decade has resulted in the development of several conceptual frameworks and the collection of much empirical data in practice. However, the practical application of current knowledge has shown to be limited and difficult. The reasons seem to be that the different frameworks are too complex and lack of common terminology and clear operationalisations of intervention-impact relationships.
Approach (Theory/Methodology): A generalised Value Adding Management process model is developed based on a common cause-effect model identified in existing conceptual frameworks combined with the basic process model of input → throughput → output. The proposed model consists of interventions as input, management of implementation as throughput and added value as output/outcome.
Results and practical implications: The Value Adding Management model provides a simple framework which aims at supporting the practical management and measurement of added value. A typology with six types of FM/CREM interventions is developed from earlier research. The concept of Value Adding Management is investigated and the 12 most important added value parameters are identified.
Research limitations: The process model still has to be tested on its empirical validity and practical applicability. This is being done and will be presented in a forthcoming book on how to manage and measure value adding by FM and CREM.
Originality/value: The Value Adding Management process model condensates research in an original and simple model with the potential to make value adding management more applicable in practice.","Facilities Management; Corporate Real Estate Management; Interventions; Value Adding Management; Added Value","en","conference paper","Tampere University of Technology","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:320371d1-e400-4d41-8ed2-2cb9fd89f1f8","http://resolver.tudelft.nl/uuid:320371d1-e400-4d41-8ed2-2cb9fd89f1f8","Corporate and public real estate management strategies","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2016","","property management; built environment","en","contribution to periodical","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:5b41117a-ea77-44d2-a9fd-58fb3ca1f751","http://resolver.tudelft.nl/uuid:5b41117a-ea77-44d2-a9fd-58fb3ca1f751","Adding Value by Health Care Real Estate: Parameters and Priorities","van der Voordt, D.J.M.","","2015","Purpose Due to the transition of the Dutch health care sector from a governmentally steered domain towards regulated market forces, health care organisations have become fully responsible for their real estate. This paper explores if/how Dutch health care organisations adopt the concept of adding value by corporate and public real estate, which value parameters are included in daily practice and how, and which values are prioritized. Methodology Literature study and interviews with CEOs, project leaders, real estate managers and facility managers working in Dutch hospitals, assisted living facilities for the elderly, and mental health care facilities. The interviews were jointly prepared by students and the author of this paper being their main supervisor. Findings End-user satisfaction, stimulating innovation and increasing productivity are highly prioritized. The operationalisation into concrete design choices and strategic management of buildings-in-use is still underdeveloped. Which values are prioritized depends on the organisational objectives, the target group, the available budget, and the external context, in particular governmental policy and competition with other health care suppliers. Research implications Although much work has been done to operationalise the added value of corporate real estate and building related facilities, there is still a lack of a widely agreed taxonomy of added values and how to measure and manage these values. Ongoing international collaboration between researchers and practitioners is needed to build a common framework and to develop standardised measurement methods. Practical implications The insights can support decision makers in how to add value by public and corporate real estate, to explore conflicting values, and to improve current corporate and public real estate management by incorporating adding value parameters and taking into account the needs and interests of different stakeholders. Social implications A clear insight in value adding management of corporate real estate may result in a better fit between real estate and organisational objectives and individual needs. Originality/value The findings link added value theory to Corporate Real Estate Management in Dutch health care practice.","added value; corporate real estate; health care; KPIs; prioritization; Center for People and Buildings","en","conference paper","European Real Estate Society","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:1ace3fb5-d615-4e1e-9bd5-766b09aa0759","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1ace3fb5-d615-4e1e-9bd5-766b09aa0759","Performance measurement of public facilities in Thailand: A case study of Dhanarak Asset Development","Riratanaphong, C.; van der Voordt, D.J.M.","","2015","This paper aims to present Key Performance Indicators (KPIs) that are used in public real estate management practice in Thailand, and to discuss similarities and dissimilarities between theory and practice. The findings from a single case study are compared with data from 55 other public organisations in Thailand. The case study has been conducted at Dhanarak Asset Development Company Limited in Bangkok. Research methods include interviews, walk-through observations, and document analysis. The findings show that KPIs are linked to three main areas: adherence to policy, operating performance of the state enterprise, and organisational management. KPIs include both financial and non-financial indicators. Findings on an operational level are reported to the upper organisational level. Benchmarking of performance measurement results of government agencies are used to improve the country’s public performance management as a whole. Overall the findings support the three principles that reflect a change in public asset management according to Kaganova and Undeland (2006), and the strategic framework for public performance measurement that was developed by Jääskeläinen and Laihonen (2014). The findings can be used as input to a step-by-step plan to define prioritised KPIs in connection to the organisational context and the corporate strategy. The findings and reflections upon the findings can help to understand the impact of public real estate management on organisational performance and how to add value to the organisation.","Public Real Estate Management; performance measurement; KPIs; benchmarking; Thailand; Center for People and Buildings","en","conference paper","European Facility Management Network","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:29df69d8-1fff-403f-beda-cbca72f4d4bb","http://resolver.tudelft.nl/uuid:29df69d8-1fff-403f-beda-cbca72f4d4bb","Added value of FM: A critical review","Jensen, P.A.; van der Voordt, D.J.M.","","2015","The purpose of this paper is to provide a state of the art of how the topic “Added value of FM” has been treated recently in research and practice. The paper is based on research papers from EFMC 2013 and 2014. The paper provides an overview and a critical review of this research. A main focus is to examine to which degree there is a cumulative knowledge building in this field. The paper also summarises findings about value adding management in practice and reflects on implications for research and practice. The critical review shows that some of the papers have a strong foundation in former research on the added value of FM, while many other papers only to a limited degree reflect and build upon this earlier research. This together with a broad scope of themes means that the cumulative knowledge building is rather weak. Besides, only few of the papers contribute directly to knowledge on value adding management. A study about how practitioners cope with the added value of FM and CREM clearly demonstrates a strong interest in the topic among leading professionals but also a lack of common understanding and practical management tools.","added value; state of the art; critical review; value adding management","en","conference paper","European Facility Management Network","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:05463100-727c-405a-a554-f732024de01d","http://resolver.tudelft.nl/uuid:05463100-727c-405a-a554-f732024de01d","How can facility managers add value?","Jensen, P.A.; van der Voordt, D.J.M.","","2015","","Center for People and Buildings","en","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:69272882-0435-4115-8b8e-28e3e06099d8","http://resolver.tudelft.nl/uuid:69272882-0435-4115-8b8e-28e3e06099d8","Zoektocht naar mix 1-of meerbedskamers","Bruijntjes, L.; van der Voordt, D.J.M.; Vrij, C.","","2015","1-bedkamers zijn ‘hot’. Bij nieuwbouw kiezen ziekenhuizen vaak voor 100 procent 1-bedkamers. In bestaande ziekenhuizen worden meerbedskamers op de verpleegafdelingen (deels) vervangen. Voor Roger Ulrich, voorloper in onderzoek naar healing environments, is het duidelijk: 1-bedskamers zorgen voor privacy en minimaliseren het risico op infectieoverdracht, dus weg met de meerbedskamers. Maar is de keuze voor kamertypes echt zo eenvoudig? Hoe kunnen bestuurders tot een weloverwogen en breed gedragen keuze komen?","","nl","journal article","BoardRoom Zorg / Vakmedianet","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:60a15ef3-24ba-4cce-80e3-9aca9addeb97","http://resolver.tudelft.nl/uuid:60a15ef3-24ba-4cce-80e3-9aca9addeb97","Management strategies for aligning higher education accommodation with the user needs","Beckers, R; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Dewulf, G","","2015","Purpose – This paper aims to explore the management strategies of facility managers and corporate real estate managers to align corporate real estate (CRE) with the needs of their organization and the end users in a changing context. Design/methodology/approach – The paper first outlines the theoretical issues of CRE alignment processes and the management of accommodation needs. It then presents the findings from a multiple case study in 14 Dutch Universities of Applied Sciences (UAS) from the perspective of the CRE/FM manager. The empirical study is based on interviews and a questionnaire. Findings – The theory shows three key process activities in managing the alignment of CRE with the needs of end users and the organization as a whole: coordination, communication and decision making. The way organizations manage this process can be represented by eight opposite perspectives. These eight perspectives refer to two management strategies for CREM departments: an involvement-oriented strategy and a control-oriented strategy. Practical implications – The distinguished eight management perspectives and two management strategies can be used by CRE/FM managers to reconsider their current approach for aligning CRE with the needs and requirements of the client, customers and end users. This is to improve the match between demand and supply in order to find future-proof accommodation solutions. Originality/value – CREM issues and the effect of CRE on students and staff and vice versa is an underexposed topic in research in the field of higher education. There is still limited understanding of how to optimally align school buildings with education. The current study combines insights from other disciplines such as management & organization and IT-alignment with insights from CREM theory.","Corporate Real Estate Management; Alignment; User Needs; Strategies; Higher Education","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:7121acb0-5abb-47bd-9f35-c6f9c1487f25","http://resolver.tudelft.nl/uuid:7121acb0-5abb-47bd-9f35-c6f9c1487f25","Adding value by hospital real estate: An exploration of Dutch practice","van der Zwart, J; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2015","Objectives: To explore how hospital real estate can add value to the health care organisation , which values are prioritized in practice, and why.
Background: Dutch healthcare organisations are self-responsible for the costs and benefits of their accommodation. Meanwhile, a lively debate is going on about possible added values of corporate and public real estate in the fields of Corporate Real Estate Management and Facility Management. This paper connects both worlds and compares insights from literature with experiences from practice.
Methods: Added Values extracted from literature have been discussed with 15 CEOs and project leaders of recently newly build hospitals in the Netherlands. Interviewees were asked: (1) which values are included in the design and management of their hospital and why; (2) to prioritize most important values from a list of nine predefined values and; (3) to explain how the chosen real estate decisions are supposed to support organisational objectives.
Results: Stimulating innovation, user satisfaction and improving organisational culture are most highly valued, followed by improving productivity, reducing building costs and creating building flexibility. Image, risk control and financing possibilities got lower rankings. The findings have been used to develop a value-impact matrix that connects nine values to various stakeholders and possible interventions.
Conclusion: The findings and the value-impact matrix can make different stakeholders aware of many possible added values of hospital real estate, potential synergy and conflicts between different values, and how to steer on value add in different phases of the life cycle.","hospital; real estate; added value; accommodation; value-impact matrix","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:1dc9f6ec-f7a9-461e-a7fe-f675ac4b30cc","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1dc9f6ec-f7a9-461e-a7fe-f675ac4b30cc","Aligning corporate real estate with the corporate strategies of higher education institutions","Beckers, R; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Dewulf, G","","2015","Purpose
The purpose of this paper is to explore how corporate real estate (CRE) managers of higher education institutions formulate their CRE strategies and CRE operating decisions to align CRE with the corporate strategies of these institutions.
Design/methodology/approach
An analytical alignment framework has been developed, which was used to study the possible and actual connections between CRE management and corporate management at 13 large Dutch Universities of Applied Sciences. The data collection included a content analysis of the strategic plans of these universities and interviews with the CRE managers.
Findings
The research findings show several layers of how CRE managers aim to align CRE with corporate goals to add value to the organization. It appears that the CRE strategies in-use are more clearly aligned with the corporate strategies than with the espoused CRE strategies.
Practical implications
The paper emphasizes the relevance of involving CRE management in corporate decision-making to contribute to the attainment of the organizational objectives with an efficient and effective accommodation.
Originality/value
Substantial changes in learning and teaching practices in higher education lead to evolving corporate strategies, which result in the need for aligned CRE strategies and CRE operating decisions. This paper makes practitioners and researchers aware of the differences between alignment-based espoused CRE strategies and alignment that results from CRE strategies in-use in the field of higher education. The findings and insights might be applicable in other sectors as well.","Alignment; Higher education institutions; Strategy; Corporate real estate management; Espoused strategy; Strategy in-use","en","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:9d05c221-c27b-4abf-98d9-2d5f98166894","http://resolver.tudelft.nl/uuid:9d05c221-c27b-4abf-98d9-2d5f98166894","Public Real estate performance measurement: A case study of a Bangkok government complex","Riratanaphong, C (Thammasat University); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2015","Various studies have shown that corporate real estate can contribute to organisational performance. However, the concept of Public Real Estate Management (PREM) has not been well known in Thailand. This paper aims to present the concept of PREM, to describe Key Performance Indicators (KPIs) that are being used in practice, to discuss KPIs that should be developed furthermore, and to explore which organisational characteristics affect the selection and prioritisation of KPIs. The empirical study is based on data from a case study of Dhanarak Asset Development Company Limited (DAD). Research methods include interviews, walk-through observations and document analysis. The findings from the case study confirm the assumed relationships between performance measurement and organisational characteristics such as organisational objectives, structure and management style. Although the DAD organisation applies a systematic performance measurement approach, it is recommended to elaborate some KPIs furthermore such as employee satisfaction with the work environment and the rate of customer retention. The findings from the case study can be used to improve the current knowledge of the impact of public real estate management on organisational performance, and to develop a holistic performance measurement system for public real estate in Thailand.","Public Real Estate Management; PREM; Performance Measurement; Key Performance Indicators; KPIs; Balanced Scorecard; BSC; Employee Satisfaction","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:a955a203-80c6-4434-bf51-cf131e4e5f2c","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a955a203-80c6-4434-bf51-cf131e4e5f2c","A conceptual framework to identify spatial implications of new ways of learning in higher education","Beckers, R; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Dewulf, G","","2015","Purpose - The purpose of this paper is to explore the spatial implications of new learning theories and the use of Information and Communication Technologies (ICT) in higher education.
Design/methodology/approach - Based on a review of literature, a theoretical framework has been developed that visualizes the spatial implications of developments in higher education. In order to further explore spatial configurations that support changes in education, a comparative floor plan analysis was carried out at four Dutch institutes of higher education.
Findings - The findings show that traditional classroom space is progressively being replaced by a variety of learning settings to support contemporary learning activities.
Practical implications - The research findings contribute to a better understanding of the alignment of learning space to the evolving needs that come from new ways of learning, supported by advanced ICT, and can be used to support space planning in higher education.
Originality/value – This paper builds on findings from different disciplines: Facilities Management and Corporate Real Estate Management (suitability of floor plans) and Theory of Education (the pedagogical approaches and pedagogical assumptions those floor plans convey).","Space management; learning spaces; comparative floor plan analysis; new ways of learning; higher education","en","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:e94cea2a-69d3-47fc-ae9e-8f20f23051a7","http://resolver.tudelft.nl/uuid:e94cea2a-69d3-47fc-ae9e-8f20f23051a7","The added value of FM: How can FM create value to organisations: A critical review of papers from EuroFM Research Symposia 2013-2015 papers","Jensen, PA (Technical University of Denmark); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2015","","","en","book","EuroFM","9789490694081","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:e7937bd9-bce9-4e8d-b447-d0cb04865b61","http://resolver.tudelft.nl/uuid:e7937bd9-bce9-4e8d-b447-d0cb04865b61","Measuring the added value of workplace change: Performance measurement in theory and practice","Riratanaphong, C; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2015","Purpose: – The purpose of this paper is to compare performance measurement systems from the literature with current performance measurement approaches in practice to get a better understanding of the complex relationships between workplace change, added value and organisational performance.To be able to measure the added value of workplace change, a valid and reliable performance measurement system is needed to measure the impact of the work environment on organisational performance before and after the change. This paper compares performance measurement systems from the literature with current performance measurement approaches in practice in order to get a better understanding of the complex relationships between workplace change, added value and organisational performance. A second aim is to have a closer look at the appraisal of workplace change by the end users.
Methodology: A review of the literature traced various performance measurement systems with different performance areas and Key Performance Indicators. Three case studies were conducted, two in Thailand and one in the Netherlands, to explore if and how these theoretical insights are applied in current practice. Due to the worldwide introduction of New Ways of Working, special attention is paid to employee satisfaction and perceived productivity support.
Findings: Many performance criteria and KPIs from literature are used in practice. However, apart from the Balanced Scorecard no performance measurement system from literature is literally applied. Regarding most issues, none of the organisations conducted a comparison of the impact of their real estate on organisational performance before and after the change. In one case only both ex ante and ex post data were collected about the appraisal of change by the end users.
Practical implications: The performance measurement systems that were found in theory and practice can be used as input to value adding management of facilities. Based on the findings a step-by-step procedure is presented to facilitate the selection of prioritised key performance indicators.
Research limitations: The number of cases is limited. Additional case studies in depth are needed to get a wider picture of practice. Besides, still much work has to be done to operationalise the performance criteria.
Originality/value: This research connects the concepts of performance measurement and adding value by workplace change with data from two different continents.","Workplace change; Performance measurement; Added value; Stakeholders; Key performance indicators; Benchmarking","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:d487c026-b17d-4ab1-b64c-ca58b262ec7c","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d487c026-b17d-4ab1-b64c-ca58b262ec7c","Inspelen op veranderingen vereist strategisch sturen op ontwerp en beheer van zorgvastgoed","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van der Zwart, J","Veuger, J (editor)","2015","De zorgsector is continu aan veranderingen onderhevig. Dat leidt tot veel onzekerheid. Wat betekenen de vele veranderingen voor de fysieke zorginfrastructuur? Hoe vertaal je nieuwe visies op zorg, schuivende organisatiedoelstellingen en technologische innovaties in strategische oplossingen voor de veranderende vraag naar zorgvastgoed? Zet een stel experts bij elkaar en je krijgt veel antwoorden. Het levert ook veel nieuwe vragen op voor beleidsmakers en ontwerpers.","","nl","book chapter","Hanze Kenniscentra","","","","","Accepted Authors Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:a5dae8db-0c1f-462a-b6f7-97ca0a1ecd97","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a5dae8db-0c1f-462a-b6f7-97ca0a1ecd97","Color preferences for different topics in connection to personal characteristics","Bakker, I.C. (TU Delft Applied Ergonomics and Design); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Vink, P. (TU Delft Applied Ergonomics and Design); de Boon, J; Bazley, C","","2015","Studies on color preferences are dependent on the topic and the relationships with personal characteristics, particularly personality, but these are seldom studied in one population. Therefore a questionnaire was collected from 1095 Dutch people asking for color preferences about different topics and relating them to personal characteristics.
Color preferences regarding different topics show different patterns and significant differences were found between gender, age, education and personality such as being technical, being emotional or being a team player. Also different colors were mentioned when asked for colors that stimulate to be quiet, energetic, able to focus or creative. Probably, due to unconsciousness of contexts, many people had no color preference, a result that in the literature seldom is mentioned.
Blue was the overall favourite color, however most males chose for blue (25 %) while most females had no color preference (18 %). Black was the overall favourite color for clothing, mainly chosen by females (40%), while males primarily chose blue (27%). For building interiors subjects preferred white.
For moods, subjects preferred white for being quiet or being able to focus, red for being energetic and had no color preference for being creative.
It is concluded that color preferences are dependent upon the topic, and personal characteristics. The findings are important for architects, interior designers, fashion designers and product designers to have a basic idea of preferred colors for different objects by different types of people.","color preference; personal characteristics; personality; mood","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Applied Ergonomics and Design","","",""
"uuid:de9f0015-ee1b-45c6-96ff-6a823eb11027","http://resolver.tudelft.nl/uuid:de9f0015-ee1b-45c6-96ff-6a823eb11027","Pre-occupancy evaluation of patient satisfaction in hospitals","van der Zwart, J; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2015","Only when a building has been built it becomes clear if the building works as expected and if the objectives of the clients, customers, end users and other stakeholders are attained. If not, it is difficult and costly to adapt a building-in-use to fit with the needs and interests of the stakeholders. This paper explores how some of the pre-set goals and objectives can be assessed ex ante, in the design phase, before it is built. The paper focuses on six aspects that are perceived as most important to support patient satisfaction: view on nature, way-finding, daylight, visibility of patient areas from reception desks, privacy and communication between medical staff and patients, and noise reduction (Ulrich et al., 2008). An analysis of available assessment tools showed that research by drawing and the use of Space Syntax methods is an adequate means to visualize the strengths and weaknesses of floor plansin relation to spatial user-experience. This approach is illustrated by an assessment of a nursing ward of the Deventer hospital in the Netherlands. This building has been built in the period 2004-2008 and is recognized as a leading hospital regarding hospitality.","hospitals; patient satisfaction; design assessment; space syntax","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:93f2ad71-084a-41ad-8969-f2d540f4b97d","http://resolver.tudelft.nl/uuid:93f2ad71-084a-41ad-8969-f2d540f4b97d","The Added Value of FM: Updates from the RNG group","Jensen, P.A.; van der Voordt, D.J.M.","","2014","","Center for People and Buildings","en","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:bce8726e-8461-4c81-9aaa-adb80837198d","http://resolver.tudelft.nl/uuid:bce8726e-8461-4c81-9aaa-adb80837198d","Ruimtelijk faciliteren van kennis delen","van der Voordt, D.J.M.; Bentinck, S.A.","","2014","Hoe meet je het effect van de werkomgeving op de mate waarin kennis wordt gedeeld binnen een organisatie? Begin dit jaar verschenen twee proefschriften over de werkomgeving van kenniswerkers en de invloed hiervan op kennis delen. In de hedendaagse kenniseconomie is dat belangrijke informatie, ook voor facility en real estate managers","Center for People and Buildings","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Real Estate & Housing","","","",""
"uuid:e2830b32-75b5-47f6-8cef-bdcf84388d16","http://resolver.tudelft.nl/uuid:e2830b32-75b5-47f6-8cef-bdcf84388d16","Toelichting bij Transformatiemeter New: Version 17-3-2014","Geraedts, R.P.; van der Voordt, D.J.M.","","2014","","","nl","report","TU Delft","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Management in the Built Environment","","","",""
"uuid:d4703943-41e9-4c62-9e36-82e314a800fa","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d4703943-41e9-4c62-9e36-82e314a800fa","Integraal sturen op ontwerp, bouw en beheer van ziekenhuizen","van der Voordt, D.J.M.","","2014","Op 16 oktober promoveerde Johan van der Zwart op het onderwerp ‘Building for a better hospital: value-adding management & design of healthcare real estate’. Een dag later lieten vier gerenommeerde experts hun licht schijnen over ditzelfde onderwerp. Een impressie van de bevindingen.","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:fc3ef2be-6d3f-472a-aba6-9d830be53079","http://resolver.tudelft.nl/uuid:fc3ef2be-6d3f-472a-aba6-9d830be53079","The added value of facility management: A European perspective","van der Voordt, D.J.M.; Jensen, P.A.","","2014","","","en","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:d0dffe4f-bd99-4044-ab25-f4425d31120d","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d0dffe4f-bd99-4044-ab25-f4425d31120d","Adaptive reuse in Dutch care accommodation","de Jong, P.; Remøy, H.T.; van der Voordt, D.J.M.; van der Kuij, R.S.","","2014","Purpose – Identifying opportunities for adaptive reuse in a changing (increasing market driven) context for Dutch care accommodation. Design/methodology/approach – Combination of two student thesis, both based on case study and decision model development. Findings – Due to new courses in the Dutch care industry functions of care accommodation are shifting, which could result in additional vacancy, unless the buildings are adaptable for the new situation. It is expected that new programs will be defined for the new care accommodations. However, one of the first lessons of transformation is to seek functions close to the original. With focus on adaptive reuse the problematic accommodations can be dedicated to closely related functions. The decision should be supported by a LCC?based comparative assessment.","adaptive reuse; care accommodation; LCC","en","conference paper","European Real Estate Society","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Management in the Built Environment","","","",""
"uuid:f3d4e6ad-ccd0-49c8-9224-7f1275dcfa18","http://resolver.tudelft.nl/uuid:f3d4e6ad-ccd0-49c8-9224-7f1275dcfa18","Corporate real estate alignment strategies in Dutch higher education","Beckers, R.; van der Voordt, D.J.M.","","2014","Purpose – This paper aims to explore the management approaches concerned with the process of aligning Corporate Real Estate (CRE) with organizational goals on a strategic level and regarding day-to-day operating activities in higher education institutes. Methodology/approach – The paper first outlines theoretical issues of CRE alignment processes in general. It then presents the findings from 13 interviews with CRE managers who are responsible for the accommodation of Dutch Universities of Applied Sciences. Findings – The review of CRE theory shows three key CRE alignment process activities and six management approaches. The empirical study shows how these approaches can be used to distinct two opposite strategies for CRE alignment processes: a control-oriented strategy and an involvement-oriented strategy. Originality/value – The managerial decision-making regarding space issues and its effects on students and staff in higher education is an underexposed topic in CRE research. There is still limited understanding of how to optimally align school buildings to education. The current study combines insights from other disciplines such as ITalignment with insights from CREM theory. Furthermore it sheds light on several management approaches and on the use of these approaches for CRE alignment strategies in the field of higher education. The findings might be applicable in other sectors as well.","Corporate Real Estate Management; alignment; strategies; higher education; Center for People and Buildings","en","conference paper","European Real Estate Society","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:ac9b9264-5fff-4acf-b5fa-4f729040097c","http://resolver.tudelft.nl/uuid:ac9b9264-5fff-4acf-b5fa-4f729040097c","Tijdelijke herbestemming van leegstaand vastgoed","van der Voordt, D.J.M.; Remoy, H.T.","","2014","In Nederland staat ca. 15% van alle kantoorruimte leeg. Dit is exclusief de verborgen leegstand van plekken die binnen verhuurde kantoren leeg staan. Naast sloop wordt in toenemende mate gekozen voor herbestemming als oplossing voor het bestrijden van leegstand, tijdelijk of permanent. Een beschouwing over kansen en obstakels.","leegstand; kantoorruimte","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:ab414786-6612-49c3-a140-9729577aaacc","http://resolver.tudelft.nl/uuid:ab414786-6612-49c3-a140-9729577aaacc","Sturen op toegevoegde waarde van (zorg)huisvesting: Nog een lange weg te gaan","van der Voordt, D.J.M.","","2014","In de Barometer Maatschappelijk Vastgoed 2013 wordt veel aandacht besteed aan waarde van vastgoed, getuige hoofdstuktitels als “Waardefactoren sleutel voor eindwaarde”, “Innovatieprocessen in waardestroomketens” en “Stedelijke waardecreatie” en hoofdstukken over “opbrengsten”, “kostenreductie”, “energiebesparing”, “duurzaamheid”. “tevredenheid huurder”, “leefbaarheid” en “maatschappelijke effectiviteit”. Dit artikel werkt het begrip waarde verder uit en beschrijft uitkomsten uit onderzoek naar de toegevoegde waarde van (zorg)huisvesting.","huisvesting; zorghuisvesting","nl","book chapter","Hanze University of Applied Sciences, Kenniscentrum Noorderruimte","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:a57a0d91-98c5-462b-a973-9db0c2b6f3ad","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a57a0d91-98c5-462b-a973-9db0c2b6f3ad","The use of questionnaires in colour research in real-life settings: In search of validity and methodological pitfalls","Bakker, I.C. (TU Delft Applied Ergonomics and Design); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Vink, P. (TU Delft Applied Ergonomics and Design); de Boon, J","","2014","This research discusses the validity of applying questionnaires in colour research in real life settings.
In the literature the conclusions concerning the influences of colours on human performance and well-being are often conflicting. This can be caused by the artificial setting of the test process. Applying questionnaires could also be a cause. To avoid the disadvantages of an artificial setting, a colour research process was organized in a real life setting. In order to get a better understanding of the validity and possible pitfalls in using questionnaires, the responses to the questionnaires were analysed. During colour research looking for the colour influences on perceived productivity, social cohesion and well-being during meetings, responses to questionnaires were compared with findings from observations of behaviour and additional interviews with the respondents. Discrepancies were found indicating weaknesses of applying questionnaires in colour research. The findings suggest that questionnaires alone are not a fully appropriate tool to establish the colour influences. Triangulation by observations, additional interviews and sampling techniques can improve the validity of measuring the influence of different colours.","questionnaires; observations; methodology; social psychology; colour influences","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Applied Ergonomics and Design","","",""
"uuid:8e210b85-5047-4d4e-a261-d8902b13bcc7","http://resolver.tudelft.nl/uuid:8e210b85-5047-4d4e-a261-d8902b13bcc7","Managing the workplace in a globalized world: The role of national culture in workplace management","Plijter, EB; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Rocco, Roberto (TU Delft Spatial Planning and Strategy)","","2014","Purpose: to provide a better insight into the role of national cultures on the management and design of workplaces of multinationals in different countries.
Design/methodology/approach: This explorative study is based on an extensive literature review of dimensions of national culture in connection to corporate real estate management, interviews with ten representatives of multinationals on corporate real estate strategies and workplace characteristics, and a multiple case study of two multinational firms with site visits and observations at offices in the Netherlands, Germany and Great Britain.
Findings: Whereas all interviewed companies had their real estate portfolio to some extent aligned to the local national culture, none had a strict central policy about this issue. Differences in workplace characteristics were mainly caused by the involvement of local people in workplace design. Using Hofstede’s cultural dimensions the case studies showed relationships between masculinity of a culture and the expression of status and between uncertainty avoidance and openness to innovation; however, no relationships were found related to differences in power distance and short/long term orientation.
Research limitations: The case studies were conducted in three EU countries. Due to practical reasons, most interviewees were Dutch. Additional empirical research including more different national cultures is needed to advance more unequivocal conclusions and to develop a clear set of guidelines for decision-making.
Practical implications: The findings stress the importance of finding a balance between aligning facilities to business purposes and meeting the needs of different (groups of) employees in multinational environments.
Originality/value: Although much has been written about national culture, not much research is available yet in connection to facilities management and corporate real estate management.","national culture; corporate culture; facilities; corporate real estate management; workplace characteristics; decision-making","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:48305aea-75d8-4285-aa5d-0056fe5305d0","http://resolver.tudelft.nl/uuid:48305aea-75d8-4285-aa5d-0056fe5305d0","Adaptive reuse of office buildings into housing: Opportunities and risks","Remøy, H.T. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2014","Conversion into housing is a way of adapting and reusing vacant office buildings. Former research has shown possibilities for this type of conversion, and has delivered instruments for determining the conversion potential of vacant offices. While adaptation and renovation of outdated offices can prove to be a successful real estate strategy, conversions into housing still take place only on a small scale. There are several reasons for this, like uncertainty about financial feasibility, and little knowledge about the opportunities and risks of building conversions. This paper reveals drivers for office-to-housing conversions and conversion opportunities and risks, based on a review of international literature and a cross-case study of 15 buildings in the Netherlands which were converted from offices to housing. The findings show that various legal, financial, technical, functional and architectonic issues define the opportunities and risks of building conversions. These insights can be used to support decision making on how to deal with vacant office buildings.","adaptation; conversion; drivers; opportunities and risks; cross-case study","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:7785fd17-bdc3-4441-af3f-b3b8f3a59729","http://resolver.tudelft.nl/uuid:7785fd17-bdc3-4441-af3f-b3b8f3a59729","Measuring the added value of workplace change. Comparison between Theory and Practice","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Riratanaphong, C. (TU Delft Real Estate Management)","","2014","Purpose: Worldwide organisations have introduced more flexibility in place, time and ways of working. In order to be able to define the added value of workplace change, a clear performance measurement system is needed to measure organisational performance in connection to real estate before and after the change. This paper compares various performance measurement systems from the literature with current performance management in practice in search of opportunities for improvement and prioritization.
Methodology: In addition to a review of literature, three case studies were conducted, two in Thailand and one in the Netherlands. Special attention is paid to appraisal of change by the end users i.e. employee satisfaction and perceived productivity support .
Findings: Many performance criteria and KPIs from literature are used in practice. However, apart from the Balanced Scorecard no other performance measurement system from literature is literally applied. Regarding most issues, none of the organisations conducted a sound comparison of the impact of their real estate on organisational performance before and after the change. In one case only both ex ante and ex post data were collected about the appraisal of change by the end users. Employees’ appraisals showed to be linked to the location of the building, the office concept, the experience value of the exterior and interior design, and technical equipment.
Practical implications: The proposed performance measures can be used as a reference frame for value adding management of facilities. Based on the findings a step-by-step procedure has been developed to facilitate the selection of prioritized key performance indicators.
Research limitations: The number of cases is limited. Additional case studies in depth are needed to get a wider picture of practice. Besides, still much work has to be done to operationalize all performance criteria.
Originality/value: This research connects the worlds of performance measurement and added value of workplace change in two different contexts.","Workplace change; performance measurement; adding value management; stakeholders","en","conference paper","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:a14a715c-8fce-4661-899d-3af8716aa0c3","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a14a715c-8fce-4661-899d-3af8716aa0c3","Priorities in Accommodating office user preferences: Impact on office users decision to stay or go","Remøy, H.T. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2014","Purpose When current accommodation is unsatisfactory, office organisations consider relocating to new accommodation that optimally facilitates their main processes and supports image and financial yield. However, due to high vacancy levels, public opinion and governmental awareness oppose new office construction. Reusing existing buildings could be the egg of Columbus. This paper aims at answering the questions: Which property characteristics are important push and pull factors for relocation? What does this mean for the decision: stay or go?
Design/methodology/approach A literature review of factors determining organisations’ accommodation choices was conducted. Interviews were held with large-scale office organisations and creative organisations, discussing relocation drivers. Henceforth, a survey was held among creative organisations, collecting data about property characteristics important for their preferences. Finally, office user preferences were compared with characteristics of structurally vacant buildings.
Findings Traditional push factors like car accessibility, extension need, and location and building image remain important. Nowadays sustainability issues like reducing energy consumption and better public transportation accessibility are highly prioritised pull factors as well. Regarding the creative industries, bike- and public transportation accessibility, multi-tenancy, and ICT and meeting facilities are most important.
Practical implications Knowing office users’ preferences is important to attract and retain stable tenants. If office space supply is highly aligned to end-users demands and easily adaptable to changing needs, probably more organisations will decide to stay instead of go, leaving behind empty offices.
Originality value This study combines data about push and pull factors with relocation decision-making, innovatively focussing on the creative industries. The data can be used to explore opportunities and risks of adaptive re-use of the existing building stock.","offices; vacancy; user preferences; push-, pull- and keep- factors; creative industries","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:6a804e98-7e3a-4826-8be2-b80b9d140054","http://resolver.tudelft.nl/uuid:6a804e98-7e3a-4826-8be2-b80b9d140054","Reflecting on future research concerning the added value of FM","Jensen, PA; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Coenen, C; Sarasoja, AL","","2014","Purpose: To summarize recent research findings and reflections on The Added Value of Facilities Management and to outline perspectives for future research and development of the added value of FM.
Methodology - The article is based on reflections on contributions to the recently published book “The Added Value of Facilities Management” and related future studies as well as further exploration of five main themes.
Findings - Added value is expected to be central in the future development of FM, which is confirmed by recent foresight studies. There is a need for a better understanding of alignment between FM and core business, performance measurement methods and how models such as the FM Value Map can be of value to the involved stakeholders. CSR, Sustainability and Branding have great potential to add value and to elevate FM to become a strategic partner with corporate top management. Management of stakeholders’ perception of value and relationships are essential aspects as well and need further attention.
Research limitations - The article is based on the conclusions of several studies that aimed to explore items for further research, on the ideas of all co-authors of “The Added Value of Facilities Management” anthology and on further exploration of five main themes, and not on an extensive review of recommendations for further research to be found in a huge number of research reports.
Practical implications - The findings and ideas for further research on the added value of FM deliver input to further professionalization of FM.
Originality/value - This paper provides important input to the future research agenda on the added value of FM and sheds new light on five particular research topics.","Facilities management; Value added; Stakeholders; Strategic management; Sustainable development; Future research","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:aefb79bc-e6ec-4982-aea0-6cfca84a2d28","http://resolver.tudelft.nl/uuid:aefb79bc-e6ec-4982-aea0-6cfca84a2d28","Adding value by FM: exploration of management practice in the Netherlands and Denmark","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Jensen, PA","","2014","The last decade shows a growing attention into the concept of added value of Facilities Management and Corporate Real Estate Management and how to attain and measure added value. A variety of different types of added value came to the fore such as user value, customer value, financial value, environmental value and relationship value. Furthermore a huge variety of different definitions can be found in publications from different authors, partly depending on their disciplinary background and partly because some authors do not build on former research. In discussions with researchers and practitioners, the concept of added value is definitely recognized. However, people have many different topics in mind. In a workshop at EFMC 2013 all attendants used different terms and mentioned only a few concrete measures how to add value, mostly in rather abstract terms. Further research is needed to harmonize the concept of added value i.e. definitions, dimensions and types, and to be able to operationalize this concept into practical guidelines for implementation and measurement by Key Performance Indicators. This paper relates theoretical reflections on the added value of FM to the findings of ten interviews with practitioners from the Netherlands and Denmark. It aims to explore how practitioners cope with terms and definitions, which concrete FM measures are applied to add value, what value, and if/how managers measure whether the aimed added values have been attained. The paper ends with some reflections and suggestions for follow-up research, both from a theoretical and practical perspective.","Facilities Management; Corporate Real Estate Management; Added Value; Performance; Value Adding Management","en","conference paper","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:e53bc84e-9bd9-4e34-8be5-514384e9ec42","http://resolver.tudelft.nl/uuid:e53bc84e-9bd9-4e34-8be5-514384e9ec42","Pleasure, arousal, dominance: Mehrabian and Russell revisited","Bakker, I.C. (TU Delft Applied Ergonomics and Design); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); de Boon, J; Vink, P. (TU Delft Applied Ergonomics and Design)","","2014","This paper presents a discursive review of the dimensions pleasure, arousal and dominance that Mehrabian and Russell developed in 1974 to assess environmental perception, experience, and psychological responses. Since then numerous researchers applied these dimensions to assess the experience of the physical environment and its perceived qualities. Although the dimensions appeared to be useful, there is a long-lasting debate going on among environmental psychologists about the interpretation of pleasure, arousal and dominance and its underlying mechanisms. Due to the lack of clarity researchers use different adjectives to describe environmental experiences, which makes any comparison between research findings difficult.
This paper shows that the three dimensions can be linked to the current ABC Model of Attitudes: pleasure, arousal and dominance can be respectively related to affective, cognitive and conative responses , i.e. Affect, Cognition and Behaviour (ABC). In addition, connecting the three dimensions to the triad feeling, thinking and acting, can also help to improve our understanding, interpretation and measurement of pleasure, arousal and dominance. Based on this review, it is proposed to re-introduce the three dimensions and to replace the nowadays often used two dimensional model with pleasure and arousal by a three dimensional model, including dominance as a third dimension, to represent the complete range of human responses.","pleasure; arousal; dominance; ABC psychology; tripartite view of feeling; thinking; acting; experience","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Applied Ergonomics and Design","","",""
"uuid:c3ef289a-bd30-4550-9ae6-b67b2e498a83","http://resolver.tudelft.nl/uuid:c3ef289a-bd30-4550-9ae6-b67b2e498a83","Adaptability: How to accommodate changing user preferences","Remoy, H.T.; van der Voordt, D.J.M.","","2013","Purpose: When current accommodation is unsatisfactorily, office organisations consider relocating to new accommodation that optimally facilitate their main processes, supporting image and financial yield. However, due to high vacancy levels, public opinion and governmental awareness oppose new office construction. Reusing existing buildings could be the egg of Columbus. This paper aims at answering the questions: Which property characteristics are important push and pull factors for relocation? What does this mean for the decision: stay or go? Design/methodology/approach: Besides a literature review of factors determining organisations’ accommodation choices, interviews were held with large-scale office organisations and creative organisations, discussing relocation drivers. Henceforth, a survey was held among creative organisations, collecting data about property characteristics important for their preferences. Findings: Traditional push factors like car accessibility, extension need, and poor location and building image remain important. Sustainability issues like reducing energy consumption and better public transportation accessibility are highly prioritised pull factors. Regarding the creative industries, bike- and public transportation accessibility, multi-tenancy, and ICT and meeting facilities are most important. Practical implications: Knowing office users’ preferences is important to attract and retain stable tenants. If office space supply is highly aligned to end-users demands and easily adaptable to changing needs, probably more organisations will decide to stay instead of go, leaving behind empty offices. Originality value: This study combines data about push and pull factors with relocation decision-making, innovatively focussing on the creative industries. The data can be used to explore opportunities and risks of adaptive re-use of the existing building stock.","offices; vacancy; user preferences; creative industries","en","conference paper","European Real Estate Society","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Real Estate Management","","","",""
"uuid:5e7237e5-428f-41aa-ad44-22cae25f2671","http://resolver.tudelft.nl/uuid:5e7237e5-428f-41aa-ad44-22cae25f2671","Het Nieuwe Werken vanuit het perspectief van de eindgebruiker","van der Voordt, D.J.M.; d'Ancona, M.","","2013","Het Nieuwe Werken is al sinds begin jaren negent ig in opkomst en raakt steeds meer ingeburgerd, zowel bij private als bij publieke organisaties. Dit artikel gaat in op de belangrijkste kenmerken en drijfveren, ervaringen van gebruikers, vereiste gebouweigenschappen en instrumenten ter ondersteuning van de besluitvorming.","","nl","journal article","","","","","","","","","","Real Estate & Housing","","","",""
"uuid:16891677-e7f8-4ed8-8c53-5f8d37b1452d","http://resolver.tudelft.nl/uuid:16891677-e7f8-4ed8-8c53-5f8d37b1452d","Facilitating new ways of learning in Dutch higher education","Beckers, R.; van der Voordt, D.J.M.","","2013","Literature shows that ‘new ways of learning’ cause a shift in learning settings with a growing attention to facilitating autonomy, interaction and knowledge exploration anytime, anywhere. These trends show evident similarities with developments in office environments known for as ‘new ways of working’. The purpose of this paper is to explore how facility managers in Dutch higher education perceive developments in learning and teaching in order to keep the learning facilities aligned to the changing demands of modern education. The study first describes the similarities between existing theory of new ways of working in offices and new ways of learning in educational environments, resulting in a conceptual framework that links learning space to new ways of learning. The framework is empirically explored based on interviews with facility managers in 14 Dutch Institutes for Higher Education. The findings show that new ways of learning requires an integral approach that considers new ways of education, the new student, digitisation of learning and teaching and new learning space. The study presents ten points of attention to pro-actively cope with new ways of learning in higher education institutes. The results of the research contribute to a better understanding of the alignment of learning space to the evolving needs that come from new ways of learning supported by advanced information and communication technology (ICT) and can be used by facility managers and corporate real estate managers to support strategic decision-making.","space management; learning spaces; new ways of learning; higher education","en","conference paper","European Facility Management Network","","","","","","","","Architecture","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:2b5f2a44-fac5-43ab-944e-4b865a98001c","http://resolver.tudelft.nl/uuid:2b5f2a44-fac5-43ab-944e-4b865a98001c","Value adding management of hospital real estate: Balancing between different stakeholders’ perspectives","van der Zwart, J.; van der Voordt, D.J.M.","","2013","In addition to cost effectiveness, possible contributions of real estate to organisational performance are incorporated in strategic corporate real estate management nowadays more and more. This paper explores the concept of adding value by real estate and how this concept is being applied in design and management of hospital accommodations. Added value of real estate is a multi-dimensional concept with multiple stakeholders being involved. Stimulating innovation, improving satisfaction of patients and staff, and supporting (change of) culture are ranked high in interviews with CEOs, corporate real estate managers and project leaders of hospitals. Real estate interventions are also directed to support labour productivity, flexibility and cost reduction. Remarkably, risk management and opportunities to use real estate financial value to finance organisational processes are much less recognised as important added values of hospital real estate. Priorities turn out to be different in the initiation phase versus buildings-in-use.","","en","journal article","HealthManagement.org","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:ec95e615-d8b8-4d1a-81ed-bec769d1e1b3","http://resolver.tudelft.nl/uuid:ec95e615-d8b8-4d1a-81ed-bec769d1e1b3","Universitair vastgoed als sturingsmiddel in onderwijs en onderzoek","Bakker, I.; van der Voordt, D.J.M.","","2013","Sinds 2010 is Karel Luyben rector magnificus van de Technische Universiteit Delft. Deze universiteit staat nationaal en internationaal hoog aangeschreven en heeft grote ambities voor zowel onderwijs als onderzoek. De Delftse campus biedt ruimte aan zo’n 18.000 studenten en 4.500 medewerkers. Zijn er specifieke kenmerken van een campus aan te wijzen die ervoor zorgen dat studenten en medewerkers er kunnen excelleren? In 2011 publiceerde Alexandra den Heijer haar promotieonderzoek ‘Managing the University Campus’. We vroegen de rector magnificus naar zijn persoonlijke visie op wat een campus tot een goede campus maakt. Naast een enthousiaste manager en wetenschapper blijkt Luyben ook buitengewoon ‘kunst’minnend en mengt hij zich graag binnen alle gelederen en lagen van de TU Delft-gemeenschap. Centraal in zijn visie staat strategisch sturen op verbindingen binnen de campus, met de stad Delft en met andere kenniscentra, nationaal en internationaal.","","nl","journal article","","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:2c2a2eaa-9d73-4ffa-9e75-78e487ae6455","http://resolver.tudelft.nl/uuid:2c2a2eaa-9d73-4ffa-9e75-78e487ae6455","How Can Facilities Management Add Value To Organisations As Well As To Society?","Jensen, P.A.; Sarasoja, A.L.; van der Voordt, D.J.M.; Coenen, C.","","2013","The purpose of this paper is to present lessons learnt from a 3 year collaborative research project on the added value of Facilities Management (FM) involving institutions in five European countries. The starting point was the so-called FM Value Map developed earlier by the leader of the research group. The project applied three basic theoretical perspectives: FM, Corporate Real Estate Management (CREM) and Business to Business (B2B) marketing and started with a major literature review on added value based on each of these perspectives. The collaboration included a series of workshops and preparation of research papers covering theoretical, methodological and empirical aspects. The results were published as an anthology in May 2012. The three basic perspectives of FM, CREM and B2B marketing provide both overlapping and complementary focus areas in relation to adding value. Four conceptual models are presented and compared. They include parameters and strategies for how FM can add value with many similarities and a trend towards convergence. Stakeholder relationships and relationship management are seen as crucial in adding value, which for instance is expressed in the concepts FM Value Network and Value Adding Management. Besides adding value for the core business of organisations it is becoming increasingly important for FM to add value for society, for instance in terms of sustainability and corporate social responsibility. The advancement in knowledge and understanding presented in the paper offers a new state of the art, which can give inspiration and guidance for cutting edge FM organisations and professionals as well as for advanced teaching and future research.","Facilities Management; Corporate Real Estate Management; B2B Marketing; Added Value; State of the Art","en","conference paper","International Council for Building (CIB)","","","","","","","","Architecture","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:b96417e2-f97e-4ea3-b4d3-985868a5f01d","http://resolver.tudelft.nl/uuid:b96417e2-f97e-4ea3-b4d3-985868a5f01d","Afval, transport en logistiek in de bouw moeten duurzamer","Karabulut, B.; van Doorn, A.J.; van der Voordt, D.J.M.","","2013","BREEAM-NL wordt veel gebruikt om duurzame gebouwen te realiseren en te certificeren. Voor aannemers is afval scheiden op de bouwplaats vrij lastig. De eisen voor transport & logistiek zijn vooral gericht op registraties en niet op verduurzaming hiervan. Toepassing van Smart Building Logistics (SBL) zorgt voor betere afvalscheiding en minder transport en CO2-uitstoot van, naar en op de bouwplaats. Dit bevordert de verduurzaming van het uitvoeringsproces. Op basis van projectanalyses waarin BREEAM-NL of SBL is toegepast wordt aanbevolen om de inzichten uit SBL in BREEAM-NL te integreren.","","nl","journal article","CEO Media","","","","","","","","","Real Estate & Housing","","","",""
"uuid:0fa95c24-12de-4897-b292-ebccbfb766aa","http://resolver.tudelft.nl/uuid:0fa95c24-12de-4897-b292-ebccbfb766aa","Beter voorkomen dan genezen: Wijzigingen in een PvE","van der Voordt, D.J.M.","","2013","Tijdens de planontwikkeling voor nieuwbouw of verbouw in de zorg, vinden vaak nog allerlei veranderingen plaats in het programma van eisen. Gevolg: tijdverlies, extra kosten en frustratie bij de betrokkenen. Zijn wijzigingen te voorkomen? Kunnen we de nadelige effecten reduceren? Een verkenning van soorten wijzigingen, oorzaken, gevolgen en mogelijke oplossingen.","","nl","journal article","Vakmedianet","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:b2ecfaee-fa26-4543-9e9d-cd2093e92387","http://resolver.tudelft.nl/uuid:b2ecfaee-fa26-4543-9e9d-cd2093e92387","Red or blue meeting rooms: does it matter? The impact of colour on perceived productivity, social cohesion and wellbeing","Bakker, I.C. (TU Delft Applied Ergonomics and Design); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); de Boon, J; Vink, P. (TU Delft Applied Ergonomics and Design)","","2013","The purpose of this research is to establish the influences of the colours red and blue on perceived well being, social cohesion and productivity in complex real life work conditions during regular meetings.
Methodology: Seven regular government teams held seven regular meetings in a red, blue and reference meeting room. In literature it is often mentioned that red is a warm and blue a cool colour. To be able to test the warmth and coldness effects we have amplified the warm and cold qualities with light colour and colour of the table top desk. We asked employees to complete questionnaires concerning perceived well being, social cohesion and productivity. Fifty two subjects completed three questionnaires, at the start, the end and two or three days after the meeting. Data were analysed with SPSS 16.
Our findings didn’t show any effects of the red and blue environment on perceived well being, social cohesion and productivity. We assume the processes in real life work situations are too complex to measure influences. Practical implications are that statements frequently mentioned in literature concerning influences of red and blue might be not valid in real life meeting settings. New ways of testing the impact of colours should be reconsidered. Because lab situations are too simplified and artificial, we suggest testing influences of colour in an isolated setting in relation to art.
The originality of this research concerns testing colour influences in complex real life work settings like meetings.","meeting rooms; colour influences; red and blue; perceived productivity","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Applied Ergonomics and Design","","",""
"uuid:d7e88b6c-d95d-49a3-ba8f-8d98015717ba","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d7e88b6c-d95d-49a3-ba8f-8d98015717ba","Corporate real estate mirrors brand: a conceptual framework and practical applications","Khanna, C. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Koppels, P.W. (TU Delft Management in the Built Environment)","","2013","Purpose – The purpose of this paper is to show how international companies (can) use real estate as a means to reinforce corporate identity and to express brand values in order to evoke a positive image in today’s competitive world.
Design/methodology/approach – The paper relies on a review of literature, seven case studies including analysis of company documents and in depth interviews with marketing experts and real estate advisors, and a cross-case analysis showing the translation of brand core values in real estate strategies of these multinationals.
Findings – The findings show that brand values are incorporated in the location strategy, building strategy, workplace strategy and at portfolio management level by all companies, but in different ways and with different focus points. Most common used brand values are “Green” values i.e. sustainability, reliability, transparency, innovation and people oriented. Branding policies take into account both internal stakeholders such as the end users, and external stakeholders such as customers and investors.
Research limitations/implications – The number of interviews is rather limited. Reliability of the findings was enforced by triangulation through connecting the interview findings to literature and strategic documents. Additional empirical research is needed to further explore which strategic choices can be made and in particular what is the actual impact on corporate image and organisational performance.
Practical implications –The different ways to translate corporate brand values in real estate and the conceptual framework that has been developed to describe the step by step approach - from defining a vision to translating the corporate culture and identity into a well-considered real estate strategy - can be used by policy makers and real estate managers in real estate decision-making on strategic, tactical and operational level.
Originality – The paper links findings from Corporate Real Estate Management with insights from marketing theory and adding value by real estate.","Corporate Identity; Corporate Image; Branding; Real Estate; Strategy; CREM; Headquarters","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","Management in the Built Environment","Real Estate Management","","",""
"uuid:24e11045-a07c-4949-b761-3cac535977da","http://resolver.tudelft.nl/uuid:24e11045-a07c-4949-b761-3cac535977da","Het creëren van een healing environment: Sturen op een gastvrij zorggebouw","Prevosth, J.M. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Doets, M","Kooyman, W (editor)","2013","Sturen op gastvrijheid staat in veel zorginstellingen hoog op de beleidsagenda. Het creëren van een Healing Environment krijgt eveneens veel aandacht. De twee begrippen worden vaak los van elkaar toegepast. Dit artikel laat zien dat toepassing van principes uit de Healing Environment literatuur bijdraagt aan een positieve gastvrijheidsbeleving.","","nl","book chapter","Weka","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:6b0fb00c-c287-4517-934f-32d263603f0d","http://resolver.tudelft.nl/uuid:6b0fb00c-c287-4517-934f-32d263603f0d","Spatial support of knowledge production in higher education: Research paper","van Sprang, H; Groen, BH; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2013","This paper explores the impact of the physical and social dimensions of the work environment on satisfaction and perceived productivity of knowledge workers in Dutch universities of applied sciences. The approach took the form of a literature review, multiple case study of six research centres using interviews and logbook analysis, and web-based survey (N = 188). Optimally facilitating knowledge production requires both space for concentration (to support internalisation of knowledge) and space for interaction (to support externalisation of knowledge). None of the work environments involved in the study adequately supported all the phases of knowledge development adequately. Cellular offices with personal desks are preferred for solo work and,
whereas new workplace designs with a focus on the office as a meeting place support interaction and collaboration. Spatial layout and interaction have a stronger impact than comfort and absence of distraction. The spatial layout should support both in-depth concentration and communication, fit the internalisation/externalisation ratio of activities, and accommodate the proximity essential for collaborative knowledge development. Being able to choose is the key to success. In terms of research limitations, knowledge workers’ productivity was measured by self-assessment, but only a limited number of diaries were collected. The lessons learned can be used as inputs to decisionmaking processes regarding the design, implementation and management of working environments in higher education settings. Few studies have been conducted concerning the spatial preferences and needs of knowledge workers in universities of applied sciences. The results show that the physical dimension (comfort and layout) is more important for collective productivity, whereas individual productivity is more strongly influenced by the social dimension (interaction and distraction).","knowledge work; work environment; higher education; satisfaction; perceived productivity","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:a89c3f7a-8899-4bae-be9e-182a2317ed97","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a89c3f7a-8899-4bae-be9e-182a2317ed97","Eficiência Energética no parquet habitational holandês | Energy efficiency of the Dutch housing stock","Visscher, H.J. (TU Delft OLD Housing Quality and Process Innovation); Stutvoet, E.N.M.; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","Barbosa Villa, S (editor); Walbe Ornstein, S (editor)","2013","","","mul","book chapter","Editora Oficina de Textos","","","","","","","","","","OLD Housing Quality and Process Innovation","","",""
"uuid:44800ffe-82f3-47a4-8879-1f0676c9bc56","http://resolver.tudelft.nl/uuid:44800ffe-82f3-47a4-8879-1f0676c9bc56","Op naar een vraaggestuurde kantorenmarkt: Inzicht in gebruikerswensen kantoren","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van Vlimmeren, C; Mezger, A","","2013","Rapportage fase 1: thema Werkplekconcepten, flexibiliteit en voorzieningen","","nl","report","CoreNet Global Benelux en beroepsvereniging Facility Management Nederland","","","","","Werkdocument","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:34c7b116-8dae-4f92-8e84-1d53dd6ed9db","http://resolver.tudelft.nl/uuid:34c7b116-8dae-4f92-8e84-1d53dd6ed9db","Leegstandsmanagement van publiek vastgoed: Pilotstudie - werkdocument: Beknopte samenvatting, conclusies en aanbevelingen","de Jonge, H. (TU Delft Real Estate Management); Remøy, H.T. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Zijlstra, H. (TU Delft Heritage & Design); Borst, S; Rieuwerts, S; Koppels, P.W. (TU Delft Management in the Built Environment)","","2013","Rapport in opdracht van Atelier Rijksbouwmeester.","","nl","report","Faculteit Bouwkunde TU Delft, Afdeling Real Estate and Housing/Onderzoeksgroep Real Estate Management","","","","","","","","","Management in the Built Environment","Real Estate Management","","",""
"uuid:2702eaa2-cede-478f-93e9-7e99b4874e63","http://resolver.tudelft.nl/uuid:2702eaa2-cede-478f-93e9-7e99b4874e63","Gastvrijheid in het Albert Schweitzer ziekenhuis","Doets, M.; van der Voordt, D.J.M.; Bos, P.; Willemse, M.","","2012","Het ASz bestaat uit ziekenhuizen in Sliedrecht, Zwijndrecht en Dordrecht. Bij het ASz mogen de patiënten de juiste zorg op het juiste moment en de juiste plaats met de juiste middelen door de juiste persoon met het juiste resultaat verwachten. Maar wat is juist? Als het gaat om (medisch inhoudelijke) kwaliteitseisen en normen, dan vertrouwen patiënten erop dat het ASz daaraan voldoet. Deze aspecten zijn door de patiënt echter moeilijk inhoudelijk te beoordelen. Het verblijf en de bejegening, de gastvrijheidsaspecten, zijn door de patiënt wel te beoordelen. De vraag wat de patiënt op gastvrijheidsniveau verwacht tijdens het verblijf in het ziekenhuis is aanleiding geweest voor nader onderzoek door Momoko Visions Trends Concepts, TU Delft, de Hogeschool Rotterdam en de Haagse Hogeschool.","","nl","journal article","","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:371cc8ed-e447-4a83-b9d9-c8d7f6675ae9","http://resolver.tudelft.nl/uuid:371cc8ed-e447-4a83-b9d9-c8d7f6675ae9","Kantoren binnenste buiten gekeerd","Arkenbout, R.; Remoy, H.T.; van der Voordt, D.J.M.","","2012","Ontwikkelingen in communicatiemedia maken het mogelijk om werkprocessen tijd- en plaatsonafhankelijk te faciliteren. Traditionele hiërarchische organisaties maken plaats voor dynamische organisaties met meer zelfsturing. Hiermee verandert ook de rol van het kantoorgebouw als facilitator van werkprocessen. Het Nieuwe Werken leidt tot een netwerk van werkplekken, binnen en buiten het kantoor. Dit artikel bespreekt de huisvestingswensen van de creatieve industrie, waarin veel kleine organisaties opereren als een netwerkorganisatie.","","nl","journal article","","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:05eecc27-a605-4389-85a9-e3ff9687b09b","http://resolver.tudelft.nl/uuid:05eecc27-a605-4389-85a9-e3ff9687b09b","Background and introduction","Jensen, P.A.; van der Voordt, D.J.M.; Coenen, C.","","2012","","","en","book chapter","Polyteknisk Forlag","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:80cb5edc-556e-4e4d-bb45-6e0298b65b09","http://resolver.tudelft.nl/uuid:80cb5edc-556e-4e4d-bb45-6e0298b65b09","Toegevoegde waarde van FM: Welke waarde en voor wie?","van der Voordt, D.J.M.","","2012","Goede facilitaire voorzieningen zijn onmisbaar voor een efficiënte en effectieve bedrijfsvoering. Toch wordt FM door sommige bestuurders nog steeds als een kostenpost beschouwd die zo laag mogelijk moet worden gehouden. Om ervoor te zorgen dat de toegevoegde waarde van FM zwaarder meeweegt in bestuurlijke beslissingen, moeten de baten van FM duidelijker in kaart worden gebracht. Dit artikel bespreekt de bevindingen uit enkele recente onderzoeken.","","nl","journal article","","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:2a05b03b-963d-4ec1-9f1a-32b9d44d1900","http://resolver.tudelft.nl/uuid:2a05b03b-963d-4ec1-9f1a-32b9d44d1900","Een duurzaam Programma van Eisen","van Doorn, A.J.; van der Voordt, D.J.M.","","2012","Als de ambitie en doelstellingen voor het duurzame ontwerpproject helder zijn, is de volgende stap om deze te vertalen naar het Programma van Eisen (PvE). Hierin legt de opdrachtgever al zijn eisen, wensen en randvoorwaarden vast voor het project. Het PvE is een van de belangrijkste middelen die de opdrachtgever tot zijn beschikking heeft om te sturen op het beoogde eindresultaat (Voordt & Wegen, 2009). Het schrijven van een PvE dwingt de opdrachtgever om goed na te denken over wat hij of zij precies wil, waarom, en welke middelen hiervoor nodig zijn. Het maakt zichtbaar of de ambities en randvoorwaarden zoals tijd, geld en regelgeving bij elkaar passen. Tijdens het ontwerpproces dient het PvE als toetssteen van de kwaliteit en kosten van het ontwerp. Het PvE is daarmee een belangrijk communicatiemiddel tussen de opdrachtgever en alle andere partijen. Het kan ook worden gebruikt als contractdocument. Het lijkt dus logisch dat het PvE bij duurzame ontwerpprojecten een centrale rol krijgt. In de praktijk blijkt dat er nog grote verschillen zijn in de manier waarop de duurzame ambities in het PvE worden verwoord (Rogaar, 2011). Aan de ene kant laat dit overzicht (p51) zien dat men nog zoekende is naar een manier om de duurzame ontwerpopgave te vertalen in het Programma van Eisen. De relatie tussen de ambities en toetsbare eisen in het programma is onduidelijk, de duurzame eisen zijn zonder eenduidige systematiek in het programma terechtgekomen, of er is zelfs helemaal geen programma opgesteld. Aan de andere kant geeft dit overzicht de veelzijdigheid van het duurzaamheidsbegrip weer. Het is mogelijk om voor ieder project een op maat gesneden duurzame aanpak te bedenken. Zowel de plek van duurzaamheid in het Programma van Eisen als de manier waarop de duurzame ambitie zich in het programma kan ontwikkelen, passeren de revue.","","nl","book chapter","Boom","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:35b99ec8-9afc-4768-a5dd-2e85130fbaba","http://resolver.tudelft.nl/uuid:35b99ec8-9afc-4768-a5dd-2e85130fbaba","Adding Value by FM and CREM in Dutch hospitals","van der Voordt, D.J.M.; Prevosth, J.; van der Zwart, J.","","2012","Purpose: To explore if and how Dutch hospital managers steer on adding value by well-considered Facility Management (FM) and Corporate Real Estate Management (CREM), which values are leading, and how adding value is being translated into concrete interventions. Methodology: In addition to a review of literature, eighteen interviews have been conducted with facility managers, CEO and project managers of Dutch hospitals. Questions include: What are the main issues in your mission statement? How are these issues connected to FM and CREM? Which values are most important? Which FM and CREM measures are taken in order to attain your organisational objectives? Findings: The research resulted in a list of eleven possible added values. Hospitals showed to prioritize different values, depending on their overall mission and vision, its position in the real estate life cycle, and the local context. Regarding FM, satisfaction, productivity, and cost reduction were most frequently included in the top 3 of most important values, whereas with regard to real estate, stimulating innovation, improving satisfaction of customers and employees, and supporting (change of) culture ranked highest. Practical implications: The responses from directors and FM and CREM managers from different hospitals may be used as an inspiring reference frame for integrated and well-balanced decision making, based on awareness of different ways how to add value by FM and CREM. Research limitations: A number of 18 interviews of 1–1.5 hours with additional information from websites and annual reports is a good start, but additional information is needed to get a more complete picture and to measure actual effects of FM and CREM in connection to organisational objectives and expected effects of FM and real estate interventions. Originality/value: Research into adding value by FM and CREM in the health care sector is quite new and shows to be promising for a further exploration of adding value management.","FM; CREM; added value; priorities; hospitals","en","book chapter","Polyteknisk Forlag","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:932721c3-3a5a-4a14-ad74-77d51fa92841","http://resolver.tudelft.nl/uuid:932721c3-3a5a-4a14-ad74-77d51fa92841","Samen en solo: Ruimtelijk faciliteren van productiviteit van kenniscentra in hogescholen","van Sprang, H.; Groen, B.; van der Voordt, D.J.M.","","2012","","","nl","journal article","","","","","","","","","","Real Estate & Housing","","","",""
"uuid:f4f4ffc7-2bb3-4a51-822b-dabd22ab9a81","http://resolver.tudelft.nl/uuid:f4f4ffc7-2bb3-4a51-822b-dabd22ab9a81","Blijven of verhuizen? Minder leegstand door binding van de gebruiker","van der Voordt, D.J.M.; Remoy, H.T.; Hendrikx, T.","","2012","Waarom besluit een deel van de gebruikers bij een discrepantie tussen vraag en aanbod tot ingrijpende renovatie en verhuizen andere gebruikers naar een bestaand of nieuw gebouw? Deze vraag is al decennia lang onderwerp van onderzoek, maar met de hoge leegstand van nu extra actueel. Dit artikel bespreekt de belangrijkste push- en pull-factoren.","","nl","journal article","","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:d53fc224-b937-41d8-96f7-f226b6aa01cc","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d53fc224-b937-41d8-96f7-f226b6aa01cc","Duurzaamheid speelt grote rol bij besluitvorming: Renoveren of verhuizen?","van der Voordt, D.J.M.; Remoy, H.T.; Hendrikx, T.","","2012","Waarom besluit een deel van de kantoorgebruikers bij een discrepantie tussen vraag en aanbod tot ingrijpende renovatie en verhuizen andere gebruikers naar een bestaand of nieuw gebouw? Dit artikel bespreekt de belangrijkste push- en pullfactoren die bij zo’n beslissing komen kijken. Opvallend is dat duurzaamheid in toenemende mate een rol speelt bij de besluitvorming.","","nl","journal article","","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:c7505257-9832-4feb-b4e2-23aae4b43400","http://resolver.tudelft.nl/uuid:c7505257-9832-4feb-b4e2-23aae4b43400","Facility management research in the Netherlands","Thijssen, T.; van der Voordt, D.J.M.; Mobach, M.","","2012","This article provides a brief overview of the history and development of facility management research in the Netherlands and indicates future directions.","","en","journal article","","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:5b1898ff-33aa-457c-8d53-8303dbfe3425","http://resolver.tudelft.nl/uuid:5b1898ff-33aa-457c-8d53-8303dbfe3425","EFMC 2012: Looking back and forward","van der Voordt, D.J.M.","","2012","","","en","journal article","EuroFM","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:b6b8bdcf-22f3-4c37-a629-bf7f75579ce2","http://resolver.tudelft.nl/uuid:b6b8bdcf-22f3-4c37-a629-bf7f75579ce2","Sturen op toegevoegde waarde van ziekenhuisvastgoed","van der Zwart, J.; van der Voordt, D.J.M.","","2012","Vastgoed is een van de middelen waarop organisaties kunnen sturen om de organisatiedoelen te realiseren en waarde toe te voegen aan de organisatie. Door de stelselwijziging wordt het voor ziekenhuisdirecties steeds belangrijker om gericht te sturen op de toegevoegde waarde van hun vastgoed. Welke keuzes maken zij hierin en waarom? Welke maatregelen dragen bij aan welke waarden? Een eerste serie gesprekken met bestuurders en vastgoedmanagers laat zien dat gebruikerstevredenheid, innovatie en verbetering van de organisatiecultuur vaak hoog op het prioriteitenlijstje staan.","","nl","journal article","","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:66da6522-e27e-4425-a204-741df3d8d6d3","http://resolver.tudelft.nl/uuid:66da6522-e27e-4425-a204-741df3d8d6d3","Het huisvesten van kennis: Een plek die ons stimuleert zo vrij mogelijk te denken","van der Voordt, D.J.M.; Bakker, I.C.","","2012","Robbert Dijkgraaf is sinds mei 2008 voorzitter van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen. Hij is cum laude gepromoveerd, staat bekend als een briljant wetenschapper die de wetenschap toegankelijk maakt voor een groter publiek. FMI trad in gesprek met hem over wetenschappelijk denken en de huisvesting die hier het beste bij past.","","nl","journal article","","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:4c42fa99-b47e-4abd-a6b2-7c8f13db522b","http://resolver.tudelft.nl/uuid:4c42fa99-b47e-4abd-a6b2-7c8f13db522b","The Concept of added value of FM","Jensen, PA; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Coenen, C; von Felten, D; Balslev-Nielsen, S; Sarasoja, AL; Riratanaphong, C. (TU Delft Real Estate Management); Pfenninger, M","Jensen, PA (editor); van der Voordt, DJM (editor); Coenen, C (editor)","2012","Purpose: This chapter presents research perspectives and theoretical reflections on the concept of added value of FM from a variety of academic fields.
Methodology: A literature review of the most influential journals within the academic fields of Facilities Management (FM), Corporate Real Estate Management (CREM) and Business to Business Marketing (B2B Marketing).
Findings: The research shows different definitions and focus points, dependent on the academic field and the area of application. The different research perspectives explored a holistic view on the added value of FM by the integration of an external market based view (with a focus on the aimed output) and the internal resource based view (with a focus on the input from FM and real estate). Good relationship management and building on trust shows to be equally important as delivering the agreed services.
Practical implications: A clear conceptualization of the concept of added value of FM is of utmost importance for further research into the added value of FM and well-considered, evidence-based Value Adding Management in practice.
Research limitations: Due to limited time not all FM-related journals could be included in the literature review. The included journals were analysed over a time period of ten years, with a focus on interesting topics and less on a thematic cross-paper analysis in-depth.
Originality/value: Usually the concept of added value is discussed from a mono-disciplinary point of view. The different backgrounds of the authors add value to an increased understanding of the added value of FM by comparing and testing different ways of conceptualising this issue.","FM; CREM; B2B; Marketing; Added Value; Relationship Management","en","book chapter","Polyteknisk Forlag","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:f4bd6214-6741-42da-8a93-3da54ed5a941","http://resolver.tudelft.nl/uuid:f4bd6214-6741-42da-8a93-3da54ed5a941","“The Desirable Scale”: Weighing social quality of as-sisted living facilities","Spierings, D; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van Biene, M","","2012","Purpose In order to age-in-place, Dutch older adults have been housed in Assisted Living Facilities (ALFs) for over 25 years. Here they live independently but can rely on services and care facilities. The size of these ALFs ranges from 30 up to 300 residents. They are often considered to be outdated. Nevertheless, they continue to be built but their character is changing by housing a greater mix of people. In contrast with the field of housing and care for dementia, the impact of scale on social quality of housing has not yet been explored. This paper discusses the relationship between scale, social interaction, the facilities offered to the tenants, and the perceived quality of living conditions. Method We reviewed the literature on concepts of scale, mix of functions and groups, and quality of social environment of housing for the elderly. After this desk research, a strategic selection was made from the database of the Expertise Centre Housing-Care. This paper presents the results from the multiple case study of the selected 24 projects. Observations were made on each of them. Around 196 inhabitants, 48 initiators, and 48 professionals were interviewed using a narrative method, qualitatively analysed in ATLAS ti. Results & Discussion The projects were far more mixed than presumed, resulting in two contra-dictory findings: a positive influence on social interaction and informal care but a negative influence on perceptions of confronting a more care-demanding future. Government and initiators intentionally presume informal care: healthy elderly support other groups. This is directly related to the mix of the independency among inhabitants. Where present, this mix encourages social interaction and quality. However, due to reductions by government and changing demands for hous-ing, more people can age at home. This results in more limited mutual informal care and so undermines the concept of Assisted Living Facilities. Depending on the situating, scale influences this precarious balance directly: small-scale pro-jects are more appreciated in villages, large-scale projects in cities. Safety experience -an important social quality of housing- is better assured at small scale. Regarding social interaction, in villages there is more informal contact and social cohesion; this social control has both positive and negative effects. In city environments however, the lack of the negative aspects of social control are a major factor in appreciating the large scale. Moreover, a good mix of people is more easily obtained in a large scale setting: diversity, liveliness, and activity are all more appreciated in cities. Ulti-mately, aggression within social relations has a strong negative influence on social activity and bonding: elderly avoid communal activities within the ALFs. The influence of scale on relational aggression will be analysed in the final phase of this research during the first half year of 2012.","social quality of housing; scale; group mix; assisted living","en","conference paper","","","","","","geen ISBN","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:432b4dcd-3871-47eb-87bb-18f3e623f901","http://resolver.tudelft.nl/uuid:432b4dcd-3871-47eb-87bb-18f3e623f901","Van leeg kantoor naar zorgwoning","Remøy, H.T. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2012","De leegstand in de kantorenmarkt schommelt rond de veertien procent. Voor sommige gebouwen lijkt sloop onafwendbaar, maar er zijn ook al heel wat kantoren succesvol omgebouwd voor nieuwe functies. BNA Onderzoek en de TU Delft onderzochten de kansen en belemmeringen voor herbestemming naar zorgfuncties. Ondanks allerlei obstakels blijken veel kantoren in potentie prima transformeerbaar.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:69fb4805-95c7-4999-af9c-c4d5efb8b78b","http://resolver.tudelft.nl/uuid:69fb4805-95c7-4999-af9c-c4d5efb8b78b","OK-afdeling: hart van het ziekenhuis: Medewerkers binden door een beter gebouw","Burgmeijer, E; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Wagenaar, C. (TU Delft OLD History of Architecture & Urban Planning)","","2012","In Nederland vinden regelmatig symposia plaats over de operatiekamer van de toekomst. De ideale operatie afdeling is zowel functioneel als prettig in het gebruik, flexibel en voorzien van de modernste apparatuur. De gebruiker moet er optimaal kunnen werken. Het komt echter nog vaak voor dat de eindgebruiker onvoldoende betrokken wordt in het ontwikkelingstraject. Dit leidt tot ontevreden medewerkers en inefficiënt werken. De OK-Wijzer beoogt dit probleem te verhelpen.","","nl","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:f01b398e-1d60-4802-968b-93a72085a03e","http://resolver.tudelft.nl/uuid:f01b398e-1d60-4802-968b-93a72085a03e","Ziekenhuizen: Deelstudie 3","van der Zwart, J. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2012","","","nl","book chapter","Delft University of Technology","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:011b1dbc-0c8f-4fc8-a46d-35bc3ab5487f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:011b1dbc-0c8f-4fc8-a46d-35bc3ab5487f","Performance measurement in the context of CREM and FM","Riratanaphong, C. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Sarasoja, AL","Jensen, PA (editor); van der Voordt, DJM (editor); Coenen, C (editor)","2012","Purpose: To discuss trends in organisational performance measurement, to identify and discuss widely used performance criteria and key performance indicators (KPIs) in general and in the fields of Facility Management (FM) and Corporate Real Estate Management (CREM), and to identify how a more holistic measurement framework could be used in measuring the added value of FM and CREM i.e. to find out how well FM and CREM are contributing to the company’s’ performance and strategies.
Methodology: A review of general management, FM and CREM literature on performance measurement and KPIs in connection to added value of FM, case studies into performance measurement as part of a PhD research in progress that is being conducted by the first author (with the second author being one of the supervisors) and interviews with CEO’s in different countries as part of a finalized PhD research of the third author.
Findings: The research traced a number of performance measurement models and resulted in a list of useful KPIs that have been classified according to the FM Value Map impacts: social, environmental, satisfaction, cost, productivity, adaptation and culture. The present list shows a holistic approach and aligns to different impacts on relevant stakeholders and the surroundings.
Practical implications: The performance models and KPIs can be used as input to integrated and well balanced performance management and performance measurement, including benchmarking with competitive organisations, as part of professional Facility Management and Corporate Real Estate Management.
Research limitations: We did not conduct a quantitative analysis of how often a particular KPI has been mentioned in literature; besides only a few empirical tests have been conducted on operationalization and application of KPIs in current FM and CREM practice.
Originality/value: Combining of the findings from two Phd-studies on performance measurement and performance management has led to a new and well classified list of KPIs.","FM; CREW; Performance; Measurement; KPIs","en","book chapter","Polyteknisk Forlag","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:b3492276-5da1-4f08-8023-3753f2933c14","http://resolver.tudelft.nl/uuid:b3492276-5da1-4f08-8023-3753f2933c14","Post-Occupancy Evaluation of Facilities Change","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); de Been, I. (TU Delft Real Estate Management); Maarleveld, M. (TU Delft Real Estate Management)","Finch, E (editor)","2012","This chapter discusses possible aims, tools and deliverables of Post-Occupancy Evaluations (POE) (otherwise known as building-in-use studies), with a focus on interventions in supporting facilities. POE has a long tradition and has been applied in different fields (e.g. offices, educational buildings, health care facilities, retail and leisure, as well as residential areas). The objectives of POE are various and can include; delivering input to an improvement plan; building up a generic body of knowledge by exploring and testing scientific theories; and developing practical design guidelines and decision support tools. Data collection tools are also varied, ranging from observations, interviews and web-based questionnaires to walk-throughs and use of narratives. A number of different data analysis techniques are available as well, including qualitative methods, such as content analysis, and quantitative methods, such as descriptive and inductive statistical analyses. A case study illustrates the application of different data collection tools. This case study seeks answers to the effects of new ways of working on employee satisfaction and perceived labour productivity. This study has been conducted by the Center for People and Buildings, Delft, the Netherlands, which specialises in research into the relations between people, working activities and the working environment. The case is an example of physical interventions including changing the office lay-out, new furniture, new information and communication technology (ICT) and document storage systems, as well as the flexible use of workplaces. A POE of three pilots has been conducted to test if the new environment performed well as perceived by the managers and employees. The research data has been used in the first instance in order to test if the organizational goals and objectives have been attained; and to support decisions with regard to the next steps in this change process. The research data has been used in the second instance more generically, as input to a database for cross-case analyses, exploring and testing hypotheses and benchmarking objectives.","Post-Occupancy Evaluation; data collection tools; benchmarking; decision support; buildings-in-use","en","book chapter","Blackwell","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:dfc4cd71-0c1e-493e-9250-897e03e49055","http://resolver.tudelft.nl/uuid:dfc4cd71-0c1e-493e-9250-897e03e49055","Comparisons and Lessons Learned","Jensen, PA; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Coenen, C; Sarasoja, AL","van der Voordt, DJM (editor); Jensen, PA (editor); Coenen, C (editor)","2012","Purpose: To create an overview and evaluation of the achievements of the contributions in this book by identifying, summarising and discussing cross-cutting themes and essential learning points across the former chapters.
Methodology: Based on a purposeful reading of all chapters comparisons are made of the essential theoretical perspectives, conceptual models and findings from empirical research. The most important novel aspects of the contributions are pinpointed.
Findings: The three basic perspectives of FM, CREM and B2B marketing show to provide both overlapping and complementary focus areas. Comparisons of the added value parameters of four conceptual models from FM and CREM show many similarities and a trend towards convergence, but the basic structure of the models are different. This can be related to CREM being oriented on development and management of new and existing buildings, while FM is more service and process oriented. Empirical research regarding the added value of FM is seen to utilise a broad range of both qualitative and quantitative methods in various combinations. The contributions provide important new focus and insights on different types of added value, its dimensions and KPIs, and on areas like value adding management, performance management and performance measurement, stakeholder relationships and relationship management, green FM and sustainability. Furthermore various ideas came up for further improvement of the FM Value Map.
Practical implications: The advancement in new knowledge and understanding that this book provides offers a new state of the art which can give inspiration and guidance for cutting edge FM organisations and professionals as well as for advanced teaching and future research.
Research limitations: The chapter is based on the contributions to this book and does not provide new empirical evidence.
Originality/value: The chapter provides an important overview and evaluation of the contributions in all the former chapters.","FM; CREW; B2B Marketing; Added Value; Performance; State of the Art","en","book chapter","Polyteknisk Forlag","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:c4bc8e11-e667-436e-9914-33546d448860","http://resolver.tudelft.nl/uuid:c4bc8e11-e667-436e-9914-33546d448860","Kantoortransformatie De Boompjes 60-68: Voorstellen programmatische invulling doelgroepen & omgeving, kosten & duurzaamheid, financiering & investeringen","Remøy, H.T. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); de Jong, P. (TU Delft Building Economics (OLD))","","2012","","","nl","report","Veldacademie","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:d3aaa7ef-b532-4218-84cf-b365c4b7acce","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d3aaa7ef-b532-4218-84cf-b365c4b7acce","In search for the added value of FM: What we know and what we need to learn","Jensen, PA; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Coenen, C; von Felten, D; Lindholm, AL; Balslev-Nielsen, S; Riratanaphong, C. (TU Delft Real Estate Management); Pfenniger, M","","2012","Purpose
– This article aims to present and compare research perspectives and theoretical reflections from a variety of academic fields on the concept of added value of facilities management.
Design/methodology/approach
– The starting point is the so‐called FM Value Map, which was presented in a recent article in Facilities by Per Anker Jensen in 2010. The article is a first result of the work in the EuroFM research collaboration group and is based on literature reviews of the most influential journals within the academic fields of facilities management (FM), corporate real estate management and business‐to‐business marketing.
Findings
– Good relationship management and building on trust is shown to be equally important as delivering the agreed services.
Originality/value
– Usually the concept of added value is discussed from a monodisciplinary point‐of‐view. The different backgrounds of the authors add value to an increased understanding of the added value of FM by comparing and testing different ways of conceptualising this issue. This is of great importance to FM research and evidence‐based FM as a sound basis for the long‐term recognition of FM.","Facilities management; Corporate real estate management; Added value; Strategic mapping; Services marketing; Relationship value; Facilities; Real estate; Value added","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:45853fec-661b-4610-bc5e-ee526cee0c70","http://resolver.tudelft.nl/uuid:45853fec-661b-4610-bc5e-ee526cee0c70","What we still need to learn","Jensen, PA; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Coenen, C; Sarasoja, AL","van der Voordt, DJM (editor); Jensen, PA (editor); Coenen, C (editor)","2012","Purpose: To outline perspectives for further work on the added value of FM and identify relevant ideas and topics for further research and development.
Methodology: The chapter is based on a screening of all the former chapters in the book, input from various workshops with the authors, information from recent literature and exchange of ideas among the authors of this chapter.
Findings: Added value is expected to be central in the future development of FM, which is confirmed by two recent foresight studies and the recent work on developing a EuroFM research agenda. There is a need for increased focus on the governance structures for FM to secure the necessary alignment between FM and core business - not only at strategic level, but also at tactical and operational levels. Corporate Social Responsibility, Sustainability and Branding are important areas of FM with great potential to add value and to elevate FM to become a strategic partner with corporate top management. Adding value is closely related to innovation and performance improvements. Methods to measure both hard and soft aspects of performance will continue to be an important focus area. Management of stakeholders’ perception of value and relationships are essential aspects of adding value in FM and need much further attention.
Close collaboration with users is needed and requires new methods to analyse and visualise processes and added value. Research methodology will continue to include a broad range of both qualitative and quantitative methods in many combinations, but soft methods based on close interaction between researchers and practice like action research, participants observations and narratives are expected to achieve increased attention.
Practical implications: The findings include ideas for further research and development on the added value of FM and expectations of the topics that will be important for the FM profession in the future.
Research limitations: The chapter does not present new original research results, but is based on the research presented in the earlier chapters in this book and other recent research activities.
Originality/value: The chapter provides important input to the future research agenda on the added value of FM and gives directions for the future development in FM research and practice.","FM; Added Value; Value Network; Research Agenda; Methodology","en","book chapter","Polyteknisk Forlag","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:217d54ae-f5f1-440f-98b0-83becd08c123","http://resolver.tudelft.nl/uuid:217d54ae-f5f1-440f-98b0-83becd08c123","Performance measurement of workplace change: A comparative analysis of data from Thailand, The Netherlands and Finland","Riratanaphong, C. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van der Voordt, DJM (editor); Jensen, PA (editor); Coenen, C (editor)","2012","Purpose: A) to record Key Performance Indicators (KPIs) that are used in performance measurementin practice; B) to investigate the influence of the work environment on employee satisfaction and perceived productivity, and to explore the impact of culture on employees’ appraisal of their work environment and prioritized aspects.
Methodology: A case study has been conducted in Thailand to compare performance measurement in practice with KPIs that were found in literature. Secondly data on employee satisfaction, perceived support of productivity by the physical environment, prioritized aspects, and national and organisational culture were collected by the use of questionnaires and additional interviews. Finally, prioritized aspects in the Thailand case were compared with similar data from Dutch and Finnish cases, in search for the impact of the cultural context.
Finding: The research showed a huge variety of KPIs in connection to different added values of real estate and other facilities. Regarding workplace appraisal, the Thai employees showed to be less satisfied than the Dutch employees. They put more emphasis on adjacency and locality of spaces, subdivision of the whole building, and sharing own ideas about the work environment than the Dutch and Finnish respondents. The Dutch and Finnish employees prioritized functionality and comfort of workspaces and opportunities for concentration and communication more frequently than the Thai people. The organisational culture of the Thailand case is perceived as a hierarchical culture, whereas high masculinity and individualism are reflected in the national culture. Whereas the cultural context might have its impact on the appraisal and prioritizing of aspects of the work environment, the former and current work environment, work processes, external context, and implementation process seem to be more influential.
Practical implications: Knowledge about the impact of new working environments on employee satisfaction, perceived productivity support and prioritized aspects in different cultures may be used to support real estate and FM decisions of organisations working with employees with different cultural backgrounds.
Research limitations: Additional data collection and in-depth analyses are needed to further explore and explain different responses in connection to different people, places, processes, and culture.
Originality/value: This research helps to improve our understanding of cultural impact on employee satisfaction with new working environments, perceived productivity support and prioritized aspects.","Performance Measurement; Employee Satisfaction; Perceived Productivity; Priorities; Culture","en","book chapter","Polyteknisk Forlag","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:679dbf62-8989-422e-ac67-d8ac96cfaa15","http://resolver.tudelft.nl/uuid:679dbf62-8989-422e-ac67-d8ac96cfaa15","Evidence-based decision-making on offie accommodation: Accommodation Choice Model","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Ikiz-Koppejan, YMD; Gosselink, A.M. (TU Delft Real Estate Management)","Mallory-Hill, S. (editor); Preiser, W.F.E. (editor); Watson, C. (editor)","2012","Based on a literature review, case studies, and personal involvement in accommodation processes, the authors developed an “Accommodation Choice Model” in order to support organization-centered accommodations. The model involves making, coordinating, elaborating, and implementing accommodation choices through a consciously designed process. The model includes four steps that focus on the substantive choices, a “drive belt” for steering the process, a lynchpin for aligning and testing these steps and process related issues, and a playing field in which the process occurs. The assumption is that a structural and coordinated progression through substantive and procedural choices in a number of steps will generate a better accommodation that is appropriate to the organization. In addition, the more explicit approach to making choices will make the process run more smoothly.
This chapter discusses the various components of the Accommodation Choice Model, as well as critical success factors in its application. The model is illustrated with practical applications in the development of new accommodation strategies.","","en","book chapter","Blackwell","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:a1447892-90cf-4876-b25a-4d1b1a796fd1","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a1447892-90cf-4876-b25a-4d1b1a796fd1","Zorg voor vastgoedstrategie in de zorg","van Schijndel, M.; Keeris, W.G.; van der Voordt, D.J.M.","","2011","Het vastgoed van een zorginstelling heeft meerdere functies en dient uiteenlopende belangen van diverse stakeholders. De toegevoegde waarde van vastgoed voor de organisatie is niet altijd op voorhand duidelijk. Hoe draagt vastgoed bij aan de prestaties van de onderneming? Kan deze bijdrage op een hoger niveau getild worden? Zo ja, hoe kan dan een vastgoedstrategie ontworpen worden, waarmee op toegevoegde waarde gestuurd kan worden? Hierop was het MRE-afstudeeronderzoek van Mark van Schijndel gericht.","","nl","journal article","","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:3057480d-dfb5-4716-9d95-6ac4d6fad9f7","http://resolver.tudelft.nl/uuid:3057480d-dfb5-4716-9d95-6ac4d6fad9f7","De toegevoegde waarde van FM: Begrippen, maatregelen en prioriteiten in de zorgsector","Prevosth, J.M.; van der Voordt, D.J.M.","","2011","","","nl","report","FMN","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:0b116086-0768-42ce-9661-fef9e5346749","http://resolver.tudelft.nl/uuid:0b116086-0768-42ce-9661-fef9e5346749","Waarmaken van duurzaamheidsambities","de Nie, S.; Geraedts, R.P.; van der Voordt, D.J.M.","","2011","SMART formuleren van duurzaamheidsambities in een vroeg stadium van het bouwproces verkleint het risico dat deze ambities tijdens het proces verwateren. Dit artikel leidt u in acht stappen door het proces van ambitie formuleren in het programma van eisen tot inrichten van het bouwproces.","","nl","journal article","","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:6e515964-dd95-40ae-89ad-48d82ead499e","http://resolver.tudelft.nl/uuid:6e515964-dd95-40ae-89ad-48d82ead499e","Niet managen, maar faciliteren","Bakker, I.C.; van der Voordt, D.J.M.","","2011","Een lommerrijke entree, een achttiende-eeuwse boerderij met rieten kap, ramen tot op de grond, kasseien, opstapjes, afstapjes. Een hoge werkkamer, licht, uitzicht over de binnenplaats, Afrikaanse beeldjes, schilderijen van Herman Gordijn
en heel veel boeken, ogenschijnlijk slordig opgestapeld, maar zorgvuldig gecategoriseerd naar onderwerp. Een gesprek met Joseph Kessels, specialist in Human Resource Development die, gedreven door nieuwsgierigheid, met passie onderzoekt hoe het beste van de kenniswerker naar boven kan worden gehaald.","","nl","journal article","","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:17fe4da6-f78b-4790-9d99-cbabc4a46ccd","http://resolver.tudelft.nl/uuid:17fe4da6-f78b-4790-9d99-cbabc4a46ccd","Sturen op een gastvrij Albert Schweitzer ziekenhuis: Invloed van de gebouwde omgeving","Prevosth, J.M.; van der Voordt, D.J.M.","","2011","De beleving van gastvrijheid door patiënten en bezoekers van ziekenhuizen wordt door veel aspecten beïnvloed: de bejegening door het personeel, de kwaliteit en keuzevrijheid in eten en drinken, de kwaliteit van het gebouw als geheel, de indeling en inrichting van de afzonderlijke ruimten, en de beschikbare diensten en middelen. Omdat gastvrijheidsbeleving een belangrijke waarde is, zowel op zich zelf als in concurrentie met andere zieken-huizen, is het Albert Schweitzer ziekenhuis (ASz) in Dordrecht en Zwijndrecht een project gestart om de gastvrij-heidsbeleving waar mogelijk te optimaliseren, te beginnen met de verpleegafdelingen. Wielinga Consultancy bereidt een advies voor over het aspect eten en drinken. Monique Willemse van Momoko Visions Trends Con-cepts concentreert zich op de wensen en voorkeuren van de patiënten. Aan de faculteit Bouwkunde van de TU Delft is gevraagd om een onderzoek uit te voeren naar de invloed van het gebouw. De gastvrijheidsbeleving van patiënten staat hierin centraal. Door de samenwerking met verschillende partijen hoopt het Albert Schweitzer ziekenhuis bouwstenen aangereikt te krijgen voor een integraal gastvrijheidsbeleid waarin de wensen van pati-ënten, facilitaire ondersteuning, personeel en fysieke ruimte samenkomen. Dit rapport beschrijft de bevindingen uit het onderzoek van de TU Delft.","","nl","report","Delft University of Technology","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:b0938c9a-9aff-4c5e-b2f9-7c2b1178a34a","http://resolver.tudelft.nl/uuid:b0938c9a-9aff-4c5e-b2f9-7c2b1178a34a","Huisvestingskeuze sturen vanuit het perspectief van de organisatie","Ikiz-Koppejan, Y.M.D.; van der Voordt, D.J.M.; Gosselink, A.M.","","2011","Het Center for People and Buildings (CfPB) heeft in maart 2009 het Huisvestingskeuzemodel geïntroduceerd. De afgelopen 2,5 jaar is het model toegepast in onderzoeksprojecten van het CfPB, als basis gebruikt voor een nieuwe Huisvestingskeuze-projectendatabase en uitgediept met leden van de kenniskring ‘Organisatiegericht huisvesten’. Tijd voor een reflectie op de toegevoegde waarde.","","nl","journal article","","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:6381701c-1931-4f7a-94a1-4031e0fcdf2c","http://resolver.tudelft.nl/uuid:6381701c-1931-4f7a-94a1-4031e0fcdf2c","Goed Programma van Eisen de basis voor duurzaam project?","Van Doorn, A.J.; van der Voordt, D.J.M.; Rogaar, M.","","2011","Duurzaamheid is steeds vaker onderdeel van de ontwerpopgave. De motivatie voor duurzaam bouwen varieert van maatschappelijke verantwoordelijkheid tot verplicht duurzaam inkopen of het versterken van het bedrijfsimago. Het is een uitdaging om de duurzaamheidsambities tijdens het ontwikkelproces overeind te houden. Het lijkt vanzelfsprekend dat een goed Programma van Eisen met heldere prestatie-eisen en randvoorwaarden de basis is voor een succesvol duurzaam project. Onderzoek laat zien dat een bevlogen opdrachtgever en een professioneel ontwerpteam minstens zo belangrijk zijn.","","nl","journal article","Weka Uitg","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:3b51d43d-911a-4074-9755-26e90420ec25","http://resolver.tudelft.nl/uuid:3b51d43d-911a-4074-9755-26e90420ec25","Redesign - upgrading the building stock to meet (new) user demands","Remoy, H.; van der Voordt, T.","","2011","Financial and real estate crises and new ways of working reduce the need for office space. As a consequence, office markets become replacement markets without a quantitative need for new office buildings: new buildings drive out bad buildings. In the Netherlands, currently 14% of the office space is vacant, of which 60% is redundant or obsolete. Office users, guided by the government, consider sustainable office space important for their image and status. Besides they want to be accommodated in high quality buildings that fit with their current and future need for space, taking into account expected shrinkage or further development and expansion. Quite often, new office developments were the response to these demands. Public opinion and emerging governmental awareness of sustainability oppose the construction of new office buildings in locations with a high vacancy level, while office users, real estate developers and investors crave for new office developments. Can redesign of existing office buildings answer to the demand for new sustainable office space? In former research we have revealed that location and building characteristics have a strong influence on office users preferences and decisions to move to other buildings. Knowledge about these characteristics is important when determining the potential future use of the existing office stock. Based on foregoing research, we propose new use of existing office buildings and delve into the measures that need to be taken in order to adapt existing buildings to new use.","offices; vacancy; user preferences; sustainability; re-use","en","conference paper","","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:228e522e-f120-4fd1-ac30-cc19d2a8dc0b","http://resolver.tudelft.nl/uuid:228e522e-f120-4fd1-ac30-cc19d2a8dc0b","Value-based design and management of hospital buildings","van der Voordt, T.J.M.; van der Zwart, J.","","2011","The purpose of this paper it to explore the concept of adding value by real estate and related performance indicators, and the way it is or could be applied in value-based design and management of buildings. The concept is being illustrated with research findings on hospital buildings, based on a literature review and ten interviews with CEOs and real estate project managers. The research findings show that different hospitals prioritize different added values, depending on their overall mission and vision, its position in the real estate life cycle, and the local context. On average, stimulating innovation, improving satisfaction of customers and employees, and supporting (change of) culture rank high, whereas risk management and opportunities to get the real estate costs financed are much less prioritized. A number of added values have been concretized in real estate interventions that are supposed to cause a positive effect on organizational performance, e.g. with regard to patient satisfaction, labor productivity, flexibility and cost reduction. The conceptual framework and research data can be used to support complex decision making in briefing, design and management of hospital buildings and other health facilities. The explorations of adding value by real estate might be applicable in other sectors as well.","added value; stakeholders; strategy; performance; hospital real estate","en","conference paper","Delft University of Technology","","","","","","","","Architecture","","","","",""
"uuid:6713b89e-6bdb-4b52-940a-5548228ad57f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:6713b89e-6bdb-4b52-940a-5548228ad57f","Redesign: Upgrading the building stock to meet (new) user demands","Remoy, H.T.; van der Voordt, D.J.M.","","2011","Financial and real estate crises and “new ways of working” reduce the need for office space. As a consequence, office markets become replacement markets without a quantitative need for new office buildings: new buildings drive out bad buildings. In the Netherlands, currently 14% of the office space is vacant, of which 60% is redundant or obsolete. Office users, guided by the government, consider sustainable office space important for their image and status. Besides they want to be accommodated in high quality buildings that fit with their current and future need for space, taking into account expected shrinkage or further development and expansion. Quite often, new office developments were the response to these demands. Public opinion and emerging governmental awareness of sustainability oppose the construction of new office buildings in locations with a high vacancy level, while office users, real estate developers and investors crave for new office developments. Can redesign of existing office buildings answer to the demand for new sustainable office space? In former research we have revealed that location and building characteristics have a strong influence on office users’ preferences and decisions to move to other buildings. Knowledge about these characteristics is important when determining the potential future use of the existing office stock. Based on foregoing research, we propose new use of existing office buildings and delve into the measures that need to be taken in order to adapt existing buildings to new use.","offices; vacancy; user preferences; sustainability; re-use","en","conference paper","Delft University of Technology","","","","","","","","Architecture","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:57079302-41d4-4d6c-80c4-b8314c21bca0","http://resolver.tudelft.nl/uuid:57079302-41d4-4d6c-80c4-b8314c21bca0","Impact of workplace change on satisfaction and productivity: A comparative analysis of case studies in Thailand and the Netherlands","Riratanaphong, C.; van der Voordt, D.J.M.","","2011","This paper presents the findings from a case study in Thailand on the use and experience of a new working environment, five months after the organisation moved to a new office building. The purpose of this study is to collect new data about employee satisfaction and perceived productivity after a workplace change, to find out which aspects employees find most important in their work environment, and to explore the impact of national and organisational culture. The data-collection included interviews, observations, analysis of documents, and the use of questionnaires in order to measuring employee satisfaction, perceived support of labour productivity through the work environment, perceived dominant characteristics of the work environment, and key dimensions of national and organisational culture. Results from the Work Environment Diagnosis Instrument (WODI) are compared with similar data from case studies in the Netherlands. As such, this study made it possible to explore the impact of workplace change in different cultural contexts. The research findings reveal many differences in employee satisfaction and prioritized aspects. On most aspects of the work environment the percentages of satisfied employees in the Thailand case are much lower than the corresponding average percentages in the Dutch cases. The Thai employees put much more emphasis on adjacency and locality of spaces, subdivision of the whole building, and sharing own ideas about the work environment, whereas functionality and comfort of workspaces and opportunities for concentration and communication are mentioned much less by the Thai people than by the Dutch people. The preference for a less hierarchical organisation and the quite masculine culture of Thai people may have their impact here. A limitation of the study is the lack of data about organisational culture in the Dutch cases. Additional data collection in Dutch working environments and more in-depth analyses are needed for a further exploration and explanation of different responses in connection to different people, places, processes and culture. The originality and value of the paper is the exploration of similarities and dissimilarities in the impact of new working environments on employee satisfaction, perceived productivity support and prioritized aspects in two different cultures: Asia and Europe.","workplace change; employee satisfaction; productivity; priorities; culture","en","conference paper","EuroFM","","","","","","","","Architecture","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:e83e2bda-58a9-4f70-b59e-37dd99f012a6","http://resolver.tudelft.nl/uuid:e83e2bda-58a9-4f70-b59e-37dd99f012a6","Most important aspects of the work environment: A comparison between two countries","Rothe, P.M.; Beijer, M.; van der Voordt, T.J.M.","","2011","The purpose of this paper is to explore similarities and dissimilarities in work environment priorities of Finnish and Dutch office users. It also explores if people from different age groups have different priorities. As such this study contributes to a better understanding of user needs and preferences with regard to their physical work environment and how to steer on employee satisfaction and labour productivity in workplace change processes. As globalization increases, the workplaces today host employees with different nationalities and cultures. So it is important to understand and take into consideration cultural differences and their impact on user needs in decision making on accommodating people and the design, implementation and management of new work environments. Knowledge of age related differences may help to link accommodation choices to the needs of old and new generations. Internet questionnaires were used to collect data on which three work environment attributes employees find to be the most important out of a set of 19 attributes. The results show both similarities and differences in prioritized aspects in Finland and the Netherlands. Functionality and comfort of the workspace, opportunities to concentrate, and accessibility of the building are rated highest in both countries. However, with 55% of the Finnish people marking opportunities to concentrate as one of three most important aspects versus 37% of the Dutch respondents, the Finnish show to be more distinct about this issue. Privacy is a little higher on the list of Finnish users, whereas adjacency and locality of spaces and openness and transparency of the work environment show to be more important for the Dutch office users. Limitations of the study include the lack of data about organizational characteristics and other factors that may explain differences in prioritized aspects as well. More in depth research should be conducted in order to explain differences in prioritized aspects of the work environment. The originality of the paper is in its search for cultural differences. Its main value is the exploration of elements that are important to consider when developing and standardizing workplace concepts that aim to support employee satisfaction and productivity.","","en","conference paper","EuroFM","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:f794c017-dab0-4111-99ad-ac00e9787446","http://resolver.tudelft.nl/uuid:f794c017-dab0-4111-99ad-ac00e9787446","Maakt het uit of een vergaderzaal rood of blauw is? Het effect op welzijn, sociale cohesie en productiviteit","Bakker, I.C.; Vink, P.; van der Voordt, D.J.M.; de Boon, J.","","2011","In een reële werksituatie binnen de overheid is een test uitgevoerd om vast te stellen of de kleuren rood en blauw effect hebben op het welzijn, de sociale cohesie en de productiviteit tijdens vergaderingen. Werknemers hebben als testpersonen hun reguliere vergaderingen gehouden verdeeld over een drietal testruimtes: twee vergaderruimtes met rode versus blauwe wanden en een standaard referentieruimte. Tijdens de test zijn de warm-koud effecten van de kleuren rood respectievelijk blauw versterkt. In de rode kamer is naast rode wanden, een vergadertafel geplaatst met houtdesign en is standaard kantoorverlichting toegepast met een kleurtemperatuur van 3500K. In de blauwe kamer zijn naast de toepassing van blauwe wanden, een grijs/witte tafel geplaatst en lampen met een hogere kleurtemperatuur van 5300 K, die een koel effect geeft. Daarnaast is gebruik gemaakt van een referentieruimte met de standaard uitstraling waaraan de proefpersonen waren gewend. Via standaardvragenlijsten zijn alle deelnemers op drie momenten bevraagd over de aspecten welzijn, sociale cohesie en productiviteit. De resultaten hebben derhalve betrekking op percepties. In de drie verschillende omgevingen is geen verschil in effect vastgesteld, noch op welzijn, noch op sociale cohesie, noch op productiviteit. Het feit dat vergaderingen een veelheid van complexe processen kennen, die van de deelnemers aandacht vergen, waarbij zij zich minder bewust zijn van de fysieke omgeving, is hier vermoedelijk de oorzaak van.","kleur in vergaderruimtes; rood en blauw; welzijn; sociale cohesie en productiviteit","nl","report","Technische Universiteit Delft","","","","","","","","","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:e3e3439c-f57e-424c-9a28-59dce5edd78f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:e3e3439c-f57e-424c-9a28-59dce5edd78f","Het Nieuwe Werken onder het ontleedmes: Zijn de werkelijke effecten wel te meten?","Beijer, M.; van der Voordt, D.J.M.; Hanekamp, J.","","2011","Ondanks de vele publicaties over Het Nieuwe Werken (HNW) komt telkens weer een aantal vragen bovendrijven: Wat is HNW nu precies? Wat is er nieuw aan? En wat weten we eigenlijk echt van de effecten op de bedrijfsvoering en de beleving van medewerkers en klanten? Een analyse van definities, drijfveren, verwachtingen en werkelijkheid.","Het Nieuwe Werken; HNW","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:ee8051b7-a335-4a7a-9027-606a9a564151","http://resolver.tudelft.nl/uuid:ee8051b7-a335-4a7a-9027-606a9a564151","Zorg voor leegstand: Herbestemmen van leegstaande kantoren naar zorgfuncties","Remøy, H.T. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2011","","","nl","report","BNA en Technische Universiteit Delft","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:9a5e959c-d89e-4892-8b6c-394fd9bc7374","http://resolver.tudelft.nl/uuid:9a5e959c-d89e-4892-8b6c-394fd9bc7374","Hogere arbeidsproductiviteit door een goed gebouw","van der Burg, D; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Volker, L. (TU Delft Energie and Industrie)","","2011","De vergrijzing leidt tot meer vraag naar zorg en minder aanbod op de arbeidsmarkt. Er is nu al een tekort aan verplegend personeel. Verhoging van de arbeidsproductiviteit kan helpen om de zorg op peil te houden. De werkdruk nog verder opvoeren is geen optie. Dit artikel beschrijft hoe een zorgvuldig ontworpen en adequaat beheerd gebouw kan bijdragen aan een hoge arbeidsproductiviteit in de zorg.","","nl","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:58c179f3-a11e-4b32-b744-38709826a944","http://resolver.tudelft.nl/uuid:58c179f3-a11e-4b32-b744-38709826a944","Stappenplan voor vastgoedstrategie","van Schijndel, HWJ; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2011","Circa 80% van de organisaties uit de sector verpleging en verzorging (V&V-sector) heeft in de afgelopen twee jaar een vastgoedplan ontwikkeld. Met de aandacht voor vastgoed zit het dus wel goed. Het proces om te komen tot een beleidsmatig en met cijfers onderbouwde vastgoedstrategie kan echter nog flink worden verbeterd. Een helder stappenplan biedt uitkomst.","","nl","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:d3ce782f-99f8-41de-bb82-944ec5504e56","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d3ce782f-99f8-41de-bb82-944ec5504e56","Een flexibel programma van eisen","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van den Berg, Sven; Van Doorn, Aleid","","2010","Door de lange voorbereidingstijd van nieuw te bouwen zorginstellingen is het programma van eisen vaak al verouderd voordat de eerste paal de grond in gaat. Wijzigen van het programma heeft belangrijke consequenties. Zijn deze wijzigingen te voorkomen? Kunnen we de negatieve gevolgen ervan beperken? Dit artikel presenteert een overzicht van oorzaken van programmawijzigingen, mogelijke gevolgen en oplossingsrichtingen.","","nl","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:c8dbf5a3-7777-45bb-8f2a-f6f9eed33c76","http://resolver.tudelft.nl/uuid:c8dbf5a3-7777-45bb-8f2a-f6f9eed33c76","Innovations in management of the built environment: IMBE research program","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); de Jonge, H. (TU Delft Real Estate Management); Wamelink, J.W.F. (TU Delft Real Estate Management)","Van der Hoeven, Frank (editor)","2010","This chapter presents the objectives, output, staff and funding data and future perspectives of the IMBE research program of the Department of Management in the Built Environment, Faculty of Architecture and the Built Environment, Delft University of Technology.","Management; built environment; innovations; research program","en","book chapter","Delft University of Technology","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:80cf52f6-cb7e-4833-a5d0-e48d2a985044","http://resolver.tudelft.nl/uuid:80cf52f6-cb7e-4833-a5d0-e48d2a985044","The influence of plants on productivity: A critical assessment of research findings and test methods","Bakker, I; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2010","Purpose
This paper aims to review available research into the impact of plants on people and labour productivity in order to test a number of hypotheses and the reliability and validity of “evidence based” statements.
Methodology
An extended literature review has been conducted of research concerning the potential impacts of plants on people and labour productivity. In order to be able to compare the findings of different researchers, an analysis has been made of similarities and dissimilarities with regard to the research context, starting-points and test methods.
Findings
The paper identifies a lack of precise descriptions of the research design and poor comparability between different research with regard to the characteristics of the plant, test persons, test procedures, surrounding conditions and contents of the reports. Although we may conclude that plants can have a positive impact on the productivity of human beings, it is remarkable that in research reports and research papers the properties of the plant itself are only mentioned by exception. The condition of the plant - whether it is healthy or not – is not described at all.
Limitations
“Only” 17 studies and underlying papers were investigated and no new research has been conducted with the proposed improvements.
Practical implications The findings can be used by managers to legitimate investments in plants and by researchers to improve (the comparability of) research into plants.
Originality
In addition to the review of the impact of plants on different types of productivity a vision is presented about the impact of the vitality of plants. Furthermore recommendations are given on how to cope with the methodological problem of poor comparability of research.","plants; vitality; productivity; research methods; comparability; model","nl","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:81bdb6df-ae33-4ea2-b1c3-785bb6d54999","http://resolver.tudelft.nl/uuid:81bdb6df-ae33-4ea2-b1c3-785bb6d54999","Flexwerken in een academische omgeving: Faculteit Bouwkunde na de brand","van Akkeren, S.; van der Voordt, D.J.M.; Gorgievski, M.","","2010","Na de brand in mei 2008 trok faculteit Bouwkunde naar het voormalige hoofdgebouw van de TU Delft aan de Julianalaan. De gedwongen verhuizing is aangegrepen om faculteitsbreed over te gaan op flexwerken. Een novum in de academische wereld! Wat vinden de medewerkers hiervan? Werkt het prettig en productief? Of blijven de mensen weg uit het gebouw? Een tussenstand.","academische werkomgeving; flexwerken; werkplekconcept; flexibele werkomgeving","nl","journal article","Arko","","","","","","","2010-07-30","","Real Estate & Housing","","","",""
"uuid:ef02472c-0870-4723-9d45-4c4b7e26d1e0","http://resolver.tudelft.nl/uuid:ef02472c-0870-4723-9d45-4c4b7e26d1e0","After the fire: New ways of working in an academic setting","Gorgievski, M; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van Herpen, SGA; van Akkeren, S","","2010","Purpose – This paper presents the research findings of a Post-Occupancy Evaluation of new ways of working at the Faculty of Architecture of the Delft University of Technology and the lessons that can be learned from this particular case in connection to research findings from similar cases.
Design/Methodology/Approach – The article is based on an internet survey among 266 daily users, additional interviews with decision makers and other participants involved in the implementation process, analyses of documents and personal observations.
Findings – The new office plan scores high on possibilities to meet other people. Work spaces are considered to be functional, but employees also reported a lack of spaces suited for confidential (telephone) conversations and insufficient visual and auditory privacy. Employees can insufficiently control the climate of their direct work environment and the way the environment looks like. Security of the workplaces is rated below average. People want more rooms equipped with doors, and doors that can be locked. Another important complaint was lack of personal and collective filing and storage possibilities. Research limitations – The paper focuses on office space; because of limited time and budget restrictions educational space was not included in this building-in-use study. There was no opportunity to conduct a zero measurement ex ante. Long term effects on use and experience are not known yet, nor the effects of improvements that are being implemented this year.
Practical implications – The results can be used to support decision makers in implementing new office concepts, in general and in particular in an academic setting, ex post or ex ante.
Originality/value – Much has been written about new ways of working, but research on this topic in academic settings is scarce","New ways of working; University; Post-Occupancy Evaluation; Employee satisfaction","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:c95c8586-a07c-482a-aef8-10837a431030","http://resolver.tudelft.nl/uuid:c95c8586-a07c-482a-aef8-10837a431030","Verbinding tussen bedrijfskunde en bouwkunde","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2010","","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:7ecd80db-6467-4bb8-bcfd-3fb6426c8464","http://resolver.tudelft.nl/uuid:7ecd80db-6467-4bb8-bcfd-3fb6426c8464","Adequaat opstarten van ontwerpprocessen: tien thema's voor een effectieve project start-up","Schaap, A; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Heintz, John L. (TU Delft Design & Construction Management)","","2010","Elk ontwerpproces is uniek, door de tijd- en plaatsgebonden opgave en de telkens weer nieuwe samenstelling van het team van opdrachtgever, ontwerper(s), adviseurs en andere betrokkenen. Een goede start is cruciaal voor een goed lopend proces. Het systematisch nalopen van een aantal standaardthema’s zorgt voor structuur, maar mag niet ten koste gaan van het informele karakter van de eerste gesprekken.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:aecb8605-a68b-4bd5-9a84-7dd05a4078cf","http://resolver.tudelft.nl/uuid:aecb8605-a68b-4bd5-9a84-7dd05a4078cf","Huisvesting als middel tot sociaal-economische vitaliteit","Bakker, I; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2010","Interview met Alexander Rinnooy Kan.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:1a644a95-ea0e-4c56-8b57-1569fc8124a4","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1a644a95-ea0e-4c56-8b57-1569fc8124a4","Onderzoeksagenda voor FMN","van Heerde, K; Pullen, W.R. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2010","Het doel van deze agenda is om onderzoek en ontwikkeling te stimuleren vanuit gerichte vraagstellingen.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:7c3bea5d-ac73-471b-9a7f-0816db6ce969","http://resolver.tudelft.nl/uuid:7c3bea5d-ac73-471b-9a7f-0816db6ce969","Werkomgeving: breinbreker of tevredenheidsgenerator?","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); de Been, I. (TU Delft Real Estate Management)","","2010","Kenniswerkers ontlenen hun motivatie en plezier in het werk vooral aan interessant werk met waardevolle resultaten, leuke collega’s, een goed salaris en doorgroeimogelijkheden. Goede huisvesting en andere faciliteiten die de organisatie en het werk effectief en efficiënt ondersteunen zijn evenzeer belangrijk. Maar wat zijn nu precies die omgevingskenmerken die zorgen voor tevreden en productieve medewerkers? Onderzoek door het Delftse kenniscentrum Center for People and Buildings (CfPB) brengt interessante feiten aan het licht.","","nl","book chapter","FMN","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:1cc1efe0-d760-4183-96bd-ba9a61a92ee0","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1cc1efe0-d760-4183-96bd-ba9a61a92ee0","Private investments in hospitals: a comparison of three healthcare systems and possible implications for real estate strategies","van der Zwart, J. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); de Jonge, H. (TU Delft Real Estate Management)","","2010","Objectives: This article explores lessons to be learned from three different healthcare systems and the possible implications for the management of healthcare real estate, in particular in connection to the Dutch system. It discusses similarities and differences among the different systems, in search of possible consequences on cost, financing, and design innovation.
Background: To keep healthcare affordable in the future, the Dutch government is currently in the process of changing legislation to move from a centrally directed system to a socalled regulated market system. The deregulation of real estate investment that accompanies the new healthcare delivery system offers healthcare organizations new opportunities, but also more responsibility and greater risk in return on investment. Consequently, healthcare organizations must find new methods of financing. Private investment is one of the options.
Methods: Three healthcare systems were analyzed on the basis of a literature review and document analysis, then schematized to show similarities and dissimilarities with regard to private investment in hospitals. Observations are based on a selection of recently published articles on privatesector financing and its implications for healthcare real estate decision making in the Netherlands, the United Kingdom, and Germany.
Results: The strengths and weaknesses of three healthcare systems with differing proportions of private and public investment in hospitals were explored. Research revealed a gap between intended effects and actual effects with regard to quality and cost. Costly private finance does not necessarily lead to “value for money.” Transferring real estate decisions to private investors decreases the influence of the healthcare organization on future costs and quality.
Conclusions: The three healthcare systems show substantial differences between public and private responsibilities. Less governmental involvement affords both opportunities and risks for hospitals. Private investment may lead to innovation, improved efficiency, and cost reduction, provided that the costs and benefits of decisions are not separated between different stakeholders. A missing link between infrastructure provision and healthcare delivery may impede design innovation and optimal adaptation to work processes and could lead to an inefficient allocation of risks and benefits.
Theory: The starting point is the so-called FM Value Map, which was presented in a paper by Jensen (2009) at the research symposium at EFMC 2009 in Amsterdam.
Methodology: Literature reviews of the most influential journals within the academic fields of FM, Corporate Real Estate Management and Business to Business Marketing; reflections on EFMC-presentations; discussions between participants of an EuroFM research collaboration group working on a further exploration and testing of the FM Value Map.
Findings: The research shows a number of different definitions and focus points of Added Value of FM, dependent on the academic field and the area of application. The different research perspectives explored a holistic view on the added value of FM by the integration of an external market based view (with a focus on the aimed output) and the internal resource based view (with a focus on the input from FM and RE). Good relationship management and building on trust shows to be equally important as delivering the agreed services. In order to measure the multidimensional components of adding value both qualitative and quantitative approaches are needed.
Originality/value: Usually the concept of Added Value is discussed from a mono-disciplinary point of view. Based on this international collaboration a more complete picture will arise. The different backgrounds of the authors add value to an increased understanding of the added value of FM by comparing and testing different ways of conceptualising this concept. This is of great importance to FM-research and evidence-based FM as a sound basis for the long term recognition of FM.","Facilities Management; Corporate Real Estate Management; Added Value; Strategic Mapping; Service Marketing; Relationship Value","en","conference paper","EuroFM","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:53195a8e-885d-4784-a355-58e392596ce7","http://resolver.tudelft.nl/uuid:53195a8e-885d-4784-a355-58e392596ce7","Project start-up in the architectual design processes","Schaap, A; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Heintz, John L. (TU Delft Design & Construction Management)","","2010","The goal of this paper is to discuss if knowledge from Project Start-Up theory can be of benefit in the initiation of architectural design projects, and if so, which and what form it should take. Previous research showed that Project Start-Up is a method that can improve the result of a project (Halman & Burger, 2001). In our own study we transformed the Project Start-Up terminology into terms that commend to architects. Then a survey among members of the Royal Institute of Dutch Architects (BNA) has been conducted to verify the need for improvements in project starting procedures. We asked them which issues are involved in present initiations of architectural projects, which issues are underrepresented, and which issues rank high in priority. This formed the basis for a series of simulations, with and without the Project-Start-Up procedure. The simulations were conducted with volunteer architects and clients who supplied project information drawn from ongoing real projects. The simulations were video-taped and the respondents were then debriefed. The participants in the simulations using the Start-Up procedure were found to address more of the Project Start-Up issues than did the participants in the simulation without a Start-Up procedure. Using the Start-Up procedure, the architects were quite dominant in the conversations, initiating far more issues. As such, the Project Start-Up delivered the expected benefit in terms of addressing important issues at the outset of the project. Further, it helped architects to establish an authoritative role within the project team. However, this came at the expense of the team-building value of the freewheeling and product oriented conversation occurring without the Start-Up procedure. It can be concluded that the Start-Up procedure could be valuable for some projects in that it helps clients and architects to more completely cover the range of issues need to be discussed at the outset of the project. However, the Start-Up procedure needs to be further developed to include elements of the more informal and creative conversation that now characterizes the initial conversations between client and architect.","architectural design; design project; Project Start-Up; client; architect","en","conference paper","University of Salford","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:4d2b5f75-9051-48d4-82c9-14c57d8c5668","http://resolver.tudelft.nl/uuid:4d2b5f75-9051-48d4-82c9-14c57d8c5668","FM meetbaar en bespreekbaar maken: EFMC draagt bij aan The Vallue Added of FM","van der Voordt, D.J.M.","","2009","Een onderwerp dat geregeld terugkeert op de European Facility Management Conferences (EFMC) is The Added Value of FM. Ook tijdens het EFMC 2009 kwam het concretiseren van dit concept aan bod. Zo presenteerde professor Per Anker Jensen uit Denemarken de zogenaamde FM Value Map. Hieraan wordt verder gewerkt door een internationale werkgroep van onderzoekers uit Denemarken, Noorwegen, Zweden, Finland, Nederland, Engeland en Zwitserland.","Centre for People and Buildings","en","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:4547a05d-1a57-4773-9c01-6c9e9f0241d6","http://resolver.tudelft.nl/uuid:4547a05d-1a57-4773-9c01-6c9e9f0241d6","Huisvestingskeuzemodel. Procesmodel voor mens- en organisatiegericht huisvesten: Vier stappen,een slinger en een spil op een speelveld","Ikiz-Koppejan, Y.M.D.; van der Voordt, D.J.M.; Gosselink, A.M.","","2009","Deze working paper presenteert een besluitvormingsondersteunend procesmodel voor organisatiegericht huisvesten. We maakten dit model omdat we ervan overtuigd zijn dat het zorgvuldig afstemmen van de inhoudelijke en procesmatige keuzes in een aantal stappen tot betere organisatiegerichte huisvesting leidt en het expliciet(er) maken van keuzes leidt tot een soepel(er) proces.","","nl","report","Center for People and Buildings","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:18670405-a602-44cb-9dca-ee168765964a","http://resolver.tudelft.nl/uuid:18670405-a602-44cb-9dca-ee168765964a","Zorgvastgoedmonitor 2008: De trage omslag naar strategisch vastgoedmanagement in de zorgsector","Hoepel, H; Visser, S; de Vries, JC (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van der Zwart, J. (TU Delft Real Estate Management)","","2009","","","nl","report","Twijnstra & Gudde en TU Delft","9789074411561","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:73f84dc2-943f-460b-b087-4ebd6c4aaf3e","http://resolver.tudelft.nl/uuid:73f84dc2-943f-460b-b087-4ebd6c4aaf3e","Sustainability by adaptable and functionally neutral buildings","Remøy, H.T. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van Dobbelsteen, AAJF (editor)","2009","The continuing high levels of office building vacancy in the Netherlands cause a loss of income for building owners and - since the physical life span of the buildings is not getting shorter – an increase of obsolete office buildings. These buildings are deteriorated or even prospectless, with no perspective on future lease or reuse for office purposes. The situation is augmented by new buildings being added to the supply, creating a replacement market and leaving older buildings redundant; new buildings drive out bad buildings. However, the demolishment of relatively young buildings is neither economic nor socially desirable and is not corresponding with the demand for durability and sustainability. Transformation into other functions is a possible way of coping with these buildings, albeit previous research shows that there are many obstacles to be thrived. Most of the obstacles consider technical, functional and legal aspects that finally influence the financial feasibility negatively. Although in the Netherlands several successful transformations of offices into housing were completed, transformations do not take place on a large scale. Next to location characteristics, the main stated reason for this is estimated financial non-feasibility, caused by high purchase and transformation costs. Hence, when developing new office buildings it seems logical to anticipate future programmatic change. Designing and developing adaptability has been opted for during the last 40 years, but is still not very popular in the development of neither offices nor housing. Is it possible to proactively cope with future programmatic change? To which extent can the development of adaptable buildings help to prevent future building obsolescence? In addition to a reflection on earlier literature on this issue, we conducted 30 interviews with housing corporations and real estate developers to reveal in which conditions transformation of obsolete office buildings is interesting, and if anticipating programmatic change may influence the feasibility of future transformations.","Transformation; conversion; adaptability; willingness to pay","en","conference paper","Delft University of Technology","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:0d19f615-b5a1-4546-8a13-2aa8de195d73","http://resolver.tudelft.nl/uuid:0d19f615-b5a1-4546-8a13-2aa8de195d73","Ways to study corporate real estate management in healthcare: An analytical framework","van der Zwart, J. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Arkesteijn, M.H. (TU Delft Real Estate Management)","","2009","Since 2008, after 35 years of a publicly supported healthcare real estate budget system, Dutch healthcare organisations have become financially responsible for the profits and risks of their real estate investment. Furthermore the Dutch healthcare system is in transition towards a regulated market system with growing competition between healthcare providers.
Both developments will probably change the way healthcare organisations manage their real estate, the location choices they make and the building typology they choose. Real estate will become an increasingly strategic source of profitability and overall performance, similar to capital, human resources, information / knowledge and technology.
In the literature on Corporate Real Estate Management (CREM) different models have been developed to link real estate strategy to business strategy (Jonge et al., 2008). In this paper we explore whether these models can be applied to support hospital organisations in their decision-making about real estate. These models are used to build an analytical framework that will be used in a PhD research study called Better healthcare for lower costs, real estate strategies in a changing context. The main issues of this PhD research are the changing context and scope of Corporate Real Estate Management for hospitals and its impact on real estate decisions in relation to general corporate management.","Building typology; conceptual framework; corporate real estate management; healthcare; hospitals; urban setting","en","conference paper","HaCIRIRC","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:2d0ab4ce-694f-4104-845a-2ad1a62d1ff1","http://resolver.tudelft.nl/uuid:2d0ab4ce-694f-4104-845a-2ad1a62d1ff1","Performance based design and management of healthcare facilities","Durmisevic, S (TU Delft Design Informatics); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Wagenaar, C. (TU Delft OLD Architectuur &Stedenbouw Gesch)","","2009","Subject/Research problem
Healthcare is in need of methods and sound research data to provide a better fit between supply and demand with regard to functionality, serviceability, architectural and perceptual qualities, technical aspects, economical issues and sustainability. This paper presents a research programme in progress of the Faculty of Architecture of the Delft University of Technology. This program aims at the improvement of healthcare real estate in terms of organizational performance and user satisfaction. The environmental aspects range from the urban setting of everyday life to the way buildings such as hospitals, nursing homes and assisted living facilities promote or frustrate the medical procedures and people’s wellbeing as evaluated by the end users (employees, patients, visitors). In addition to the functional performance of buildings in terms of health outcomes, other aspects such as the impact of indoor and outdoor environment and corporate real estate strategies helping organizations to strengthen their portfolio's are studied as well.
Research Questions
What is the impact of different design concepts, design interventions, technological innovations and real estate management strategies on peoples’ health and wellbeing? And how can healthcare buildings being built and managed in a way to improve its present and future performance taking into account the different views and interests of various stakeholders?
Approach
The multi-method approach includes a review of literature; interviews and workshops with experts and end users; analyzing policy documents, long term accommodation plans and so on; field studies including analyses of best- practices and Post-Occupancy
Evaluation; research by design i.e. designing new tools, design concepts, design solutions and real estate strategies; criteria selection, data gathering and knowledge modelling technology for performance based design; development of an ontology that specifies the relations among numerous aspects, and evaluation/validation through computational simulation and by field experts.
Results
Exploration and testing of present or new theories and development of concepts and tools in the field of design and management of healthcare facilities.
Applications
The research data and products will be applied in design and decision making processes in the field of care and cure.","","en","conference paper","3TU","","","","","","","","","","Design Informatics","","",""
"uuid:1a8594a8-7e30-4e34-b97c-fc612c4565a0","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1a8594a8-7e30-4e34-b97c-fc612c4565a0","Bouwstenen voor de FM-onderzoek-en actie agenda","Pullen, W.R. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2009","In FMI 4 brachten Wim Pullen en Theo van der Voordt verslag uit van een rondetafelgesprek met de zes hoofdredacteuren van FM-vakbladen over de FMonderzoeksagenda voor de komende vijf jaar. Dit artikel beschrijft de resultaten van twee vervolgsessies met mensen uit de overheid en het bedrijfsleven. De gesprekken maakten deel uit van de voorbereiding voor de European Facility Management Conference in Amsterdam (op 16 en 17 juni).","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:081009a9-f434-4292-8ef2-fe3a656d972c","http://resolver.tudelft.nl/uuid:081009a9-f434-4292-8ef2-fe3a656d972c","Op weg naar EFMC 2009","Pullen, W.R. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2009","Op 16 en 17 juni vindt de jaarlijkse European Facility Management Conference plaats in Amsterdam. Ter voorbereiding organiseert het Center for People and Buildings met steun van FMN een aantal ronde tafelgesprekken, op zoek naar input voor de onderzoeksagenda voor de komende vijf tot zeven jaar. Er tekent zich een gevarieerd palet aan onderwerpen af. In dit artikel een verlag van de eerste bevindingen.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:2f24e3dd-7366-469d-b490-2caa95678761","http://resolver.tudelft.nl/uuid:2f24e3dd-7366-469d-b490-2caa95678761","Visie op architectuur","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Poppe, C","","2009","Door de toenemende marktwerking in de zorg krijgen ziekenhuizen meer vrijheid
in het bouwen en beheren van zorgvastgoed. Een aansprekende architectonische
vormgeving en een zorgvuldig doordachte inrichting bieden kansen om zich
met het gebouw te onderscheiden. Uiteraard mag aansprekende architectuur
niet ten koste gaan van de functionaliteit, efficiency en budgetoverschrijdingen.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:9ea37408-ff34-4289-9013-fcc742160702","http://resolver.tudelft.nl/uuid:9ea37408-ff34-4289-9013-fcc742160702","Strategisch sturen op locatiepotenties: Zorgvastgoed in de stedelijke context","van der Zwart, J. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2009","Dit artikel verkent een aantal overwegingen ten aanzien van de positie die ziekenhuisorganisaties (willen) innemen in de stad. Wat is beter: een locatie midden in de stad met alle voorzieningen dicht in de buurt, of een locatie buiten het centrum met meer uitbreidingsmogelijkheden en goed bereikbaar vanaf de snelweg? Blijven zorgfuncties geconcentreerd op grote ziekenhuisterreinen of exploderen ziekenhuiscomplexen in kleinschalige zorgcentra op verschillende locaties? Hoe kunnen de kwaliteiten van de locatie(s) zichtbaar worden gemaakt?","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:d898aef3-203b-47c4-9366-cfb6813ec567","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d898aef3-203b-47c4-9366-cfb6813ec567","Kunt u ons LTHP wat strategischer maken?","Huisman, E; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Westra, H (TU Delft Real Estate Management; TU Delft Sustainable Housing Transformation)","","2009","Nu de markwerking in de zorg steeds meer zijn beslag krijgt, neemt de noodzaak tot strategisch sturen op zorgvastgoed sterk toe. Een gereguleerde marktwerking geeft meer autonomie in vastgoedbeslissingen, maar het betekent ook dat je zelf meer risico’s draagt. Kapitaallasten worden niet meer automatisch vergoed. Dit heeft belangrijke consequenties voor de Lange Termijn Huisvestingsplannen (LTHP) van algemene ziekenhuizen. Hoe gaat men in de praktijk om met de slag naar een strategischer inzet van vastgoed?","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:d7eb117e-2442-452f-9181-b21a671d8ace","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d7eb117e-2442-452f-9181-b21a671d8ace","Als alles werkt, werkt u beter!: De invloed van uw werkomgeving op uw productiviteit","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2009","Het lijkt misschien pure luxe om in deze tijd van bezuinigingen te kijken of een werkplek wel prettig genoeg is. Maar als de omstandigheden en de voorzieningen op uw werkplek niet goed zijn, verzet u minder arbeid. En juist in tijden van crisis wil uw manager beslist een team met productieve medewerkers om zich heen. Het is dan ook belangrijk om te kijken of een verbetering in de omstandigheden en voorzieningen kan zorgen voor een stijging van de hoeveelheid werk die u kunt verzetten.","werkomgeving; productiviteit","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:cfd95fef-e607-4522-9675-10ae56bab2ee","http://resolver.tudelft.nl/uuid:cfd95fef-e607-4522-9675-10ae56bab2ee","Input for the 2015 FM research and action agenda","Pullen, W.R. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Hanekamp, H","","2009","One of the aims of EFMC 2009 is to develop a research agenda and action plan for Facility Management (FM) with a time horizon of at least five to seven years. In order to collect input for this agenda, the Delft Center for People and Buildings organised a number of round-table discussions with representatives of professional FM journals, FM professionals and academics. A wide variety of subjects were covered. Some of these subjects came up in almost all sessions, such as sustainability, the changing role of facility managers and facility management (from operational to strategic, from cost efficiency to added value), corporate social responsibility and FM education. Furthermore all papers that have been submitted to the EFMC 2009 research symposium have been analysed with regard to the research questions and proposed next steps. The papers show that we share one world with different problems that need joint efforts to deliver sustainable (durable) solutions. The present paper discusses a number of shared problems and challenges against the background of the key themes of EFFM 2008 - 2009. The findings from the round table discussions and the cross paper analysis have been translated in building blocks for the 2015 FM Research and Action Agenda. This agenda challenges the FM community to integrate knowledge from different research programs and projects and to get more synergy out of it, with as a final aim to contribute to sustainable solutions of societal problems, to build up a sound “evidence based” FM body of knowledge and to work on new research methods.","","en","conference paper","EuroFM","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:689821ac-0d78-4675-9564-a767217e465b","http://resolver.tudelft.nl/uuid:689821ac-0d78-4675-9564-a767217e465b","Measuring employee satisfaction in new offices - the WODI toolkit","Maarleveld, M. (TU Delft Real Estate Management); Volker, L. (TU Delft Design & Construction Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2009","Purpose: This paper presents a toolkit to measure employee satisfaction and perceived labour productivity as affected by different workplace strategies. The toolkit is being illustrated by a case study of the Dutch Revenue Service.
Methodology: The toolkit has been developed by a review of literature and tools for data-collection. The toolkit has been tested and explored further in a number of case studies.
Findings: The toolkit includes a Working Environment Diagnostic Tool (WODI) for an indicative or diagnostic evaluation, a list of Key Performance Indicators that can be used for benchmarking purposes, and a Space Utilization Monitor to measure the occupancy of workplaces. Data collected with the tool provides organizations with a clear picture of user experience of the working environment on its own, in comparison to other organizations and in comparison to the goals of the organization. Employees are also asked to rank the issues in order of importance to overall satisfaction and perceived productivity.
Research limitations: The modules on economic added value and costs to explore the facility costs effects of different office concepts have not been tested yet.
Practical implications: The toolkit and the data from case studies can be used by managers to support decision making on interventions with regard to the organizations’ accommodation policy, re-designing or adaptation of the present building, or moving to another building. Scientifically, the data from case studies and cross case analyses can be used to explore and test hypotheses about the best possible fit between people, processes and place.
Originality: Although a number of data collection tools have been developed earlier, the strength of the present toolkit is its integral approach and is applicability to both traditional and innovative offices.","Pre- and Post Occupancy Evaluation; employee satisfaction; office concept; data collection toolkit; benchmarking; performance","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:22db0e61-da40-4536-83bb-e978a2446c11","http://resolver.tudelft.nl/uuid:22db0e61-da40-4536-83bb-e978a2446c11","Key issues in successfull tranformations of industral heritage","Scheltens, A; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Koppels, P.W. (TU Delft Management in the Built Environment)","van Dobbelsteen, aajf (editor)","2009","Much of our industrial heritage lost its function in the transition from an industrial to a more service-based economy. Meantime, changing consumer preferences have shortened the functional and economic life cycle of buildings to such an extent that many have become vacant and obsolete. Developers tend to prefer to demolish such buildings and redevelop the entire site in an effort to solve the mismatch between supply and demand. However, from society’s point of view, conversion to new functions is much more appropriate. Industrial heritage has much to tell about the spirit and socio-economic aspects of bygone eras and architectural concepts and often contributes to the identity of the neighbourhood or the city as well. It is virtually impossible to reproduce the intrinsic qualities of industrial heritage in new developments. In addition, preservation promotes sustainability as it cuts down on materials and transport. On the other hand, many investors and developers worry about the high costs and risks of conversions to bring existing buildings into line with new user requirements and legislation.
In this paper we discuss ways in which the various stakeholders in transformation projects cope with these dilemmas. We focus on seven cases, including the redevelopment of the NDSM site in Amsterdam (a former shipbuilding area), the A-factorij in Amsterdam (a former bicycle factory converted into office and business premises) and the transformation of the famous Van Nelle factory in Rotterdam - an icon of functionalism - into a ‘design factory’. Economic feasibility, a clear concept, effective marketing and PR, alignment with the local supply and demand, and the right match between the local policy of public and private partners are key factors in the success or failure of such projects.","transformation; industrial heritage; risks; opportunities; concept; economic feasibility","en","conference paper","Delft University of Technology","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","Management in the Built Environment","Real Estate Management","","",""
"uuid:6e0e00ce-6afa-4acd-818b-ba8510f2e940","http://resolver.tudelft.nl/uuid:6e0e00ce-6afa-4acd-818b-ba8510f2e940","Private investment in hospitals: A comparison of three healthcare systems and possible implications for real estate strategies","van der Zwart, J. (TU Delft Real Estate Management); de Jonge, H. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van de Zwart, J (editor); Jonge, H (editor)","2009","Subject/Research problem
Healthcare is both important and expensive, and is likely to become even more expensive in the future. To keep healthcare affordable in the future, the Dutch government is currently in the process of changing legislation in order to move from a centrally directed system into a so-called regulated market system. Although Dutch healthcare providers have always been private organisations, until recently there was tight central governmental control on quality and investment cost of health care real estate. Once the brief and design had been approved by the Netherlands Board for Health Care Institutions, the government guaranteed the financing of the capital costs. The deregulation of real estate investment that comes with the new healthcare delivery system gives healthcare organisations new opportunities, but at the same time also more responsibility and a higher risk on investments. As a consequence, healthcare organisations have to find new ways of financing. Private capital investment is one of the options. Probably this will require a review of both corporate strategies and corporate real estate strategies.
Research Question
What are the experiences and lessons from private investment in hospitals in different countries and what might be the implications for healthcare organisations’ real estate strategies?
Approach
Based on a literature review and analysis of documents the healthcare systems in the Netherlands, UK and Germany have been studied in relation to different approaches of private investment in hospitals.
Result
The analysis of three health care systems with a different proportion between private and public investment in hospitals has been used to explore strengths and weaknesses of different care systems and possible implications for real estate strategies of healthcare organisations.
Application
This paper provides a better understanding of the opportunities and risks of private investment in healthcare real estate and consequences for real estate strategies. The paper is part of a PhD research project that investigates the scope, context, theories and tools of Corporate Real Estate Management in hospitals.","","en","conference paper","Delft University of Technology","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:f228c7d6-437a-41ad-9672-a1e9b1360ff0","http://resolver.tudelft.nl/uuid:f228c7d6-437a-41ad-9672-a1e9b1360ff0","Value based health care real estate strategies","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van der Voordt,, DJM (editor); Dijkstra, K (editor)","2009","Subject/Research problem
The healthcare sector in the Netherlands is shifting from a governmentally steered domain towards regulated market forces and performance-based financing. Organizational changes, new ideas about care and cure, demographical developments and technological innovations play there role, too. The changing context – internally and externally - will have a strong impact on the best possible match between demand for and supply of health care real estate. Although most health care organizations are aware of the necessity to change their real estate policy, many of them lack sufficient knowledge and tools to steer on the added value of their corporate real estate.
Research Question
How can health care real estate support organizational performance? Which considerations should be included in briefing, design and management of health care real estate?
Approach
Literature review; interviewing stakeholders; analyzing documents such as strategic accommodation plans; supervision of MSc students and a PhD student conducting case studies on health care real estate strategies in practice.
Result
This paper discusses the possible added value of hospital real estate to hospital performance. The concept of added value is illustrated by the impact of real estate interventions on costs and labour productivity and real estate as a marketing tool. Research findings from master theses show a slow but clear shift towards more value based real estate strategies. The findings will be used to further explore and test a conceptual framework of the link between real estate as a fifth resource and organizational performance.
Application
The theoretical model and research data may be used to improve our understanding of added value of real estate. Besides, the conceptual framework can be used to support complex decision making in briefing, design and management of health care real estate.","","en","conference paper","Delft University of Technology","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:f83e2cc4-87de-48eb-a997-a33947a4c5f2","http://resolver.tudelft.nl/uuid:f83e2cc4-87de-48eb-a997-a33947a4c5f2","Quality of design and usability: a vitruvian twin","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2009","This paper explores different indicators of quality of architectural design that are used in debates and design appraisals in the Netherlands. In addition to the old Vitruvian trilogy of utilitas, firmitas and venustas a plea is made for a broad view on quality of architectural design. Because buildings go far beyond “free art”, in particular usability and the user’s point of view should be one of the issues to include in design quality indicators. The theoretical framework of quality indicators has been used to reflect on the criteria that were applied to select the architect of the new Deventer Town Hall plus library. A comparison of theory and practice shows that an integral multi-criteria quality assessment, personal preferences and interests, and practical constraints such as limited time, money and information are at odds. At the same time integrated assessments of designs (ex ante) or buildings-in-use (ex post) are essential to build up a body of knowledge on how to synthesize form, function and construction within the boundaries of project constraints.","quality of design; usability; measurement; performance indicators","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:84403584-b3c3-4043-b2e0-2612cb6eafa6","http://resolver.tudelft.nl/uuid:84403584-b3c3-4043-b2e0-2612cb6eafa6","Het presteren van FM","van der Voordt, D.J.M.","","2008","Prestatieafspraken. Prestatiespecificaties. Prestatiecontracten. Het woord prestatie duikt steeds vaker op in de wereld van FM. Maar wat bedoelen we er nu precies mee? En kunnen we de prestaties van FM wel op een betrouwbare en valide manier meten? Een beschouwing vanuit de wereld van een belangrijke facility: de huisvesting.","Center for People and Buildings","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","Real Estate and Housing","","","",""
"uuid:fbc78350-6717-4990-acb2-1954822d9b9c","http://resolver.tudelft.nl/uuid:fbc78350-6717-4990-acb2-1954822d9b9c","Sleutelfactoren in succesvol transformeren van verouderde industriele gebouwen","Scheltens, A; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Koppels, P.W. (TU Delft Management in the Built Environment)","","2008","Transformeren en herbestemmen van industrieel vastgoed is niet zonder risico’s.
Er kunnen zich allerlei organisatorische, financiële, procedurele en technische obstakels voordoen. Niettemin zijn verschillende gebouwen met succes getransformeerd tot nieuwe functies. Andere projecten zijn in voorbereiding. Dit artikel laat zien dat het denken vanuit een helder concept van doorslaggevende betekenis kan zijn voor de financiële haalbaarheid. Slim gebruik van de cultuurhistorische waarde vergroot de kans op succes.","","nl","journal article","","","","","","","","","","Management in the Built Environment","Real Estate Management","","",""
"uuid:5db49d2a-f2be-459b-ad94-0892a845b600","http://resolver.tudelft.nl/uuid:5db49d2a-f2be-459b-ad94-0892a845b600","Van optelsom van bouwmaatstaven naar strategisch vastgoedmanagement","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van den Broek, C (editor)","2008","Toenemende marktwerking in de zorg noodzaakt tot strategisch denken en handelen bij het ontwikkelen en beheren van vastgoed. Kosten en opbrengsten en kansen en risico’s moeten zorgvuldig tegen elkaar worden afgewogen, proactief en voor de gehele levensduur. Een beschouwing over vastgoedmanagement op basis van inzichten uit het domein van Corporate Real Estate Management.","","nl","conference paper","TU-Delft, faculteit bouwkunde","","","","","Accepted Authors Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:9486aad5-6a15-49a2-bcf4-b8bec88d654d","http://resolver.tudelft.nl/uuid:9486aad5-6a15-49a2-bcf4-b8bec88d654d","Standaard werkplek als leidraad voor flexibiliteit","Bakker, I.C. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2008","Met het ‘Programma vernieuwing Rijksdienst’ geeft het kabinet invulling aan de doelstelling om een efficiëntere Rijksdienst te realiseren. In het kader hiervan wordt de Rijkswerkplek ingevoerd; een standaard en up to date werkplek waar elke rijksambtenaar gebruik van kan maken.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:6bf62b96-c55e-402e-a3b0-1ccc6fd2f35f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:6bf62b96-c55e-402e-a3b0-1ccc6fd2f35f","Gezonde en creatieve omgevingen","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2008","Nog geen week na de European Facility Management Conference (EFMC) in Manchester (zie Facility Management Magazine 162) vond in Edinburgh opnieuw een facility managementconferentie plaats. Ditmaal in het kader van CIB W070 en georganiseerd door de Heriot-Watt University. Met elkaar gaven de sprekers een goed beeld van de breedte van het vakgebied, maar door de brede scope zijn weinig onderwerpen echt uitgediept.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:cbf384ea-e93f-4aa6-bda0-761b7af535ef","http://resolver.tudelft.nl/uuid:cbf384ea-e93f-4aa6-bda0-761b7af535ef","Brand op Bouwkunde","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2008","Dinsdag 13 mei was de TU Delft een belangrijk nieuwsitem, de faculteit Bouwkunde stond in brand. Gelukkig raakte niemand gewond, helaas is het gebouw niet behouden. Theo van der Voordt is universitair hoofddocent aan de faculteit, Bouwkunde en was die dinsdag aanwezig. Hij vertelt over die bewuste dag, maar ook hoe de waan van de dag weer wordt opgepakt, zodat studenten weer kunnen studeren.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:15d41bfd-2200-4e44-ac99-e9fda95ba488","http://resolver.tudelft.nl/uuid:15d41bfd-2200-4e44-ac99-e9fda95ba488","Transformatie als oplossing voor leegstand: Methoden voor het vaststellen van kansen en risico’s","Fikse, R (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Bijleveld, S.W. (TU Delft Design & Construction Management)","","2008","Ondanks de aantrekkende markt staan nog steeds veel kantoorgebouwen leeg. Een deel hiervan is kansloos voor hergebruik als kantoor. Ombouwen naar nieuwe functies kan een oplossing zijn. Dit artikel bespreekt voor- en nadelen, belicht het standpunt van een aantal ontwikkelaars en presenteert een afwegingsmodel om met behulp van bestaande checklisten en andere tools tot een onderbouwd besluit te komen: wel of niet transformeren.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:d32c5692-d4b1-4366-af51-e59c320f48b6","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d32c5692-d4b1-4366-af51-e59c320f48b6","Do facilities matter?: The influence of facility satisfaction on perceived labour productivity of office employee","Batenburg, RS; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2008","Purpose: Companies spend a lot of money to provide facilities such as a nice, effective and efficient building, well designed ergonomic furniture, sophisticated IT, cleaning services, catering, and safety services. Both from a theoretical perspective as well as from a managerial point of view, it is important to know if and how strongly facilities do affect employee satisfaction and labour productivity. The paper discusses the results of research on this issue.
Methods: A brief review of literature and statistical analyses of a database of the Delft Center for People and Buildings, with 2197 respondents from 17 different office environments. The database includes data from Diagnostic Post-Occupancy Evaluations on user satisfaction with regard to the organization, working processes, the office concept and a number of facilities.
Findings: Most annual and biannual surveys among Dutch office employees use questionnaires with hardly any questions about the physical environment. Statistical analyses of the Delft database showed a significant but weak correlation between user satisfaction on facilities and self estimated percentage of time that one is being productive. Much stronger correlations came up when satisfaction about facilities is linked to users’ perceptions of the supporting impact of the working environment on ones own productivity.
Implications: The results showed statistical support for the added value of facility provisions. But other variables have their impact, too. A more intensive co-operation between scholars, facility managers and Human Resource managers may help to improve our understanding of the complex relationships between the working environment and perceived labour productivity.","facilities; perception; satisfaction; productivity; POE","en","conference paper","IBC EUROFORUM GmbH","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:28db3c3e-dbfd-4d73-9d29-b5939c7ed9c7","http://resolver.tudelft.nl/uuid:28db3c3e-dbfd-4d73-9d29-b5939c7ed9c7","Effecten van facilitybeleving op de gepercipieerde arbeidsproductiviteit","Batenburg, R; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2008","In dit rapport wordt verslag uitgebracht van een onderzoek naar de invloed van facilitybeleving op de gepercipieerde arbeidsproductiviteit, op zichzelf en in verhouding tot de invloed hierop van tevredenheid over de organisatie, tevredenheid over het werk en de invloed van persoons- en functiekenmerken. Gaat een hogere tevredenheid over de faciliteiten gepaard met een hogere tevredenheid over de mate waarin de werkomgeving de arbeidsproductiviteit ondersteunt? Schatten werknemers die meer dan anderen tevreden zijn over hun facilitaire voorzieningen ook hun arbeidsproductiviteit hoger in?","","nl","report","Stichting Kenniscentrum for People and Buildings","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:e3d0e16f-e5d3-4471-a5dd-c32047c731ff","http://resolver.tudelft.nl/uuid:e3d0e16f-e5d3-4471-a5dd-c32047c731ff","Dilemmas in Health Care Real Estate Management: Impression from a Round Table Discussion","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van der Zwart, J. (TU Delft OLD Real Estate)","Vande Putte, H (editor); de Jonge, H (editor)","2008","","","en","conference paper","Delft University of Technology","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:6ce0c445-d905-4b6e-841f-4148794654af","http://resolver.tudelft.nl/uuid:6ce0c445-d905-4b6e-841f-4148794654af","New Life for Old Buildings: A new evaluation instrument for matching the market supply of vacant office buildings and the market demand for new homes","Geraedts, Rob P. (TU Delft Design & Construction Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","Bekkering, H (editor); ten Doeschate, A (editor); Hauptmann, D (editor); den Heijer, A (editor); Knaack, U (editor); van Manen, S (editor)","2008","","","en","book chapter","010","","","","","","","","","","Design & Construction Management","","",""
"uuid:0a5da68a-c90e-4adc-be36-e4b7d8bc0136","http://resolver.tudelft.nl/uuid:0a5da68a-c90e-4adc-be36-e4b7d8bc0136","Post-occupancy evaluation of a new office concept in an educational setting","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van der Klooster, W (TU Delft Real Estate Management)","","2008","At the end of 2006, Avans Hogeschool (a Dutch Institute of Higher Education) moved a number of previously dispersed departments to a new building. This move was taken as an opportunity to introduce new workplace strategies with desk-sharing and desk-rotating in a transparent setting. This paper presents the results of a postoccupancy evaluation of the new development. Staff was found to be satisfied with the modern architecture, the advanced IT facilities and the openness of the building that supports communication and social interaction. However, many complained of a lack of privacy, conditions that hampered concentration on one’s work and insufficient facilitation of the interaction between teachers and students. Seven years ago, Delft University of
Technology introduced an innovative office concept in one of its faculty buildings. Evaluation of user satisfaction showed that desk sharing was generally regarded as one step too far at that time. But the improved openness, the extra space for display of research work and increased opportunities for students to work in the research area were highly appreciated. In this paper the Avans results are discussed and compared with the findings of the case study at Delft University of Technology.","new workplace strategy; post-occupancy evaluation; educational setting","en","conference paper","CIB General Secretariat","","","","","Accepted Author Mansucript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:38f3020d-5207-49f9-b216-c629528fa7d2","http://resolver.tudelft.nl/uuid:38f3020d-5207-49f9-b216-c629528fa7d2","Architectenvisie op het Programma van Eisen: Een adequaat communicatiemiddel?","Bogers, T; van Meel, JJ; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","Kooyman, W (editor)","2008","Een Programma van Eisen (PvE) geeft de eisen en ambities weer van een opdrachtgever. Daarmee is het PvE een cruciaal communicatiemiddel tussen opdrachtgever en architect. Goede communicatie vereist dat de boodschap van de zender helder overkomt op de ontvanger. In de praktijk blijken PvE’s vaak te uitgebreid, lastig leesbaar, en niet altijd even consistent. Dit artikel laat zien wat architecten van PvE’s vinden, hoe ze PvE’s gebruiken en op welke wijze PvE’s kunnen worden verbeterd.","","nl","book chapter","Arko Uitgeverij bv","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:5b1650fa-ace3-4e3f-9678-5ae51d21a36a","http://resolver.tudelft.nl/uuid:5b1650fa-ace3-4e3f-9678-5ae51d21a36a","Impact of real estate interventions on organisational performance","de Vries, JC (TU Delft Real Estate Management); de Jonge, H. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2008","Background: Real estate is increasingly used as a source of improving the performance of organisations by an improved image, cost reductions, increased employee satisfaction and increased labour productivity. A clear conceptual framework and standardised Key Performance Indicators (KPIs) are needed to understand and monitor the effects of real estate interventions.
Purpose: This paper aims to explore the added value of real estate interventions to organisational performance, theoretically and empirically, including unforeseen positive and negative side-effects.
Methodology: The conceptual framework was based on an extensive literature survey and empirically used in a survey among 47 Institues of Higher Professional Education (IoHPEs) in the Netherlands and additional in-depth interviews at nine Institutes. The effects of real estate interventions were studied by conducting time series analyses of changing organisational performance using several KPIs.
Findings: The study has shown that real estate interventions actually improve organisational performance. However, the effects are not always as positive as expected, nor are they always clearly visible when using the present KPIs for organisational performance. In addition, some effects are temporary.
Practical implications: The conceptual framework and the suggested KPIs can be used to support managers in effectively steering on organisational performance by means of real estate interventions, formulating targets in a SMART way, setting priorities with regard to their organisation’s main objectives, and monitoring the effects.
Originality: The conceptual framework integrates know-how from various studies and fields and was empirically used in educational settings","Added value; corporate performance; corporate real estate; real estate interventions; KPIs","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:09c8857b-6a6c-45d8-94d8-cf0bbc070d70","http://resolver.tudelft.nl/uuid:09c8857b-6a6c-45d8-94d8-cf0bbc070d70","Kantoren","Asselbergs, Floris; Schreibers, Kirsten; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van der Laan, R (editor); Schrover, J (editor); van der Steeg, M (editor); Zwaard, W (editor)","2008","","","nl","book chapter","Kluwer","","","","","Auteursversie","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:54c94ade-b81f-4049-aa0b-5c4dc0272479","http://resolver.tudelft.nl/uuid:54c94ade-b81f-4049-aa0b-5c4dc0272479","A second chance for old buildings","Geraedts, Rob P. (TU Delft Design & Construction Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","Foliente, G (editor); Luetzkendorf, T (editor); Newton, P (editor); Paevere, P (editor)","2008","In the Netherlands, both the office market and housing market show a mismatch between supply and demand, quantitatively and qualitatively. In 2007 almost 14% of all offices are vacant, i.e. 5.9 million square meters. At the same time we see a shortage of about 1 million dwellings. A building must be able to be changed over its life cycle to adapt to the inevitable evolving needs of it’s end users. The first real challenge is how to make adaptable buildings without creating unnecessary redundancy. The second challenge is the re-use of old vacant buildings because the available area for erecting new ones is very scarce in the Netherlands. In this matter, old buildings deserve a second chance in their life cycle. We need to be able to measure the transformation potential of office buildings both at location and at building level. To this end, we have developed what we call a ‘transformation potential meter’ (Geraedts, Van der Voordt, 2003, 2004). The meter has been tested since 2004 in practice by a number of market players, and by students of architecture. This has allowed the transformation potential meter to be evaluated and refined in 2006. Two new steps - the financial feasibility scan and the risk assessment checklist – have also been added. In this paper, we describe the principle of the new transformation potential meter.","life cycle buildings; sustainable; transformation; recycling","en","conference paper","ASN Events","","","","","","","","","","Design & Construction Management","","",""
"uuid:546cc33a-672a-4b82-8086-f9af01a2ed7c","http://resolver.tudelft.nl/uuid:546cc33a-672a-4b82-8086-f9af01a2ed7c","Functieprofielen - Het gebruik van functieprofielen bij de ontwikkeling van een organisatiegericht huisvestingsconcept","Hartjes, A (External organisation); Pullen, W.R. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van Klingeren, N (External organisation); de Bruyne, E. (TU Delft Real Estate Management)","","2008","","Geen BTA classificatie","nl","report","Center for people and buildings","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:618e4033-c409-4f24-8603-57c8af13fe63","http://resolver.tudelft.nl/uuid:618e4033-c409-4f24-8603-57c8af13fe63","Organisatiegericht huisvesten","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Ikiz-Koppejan, YMD; Hartjes-Gosselink, AM","van Scheijndel, PAM (editor); Horsten, F (editor)","2008","Elke organisatie komt vroeg of laat voor de vraag te staan, welke huisvesting het beste past bij de organisatie. Of dit nu is naar aanleiding van een noodzakelijke renovatie van het bestaande gebouw, verhuizing naar een ander gebouw, nieuwbouw, of als onderdeel van de normale bedrijfsvoering. Wat werkt beter: een traditioneel cellenkantoor of een kantoorconcept met gebruik van flexibele werkplekken, al dan niet in een meer open setting? Hoe stemmen we de huisvesting af op het bedrijfsbeleid, de organisatiedoelen, de werkprocessen en wensen van de medewerkers? Kortom: hoe realiseren we een op onze organisatie toegespitste huisvesting? In dit hoofdstuk geven we concreet handen en voeten aan het begrip organisatiegericht huisvesten. Er wordt eerst kort stilgestaan bij het begrip organisatiegericht huisvesten en verwante termen. Vervolgens introduceren we twee tools ter ondersteuning van de planontwikkeling en besluitvorming: een huisvestingkeuze model dat relevante componenten in de besluitvorming op overzichtelijke wijze en procesmatig in de tijd positioneert, en een keuzematrix waarin huisvestingsdoelstellingen gekoppeld worden aan conceptuele keuzes voor de plaats, de lay-out en het gebruik van werkplekken en andere voorzieningen. Deze instrumenten zijn ontwikkeld op basis van literatuurstudie, participatie in huisvestingsprocessen en evaluatieve studies naar gebruik en beleving van verschillende kantooromgevingen (Koppejan, Van der Voordt, Hartjes-Gosselink, 2008).","","nl","book chapter","Sdu uitgevers","","","","","Accepted Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:2facfb2a-a041-4801-89f9-cd114bb976f3","http://resolver.tudelft.nl/uuid:2facfb2a-a041-4801-89f9-cd114bb976f3","Transformatielandkaart: Thema’s, actoren, instrumenten en lessen uit projecten","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","Theo Voordt, van der (editor)","2007","Leegstand van kantoren is van alle tijden. Enige leegstand is normaal, bijvoorbeeld kort na oplevering of bij wisseling van huurders, en ook nodig, bijvoorbeeld om verhuisbewegingen mogelijk te maken (‘frictieleegstand’). De laatste jaren is de leegstand echter schrikbarend gestegen. Anno 2006 wordt in Nederland voor ca. 6,3 miljoen m2 kantoorruimte een huurder gezocht. Volgens sommige deskundigen geen reden om ons hierover erg druk te maken. Een dip in de kantorenmarkt is een normaal verschijnsel van de bekende varkenscyclus. In een tijd van een grote vraag naar nieuwe kantoorruimte bij een beperkt marktaanbod, worden veel nieuwbouwprojecten op stapel gezet. Gezien de lange ontwikkelings- en realisatietijd kan in die periode de marktvraag door conjuncturele marktontwikkelingen aanzienlijk afnemen. Bij oplevering van de nieuwbouw ontstaat daarmee direct een leegstand. Omgekeerd genereert leegstand een afnemend aanbod, waarvan het effect pas op lange termijn zichtbaar wordt. Volgens sommige deskundigen trekt de markt wel weer aan. Anderen zijn minder optimistisch. Volgens hen is er een structureel overschot aan kantoorruimte en zal ook bij een aantrekkende markt een fors deel van het huidige aanbod leeg blijven staan. Dit geldt vooral voor de onderkant van de markt. Bedrijven die naar een ander, beter kantoorgebouw verhuizen, op een gunstiger locatie, laten vaak een gebouw achter dat nauwelijks nog verhuurbaar is als kantoor. Daar komt bij dat door de vergrijzing van de beroepsbevolking, afnemende immigratie, flexibel gebruik van werkplekken (‘kantoorinnovatie’) en verplaatsing van arbeid naar lagelonenlanden eerder een daling dan een stijging in vraag naar kantoorruimte te verwachten valt. Om langdurige leegstand tegen te gaan, is het noodzakelijk dat een substantieel deel van het incourante aanbod van de markt wordt gehaald. Naast sloop en nieuwbouw kan transformatie van leegstaande kantoren en herbestemming tot nieuwe functies een aantrekkelijke optie zijn. Er zijn diverse kantoorpanden met succes verbouwd voor andere functies, zoals woningen voor studenten, (door)starters en senioren, permanent of tijdelijk. Dit boek laat vele voorbeelden zien.","","nl","book chapter","010","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:4a1645ef-a380-48bd-800a-f79c2a277ba7","http://resolver.tudelft.nl/uuid:4a1645ef-a380-48bd-800a-f79c2a277ba7","Transformatiepotentiemeter","Geraedts, Rob P. (TU Delft Design & Construction Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van der Voordt, T (editor); Geraedts, R (editor); Remoy, H (editor); Ouddijk, C (editor)","2007","Om op een efficiënte en systematische manier te kunnen vaststellen of een leegstaand of leegkomend kantoorgebouw voldoende potentie heeft om te worden omgebouwd tot woningen, is de zogenaamde Transformatiepotentiemeter ontwikkeld (Geraedts en Van der Voordt, 2000, 2003). Kort gezegd is dit een checklist met vetocriteria en graduele criteria, waarmee kan worden bepaald welke kenmerken van de locatie en het gebouw gunstig of ongunstig zijn voor succesvolle transformatie. Snel en globaal (Quick Scan) of meer gedegen en gedetailleerd (Haalbaarheidscan). De meter is door verschillende marktpartijen in de praktijk toegepast. Ook afstuderende bouwkundestudenten hebben er veelvuldig gebruik van gemaakt. Zoals het goede studenten betaamt, hebben zij het instrument kritisch tegen het licht gehouden. Zie hiervoor onder meer de afstudeerscripties van Nicole de Vrij, Klaas Jan Boer, John Magielsen, Kawai Pang en Niels Jongeling. Op basis van de toetsing in de praktijk is de oorspronkelijke Transformatiepotentiemeter geëvalueerd en verbeterd. Toegevoegd zijn twee nieuwe stappen: Scan financiële haalbaarheid en Checklijst risico’s planvorming. Hiermee kan de haalbaarheid van een transformatieproject verder onderzocht worden. In dit hoofdstuk beschrijven we de nieuwe Transformatiepotentiemeter en positioneren we dit instrument in de besluitvorming over een GO/NO GO in de initiatieffase. Voor deze bijdrage zijn interviews gehouden met bij transformatie betrokken partijen in Nederland. Aan hen is onder meer de vraag voorgelegd, welke aspecten zij op locatie- en gebouwniveau het meest belangrijk vinden voor een kansrijke transformatie. Verder is gebruik gemaakt van uitkomsten uit onderzoek naar woonwensen in relatie tot locatie- en gebouwkenmerken.","","nl","book chapter","010","","","","","Accepted manuscript","","","","","Design & Construction Management","","",""
"uuid:4f0f837c-5696-441e-a13d-a7c52709c1be","http://resolver.tudelft.nl/uuid:4f0f837c-5696-441e-a13d-a7c52709c1be","Tijdelijk transformeren","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van der Kolk, M","van der Voordt, T (editor)","2007","Het lijkt niet logisch: eerst een leeg kantoorpand of ander bouwwerk verbouwen om het geschikt te maken voor een andere functie, om het na een aantal jaren weer terug te verbouwen naar de oorspronkelijke functie. Toch kan het een interessante optie zijn voor (naar verwachting) langdurig leegstaande panden. Bijvoorbeeld als de kantorenmarkt een tijdelijke dip vertoont en naar verwachting over enkele jaren weer aantrekt. Of wanneer een kantorenpark op de schop wordt genomen en gebouwen enkele jaren leeg staan, in afwachting van een grondige renovatie. Tijdelijke bewoning kan dan veelvoorkomende ellende zoals kraken, verpaupering en vandalisme voorkomen. Inkomsten uit tijdelijke verhuur kan de huurderving door leegstand voor een deel compenseren. Een andere situatie waarin tijdelijk transformeren zinvol kan zijn, is herbestemming in afwachting van sloop. Nederland kent hiervan diverse voorbeelden. Verschillende organisaties hebben zich gespecialiseerd in tijdelijk wonen. De meeste hiervan richten zich op antikraak: met minimale voorzieningen wordt het voor een beperkt aantal personen (zonder gebruiksvergunning) mogelijk om te wonen. Voorbeelden van organisaties die een vrijkomend pand volledig benutten en volgens de wettelijke regels aanpakken, zijn Bureau Magnus (voorheen Stichting Tijdelijke Huisvesting Utrecht), dat landelijk actief is, en de Stichting Tijdelijk Wonen (STW) in Utrecht. Het zal duidelijk zijn dat tijdelijke transformatie beperkingen oplegt aan de investeringsruimte en niet voor iedere doelgroep geschikt is. In dit hoofdstuk beschrijven we enkele ervaringen met tijdelijk transformeren.","","nl","book chapter","010","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:15890a80-2f1c-46b0-b993-0d6b0231ff36","http://resolver.tudelft.nl/uuid:15890a80-2f1c-46b0-b993-0d6b0231ff36","Kansen en risico's bij herbestemming: Instrumenten voor het bepalen van de transformatie-potentie van leegstaande gebouwen","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2007","Volgens experts op de vastgoedmarkt is van de bijna 6 miljoen vierkante meter leegstand in kantoorgebouwen minstens 1 miljoen kansloos voor hergebruik als kantoor. Naast sloop en nieuwbouw kan herbestemming naar nieuwe functies een interessante optie zijn. De laatste jaren zijn verschillende instrumenten ontwikkeld om de kansen en risico’s van transformatie in beeld te brengen. Een overzicht.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:698bcbf2-16d9-46b1-97eb-e60b77a2143a","http://resolver.tudelft.nl/uuid:698bcbf2-16d9-46b1-97eb-e60b77a2143a","Geloof in transformatie?","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Geraedts, Rob P. (TU Delft Design & Construction Management)","","2007","","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:25e70d30-c335-4244-b1e4-df7c4a9fe9bf","http://resolver.tudelft.nl/uuid:25e70d30-c335-4244-b1e4-df7c4a9fe9bf","Invloed van facilitybeleving op arbeidsproductiviteit (2)","Batenburg, R; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2007","De arbeidsproductiviteit op kantoor wordt door veel factoren beïnvloed. Voor aanbieders van facilitaire diensten is vooral het effect van de facilitaire voorzieningen interessant. Op initiatief van Facilicom Services Group. hebben het Center for People and Buildings in Delft (CfPB) en onderzoeks- en adviesgroep Dialogic uit Utrecht een onderzoek uitgevoerd om meer inzicht hierin te verkrijgen.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:ce502d8f-0415-4b13-90ff-56b62cb539c4","http://resolver.tudelft.nl/uuid:ce502d8f-0415-4b13-90ff-56b62cb539c4","De flexplek is zo gek nog niet","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2007","Flexplekken hebben de naam niet populair te zijn. De meeste kantoormedewerkers zouden liever een eigen bureau hebben. Maar is dat echt zo? Niet als we de resultaten van tevredenheidsonderzoek onder gebruikers van flexpekken mogen geloven. Per saldo oordelen zij positief of neutraal. Maar niet alle negatieve vooroordelen over flexplekken blijken ongegrond.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:7834f373-082d-4105-9ede-9181a633cf14","http://resolver.tudelft.nl/uuid:7834f373-082d-4105-9ede-9181a633cf14","Strategisch managen vastgoedportefeuille in de zorg: Huisvesting in beweging","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van Loveren, AMC; Pleunis, JW","","2007","Een terugtredende overheid en toenemende marktwerking in de zorg vergroten de eigen autonomie rond vastgoedbeslissingen, maar leggen ook de risico’s bij de zorginstellingen zelf. Hoe gaan vastgoedmanagers hiermee om? Wat zien we terug van begrippen en instrumenten uit het jonge vakgebied Corporate Real Estate Management? Vijf zorginstellingen zetten hun deur op een kier.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:8b0af443-5cbb-4853-8664-6305db942274","http://resolver.tudelft.nl/uuid:8b0af443-5cbb-4853-8664-6305db942274","Nieuwe kansen voor kansloze kantoren","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Remøy, H.T. (TU Delft Real Estate Management)","","2007","Dat in Nederland veel kantoren leeg staan is genoegzaam bekend. De laatste cijfers komen uit op ca 5,9 miljoen m2. Op zichzelf hoeft leegstand geen probleem te zijn. Om verhuisbewegingen op de kantorenmarkt mogelijk te maken wordt een zogenaamde frictieleegstand van ca 5% als wenselijk beschouwd. Het huidige leegstandspercentage (ca 14%) is echter verontrustend hoog. Hoewel de markt weer aantrekt en recent opgeleverde kantoorruimte gretig aftrek vindt, valt niet te verwachten dat de kloof tussen vraag en aanbod vanzelf oplost. In kwalitatieve zin is er het probleem dat nieuwe gebouwen de achtergelaten panden van de markt verdringen: ‘Good buildings drive out bad buildings’. Veel van de panden aan de onderkant van de markt voldoen niet meer aan moderne gebruikerseisen. Het up to date maken zou te veel geld kosten en te weinig opleveren. Kwantitatief is sprake van remmende factoren op de vraag naar kantoorruimte, zoals de teruglopende beroepsbevolking (vergrijzing) en ruimte reductie door efficiënter omgaan met kantoorruimte. Volgens experts is tussen 1-2 miljoen m2 leegstaande kantoorruimte kansloos om opnieuw als kantoor verhuurd te worden. Gecombineerd met een grote vraag naar woonruimte en andere functies ligt de oplossing voor de hand: bouw leegstaande kantoren om tot woningen.","","nl","journal article","","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:d7cba830-e594-43dc-bef6-667d12926b81","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d7cba830-e594-43dc-bef6-667d12926b81","Conversion of office buildings","Remøy, H.T. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","Bakens, W (editor); Habraken, N.J. (editor); Kamimura, K (editor); Utida, Y (editor)","2007","Building conversion is a way of activating and reusing vacant office buildings. Former research (Barlow and Gann, 1993, Brand, 1994, Douglas, 2006, Geraedts and Van der Voordt, 2003, 2007) has shown possibilities for conversion through theory and practise, and has delivered instruments for determining the conversion possibility of vacant buildings. Still, building conversion is not taking place on a large scale. There may be several reasons; lack of knowledge about building conversion, uncertainty about financial feasibility, and little knowledge about the chances and risks of building conversions. This paper aims at answering the following questions: What are the risks and chances of building conversions? Can these be revealed at an early stage, increasing the feasibility of the project? These questions will be answered based on a cross-case analysis of 14 buildings in the Netherlands which were converted from offices to housing. We will discuss legal, financial, technical, functional and architectonic issues, both theoretically and empirically, by presenting findings from the 14 cases, revealing the risks and chances of building conversions to support decision making on dealing with vacant office buildings.","building activation; adaptation; risks; chances; case-study","en","conference paper","THEI Printing Co.","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:cf18dc38-6d67-4813-bb94-eeb5d39fed65","http://resolver.tudelft.nl/uuid:cf18dc38-6d67-4813-bb94-eeb5d39fed65","A tool to measure opportunities and risks of converting empty offices into dwellings","Geraedts, Rob P. (TU Delft Design & Construction Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","Boelhouwer, P (editor); Groetelaers, D (editor); Vogels, E (editor)","2007","In the Netherlands, both the office market and housing market show a mismatch between supply and demand, quantitatively and qualitatively. In 2007 almost 14% of all offices are vacant, i.e. 5.9 million square meters. Experts judge at least 1 million m2 as having no chance at all to be let again as an office. At the same time we see a shortage of about 1 million dwellings. This paper discusses opportunities and risks of converting empty offices into houses. A checklist will be presented that can be used to support the decision whether or not starting a transformation process and a number of go/no go decisions later on. This checklist is partly based on a literature survey on user requirements and preferences with respect to office accommodation and housing, and partly on interviews with parties involved in transformation processes in the Netherlands. The interviewees were asked which features of locations and buildings they considered to be most relevant. An earlier draft of the method has been tested in practice by market players and students of architecture. The five steps method - from quick and dirty to a more thorough, detailed study - include an analysis of the local market and critical characteristics of the location and the building(s), an economic feasibility study and a check on a number of risk factors from a functional, architectonical, juridical and technical point of view. Using veto criteria and gradual criteria, the method shows which features of the location and the building favour successful transformation, and which hinder it.","","en","conference paper","OTB","","","","","Accepted manuscript","","","","","Design & Construction Management","","",""
"uuid:df566bb3-2a44-48c8-adb6-d0d67b5592a8","http://resolver.tudelft.nl/uuid:df566bb3-2a44-48c8-adb6-d0d67b5592a8","Activiteitgerelateerde Werkomgevingen bij Avans: Een onderzoek naar gebruik en beleving van het AGW concept bij Avans Hogeschool Breda en Tilburg","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2007","Dit rapport beschrijft hoe de medewerkers van Avans Hogeschool de Activiteit-
Gerelateerde Werkomgevingen (AGW) in Breda en Tilburg beleven. Het AGWconcept
– flexwerken in een transparante omgeving met keuze uit verschillende
typen werkplekken, afgestemd op verschillende taken - is ingevoerd om nieuwe
wijzen van werken te ondersteunen, de samenwerking te bevorderen, een
cultuurverandering (grotere klantgerichtheid) te ondersteunen, en efficiënter om te
gaan met kostbare m2. Avans Hogeschool streeft naar 80% tevreden medewerkers
na de ingebruikname van AGW.","","nl","report","Center for people and buildings","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:acccbaca-7b0b-4dd3-b348-0d6e7b4d9e4c","http://resolver.tudelft.nl/uuid:acccbaca-7b0b-4dd3-b348-0d6e7b4d9e4c","Leegstandrisicometer","Geraedts, Rob P. (TU Delft Design & Construction Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van der Voordt, T (editor); Geraedts, R (editor); Remoy, H (editor); Ouddijk, C (editor)","2007","In zijn bijdrage over de gelaagdheid van leegstand pelt Willem Keeris de leegstand af tot het niveau waarop leegstand echt problematisch is en transformatie een interessante optie kan zijn. Aanloopleegstand, mutatieleegstand en frictieleegstand moeten als een normaal onderdeel van het verhuurproces worden beschouwd, aldus Keeris. De echte problemen zitten in langdurige leegstand die de fase van frictieleegstand overschrijdt, operationele leegstand door een laag prestatieniveau, en kansarme/kansloze structurele leegstand. Een belangrijke vraag is of hierop valt te anticiperen. Is het mogelijk om te voorspellen welke kantoorgebouwen als eerste in de gevarenzone komen, wanneer het aanbod aan kantoorruimte de vraag naar kantoorruimte overtreft? Welke kenmerken van de markt, de locatie en het gebouw zijn hierin doorslaggevend? Hoe kan op getrapte wijze, van quick-and-dirty naar grondig en gedetailleerd, een scan plaatsvinden van de kantorenvoorraad op het vroegtijdig signaleren van dreigende leegstand en het vaststellen van potenties en risico’s van behoud als kantoorgebouw?","","nl","book chapter","010","","","","","Accepted manuscript","","","","","Design & Construction Management","","",""
"uuid:f0e1206b-c87d-47ca-8992-cc91cf9f036d","http://resolver.tudelft.nl/uuid:f0e1206b-c87d-47ca-8992-cc91cf9f036d","The New Transformation Meter: A new evaluation instrument for matching the market supply of vacant office buildings and the market demand for new homes","Geraedts, Rob P. (TU Delft Design & Construction Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","Bakens, W (editor); Habraken, N.J. (editor); Kamimura, K (editor); Utida, Y (editor)","2007","It is important to have an effective means of determining the transformation potential of office buildings that are unoccupied or are likely to become unoccupied in the near future. We need to be able to measure this transformation potential both at location and at building level, and it will be convenient to be able to carry out both a quick, superficial appraisal (which we may call a ‘quick scan’) and a more thorough, detailed study (a ‘feasibility scan’). To this end, we have developed what we call a ‘transformation potential meter’ (Geraedts and Van der Voordt, 2000, 2003). The meter has been tested in practice by a number of market players, and has also been widely used by students of architecture who are nearing the end of their degree course. As befits good students, they have subjected the instrument to critical appraisal. This practical application has allowed the transformation potential meter to be evaluated and refined in 2006. Two new steps - the financial feasibility scan and the risk assessment checklist – have also been added to permit further investigation of the feasibility of a transformation project. In this paper, we describe the principle of the new transformation potential meter and its position in the Go/No Go decision-making process in the initial phase of a transformation project.","Transformation; Quick Scan; Feasibility; Office Building Activation","en","conference paper","THEI Printing Co.","","","","","Accepted manuscript","","","","","Design & Construction Management","","",""
"uuid:88e9377c-e6d8-44df-87a0-ef4a79e57127","http://resolver.tudelft.nl/uuid:88e9377c-e6d8-44df-87a0-ef4a79e57127","Strategisch sturen op een kostenefficient Programma van Eisen","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","drs Pleunis, J.W. (editor)","2007","","","nl","book chapter","NVTG","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:6f2d648b-fb52-42d4-b195-2bc1b2bb0d3f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:6f2d648b-fb52-42d4-b195-2bc1b2bb0d3f","A new life: Conversion of vacant office buildings into housing","Remøy, H.T. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2007","Purpose
– The vacancy of office buildings leads to financial problems for the owners and social problems for the community, e.g. vandalism, dereliction and deterioration. A solution may be found through the conversion of vacant office buildings into housing. Vacancy‐threatened buildings are often part of the mediocre part of the building stock. Does conversion make sense in this case? What are the opportunities, threats and risks? What are the critical success factors? The purpose of this paper is to discuss financial, functional, structural, technical and aesthetic issues.
Design/methodology/approach
– Through previous research at the Delft University of Technology, tools are developed to decide the potential for the conversion of buildings. This paper discusses the risks and chances, and brakes and triggers of transformation projects, based on case studies. These case studies are performed through interviews with professionals involved in the transformation process and through analyses of architectural drawings of the before and after situations. For each project two interviews were held, with the architect and the developer or client. The interviews focussed on the process of the transformation projects.
Findings
– The conversion of nondescript and unarticulated buildings makes sense from the point of view of sustainability, both ecologically and in an urban regeneration context. These projects will only be interesting for developers of commercial real estate if they can be made economically feasible. Social housing associations also have additional social goals. Through a longer investment perspective these associations can wait for property increases through long‐term externalities as result of upgrading of the area. In buildings that are kept because of economical or social feasibility there are strong connections between the target group, the location and the conversion costs.
Practical implications
– The tools developed have proved to be useful for quick scans of the potential for building conversion. This paper is a first step in trying to depict a more detailed view of the risks and chances of building conversions. Knowledge of the risks and chances of conversion is required to make decisions concerning transformation projects.
Originality/value
– The paper develops knowledge about transformation projects and decision support tools for the conversion of buildings, based on empirical studies.","","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:efee8ad6-5449-423d-904d-dbad30bf5aa9","http://resolver.tudelft.nl/uuid:efee8ad6-5449-423d-904d-dbad30bf5aa9","Performance of office buildings from a user's perspective","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Maarleveld, M. (TU Delft Real Estate Management)","","2006","In the field of environmental psychology a long tradition exists in Post-Occupancy Evaluation (POE) or building-in-use studies. Nowadays facility managers and real estate managers seem to show a growing interest in ex post evaluation of buildings, too, particularly in connection to ex ante assessments in the briefing and design phase. The aim of this paper is to discuss general objectives and methods of POE and to show how research findings can be used in (re-)designing and management of office buildings. The approach is illustrated by a case study of an office building of the Dutch Ministry of Agriculture. This building has been assessed by using the WEDI working environment diagnostic tool. The results are used to support decision making in the present renovation of the ministries headquarter in The Hague and the real estate management of other ministerial buildings. The paper ends with a series of lessons learnt from a cross-case analysis of eight office buildings and a preview into work in progress on a search for a satisfaction index that might be used in accommodation policy and for benchmarking purposes.","office buildings; post-occupancy evaluation; employee satisfaction; diagnostic tool; cross-case analysis","en","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:29520722-8a69-4078-9fbd-99dd31d06b2d","http://resolver.tudelft.nl/uuid:29520722-8a69-4078-9fbd-99dd31d06b2d","A new life: Transformation of vacant office buildings into housing","Remøy, H.T. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","Haugen, Tore I. (editor); Moum, Anita (editor); Brochner, Jan (editor)","2006","Office buildings are experiencing vacancy. This leads to financial problems for the owners and social problems for the community, e.g. vandalism and deterioration. A solution may be found in transformation of vacant buildings and changing the buildings’ program. In the Dutch situation, housing is a valid function, given the tight market. Housing traditionally correlates well to other functions of the city core, such as culture and leisure. Most well-known examples of transformation consider buildings with a proven architectural quality, while vacancy-threatened buildings are often part of the non-eloquent building stock. Does transformation make sense in that case? What are the opportunities, threats and risks? Which are the critical success factors? In this contribution we will discuss financial, functional, structural, technical and architectonic issues and the impact on the urban context, both theoretically and empirically by presenting a number of interesting cases.","transformation; vacancy; offices; housing","en","conference paper","NTNU, Fac. of Architecture and Fine Art","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:d32e12da-2a95-497a-94bd-12d37c2f67c1","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d32e12da-2a95-497a-94bd-12d37c2f67c1","Scoren met kantoren: Nieuwe bestemming voor lege kantoren - Vroeger kantoor, nu huis","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2006","Leegstand van kantoren is van alle tijden. Enige leegstand is normaal, bijvoorbeeld kort na oplevering of bij wisseling van huurders, en ook nodig, bijvoorbeeld om verhuisbewegingen mogelijk te maken (‘frictieleegstand’). De laatste jaren is de leegstand echter schrikbarend gestegen. Anno 2006 wordt in Nederland voor ca 6,3 miljoen m2 kantoorruimte een huurder gezocht. Om langdurige leegstand tegen te gaan, is het noodzakelijk dat een substantieel deel van het incourante aanbod van de markt wordt gehaald. Naast sloop en nieuwbouw kan transformatie van leegstaande kantoren en herbestemming naar nieuwe functies een aantrekkelijke optie zijn.","","nl","journal article","","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:9bb5fd57-d246-49e0-be3d-b7080b247956","http://resolver.tudelft.nl/uuid:9bb5fd57-d246-49e0-be3d-b7080b247956","Op naar een tevredenheidsindex voor kantoorhuisvesting","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2006","Organisaties besteden steeds meer aandacht aan een optimaal gebruik van de werkomgeving. Optimaal staat zowel voor kostenefficiënt als voor het effectief ondersteunen van organisatiedoelen en werkprocessen. Maar hoe zit het eigenlijk met de medewerkerstevredenheid over de fysieke werkomgeving?","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:c445d1f8-1ea2-4aed-865c-6358b62c6452","http://resolver.tudelft.nl/uuid:c445d1f8-1ea2-4aed-865c-6358b62c6452","Form follows identity: Het vertalen van corporate image naar huisvestingseisen","van Loon, SA (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van Liebergen, M","","2006","Huisvesting kan mede ingezet worden als marketinginstrument om de kernwaarden van een organisatie tot uitdrukking te brengen. Naast Efficiëntie en Effectiviteit is er de derde E van Expressie. Om de juiste boodschap uit te dragen, dient de huisvesting afgestemd te worden op het beeld dat de organisatie bij haar doelgroepen wil creëren. Dit artikel presenteert een aanpak om de kernwaarden van een organisatie te definiëren en te vertalen in huisvestingseisen voor een Programma van Eisen.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:58c98c29-ade9-4157-aa3e-f38f9c822121","http://resolver.tudelft.nl/uuid:58c98c29-ade9-4157-aa3e-f38f9c822121","Kleinschalige voorzieningen voor hoogopgeleiden","Rosenbrand, ME (TU Delft OLD Real Estate); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2006","Om hun stad economisch te versterken en meer stabiliteit te creëren, willen veel Nederlandse gemeenten hoogopgeleiden aan zich binden. Naast gericht woningmarktbeleid wordt een ruim en kwalitatief hoogwaardig aanbod aan winkel- en vermaakvoorzieningen ingezet als middel voor het aantrekken en vasthouden van hoogopgeleiden. In dit artikel wordt aan de hand van resultaten uit onderzoek bekeken of investeren in hoogwaardige voorzieningen een verstandige strategie is. Dit blijkt zo te zijn, maar het effect moet niet worden overschat. Ter illustratie spiegelen we de onderzoeksbevindingen aan het beleid van de gemeente Rotterdam.","","nl","journal article","","","","","","Accepted manuscript","","","","","OLD Real Estate","","",""
"uuid:a38695a2-9087-4143-95af-249cca245d8f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a38695a2-9087-4143-95af-249cca245d8f","Sabbat in Sheffield: Hot issues in facility management","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2006","In Nederland zien we in het vakgebied Facility Management langzaam maar zeker een verschuiving van operationeel naar meer strategisch denken en handelen. Hoe is dit in het buitenland? Wat zijn daar de hot topics in het verder professionaliseren van FM? Theo van der Voordt ging kijken bij de buren en brengt verslag uit van een werkbezoek aan het Facilities Management Graduate Center van de Sheffield Hallam University.","","en","journal article","","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:796eb36b-6256-40dd-ba6d-1fda4605f3c7","http://resolver.tudelft.nl/uuid:796eb36b-6256-40dd-ba6d-1fda4605f3c7","Use of workplace evaluations in briefing and design","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","Haugen, Tore I. (editor); Moum, Anita (editor); Brochner, Jan (editor)","2006","Many organizations are engaged in organizational change, adopting new management styles and new ways of working. Innovative workplace design is used to facilitate organizational change, to improve user satisfaction and labour productivity, and to lower facility costs. Although some research has been done into the use and experience of new offices, there is still a need for sound data about the real effects on organizational goals and employee satisfaction. For this reason, the Center for People and Buildings in Delft has developed an instrument for a diagnostic Post-Occupancy Evaluation (POE). This tool has been tested in a number of case studies. This paper presents the structure of the tool and reflects on the usability of POE-data to indicate problems in the present situation, to evaluate the effects of design interventions, and to support future decisions in briefing, design and management of office buildings.","workplaces; performance; evaluation; briefing","en","conference paper","NTNU","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:839a2090-2e5f-4715-913b-2b0d0b8370eb","http://resolver.tudelft.nl/uuid:839a2090-2e5f-4715-913b-2b0d0b8370eb","Gebruikers over hun kantooromgeving: Cross-case analyse van acht projecten","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Maarleveld, M. (TU Delft Real Estate Management); Attema, J","","2006","In dit rapport zijn op basis van data uit acht door het CfPB geëvalueerde projecten ondergrenzen en bovengrenzen opgespoord in percentages (on)tevreden medewerkers, per thema en per item. Ook is gekeken naar gemiddelde percentages over alle acht projecten. Tevens is gezocht naar verklaringen voor overeenkomsten en verschillen in (on)tevredenheid. Op basis van de bevindingen zijn voorstellen geformuleerd voor tevredenheidsnormen, gebaseerd op gemiddelde (on)tevredenheidspercentages en rekening houdend met verschillen in steekproefgrootte. Tenslotte is onderzocht welke variabelen in belangrijke mate bijdragen aan de overall waardering van de huisvesting. Hieruit zijn 26 items naar voren gekomen die sterk van invloed zijn op de tevredenheid over de huisvesting en andere faciliteiten. In het slothoofdstuk zijn de bevindingen samengevat in een overzicht van de belangrijkste overeenkomsten en verschillen in tevredenheid over de organisatie, het werk, de huisvesting en andere faciliteiten, lessen voor managers, methodologische lessen en aanbevelingen voor vervolgonderzoek.
and desk-rotation. The main objectives are 1) to improve organizational
performance by better communication, and 2) cost reduction by the more
efficient use of accommodation and other facilities. Although some research has been done into the use and experience of new offices, there is a need for sound data about the overall effects on organizational performance and user needs. Commissioned by the government, the Center for People and Buildings in Delft has developed an instrument for an ex ante or ex post evaluation of non-territorial offices. The tool has been based on an extensive literature review and is being tested in a number of case studies. The tool can be used to indicate problems in the present situation, to evaluate the effects of design interventions, and in support of decisions to change the physical working environment.
minderkosten van werkplekinnovatie. In FMM 96 van december 2001 werd
ingezoomd op de kosteneffecten van het Flexido concept voor een regiokantoor
van ABN AMRO. In beide artikelen lag de nadruk op de huisvestingskosten. Maar
hoe zit het met andere facilitaire kosten, zoals ICT, documentmanagement en
schoonmaak? Wegen de extra investeringen op tegen de baten? Een verslag van
een verkennende zoektocht.","","nl","journal article","","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:ef57dff5-87c8-4e62-a576-2b7561e64402","http://resolver.tudelft.nl/uuid:ef57dff5-87c8-4e62-a576-2b7561e64402","Werkomgevingsdiagnose-instrument: Openbaar Bestuur en Werkomgeving: Naar een meetbare en bespreekbare aanpak","Volker, L. (TU Delft Design & Construction Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2005","Dit rapport beschrijft het werkomgevingsdiagnose-instrument. Hoofdstuk 1 bevat een korte introductie op het instrument inclusief aanleiding, doel en doelgroep, het toepassingsgebied, de modulaire opbouw, en het proces dat is gevolgd om het instrument te ontwikkelen. In de volgende hoofdstukken worden alle modulen uitgewerkt volgens hetzelfde format: een stukje theorie, de relevantie van de module, een korte inventarisatie van meetmethoden, een concrete vragenlijst voor een of meer interviews met sleutelpersonen of groepsdiscussies en een schriftelijke vragenlijst voor de medewerkers. Het rapport wordt afgesloten met een reflectie op de bevindingen en een voorstel voor integratie van verschillende aspecten in één kernvragenlijst.
De publicatie heeft tot doel om verantwoording af te leggen van de achtergrond en de ontwikkeling van het diagnose-instrument en is tevens bedoeld als onderlegger en toelichting bij de digitale versie van het ontwikkelde instrumentarium.","","nl","report","Center for people and buildings","90-807720-6-2","","","","","","","","","Design & Construction Management","","",""
"uuid:2378f912-676e-4117-9df5-60c943ada9bf","http://resolver.tudelft.nl/uuid:2378f912-676e-4117-9df5-60c943ada9bf","Offices at work","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2005","Boekbespreking van: Offices at Work : Uncommon Workspace Strategies that Add Value and Improve Performance, Door F. Becker, Uitgever: Jossey-Bass (Wiley). ISBN 0-7879-7330-0.","","nl","review","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:4fbd35fb-fb6b-4d9a-b550-6868cd528123","http://resolver.tudelft.nl/uuid:4fbd35fb-fb6b-4d9a-b550-6868cd528123","Benchmarking op prestaties van de huisvesting","Volker, L. (TU Delft Design & Construction Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van den Berg, J (editor); Lennartz, R (editor)","2005","Om te weten of organisatiedoelstellingen gehaald worden zijn indicatoren nodig. Wanneer is een organisatie succesvol? Zet het beleid zoden aan de dijk? Of zijn ingrepen nodig in de organisatie, de werkprocessen en/of de bedrijfsmiddelen om tot betere prestaties te komen? In deze bijdrage ligt de focus op de huisvesting. Hoe goed presteert uw huisvesting? Op zich zelf, in vergelijking met een eerdere situatie, in vergelijking met anderen? Om dit te kunnen meten is door het Center for People and Buildings in Delft een Werkomgevingsdiagnose-instrument ontwikkeld, kortweg WODI. Deze bijdrage bespreekt de opzet, resultaten uit projectanalyses en bruikbaarheid voor benchmarking.","","nl","book chapter","Arko","","","","","Accepted manuscript","","","","","Design & Construction Management","","",""
"uuid:de033be6-32af-43c2-aefe-8b2b107cfa1b","http://resolver.tudelft.nl/uuid:de033be6-32af-43c2-aefe-8b2b107cfa1b","Het WiNN-concept: Gebruik en beleving van een innovatief kantoorconcept voor Nationale Nederlanden in de Haagse Poort","Hartjes, A; van Lanen, F (TU Delft Management in the Built Environment); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2005","Dit rapport brengt verslag uit van een onderzoek naar het gebruik en de beleving van een nieuw kantoorconcept voor Nationale Nederlanden (NN), het WiNNconcept, met een grote mate van openheid en flexibel gebruik van activiteitgerelateerde werkplekken. Het management zit bij elkaar en maakt gebruik van wisselkamers. De management-ondersteuning heeft een vaste plek. Teams beschikken over een eigen domein, waar 10 medewerkers 8 werkplekken delen. Met de nieuwe huisvesting hoopt NN een werkomgeving te creëren die optimaal aansluit bij de veranderende organisatie, medewerkers inspireert, bijdraagt aan een cultuuromslag, een reductie in netto kantooroppervlak oplevert van 15%, en 80%
bespaart op de interne verhuiskosten.","","nl","report","Stichting Kenniscentrum Center for People and Buildings","","","","","","","","","Management in the Built Environment","Real Estate Management","","",""
"uuid:623bc383-5269-4513-8d3a-ce35f8a091a8","http://resolver.tudelft.nl/uuid:623bc383-5269-4513-8d3a-ce35f8a091a8","Evaluatie van gebouwprestaties","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2005","Boekbespreking van: Assessing Building Performance, Edited by Wolfgang FE Preiser en Jacqueline C Vischer. Uitgever: Elsevier. ISBN 0-7506-6174-7.
totale voorraad! Zelfs de meest optimistische vastgoedexperts geven toe dat voor
een deel hiervan ook bij een aantrekkende markt geen huurder meer te vinden zal
zijn. Slopen betekent vaak kapitaalvernietiging. Herbestemming naar andere
functies kan onder voorwaarden een goede optie zijn. De TU Delft doet onderzoek
naar kansen en risico's en ontwikkelt instrumenten voor verantwoorde
besluitvorming. Een beknopt overzicht.","","nl","journal article","","","","","","Accepted manuscript","","","","","Design & Construction Management","","",""
"uuid:462c281e-251c-4bac-9088-0a29bc578a84","http://resolver.tudelft.nl/uuid:462c281e-251c-4bac-9088-0a29bc578a84","Instrumenten om prestaties van werkomgevingen te kunnen meten (II)","Volker, L. (TU Delft Design & Construction Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2005","Aan de overstap naar een innovatief kantoorconcept liggen vaak ambitieuze
doelstellingen ten grondslag.Om te weten of de doelstellingen gehaald zijn, moet worden gemeten. In het eerste deel van dit tweeluik is beschreven hoe met behulp van een werkomgevingsthermometer en een werkomgevingsdiagnose-instrument de prestaties van de werkomgeving kwantificeerbaar kunnen worden gemaakt.Dit tweede deel gaat in op de doelstellingen en bespreekt de eerste bevindingen.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Design & Construction Management","","",""
"uuid:33aca9b7-c85c-484c-96a3-8d005dc9b83f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:33aca9b7-c85c-484c-96a3-8d005dc9b83f","A visit to Cornell University, Ithaca, USA: Notes on the International Workplace Studies Program IWSP","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2004","In October 2004 I had the opportunity to visit Cornell University in Ithaca, New York. The purpose of my visit was to learn more about the International Workplace Studies Program (IWSP) that was launched in 1989 by Franklin Becker and William (Bill) Sims. Frank is the present chair (Bill the former) of the Department of Design and Environmental Analysis (DEA) of the College of Human Ecology. The mission statement of IWSP is to generate research-based information related to the planning, design, and management of facilities that can contribute to the development of more competitive and effective organizations. The focus is on new ways of working and new integrated workplace strategies. A considerable number of case studies haven been executed on the effects of non-territorial offices and teleworking - at home, with the client, in a hotel, in a telework center – on communication, social cohesion, collaboration, attraction and retaining staff, turnover, productivity, and facility costs. Most studies include an extensive review of literature, a user survey with web-enabled questionnaires, interviews with focus groups, observations and analysis of documents.
Two overall conclusions are coming up. First of all the need for an integral approach of “The Total Workplace”. This concept refers to: 1) the idea of integrating decisions often considered in isolation by different departments (HRM, IT, design and construction, and buildings operations and management); 2) the idea that the workplace is more than one’s own personal office or workstation, it is the entire workplace (site, amenities, common areas, project rooms, support areas), a “series of loosely coupled settings”; 3) the idea that the processes used for planning, designing, and managing the workplace are as much a part of the building’s quality as are its physical characteristics. A second conclusion is the great value of face-to-face contacts to tacit learning, building trust and social cohesion, and young employees’ learning on the job by becoming an “insider”.
The IWSP-research improves our understanding of what is really going on in the offices of our times. The empirical data can be used as a mirror for managers to take well-informed decisions. But the data don’t give us a blueprint how a well performing office should be. Contextual differences with reference to organizational characteristics, working processes, the cultural and economic context, and differences with regard to demographics (age, gender, ethnics) and jobs require more or less a tailor made approach. But taking into account all key findings and lessons learned, decision makers can reduce the risk of “wrong” decisions and improve the probability of positive outcomes. An interesting tool to support complex decisions in accommodating change is the so-called Cornell Balanced Real Estate Assessment Model (COBRA©), a prototype tool, including investment and operational costs, exit costs, key human resource factors, and measures of uncertainty. The COBRA tool may be used to quantify the implications of different assumptions and decisions. For instance the % of productivity increase that is needed to compensate for the high cost of collocating a faculty, or the reduce in turnover to compensate the cost of employee services. It is in particular the combination of soft and hard data and “dollar-metrics” that makes the tool very helpful.
This report summarizes the main findings of four weeks of talking, reading, and reflecting. Apart from the discussions with Franklin Becker and William Sims, I had also the opportunity to talk with their colleagues Alan hedge, Lorraine Maxwell and Nancy Wells, with Stephani Robson of the Hotel School, with Robert Abrams of the two-year master’s degree program Real Estate, and, be it briefly, with Mohsen Mostafavi, the brand new Dean of the College of Architecture, Art, and Planning.","","en","book","Faculty of Architecture, TU Delft","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:d319918b-b998-4f9f-b875-e9fab8802793","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d319918b-b998-4f9f-b875-e9fab8802793","Flexen in forum flex: Een onderzoek naar de beleving van een innovatief kantoorconcept voor het Centrum voor Facilitaire Dienstverlening van de Belastingdienst in Utrecht","Volker, L. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2004","Dit rapport brengt verslag uit van een evaluatie onderzoek naar het gebruik en de beleving van het nieuwe kantoor voor het Centrum voor Facilitaire Dienstverlening (B/CFD) van de Belastingdienst in Utrecht. ""Forum Flex"" wordt gekenmerkt door flexibel gebruik van een gevarieerd aanbod aan activiteitgerelateerde werkplekken en een modern interieur ontwerp. Door middel van het bestuderen van documenten en enkele interviews met sleutelpersonen zijn eerst de achtergronden en doelstellingen van het kantoorconcept in beeld gebracht. Hierbij is ook aandacht besteed aan het implementatieproces. Door middel van een schriftelijke enquête onder alle 185 medewerkers (respons 48%; N = 88) is vastgesteld hoe de medewerkers hun fysieke werkomgeving in het dagelijks gebruik ervaren.","","nl","report","Center for people and buildings","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:f6336c79-7da2-4c53-a01f-12b976d943ab","http://resolver.tudelft.nl/uuid:f6336c79-7da2-4c53-a01f-12b976d943ab","Costs and benefits of flexible workspaces: work in progress in The Netherlands","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2004","The last decade has witnessed the introduction of non‐territorial offices with desk sharing and desk rotation linked to different job functions and working processes. This paper discusses the motives behind the application of these new concepts, potential costs and benefits and data on accommodation costs. A framework of potential costs and benefits is presented and illustrated by data from cost analyses and post‐occupancy evaluations of new offices. The author advocates the creation of an integral framework of (potential) costs and benefits, structured according to the principles of the balanced score card. This may help decision makers to set priorities in objectives and to anticipate on effects of interventions in office accommodation. Empirical data on costs and benefits of innovative workplace design are scarce. The framework according to the balanced score card should be explored further by interviewing experts from different organisations. The integral framework is new. The conceptual framework and data from empirical research may support decision making.","Innovation; Facilities; Costs; Benefits; The Netherlands","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:1580ee86-591e-490c-9e01-322055b4c17d","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1580ee86-591e-490c-9e01-322055b4c17d","Human response to Innovative Workplace Design","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2004","In the early 1990s, Dutch organisations started experimenting with flexible workplaces. Traditional cellular offices and open plan and group offices, which provided a fixed workspace for everyone, were no longer a matter-of-course. With the help of modern information and communication technology, pioneers switched over to sharing activity-related workplaces in a combi office. Personnel can choose from a wide range of workplaces, depending on the type of work that they do: open workplaces, concentration workplaces, touch-down workplaces, formal discussion areas, coffee corners, clubs, etc. Economic considerations (low occupancy of expensive workplaces), organisational developments (trend towards network organisations, teamwork, fast exchange of knowledge, part-time work) and external developments (globalisation, competition) are important motives for workplace innovation. Apart from stimulating new ways of working – more dynamic, less dependent on place and time – organisations hope to improve labour productivity and to make major cost savings (fewer workplaces, fewer square metres) without affecting employee satisfaction.
Various flexible offices have now been introduced within several organisation. An important question is whether these changes actually lead to improvements. Are the experiences really positive? What are the risks involved? What do we really know about the effects? What advice do we give to management? Research into the answers to these questions is still in its infancy. This is a new field of study with little academic tradition. The information on hand is inadequate and not consistent enough. The field is dominated by the opinions of proponents and opponents. Explanations for the success or failure of flexible offices are contradictory. This is remarkable given that the investments are considerable and the introduction of new working methods in an innovative office environment can involve major risks.","","en","journal article","","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:a8d6b7ae-5d21-495d-a30b-28437f4f2d70","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a8d6b7ae-5d21-495d-a30b-28437f4f2d70","Productivity and employee satisfaction in flexible workplaces","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2004","In the early 1990s, a few organisations in the Netherlands began to experiment with flexible workplaces. Traditional cellular offices and the open‐plan offices or team‐oriented bullpen spaces in which everyone had their own fixed workplace were no longer a matter of course. Making use of modern information and communication technology, the pioneers redirected their attention towards the sharing of activity related workplaces in a combi‐office. Economic considerations (eg low occupancy of expensive workplaces), organisational developments (network organisations, teamwork, fast exchange of knowledge, part‐time work) and external developments (globalisation, strong competition) are important drivers for change. The aim is to stimulate new ways of working (dynamic, less closely linked to place and time), to improve labour productivity and to make major cost savings (fewer workplaces, fewer square metres), without reducing employee satisfaction. Since then a number of new offices have been realised. Twelve per cent of organisations that have moved recently use flexible workspaces for the most part or exclusively. An important question now is whether the aims have been achieved. What are the actual benefits? What are the risks? How should consultants advise their clients? The field is dominated by the opinions of those in favour and those against. Statements expressing the successes or failures of flexible offices contradict each other. Hard data are almost lacking. Due to the scarcity of empirically supported insights, the Delft University of Technology in the Netherlands together with the Centre for People and Buildings and the Centre for Facility Management are carrying out investigations into the costs and benefits of workplace innovation. This paper reports on progress so far, with a focus on employee satisfaction and labour productivity.","New offices; Flexible working; Productivity; Employee satisfaction; Research; Post‐occupancy evaluation","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:1ffcd3d3-c81e-4528-acca-da484af42e0a","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1ffcd3d3-c81e-4528-acca-da484af42e0a","Kantoorinnovatie als instrument voor kostenbeheersing","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2004","Tijden van economische recessie noodzaken tot kostenreductie. Het delen van werkplekken is dan een aantrekkelijke optie. Dat bespaart m2 en dus ook bouw- en exploitatiekosten. Maar een eenzijdige focus op efficiency zou wel eens 'penny wise, pound foolish' kunnen zijn. Een pleidooi voor een evenwichtige afweging tussen kosten en baten.","","nl","journal article","","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:23138d20-d3af-4f75-bb81-de953c47b9ee","http://resolver.tudelft.nl/uuid:23138d20-d3af-4f75-bb81-de953c47b9ee","Flexibel werken: Organisatiedoelen en gebruikerswensen: een paar apart?","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2004","Door flexibel te werken zijn minder werkplekken nodig en kunnen organisaties fors besparen op de facilitaire kosten. De voor- en nadelen van een flexibel huisvestingsconcept.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:b7aa32df-ca53-4186-81d9-014dd1c65e6b","http://resolver.tudelft.nl/uuid:b7aa32df-ca53-4186-81d9-014dd1c65e6b","Van vast naar flexibel: Een onderzoek naar de beleving van een innovatief kantoorconcept voor de VROM-Inspectie Zuid-West te Rotterdam","van Ree, HJ (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Volker, L. (TU Delft Real Estate Management)","","2004","In dit rapport wordt verslag uitgebracht van een evaluatie onderzoek naar de beleving van het nieuwe kantoor voor de VROM-Inspectie Zuid-West in Rotterdam. Het kantoorconcept wordt gekenmerkt door flexibel gebruik van een gevarieerd aanbod aan activiteitgerelateerde werkplekken in een transparante omgeving. Aan de hand van analyses van documenten en interviews met sleutelpersonen zijn de achtergronden en doelstellingen van het kantoorconcept in beeld gebracht. Er is ook aandacht besteed aan het implementatieproces, van initiatief tot ingebruikname. Door middel van een schriftelijke enquête onder alle 112 medewerkers (respons 62%; N = 69) is vastgesteld hoe de medewerkers hun werkomgeving in het dagelijks gebruik ervaren. Ook zijn bezettingsgraadmetingen gehouden.","","nl","report","Center for people and buildings","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:4b3b6daf-23ea-446c-a872-8852db90fc3c","http://resolver.tudelft.nl/uuid:4b3b6daf-23ea-446c-a872-8852db90fc3c","The vacancy risk meter: An instrument for defining the lower end of the office premises market","Geraedts, Rob P. (TU Delft Design & Construction Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2004","","Vacancy Risk Meter; Transformation; lower end of the office premises market; structurally vacant office buildings","en","conference paper","","","","","","Accepted manuscript","","","","","Design & Construction Management","","",""
"uuid:08b16224-4ac1-420c-8cfd-ec80ad815fa7","http://resolver.tudelft.nl/uuid:08b16224-4ac1-420c-8cfd-ec80ad815fa7","Prestatiemeting van de werkomgeving: Beslissen op basis van data!","Volker, L. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2004","Aan de overstap naar een innovatief kantoorconcept liggen vaak ambitieuze doelstellingen ten grondslag. Om te weten of de doelstellingen gehaald zijn zal gemeten moeten worden. Maar hoe doe je dat? Hoe meet je de prestaties van de werkomgeving, gerelateerd aan de doelstellingen van het management en de beleving van de dagelijkse gebruikers? Wie snel een indruk wil hebben kan sinds kort gebruik maken van een werkomgevingsthermometer, ontwikkeld door Twynstra WorkInnovation in opdracht van FMWEB en het ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschap. Voor wie breder en dieper wil meten is er het werkomgevingsdiagnose-instrument, ontwikkeld door het Center for People and Buildings in Delft. Een bespreking van de opzet en de eerste bevindingen.","prestatiemeting; werkomgeving; meten is weten","nl","journal article","","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:14839ed2-7996-48ba-9aa4-e4ffe3c75681","http://resolver.tudelft.nl/uuid:14839ed2-7996-48ba-9aa4-e4ffe3c75681","Afstemming organisatie en vastgoed","de Vries, Jackie; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Arkesteijn, M.H. (TU Delft Real Estate Management)","van der Voordt, Theo (editor); den Heijer, Alexandra (editor)","2004","Ondanks een groot aantal publicaties en praktijkbeschrijvingen is er nog weinig wetenschappelijk gefundeerde kennis beschikbaar over de bijdrage van vastgoed aan de prestaties van organisaties. In dit hoofdstuk wordt vanuit een theoretische invalshoek meer inzicht gegeven in deze relatie. Stap voor stap werken we het schema uit verder uit en onderbouwen we dit waar mogelijk met data uit de empirie.","","nl","book chapter","Publikatieburo Faculteit Bouwkunde TU Delft","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:42002517-90cf-4766-afbe-77e2f6478fec","http://resolver.tudelft.nl/uuid:42002517-90cf-4766-afbe-77e2f6478fec","Programma van eisen","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van der Voordt, Theo (editor); den Heijer, Alexandra (editor)","2004","Het in kaart brengen van eisen, wensen en randvoorwaarden (de vraagspecificatie) wordt binnen het bouwproces aangeduid met de term programmeren. In het Engels spreken we van programming (USA) of briefing (UK) Het document waarin de eisen en wensen worden vastgelegd is het programma van eisen (PVE) ('programme of requirements' of 'brief'). In dit hoofdstuk bespreken we wat een programma ven eisen is, wat er in hoort te staan, hoe het zich ontwikkelt ""van grof naar fijn"", en welke bronnen beschikbaar zijn om een programma van eisen te kunnen opstellen.","","nl","book chapter","Publikatieburo Faculteit Bouwkunde TU Delft","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:e9cf3a7b-a768-4286-aa0a-4ab6af9a13ca","http://resolver.tudelft.nl/uuid:e9cf3a7b-a768-4286-aa0a-4ab6af9a13ca","Functies en actoren","den Heijer, A.C. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van der Voordt, Theo (editor); den Heijer, Alexandra (editor)","2004","In dit hoofdstuk bespreken we veel voorkomende functies en actoren in het bouwproces, met een focus op vastgoedontwikkeling en -beheer. Een functie is een samenhangend geheel van activiteiten, bijvoorbeeld het verlenen van een opdracht of het uitvoeren van een bouwwerk.","","nl","book chapter","Publikatieburo Faculteit Bouwkunde TU Delft","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:512c0c1d-8ceb-4d0a-8867-4398220067ab","http://resolver.tudelft.nl/uuid:512c0c1d-8ceb-4d0a-8867-4398220067ab","Positie en uitgangspunten vastgoedmanagement","de Jonge, Hans; den Heijer, A.C. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van der Voordt, Theo (editor); den Heijer, Alexandra (editor)","2004","In dit hoofdstuk wordt het vakgebied Vastgoedmanagement gepositioneerd ten opzichte van andere vakgebieden binnen de bouwkundige discipline. Daarnaast wordt ingegaan op de invulling van Vastgoedmanagement in de praktijk. Vervolgens worden verschillende uitgangspunten genoemd die het vakgebied tezamen definiëren, zoals het bij de TU Delft wordt ingevuld. Ook aan andere vormen wordt kort aandacht besteed. De uitgangpunten slaan een brug naar de afzonderlijke hoofdstukken in dit dictaat, waarin het vakgebied vastgoedmanagement verder wordt uitgediept.","","nl","book chapter","Publikatieburo Faculteit Bouwkunde TU Delft","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:df579078-abc2-41e8-ae31-1bd5699a2ad3","http://resolver.tudelft.nl/uuid:df579078-abc2-41e8-ae31-1bd5699a2ad3","Afstemming op psychologische behoeften","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van der Voordt, Theo (editor); den Heijer, Alexandra (editor)","2004","In dit hoofdstuk bespreken we enkele centrale begrippen en mechanismen uit de
omgevingspsychologie. Een goed begrip van de psychologische mechanismen waarmee mensen naar vastgoed kijken, gebouwen en buitenruimten beleven en gebruiken en vooren nadelen van huisvestingsalternatieven tegen elkaar afwegen, is essentieel voor een adequate afstemming tussen vraag (gebruik, gebruiker) en aanbod (vastgoed).","","nl","book chapter","Publikatieburo Faculteit Bouwkunde TU Delft","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:65a506eb-cf88-4ac3-8d90-7d3e34baafdd","http://resolver.tudelft.nl/uuid:65a506eb-cf88-4ac3-8d90-7d3e34baafdd","Evaluation of innovative workplace design in the Netherlands","Mallory-Hill, S; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van Dortmont, A","Preiser, WFE (editor); Vischer, JC (editor)","2004","Over the last decade many businesses are engaged in making organizational changes; adopting new management styles and ways of working. Concurrently, there has been a rise in the number of non-territorial “flexible” office designs based on job functions and work processes rather than individually assigned
workstations. Office buildings are becoming more ‘intelligent’ through the use of advanced building management systems, automatic indoor climate controls,
innovative (day)lighting systems and so on. Such innovations in workplace design are intended to facilitate organizational change, improve user satisfaction, increase efficiency, and lower costs. To cope with the rapid innovation and changing nature of work environments, building environment-behaviour researchers in the Netherlands are developing ways to measure workplace performance.","","en","book chapter","Elsevier","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:c0a51d41-676c-4b1b-80a5-a4429402ec8b","http://resolver.tudelft.nl/uuid:c0a51d41-676c-4b1b-80a5-a4429402ec8b","Van Beurs naar Blaak: Een onderzoek naar de beleving van een innovatief kantoorconcept voor de Kamer van Koophandel in Rotterdam","Volker, L. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2003","Dit rapport brengt verslag uit van een evaluatie onderzoek naar de beleving van het nieuwe kantoor voor de Kamer van Koophandel in Rotterdam. Het kantoorconcept wordt gekenmerkt door flexibel werken, digitaal en draadloos. Aan de hand van analyses van documenten en interviews met enkele sleutelpersonen zijn de achtergronden en doelstellingen van het kantoorconcept in beeld gebracht. Er is ook aandacht besteed aan het implementatieproces, vanaf het initiatief tot en met de ingebruikname. Door middel van een schriftelijke enquête onder alle medewerkers (totale populatie 215, steekproef 193; respons 67%; N = 130) is vastgesteld hoe de medewerkers hun fysieke werkomgeving in het dagelijks gebruik ervaren.","","nl","report","Center for people and buildings","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:10c00b58-9326-4fbc-8a9d-d57cf57c3fab","http://resolver.tudelft.nl/uuid:10c00b58-9326-4fbc-8a9d-d57cf57c3fab","Kosten en baten flexibele werkplekken","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2003","","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:c926abd6-7476-4a59-87f7-70b6c9a7e70f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:c926abd6-7476-4a59-87f7-70b6c9a7e70f","Modelmatige berekening van onderhoudskosten","Daly, J; Vijverberg, GAM (TU Delft OLD Housing Quality and Process Innovation); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2003","Veel organisaties werken met meerjaren onderhoudsplannen. Zorgvuldig plannen en budgetteren van onderhoud vergt een grondig inzicht in veel gebouwvariabelen. Het verzamelen, registreren en beheren van de benodigde data kost veel tijd en geld. In een studie aan de TU Delft is geprobeerd een eenvoudig model te ontwikkelen, waarmee op basis van slechts enkele gebouwkenmerken de onderhoudskosten kunnen worden ingeschat. Een verslag van een zoektocht met toekomstperspectief.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","OLD Housing Quality and Process Innovation","","",""
"uuid:0ca7dab1-41b5-4bb9-b8fa-d991ea9e2414","http://resolver.tudelft.nl/uuid:0ca7dab1-41b5-4bb9-b8fa-d991ea9e2414","Ziekenhuis met extra's: Zorgparken in opkomst","Braak, W; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Vercouteren, J. (TU Delft Design & Construction Management)","","2003","","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:d7b0799e-6b17-4acd-9f94-1b69a6f9b045","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d7b0799e-6b17-4acd-9f94-1b69a6f9b045","Landmarks","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2003","","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:d549d7d7-5e5f-4fb3-b5df-5bdc6de10d93","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d549d7d7-5e5f-4fb3-b5df-5bdc6de10d93","Realistische kijk op brede scholen voorkomt teleurstellingen","Abbring, S; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Gerritse, C (TU Delft Design & Construction Management)","","2003","Het aantal brede scholen neemt de komende jaren sterk toe. Momenteel zijn er al
ruim vijfhonderd en de verwachting is dat dit aantal zal verdubbelen. In een
brede school wordt een mooie inhoudelijke samenwerking gecombineerd met
efficiënter ruimtegebruik en minder kosten. Beter en goedkoper, het klinkt
ideaal. De fraaie doelstellingen staan echter vaak op gespannen voet met de
behoefte aan een eigen identiteit van de deelnemende partijen. Het beheer van
gemeenschappelijke ruimten geeft eveneens de nodige problemen.","","nl","journal article","","","","","","Accepted manuscript","","","","","Design & Construction Management","","",""
"uuid:d27310e1-a285-4e08-a2bb-8e9108e56f53","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d27310e1-a285-4e08-a2bb-8e9108e56f53","Hoe innovatief is kantoorinnovatie en wat zijn de effecten?","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2003","","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:864dd4c2-51aa-418c-97ea-3f1efcf24c70","http://resolver.tudelft.nl/uuid:864dd4c2-51aa-418c-97ea-3f1efcf24c70","Elastische arbeid: De voor- en nadelen van flexibele werkconcepten","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Pullen, W; Hartjes, A","","2003","","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:ec6a27c4-14e3-4785-98ba-df440289e66f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:ec6a27c4-14e3-4785-98ba-df440289e66f","Een kijkje in de keuken bij de Kamer: Kantoorinnovatie, evaluatie van een innovatief kantoorconcept","Volker, L. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2003","In de septembereditie van FMM is het nieuwe kantoor voor de Kamer van
Koophandel in Rotterdam beschreven. Met haar innovatieve kantoorconcept -
flexibel, draadloos, klantgericht - sleepte de Kamer al verschillende prijzen in de wacht.Maar wat vinden de dagelijkse gebruikers zelf van het gebouw? Hoe ervaren zij het opgeven van een eigen wekplek? Werkt het centraliseren en digitaliseren van de informatievoorziening prettig en productief? Een impressie op basis vaneen gebruikersevaluatie.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:d4388db8-f5fb-49c8-b354-799231bc2ec4","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d4388db8-f5fb-49c8-b354-799231bc2ec4","Corporate culture and design: Theoretical reflections on case-studies in the web design industry","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van Meel, JJ (TU Delft Real Estate Management); Smulders, F; Teurling, S","","2003","In this paper we present a framework to study the relationship between culture and office design. Different levels of culture are discussed as well as various ways in which culture can be expressed in the physical work environment. The framework is applied to contemporary changes in organisational culture and office design. Offices of progressive companies seem to be dominated by ‘hip’ and ‘cool’ design, colourful materials, luxurious facilities such as gyms or lounge areas and gimmicks such as jukeboxes and pool tables. In this article we try to find out whether these characteristics are the visible expression of a new workplace culture. Should the ‘office-de-luxe’ be interpreted as a hype or are the inhabiting organisations the forerunners of news ways of working? To answer these questions we take a look at the what-is-called dot-com industry. By studying three cases in the web-design industry we try to achieve two goals: 1) a better understanding of the relation between office design and culture,
and 2) exploring new workplace demands and desires. Confronting theory with practice, we observe similarities and contradictions between corporate architecture, identity and culture.","architecture; culture; identity; new economy; offices; workplaces","en","journal article","","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:536c8d51-3837-414c-90a7-6fe14101a527","http://resolver.tudelft.nl/uuid:536c8d51-3837-414c-90a7-6fe14101a527","Good buildings drive out bad buildings","Geraedts, Rob P. (TU Delft Design & Construction Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","Beisi, JIA (editor)","2003","In the study 'Offices for Living in', published in CIB W104 Open Building Implementation, Mexico 2002, an instrument was developed for measuring the potential of transforming (soon-to-be) empty office premises into homes. As a follow-up, this survey 'Good Buildings Drive out Bad Buildings' looks explicitly at the lower end of the office premises market. The office premises in question have been vacated by organizations that have moved to new premises of a higher quality and in a better location. Depending on the prevailing market conditions, a number of the vacated premises will remain empty. This is particularly true of premises that offer the least quality, whose location is less desirable, or whose price/quality ratio is unattractive. This study introduces an instrument known as the Vacancy Risk Meter (VRM), which allows the so-called lower end of the office premises market in a particular urban district to be defined at an early stage.
The study was aimed at the developments in the office premises market in Rotterdam between 1996 and 1999. This period was characterized by the presence of a relatively high percentage of chronically empty buildings. In the subsequent period, from 1999 to 2002, a more favourable economic climate and altered market forces led to many of the empty buildings being rented out once again as office premises. From 2002 onwards, a growing economic recession has meant that the number of chronically empty buildings is once again on the increase: the cycle is repeating itself.
The Vacancy Risk Meter (VRM) indicates at an early stage which office buildings at which locations are likely to be vacated first due to changes in the market as the current tenants relocate to higher quality premises. This allows the potential and risks for the preservation of the office premises market to be determined for the selected buildings and locations. The VRM therefore allows the lower end of the office premises market to be defined for a particular urban district.
By defining the so-called Vacancy Risk classification for many different premises, a clear picture can be formed of the relative quality of each in relation to the others. A complete overview can be generated at supply level for any given urban district or area of the potential lower end of the market.","Vacancy Risk Meter; transformation; instrument; lower end of the office premises market; structurally vacant office buildings","en","conference paper","Department of Architecture, the university of Hong Kong","","","","","Accepted manuscript","","","","","Design & Construction Management","","",""
"uuid:a569fab8-8dc7-4b9a-a7b7-c0ac3f1e5b98","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a569fab8-8dc7-4b9a-a7b7-c0ac3f1e5b98","De toekomst van servicekoopflats: kansen en bedreigingen","Oliemans, K; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2003","Serviceflats hebben decennia lang een uitstekende functie vervuld als aantrekkelijke woonvoorziening voor ouderen. De laatste jaren krijgen serviceflats echter steeds meer concurrentie van een gedifferentieerd aanbod aan woonzorgvoorzieningen en levensloopbestendige wooncomplexen. Serviceflats bieden te weinig woongenot en de service is zelden op maat van de bewoner. Vaak ontbreken middelen om de functionele en technische veroudering adequaat aan te pakken. Wat nu? In dit artikel wordt een stappenplan gepresenteerd voor het stellen van een zorgvuldige diagnose en het vinden van oplossingsrichtingen. Een praktijkvoorbeeld illustreert hoe het model werkt.","","nl","journal article","","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:b1531017-3171-4340-a987-057873463dfa","http://resolver.tudelft.nl/uuid:b1531017-3171-4340-a987-057873463dfa","Offices for living in: An instrument for measuring the potential for transforming offices into homes","Geraedts, Rob P. (TU Delft Design & Construction Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2003","A large number of office premises seem difficult to rent out because they no longer meet the demands of the market. A solution must be found for these premises and also for office buildings that have been empty for longer periods. Reallocation or transformation to other functions such as homes can be envisaged here. In addition, due to the lack of available locations for building homes, corporations and project developers are desperately looking for alternatives. The transformation of offices into homes can also be a good option for this objective. In the current study answers are provided to the questions: how many and which office buildings stood empty in a particular area of Rotterdam; which groups of households can be identified for the transformation of empty office buildings into homes; what is the demand profile of these groups; and with which instruments can the transformation potential of empty or soon-to-be empty office buildings be measured.
Conclusions and recommendations
An important veto criterion for the transformation process is the dovetailing with the council policy; offices in residential areas should in preference be transformed into dwellings. Favourable features such as the availability of parking spaces, a positive ambience and other characteristics of an area suitable for working in increase the chance of renting as office space. Old buildings in the area, a bad net/gross ratio, poor energy performance and structural deterioration are, in contrast, unfavourable factors when renting out office buildings. Buildings with these characteristics are more readily considered for transformation. The type, accessibility and size of the dwelling are of critical importance when weighing up the decision of whether to rent or buy a particular home. Priorities vary between target groups. The lay out of the dwelling and the level of relaxation provided appear to be of secondary importance. People seeking accommodation are more concerned with the distance to a tram, bus or metro stop and a railway station, and less concerned with the frequency of public transport.
A number of test cases have shown that the developed Transformation Meter is a good tool for assessing for specific city areas (step-by-step, from a global to a detailed perspective) what the market supply of empty office buildings is, what the market demand is with regard to target groups and requirements, and the match between the two from the point of view of availability and buildings.","Transformation potential; instrument; offices; homes; living; structurally vacant; revising","en","journal article","","","","","","Accepted manuscript","","","","","Design & Construction Management","","",""
"uuid:fbbc76a1-b93f-450e-bc5e-a54543773532","http://resolver.tudelft.nl/uuid:fbbc76a1-b93f-450e-bc5e-a54543773532","The decision-making process concerning workplace innovation: KLPD Case Study","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Guiza, Bibiana","","2003","This case study is one in a series on workplace innovation. This issue is alive in many companies and not for profit organizations. Since 1990 the subject has been studied by many professionals. Yet a consistent knowledge base is not in place. For that reason the Center for People and Buildings (Delft, The Netherlands) aims at developing in depth datasets that enables to answer questions that are being asked by almost everyone engaged in a innovative workplace project. How do we decide, what are the benefits, what are the costs? Does it work better in an innovative office, what are the long term effects of changes in office layout and office use? These questions become even more relevant when we consider the changes that usually come with design and implementation of an innovative office. Those are mainstream developments like changes in individual and collective ways of working. Dealing differently with concepts of performance requires a new mindset. Changes create a battle for the free space in our brains.
Lots of innovative office projects are basically founded on efficiency objectives: cost cutting of input factors like the reduction of real estate costs and reduction of communication times. This raises the question with respect to efficiency: where is the end? Can we do business on increasingly less square meters? What are consequences for employee health, what are consequences for the organizational image and so on and so forth. It is the mission of the Center for People and Buildings to contribute to the creation of a body of knowledge on the relationship between people, work and work environments, not necessarily limited to office buildings or administrative knowledge organizations.
This case study is part of a project on Decision Making. It is a learning project were generic knowledge on decision making is tested in daily office innovation practice. The lessons learned in the case studies are the feedback to the conceptual framework which integrates workplace solution, development and decision making processes with performance (efficiency, productivity and user satisfaction) of both the solution and the processes. The final deliverable will be a toolkit to support workplace decision making. This case study was done at the KLPD, which is the headquarters of the Dutch police","","en","book","Center for people and buildings","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:8f3f3569-728a-4d8e-90ad-91a030c37ccf","http://resolver.tudelft.nl/uuid:8f3f3569-728a-4d8e-90ad-91a030c37ccf","Costs and benefits of flexible workspaces: work in progress in The Netherlands","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2003","Due to the rapid progress in information and communication technology, work is becoming more and more independent of time and place. New concepts such as cocon offices (with special attention to both communication and concentration), teleworking, satellite offices, and hotel offices have been introduced world wide. During the last decade, we have witnessed the introduction of non-territorial offices in which desk sharing and desk rotation are linked to different job functions and working processes. This paper discusses the main motives behind the application of these new concepts, potential costs and benefits and data on accommodation costs. A plea is made for the need to create an integral framework of (potential) costs and benefits, structured according to the principles of the Balanced Score Card.","workplace innovation; facilities; costs; benefits","en","conference paper","","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:ae1372aa-dfeb-4744-abcb-3d58c79194e9","http://resolver.tudelft.nl/uuid:ae1372aa-dfeb-4744-abcb-3d58c79194e9","WAYS to study and research urban, architectural and technical design","de Jonge, T.M.; van der Voordt, D.J.M.","","2002","This methodological book describes eight forms of study and research as they relate to design: 1) naming and describing; 2) design research and typology; 3) evaluating; 4) modelling; 5) programming and optimising; 6) technical study; 7) design study; 8) study by design. It includes the views, design related research projects and research methods being applied by over 40 different authors, all working at the Faculty of Architecture of the Delft University of Technology. As such this overwhelimg body of knowledge contributes to the current debate on how to connect research and design.","research; design; architecture; urbanism; building technology; briefing; modelling; evaluation; management","en","book","DUP Science","","","","","","","2012-03-12","","Urbanism + Real Estate & Housing","","","",""
"uuid:5849caa5-52cb-485b-a745-3366006bb90e","http://resolver.tudelft.nl/uuid:5849caa5-52cb-485b-a745-3366006bb90e","BOSS Studytour 2002. Mexico City","van der Voordt, D.J.M; van Meel, J.J.; de Hoog, M.; Zorge, M.","","2002","","","en","report","","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:fae14342-fd7b-4259-a4b2-4ca488447dc4","http://resolver.tudelft.nl/uuid:fae14342-fd7b-4259-a4b2-4ca488447dc4","Epilogue","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Cuperus, I.J.J. (TU Delft Architectural Engineering)","de Jong, T.M. (editor); van der Voordt, D.J.M. (editor)","2002","","","en","book chapter","DUP Science","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:3585713f-1be1-4321-82f3-44888b70371a","http://resolver.tudelft.nl/uuid:3585713f-1be1-4321-82f3-44888b70371a","Descriptive research","Lans, W (TU Delft Housing Quality and Process Innovation (OLD)); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","de Jong, T.M. (editor); van der Voordt, D.J.M. (editor)","2002","A lot of knowledge is needed for a good design; one that is functional, affordable, with architectonic interest etc. The same applies to a wealth of other activities within the architectural discipline; as there are policy development, spatial planning, formulating programmes of requirement, building and maintenance. Knowledge may contribute to well-considered and well-founded decisions. A methodological way to collect knowledge is the precise description of reality. The subject of description can relate to facts and wishes, to people and material objects, to plans and realised buildings. Examples are charting the housing preferences of potential inhabitants of VINEX-locationsa , a careful description of a building,b or plan documentations.c
A lot of insight may also be derived from detailed description of processes; as there are the thinking process of a designer or the decision making process concerning large projects in infrastructure. Two questions are of prime importance: ‘What is going on?’ and ‘How is it going?’d The results may be presented as texts, drawings, tables, graphs, statistical notions (mean, spread), maps like the one of a city or a function chart, web-sites and databases. The description may be focused on individual variables and on relations between variables. Suppose, that local authorities want to know the opinion of the community on different designs resulting from a prize contest. Then it could be interesting to find out whether the preferences are differing per age category, or that ‘laymen’ and professionals are differing in preference.
In the present contribution we are describing firstly some characteristics of descriptive research. Next, we present examples of descriptive research and show how results can contribute to development of the architectural discipline. We conclude with recommendations.","","en","book chapter","DUP Science","","","","","","","","","","Housing Quality and Process Innovation (OLD)","","",""
"uuid:cd0c66f8-c461-4fee-b0ed-ce07ceee22ae","http://resolver.tudelft.nl/uuid:cd0c66f8-c461-4fee-b0ed-ce07ceee22ae","Types of study by design","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); de Jong, T.M. (TU Delft Technical Ecology and Methodology (OLD))","de Jong, T.M. (editor); van der Voordt, D.J.M. (editor)","2002","In this book study by design – also called research by or through design – is defined as the development of knowledge by designing, studying the effects of this design, changing the design itself or its context, and studying the effects of the transformations. The ‘TOTE-model’ from systems analysis may be recognised in this : Test → Operate → Test → Exit. Methodologically this should be preceded by a pre-design study, particularly in order to ascertain which requirements should be met by the design; although a design does not need to be goal-directed by definition.","","en","book chapter","DUP Science","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:0766f773-ffd4-4de3-9597-4b5634c08f72","http://resolver.tudelft.nl/uuid:0766f773-ffd4-4de3-9597-4b5634c08f72","Criteria for scientific study and design","de Jong, T.M. (TU Delft Technical Ecology and Methodology (OLD)); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","de Jong, T.M. (editor); van der Voordt, D.J.M. (editor)","2002","Could a design be the product of scientific work to be compared with a scientific report? If so, under which conditions and when? The topic is eagerly discussed both within and outside of faculties of architecture. On the web-site of the Design Research Society (DRS) there is a lively debate on what a design study and a study by design really are and when a designer can also be designated a scientist. These questions stood central during the 1996 EAAE Congress organised by the Delft Faculty of Architecture on the theme ‘Doctorates in Design + Architecture’.a In order to answer these questions we discuss first the terms ‘research’ and ‘study’ and the usual pre-requisites that must be met for study to be designated ‘scientific’. Next, similarities and differences between designing and studying are dealt with. Following that, we discuss the usual way in the scientific community of looking at the criteria for a design to be branded as a product of scientific study. For that purpose a summary is given of the requirements the Technical University in Delft associates with a the rôle it played during the initiative leading to this handbook of design related study. Finally we give a specimen of criteria for evaluation of a scientific architectural design (ex post) and of a proposal for a design related study (ex ante).","","en","book chapter","DUP Science","","","","","","","","","","Technical Ecology and Methodology (OLD)","","",""
"uuid:88595a77-4dbe-49d3-9aef-f28abdf11b9f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:88595a77-4dbe-49d3-9aef-f28abdf11b9f","Flexibel werken bron van ontevredenheid?","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Pullen, W","","2002","Onlangs ontlokte het blad Inside information een huisvestings-consultant de uitspraak “Interpolis is geestelijke mishandeling”. Een boude bewering! Inderdaad is flexibel en mobiel werken niet per definitie positief en kleven er voor de dagelijkse gebruikers nadelen aan. Is het werkelijk zo erg of zijn de gebruikers juist enthousiast? Hoe beleven zij flexibele kantoren? Wat zijn gunstige factoren en wat zijn risico’s? Is het eigenlijk wel belangrijk dat medewerkers ‘tevreden’ zijn? Een impressie vanuit de wetenschap en de praktijk.","kantoorinnovatie","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:c8887e3b-339f-424c-8056-6bb5f4dc2241","http://resolver.tudelft.nl/uuid:c8887e3b-339f-424c-8056-6bb5f4dc2241","Van ziekenhuis naar beterhuis","Devriese, NJ; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Belderok, MJ","","2002","Van oudsher zijn daglicht en frisse lucht belangrijke factoren in het bepalen van maat, schaal en vorm van ziekenhuisgebouwen. In de 20ste eeuw hebben gunstige ruimtelijke condities voor een efficiënte bedrijfsvoering de hoogste prioriteit gekregen. Tegenwoordig wordt vooral de patiënt centraal gesteld. Wat betekent dit nu voor het gebouw? In het recent verschenen boek Ruimte voor patiënten wordt duidelijk gemaakt wat bouwen vanuit patiëntenperspectief concreet inhoudt. Privacy en contact, autonomie en keuzevrijheid, een gemakkelijke ruimtelijke oriëntatie, een eigen ‘territorium’ en veiligheid blijken belangrijke voorwaarden. Aangestuurd door heldere vragen worden plannenmakers bewust gemaakt van het belang en mogelijkheden om er concreet vorm aan te geven. Aan de Faculteit Bouwkunde van de TU Delft is vooral bekeken, hoe een andere clustering van (hoofd)functies kan bijdragen aan het welbevinden van patiënten. De eerste plannen voor een andere patiëntenlogistiek zijn al gemaakt. Een impressie en reflectie op een ‘beter’ huis.","","nl","journal article","","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:b7868afe-7c62-45b2-9a7b-5d0d07261a41","http://resolver.tudelft.nl/uuid:b7868afe-7c62-45b2-9a7b-5d0d07261a41","Hoe productief is flexibel?","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2002","","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:27fcd96e-ff52-47f8-b3c9-92afacf41744","http://resolver.tudelft.nl/uuid:27fcd96e-ff52-47f8-b3c9-92afacf41744","Tomorrow's offices through today's eyes: effects of innovation in the working environment","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Vos, PGJC (External organisation)","","2002","Many organisations have changed to new ways of working, steered or followed up by design interventions and sharing of activity related workplaces. Expectations have been high. Innovative offices should lead to more efficient use of space and other facilities; greater job satisfaction; the projection of a positive image to clients; an improved performance of the organisation and its staff; and reduced costs. Have innovations in the working environment fulfilled these high expectations? Are the new offices really more efficient and more pleasant to work in? Or will constant changing of the workplace reduce satisfaction and productivity? What are the ‘pros’ and ‘cons’ of teleworking? Are the extra costs of nice ergonomic furniture, high‐tech information and communication technology (ICT) and image‐boosting gadgets counterbalanced by the expected profits in higher productivity and more efficient use of space? Evaluative research results show a mixed picture. Besides the considerable satisfaction with the attractive design and the improved opportunities to interact, there are many complaints about problems in concentrating on work. Psychological mechanisms, such as the need for status, privacy and individual territory, do not necessarily hinder ‘flexi‐working’, but only when the new situation provides considerable added value. Teleworking offers more freedom of choice, but there are attendant risks.","","en","journal article","","","","","","Accepted Author Manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:175b1149-4c08-425c-a0ca-0bc74df3f6cd","http://resolver.tudelft.nl/uuid:175b1149-4c08-425c-a0ca-0bc74df3f6cd","Introduction","de Jong, T.M. (TU Delft Technical Ecology and Methodology (OLD)); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","de Jong, T.M. (editor); van der Voordt, D.J.M. (editor)","2002","This methodological book describes eight forms of study as they relate to design:
- Naming and describing;
- Design research and typology;
- Evaluating;
- Modelling;
- Programming and optimising;
- Technical study;
- Design study;
- Study by design.
These eight sections are the spine of the work. Its compartmentalisation is based on the work of two Methodology Committees of the Faculty of Architecture at the Technical University of Delft (in 1990 and in 2000 AD) and establishes, in this sense, the list of the methodological end-terms of the education. The sequencing of the sections and the chapters within them is showing a certain space for conditioning. Design research, for instance, is impossible without a description of the designs to be studied; in its turn describing study pre-supposes that the components and concepts in these designs can be named and retrieved (naming).","","en","book chapter","DUP Science","","","","","","","","","","Technical Ecology and Methodology (OLD)","","",""
"uuid:0fd1b8fd-0e04-4186-8b51-0653a60f3299","http://resolver.tudelft.nl/uuid:0fd1b8fd-0e04-4186-8b51-0653a60f3299","Toegang voor iedereen: De lange weg naar integrale toegankelijkheid","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2002","Het afstemmen van een architectonisch ontwerp op de mogelijkheden en beperkingen van uiteenlopende gebruikers is niet voor iedere ontwerper vanzelfsprekend. Te vaak wordt ontworpen voor de gemiddelde mens, met in het gunstigste geval speciale voorzieningen voor mensen met een functiestoornis. Met de komst van het Handboek voor Toegankelijkheid en de vernieuwde NEN 1814 lijkt het categoraal bouwen voor mensen met een functiebeperking plaats te maken voor integraal bouwen voor iedereen. Dat heeft bijna veertig jaar bevlogen lobbyen en onderzoek gekost door voornamelijk niet-architecten. Deze bijdrage schetst de ontwikkelingen in de woningbouw en gaat in op de mogelijke rol van ergonomen in de verdere verbetering van de toegankelijkheid en bruikbaarheid van gebouwen, woningen en buitenruimten. Een perspectief in retrospectief.","","nl","conference paper","ErgoS Engineering & Ergonomics","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:751b2aeb-2be1-4b05-8f30-c09a298b9879","http://resolver.tudelft.nl/uuid:751b2aeb-2be1-4b05-8f30-c09a298b9879","Retrieval and reference","de Jong, T.M. (TU Delft Technical Ecology and Methodology (OLD)); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","de Jong, T.M. (editor); van der Voordt, D.J.M. (editor)","2002","Knowledge from study may be transferred in different ways: in words and images, via lectures and exhibitions, in the form of articles or books; and electronically.
For the time being, the form used most frequently is written publication in text and illustration. However publishing on CD-ROM and the Internet are witnessing rapid development. Maybe this is going to have important consequences for the way in which people are searching for information. In this contribution we discuss some points needing attention for optimal accessibility of knowledge from study and suitably dealing with the sources used. We refer to handbooks for the conventional playing rules of reporting in writing such as clear and interest evoking titles of chapters and paragraphs, clear structure and table of contents, avoiding unnecessary jargon, a clear summary and their like.a,b The emphasis in this Chapter is on adequate pointers to references and the use of key-words.
Before embarking, first, something about the way to stimulate potential readers to take notice of the information. It starts already with the cover and the titlepage. These give a first impression of what is waiting for the potential reader. With this author, text or images present themselves. One glance should make clear what the subject is; although it is sometimes attractive to confuse the reader. Starting from cover and title page, the reference data (copyright notice, year of publication, ISBN number, place of issue and publisher), table of contents, foreword (written by a recommending outsider or referee) and introduction, the reader is introduced from his own world into the world of the author. The author and those responsible for the lay-out should picture themselves in this process and shape the publication from the vantage point of potential readers (the target audience), their questions, their pre-suppositions, or lack thereof.
Possible pre-suppositions of the reader should be supplemented or corrected. With this it is prevented that potential readers are thinking after a while “What the hell is this?” A clear text on the back cover, an index of key-words, a list of references and a sensible use of footnotes and final-notes are important conditions as well in order to achieve a publication that invites reading.","","en","book chapter","DUP Science","","","","","","","","","","Technical Ecology and Methodology (OLD)","","",""
"uuid:ad180fa6-1a50-4288-a557-84325f8de76c","http://resolver.tudelft.nl/uuid:ad180fa6-1a50-4288-a557-84325f8de76c","Programming of buildings","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van Wegen, HBR (TU Delft (OLD) Chair of Form and Function)","de Jong, T.M. (editor); van der Voordt, D.J.M. (editor)","2002","A vital function of a building is spatial organisation of activity. Designing must have a sound insight into points of departure objectives and wishes of users: their activities, organisational structure and ensuing spatial consequences. When a new organisation is looking for an adress; or when an existing organisation has decided that present premises are no longer suitable, a lot of thought should be spent on possible and desirable variants of solution. Instances are: remodelling, expansion, disposing of (a part of) the building, joining, moving into another building, or (commissioning the) designing of a new building. In order to ensure that the building supports activities in an adequate way with respect to cultural, aesthetic, economic, climatical, technical and judicial considerations, the requirements must be carefully charted.
This is also mandatory for weighing alternatives against one another and for ascertaining whether wishes and potentials match. It is extremely rare, that what is deemed desirable is completely feasible in terms of time and money as well. Present laws and rules delimit possibilities as well. This necessitates formulating priorities and making choices. Charting requirements, wishes and boundary conditions is termed in the building process ‘programming’; or ‘briefing’.
In this contribution we discuss how programming of buildings is effectuated and identify the means available to trace and record wishes and requirements in a document: the programme of requirements, or brief. These requirements must get the form of a description of the performance to be delivered. They may be of a quantitative or ualitative nature and have regard to location, building, spaces, building parts and facilities.","","en","book chapter","DUP Science","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:9ab2d076-7ffe-4e1b-a801-28c91a6d63c3","http://resolver.tudelft.nl/uuid:9ab2d076-7ffe-4e1b-a801-28c91a6d63c3","Psychologische aspecten van kantoorinnovatie","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van Meel, JJ (TU Delft Real Estate Management)","","2002","Als argument tégen kantoorinnovatie wordt vaak aangevoerd, dat het opgeven van de eigen werkplek indruist tegen universele menselijke behoeften, zoals de behoefte aan privacy, territoriumdrift en status. De vraag rijst, in hoeverre deze nadelen door de gebruikers inderdaad als bezwaarlijk worden ervaren en hoe zwaar deze aspecten en andere psychologische mechanismen meewegen in het totaaloordeel. Aan de hand van literatuurstudie en evaluaties van het gebruik en de beleving van innovatieve projecten wordt in dit rapport verkend hoe en in welke mate psychologische aspecten bijdragen aan het succes en risico’s van flexwerkplekken.
De studie laat zien dat de overgang van een cellenkantoor met vaste werkplekken naar een combikantoor met wisselwerkplekken inderdaad conflicteert met een aantal menselijke behoeften. Het delen van werkplekken staat op gespannen voet met de behoefte aan een eigen territorium. Iedereen dezelfde werkplek geeft minder mogelijkheden tot expressie van status. Clean desk maakt personalisatie lastig tot onmogelijk. Een open opstelling van werkplekken, zonder wanden of met veel glas, gaat gepaard met een gemis aan privacy. Daar staan echter ook voordelen tegenover. Een meer transparante omgeving vergemakkelijkt de communicatie. Wisselwerken biedt kansen om nieuwe collega's te leren kennen en nieuwe kennis en ervaring op te doen. Het verlies aan status door het wegvallen van een onderscheid in grote, luxe werkplekken versus eenvoudige standaard werkplekken wordt verzacht door hoogwaardige faciliteiten en een aantrekkelijk vormgegeven en comfortabel ingerichte werkomgeving. Frisse kleuren, moderne materialen, fraai meubilair en sfeervol ingerichte ontmoetingsplekken dragen bij aan plezierig werken.
Per saldo is de tevredenheid bij de overgang van een bestaand kantoor naar een flexibel kantoor in veel projecten toegenomen. In veel projecten wil de meerderheid niet terug naar de oude situatie. Veel gebruikers hebben er ook begrip voor dat de organisatie op zoek gaat naar mogelijkheden om werkplekken en andere faciliteiten efficiënter te gebruiken. Er zijn echter ook projecten waar een forse minderheid en in enkele gevallen de meerderheid dermate negatief oordeelt over het concept, dat men liever zou terugkeren naar de oude situatie. Vaak heeft dat te maken met een onhandige verhouding tussen het aantal medewerkers en het aantal flexplekken, slecht functionerende ICT, onvoldoende invloed op het implementatieproces, of het feit dat het management voor zichzelf wél een vaste werkplek claimt. Juist in dát soort situaties gaan de psychologische nadelen van wisselwerken in het totaal oordeel zwaar zwegen.","","nl","report","BMVB, faculteit Bouwkunde","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:550512b0-8b59-4676-ac60-0fdb95085b7e","http://resolver.tudelft.nl/uuid:550512b0-8b59-4676-ac60-0fdb95085b7e","Winst en risico's van flexibele werkplekken","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2002","Doel van deze definitiestudie is het inzichtelijker maken van potentiële kosten en baten van flexibel werken en het zoeken naar methoden om de kosten en baten valide en betrouwbaar te kunnen meten. Voorts beoogt de definitiestudie lacunes in de huidige kennis in kaart te brengen en een projectvoorstel op te leveren voor een breder opgezet vervolgonderzoek. Deze paper brengt verslag uit van de tussenstand en het beoogde vervolg.","","nl","report","Center for people and buildings","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:49f683d9-6d16-4ff7-ba7f-78828a75a2a3","http://resolver.tudelft.nl/uuid:49f683d9-6d16-4ff7-ba7f-78828a75a2a3","Ex post evaluation of buildings","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van Wegen, Herman","de Jong, T.M. (editor); van der Voordt, D.J.M. (editor)","2002","Literally, ‘evaluating’ means to assess something’s ‘value’. It would seem that the term orginated in the banking world, where evaluation stands for appraisal in terms of the stock exchange, and for determining prices in cash. In the case of evaluations in the discipline of architecture, it is relevant to distinguish between product orientated evaluations – for instance, of a commission, design, contracting or realised building – and process orientated evaluations: for instance, of the course of the process from initiative up to and including usage and maintenance; or solely honed to the design process. In this contribution we are concentrating on ‘ex post’ (afterward) evaluation of buildings. For a study of an ‘ex ante’ (before) evaluation we refer to the contribution by Hulsbergen and Van der Schaaf
Important questions include: is a building used in accordance with the intentions of all involved parties? Are daily users satisfied with their accommodation? To what extent does the actual energy consumption fit the expected energy consumption? To what extent do laymen and experts agree on its architectural quality? Is the building designed and constructed according to the standards of the Building Code?
In order to understand the design and be able to interpret the results of a product evaluation, it is important to include the implementation process in the evaluation. How has the planning process come about? On which considerations are the design decisions based? What kind of expertise was used in the programming phase, the development of the architectural concept, and other stages of the process? Is it characterised by an inter-action of design and research and an effective participation by clients and users? To what extent did legislative prescriptions and economic constraints act on the design?","","en","book chapter","DUP Science","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:1fa91c6a-7c3d-4268-84d7-48005136400f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1fa91c6a-7c3d-4268-84d7-48005136400f","Evaluating prototypes","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","de Jong, T.M. (editor); van der Voordt, D.J.M. (editor)","2002","Prototype design usually includes both ex ante evaluation and ex post evaluation. Ex ante evaluation of a first design may lead either to adaptations or to the conclusion that the design is ready to be built. After construction, ex post evaluation of the building may give rise to improvements. When the improved design is built, practical experiences may give rise to further improvements, and so on. This process may be of a sequential order, but design alternatives may also be tested simultaneously (see also Chapter 50). In this Chapter I will discuss several examples of prototype design with different combinations of ex ante and / or ex post evaluation.","","en","book chapter","DUP Science","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:6c36fe09-9a52-4ce8-9db3-2ff65ec67a64","http://resolver.tudelft.nl/uuid:6c36fe09-9a52-4ce8-9db3-2ff65ec67a64","Value-based design and management of hospital buildings","van der Voordt, T.J.M.; van der Zwart, J.","","2001","The purpose of this paper it to explore the concept of adding value by real estate and related performance indicators, and the way it is or could be applied in value-based design and management of buildings. The concept is being illustrated with research findings on hospital buildings, based on a literature review and ten interviews with CEOs and real estate project managers. The research findings show that different hospitals prioritize different added values, depending on their overall mission and vision, its position in the real estate life cycle, and the local context. On average, stimulating innovation, improving satisfaction of customers and employees, and supporting (change of) culture rank high, whereas risk management and opportunities to get the real estate costs financed are much less prioritized. A number of added values have been concretized in real estate interventions that are supposed to cause a positive effect on organizational performance, e.g. with regard to patient satisfaction, labor productivity, flexibility and cost reduction. The conceptual framework and research data can be used to support complex decision making in briefing, design and management of hospital buildings and other health facilities. The explorations of adding value by real estate might be applicable in other sectors as well.","added value; stakeholders; strategy; performance; hospital real estate","en","conference paper","","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:d1af0070-4391-452c-b003-9a430fbba8af","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d1af0070-4391-452c-b003-9a430fbba8af","De rode draad. Lessen uit innovatieve kantoorprojecten bij ABN AMRO: Innovatieve kantoorconcepten voor flexibel werken","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Beunder, Michel (ABN AMRO)","","2001","In 1994 startte ABN AMRO haar eerste kleinschalige proefprojecten kantoorinnovatie, toegespitst op een andere layout dan het traditionele cellenkantoor of de kantoortuin. De eerste twee pilots betroffen een kloosterkantoor voor DG Automatisering en een combikantoor voor DG Human Resources Management. Al gauw werd ook geëxperimenteerd met het delen van werkplekken (gericht op efficiënter ruimtegebruik) en thuiswerken (gericht op efficiënter tijdgebruik). De grote doorbraak was de flexibele inrichting van Regiokantoor Zuidwest in Breda conform het Flexido concept: flexibel en doelmatig.
Anno 2001 telt ABN AMRO ca 15 innovatieve projecten, in fase variërend van een oriënterend initiatief tot een aantal jaren in gebruik. De aard en omvang van de projecten variëren van een kleinschalig proefproject thuiswerken voor zes medewerkers tot enkele grootschalige projecten met honderden
activiteitgerelateerde wisselwerkplekken. Met het introduceren van nieuwe kantoorconcepten beoogt de bank de medewerkers te stimuleren tot flexibel werken, deze nieuwe wijze van werken optimaal te faciliteren, bij te dragen aan een innovatieve uitstraling van de bank, en een hogere arbeidsatisfactie
en arbeidsproductiviteit te realiseren met minder kosten.
Uit de projecten valt veel te leren. Om die reden is ABN AMRO een samenwerkingsverband aangegaan met de Faculteit Bouwkunde van de Technische Universiteit Delft. Doel is om gezamenlijk door zorgvuldige evaluatie van gerealiseerde projecten kennis te ontwikkelen, als basis voor beleid en als input voor nog te realiseren projecten. De interesse gaat zowel uit naar de mate, waarin beoogde effecten daadwerkelijk gerealiseerd zijn (productevaluatie), als naar de wijze waarop innovatieve projecten het beste kunnen worden geïmplementeerd (procesevaluatie). Daartoe zijn in verschillende projecten enquêtes onder de medewerkers uitgezet en bezettingsgraadmetingen verricht, vooraf (nulmeting) en achteraf (nametingen in de gebruiksfase). Soms is volstaan met enkele interviews of een groepsgesprek.
In dit interne rapport wordt verslag uitgebracht van de bevindingen. Eerst wordt besproken wat kantoorinnovatie inhoudt en waarom kantoorinnovatie nuttig en nodig kan zijn. Vervolgens worden de effecten van kantoorinnovatie doorgelicht. De bijlage bevat een overzicht van alle innovatieve projecten tot 1 januari 2000. Met name over de oudere projecten zijn slechts in beperkte mate evaluatiegegevens beschikbaar. Deze geven niettemin een aardige indruk van het project. Drie projecten zijn vrij uitgebreid geëvalueerd: Interne Controle Regio Amsterdam, twee pilots bij DGIT en regiokantoor Zuidwest in Breda. Hierover zijn afzonderlijke rapportages uitgebracht. Van laatstgenoemd project is tevens een evaluatie van de kosten in vergelijking met een conventioneel concept beschikbaar. Een verkorte versie van de onderhavige evaluatienota is als werkdocument uitgebracht onder de naam De Rode Draad. Daarin wordt tevens ingegaan op de belangrijkste stappen in het implementatieproces en succes- en faalfactoren.
Deze bundeling van lessen uit projecten maakt deel uit van een reeks andere activiteiten. Samen met een extern adviesbureau zijn zogenaamde footprints opgesteld om een koppeling te kunnen leggen tussen typen functies en typen werkplekken. Samen met de Rijksgebouwendienst zijn een model en
methoden ontwikkeld voor evaluatie van kantoorinnovatie. Sinds kort participeert ABN AMRO in een kenniscentrum Center for People and Buildings, dat onder meer onderzoek verricht naar trends in werkomgevingen, telewerken, gebruik en beleving van innovatieve werkomgevingen en kosten en
baten van kantoorinnovatie. Op deze wijze hoopt de afdeling Concernhuisvesting en Vastgoed van ABN AMRO samen met de TU Delft en andere partners een wisselwerking tot stand te brengen tussen theorie en praktijk en bouwstenen aan te dragen voor een innovatief huisvestingsbeleid.
beeld gebracht. Ook is aan de hand van enkele cases een indicatie gegeven van
de kosten en baten.De ervaringen blijken per project sterk te verschillen. Er zijn zowel plus- als minpunten. In dit artikel zoomen we in op Regiokantoor Zuid-West in Breda, een project van ABN AMRO.De gebruikers zijn overwegend tevreden.Dankzij extra investeringen vallen de exploitatiekosten fors lager uit dan in een conventionele variant.Meer projectanalyses zijn nodig om tot robuuste uitspraken te kunnen komen.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:f439336d-4e42-491f-8671-a62803820ebb","http://resolver.tudelft.nl/uuid:f439336d-4e42-491f-8671-a62803820ebb","Meer- en minderkosten van werkplekinnovatie","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Negen, M.","","2001","","","nl","journal article","","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:cea0c651-cd21-447d-ad3b-2ab8351e5228","http://resolver.tudelft.nl/uuid:cea0c651-cd21-447d-ad3b-2ab8351e5228","Nieuwe werkomgevingen, betere prestaties?","Pullen, W.R.; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van Meel, JJ (TU Delft Real Estate Management); Vos, PGJC","","2001","In dit paper wordt ingegaan op drie vragen die in het debat over de effecten van kantoorinnovatie (‘nieuwe werkomgevingen’) steeds weer naar voren komen:
- Werkt het beter?
- Werkt het prettiger?
- Is het goedkoper?","","nl","conference paper","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:791dc2e9-257b-4a26-866d-ca9453b193ae","http://resolver.tudelft.nl/uuid:791dc2e9-257b-4a26-866d-ca9453b193ae","Lessons from Innovations","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van Meel, JJ (TU Delft Real Estate Management)","Dewulf, G. (editor); Krumm, P. (editor); de Jonge, H. (editor)","2000","Juriaan van Meel and Theo van der Voordt describe the interaction between workplace concepts and the functioning of organisations and individual employees. Although scientific evaluations are scarce, it may be concluded that innovative concepts fit better with new ways of working. Teleworking and the provision of different workspaces for different activities support the need for both communication and concentration. Non-territorial use of workspace may lead to a more efficient use of space. Most users of innovative environments like their trendy environment and don't want to return to a traditional office building. However, psychological needs such as privacy and territoriality must not be underestimated.","","en","book chapter","Arko Publishers","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:5955b976-9df4-4888-b9b0-f69d6aa4e1df","http://resolver.tudelft.nl/uuid:5955b976-9df4-4888-b9b0-f69d6aa4e1df","Flexibel werken in Dynamischkantoor Haarlem","Vos, PGJC; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2000","Dynamischkantoor Haarlem biedt onderdak aan zes VROM-diensten. Een dienst van het Ministerie van LNV is er te gast. Op initiatief van de Rijksgebouwendienst is een innovatief kantoorconcept toegepast: een combikantoor met flexibele, activiteitgerelateerde werkplekken en een centraal archief met trolleys voor persoonlijke archieven. Een klein deel is opgezet als satellietkantoor. Kenmerkend van het nieuwe kantoor is de openheid (open verbindingen, veel glas). Een uitgebreide evaluatie toont aan dat het nieuwe gebouw vooralsnog niet aan de hooggespannen verwachtingen voldoet. De communicatie is weliswaar verbeterd en de voorzieningen worden positief gewaardeerd, maar geconcentreerd werken blijkt moeilijk. Er is sprake van een “transparantieparadox”: de openheid behoort tot de meest gewaardeerde aspecten (licht, ruim) en geeft tegelijkertijd aanleiding tot klachten over teveel afleiding en gebrek aan privacy. Het implementatieproces blijkt een kritische succesfactor.","","nl","journal article","","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:2576ecbd-dee3-4420-b106-00e1d801f833","http://resolver.tudelft.nl/uuid:2576ecbd-dee3-4420-b106-00e1d801f833","Verdeeldheid over beste weg naar meer kwaliteit: Bouw kan het werk niet aan. Uitkomsten van de elektronische enquête","Soeter, J.P. (TU Delft Real Estate Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2000","Vast onderdeel van het Symposium Bouwprognoses is de elektronische zaalenquête. Prof. Hans de Jonge stelt de vragen, de zaal houdt de hand aan de knop en binnen enkele seconden verschijnt de uitkomst op een groot scherm. In minder dan drie kwartier wordt zo zichtbaar hoe bouwend Nederland denkt over de toekomst. Het beeld stemt op hoofdlijnen overeen met de uitkomsten van vorig jaar. De bouwwereld blijft optimistisch. Wel is er zorg over het tekort aan hoogwaardig personeel. Kwaliteit is opnieuw een belangrijk aandachtspunt. Bij het overheidsbeleid worden enkele kritische kanttekeningen geplaatst. Een impressie van de bevindingen.","","nl","journal article","","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:d9f76753-68f2-4211-8bfb-862243311718","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d9f76753-68f2-4211-8bfb-862243311718","Beheer van een portefeuille met wonen, zorg en dienstverlening","Santema, R; Takens, B; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","2000","","","nl","journal article","","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:07497585-4257-46a1-9b9e-8e87911d8377","http://resolver.tudelft.nl/uuid:07497585-4257-46a1-9b9e-8e87911d8377","Evaluatie pilot Civiele Techniek","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); de Puy, L","","2000","In 1997 initieerden de sectie Bouwmanagement & Vastgoedbeheer (BMVB) van de Faculteit Bouwkunde en TU Delft Vastgoedbeheer het onderzoek Demand for Change. Centraal hierin staat de vraag, welke ruimtelijke implicaties te verwachten zijn van een toenemend gebruik van Informatie- en Communicatie Technologie (ICT) in wetenschappelijk onderwijs en onderzoek. Om ook concreet ervaring op te doen met nieuwe inrichtingsconcepten en de inpassing hiervan in de bestaande gebouwenvoorraad van de TU Delft, zijn twee pilot-projecten gestart, bij Civiele Techniek en bij Werktuigbouwkunde. In dit rapport wordt verslag uitgebracht van de evaluatie van de pilot Civiele techniek.","","nl","report","Delft University of Technology","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:6d652258-01ac-46c9-a7e2-eaf447419e47","http://resolver.tudelft.nl/uuid:6d652258-01ac-46c9-a7e2-eaf447419e47","Universitait vastgoed: De leer- en werkomgeving. Verslag van twee proefprojecten kantoorinnovatie bij de TU Delft","van der Voordt, D.J.M.","Aalders, J. (contributor); van den Noort, K. (contributor); Stuebings, S (contributor); Dewulf, G (contributor); de Jonge, H. (contributor); van Meel, J. (contributor); van der Valk, E. (contributor); de Vrey, M. (contributor)","1999","","","nl","book","Delft University Press","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:597798d6-87f7-4f74-99e0-62fb31649a4d","http://resolver.tudelft.nl/uuid:597798d6-87f7-4f74-99e0-62fb31649a4d","Evaluatie van kantoorinnovatie. Model en methoden","van der Voordt, D.J.M.; Vos, P.G.J.C.","Beunder, M (contributor); Bakker, P.J. (contributor)","1999","","","en","book","Delft University Press","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:9a7b0148-67fa-40de-9d85-3f90a338f0ab","http://resolver.tudelft.nl/uuid:9a7b0148-67fa-40de-9d85-3f90a338f0ab","OPK Onderkant Potentiemeter Kantoren: Een instrument waarmee op voorraad- en gebouwniveau de onderkant van de kantorenmarkt in een bepaald stadsgewest in kaart gebracht kan worden","Geraedts, Rob P. (TU Delft Design & Construction Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","1999","b>Marktontwikkelingen van overschot naar tekort
Begin jaren negentig was op ruime schaal sprake van structurele leegstand in kantoorgebouwen. Aan het einde van de negentiger jaren heeft de kantorenmarkt zich hersteld en is de vraag fors toegenomen, vooral in het midden- en topsegment. De huurprijzen verbeterden en de leegstand nam sterk af. Een groot deel van het bestaande en nieuwe kantooraanbod was gemakkelijker te verhuren, zelfs verouderde gebouwen op minder courante locaties.
Nieuwe dreigende leegstand
Op veel locaties worden eind jaren negentig initiatieven ontplooid voor kwalitatief hoogwaardige nieuwbouw in de kantorenmarkt. Een groot deel van de nieuwbouwproductie is echter niet het gevolg van een uitbreidingsvraag, maar van verhuisbewegingen.
Door hoger wordende kwaliteitseisen trekken kantoororganisaties naar nieuwe panden met een hoge gebouwkwaliteit en gelegen op een hoogwaardige locatie. Een deel van de achtergelaten panden komt naar verwachting leeg te staan. Dit betreft met name gebouwen die op locatie- of pandniveau de minste kwaliteit bieden of een ongunstige prijs/prestatieverhouding hebben. In de woorden van FGH: 'Good buildings drive out bad buildings'.
Dat is de reden waarom er een instrument is ontwikkeld waarmee op voorraad- en gebouwniveau de zogenaamde onderkant van de kantorenmarkt in een bepaald stadsgewest in kaart gebracht kan worden.","onderkant kantorenmarkt; potentiemeter; vetocriteria; graduele criteria; instrument; beoordeling","nl","report","Delft University of Technology","","","","","","","","","","Design & Construction Management","","",""
"uuid:fc674c96-6c68-43d0-8b2d-ca3ce4aedc4b","http://resolver.tudelft.nl/uuid:fc674c96-6c68-43d0-8b2d-ca3ce4aedc4b","Universitair vastgoed: Laboratoria. Een verkennende studie naar beslispunten voor het programma, structuurontwerp, gebruik en beheer en overwegingen bij de keuze","van der Voordt, D.J.M.; Aalders, J.A.M.; Fabery de Jonge, A.M.","","1999","","Vastgoedbeheer","nl","book","Delft University Press","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:2c217797-8d13-40fb-b4a0-90d6ac1f4680","http://resolver.tudelft.nl/uuid:2c217797-8d13-40fb-b4a0-90d6ac1f4680","Beweging in ondergrondse ruimten","Lüthi, P.; van der Voordt, D.J.M.; Bach, B.","","1999","","","nl","book","Technische Universiteit Delft, Faculteit Bouwkunde","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:5403d95e-1fc0-4179-b526-9efa2d1a5ec8","http://resolver.tudelft.nl/uuid:5403d95e-1fc0-4179-b526-9efa2d1a5ec8","Universitair vastgoed: De leer- en werkomgeving. Verslag van twee proefprojecten kantoorinnovatie bij de TU Delft","van der Voordt, D.J.M.","","1999","","","nl","book","Delft University Press","","","","","","","","","Bouwmanagement & Vastgoedbeheer","","","",""
"uuid:19dc9797-e5b1-477a-99a3-40a96ab9a7db","http://resolver.tudelft.nl/uuid:19dc9797-e5b1-477a-99a3-40a96ab9a7db","Spatial implications of trends in higher education and scientific research","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","1999","","","en","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:57bec4e8-5a14-4e88-8b9e-5974cd4f8cd1","http://resolver.tudelft.nl/uuid:57bec4e8-5a14-4e88-8b9e-5974cd4f8cd1","Planning zonder ICES","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); Soeter, J.P. (TU Delft Real Estate Management)","","1999","","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:224963e3-e648-44ec-9cf2-9037bd8a2831","http://resolver.tudelft.nl/uuid:224963e3-e648-44ec-9cf2-9037bd8a2831","Transformatie-onderzoek: Deel 1. Vraag en aanbod in de Rotterdamse kantorenmarkt","Geraedts, Rob P. (TU Delft Design & Construction Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van Doorn, A.J. (TU Delft Human Information Communication Design)","","1999","In dit rapport over moduul 2 van het transformatie-onderzoek wordt eerst kort ingegaan op de achtergrond, het doel en de aanpak van het transformatie-onderzoek (hoofdstuk 1). Vervolgens wordt het aanbod aan leegstaande kantoren in Rotterdam in kaart gebracht, zowel de huidige leegstand als recente ontwikkelingen en verwachtingen voor de nabije toekomst (hoofdstuk 2). Tevens wordt een eerste globale inschatting gemaakt van het transformatieperspectief van leegstaande kantoorgebouwen in Rotterdam. Daarna wordt de vraag naar woningen besproken (hoofdstuk 3). De vraag is geanalyseerd in termen van woonwensen en woonvoorkeuren met betrekking tot een fors aantal woningkenmerken en kenmerken van de locatie, waar mogelijk gedifferentieerd naar doelgroepen. Na een algemene beschouwing wordt ingezoomd op de woningmarkt in Rotterdam. Er zijn vijf doelgroepprofielen opgesteld.
In hoofdstuk 4 komt de ontwikkeling aan de orde van een instrumentarium voor de match tussen aanbod en vraag. Met dit instrument kan de transformatiepotentie van leegstaande kantoorpanden worden vastgesteld, van snel en grof (quick scan) naar gedetailleerd en meer arbeidsintensief. Het instrument is ontwikkeld op basis van literatuurstudie en interviews met experts. In hoofdstuk 5 worden de financiële implicaties van transformatieprojecten besproken, i.c. de kosten (transformatiekosten, verwervingskosten, exploïtatielasten) en opbrengsten (verhuur, verkoop). Vergelijking van de kosten en opbrengsten geeft een beeld van het te behalen rendement.
Bij dit rapport horen twee andere publikaties: een afzonderlijk leesbare samenvatting en een bundeling van de belangrijkste bijlagen.","","nl","report","Faculteit Bouwkunde, TU Delft","","","","","In opdracht van FGH Bank.","","","","","Design & Construction Management","","",""
"uuid:5bbf64de-2ef5-4279-915a-865c542dbe02","http://resolver.tudelft.nl/uuid:5bbf64de-2ef5-4279-915a-865c542dbe02","Space Requirements for Accessibility: Cross-Cultural Comparisons","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","1999","","","en","book chapter","Kluwer Academic/ Plenum Publishers","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:bdebdf59-6f29-4f27-9148-d32687be2ca9","http://resolver.tudelft.nl/uuid:bdebdf59-6f29-4f27-9148-d32687be2ca9","Transformatie-onderzoek: Samenvatting","Geraedts, Rob P. (TU Delft Design & Construction Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van Doorn, A.J. (TU Delft Human Information Communication Design)","","1999","In deze samenvatting over moduul 2 van het transformatie-onderzoek wordt eerst kort ingegaan op de achtergrond, het doel en de aanpak van het transformatie-onderzoek. Vervolgens wordt het aanbod aan leegstaande kantoren in Rotterdam in kaart gebracht, zowel de huidige leegstand als recente ontwikkelingen en verwachtingen voor de nabije toekomst. Tevens wordt een eerste globale inschatting gemaakt van het transformatie-perspectief van leegstaande kantoorgebouwen in Rotterdam.
Daarna wordt de vraag naar woningen besproken. De vraag is geanalyseerd in termen van woonwensen en woonvoorkeuren met betrekking tot een fors aantal woningkenmerken en kenmerken van de locatie, waar mogelijk gedifferentieerd naar doelgroepen. Na een algemene beschouwing wordt ingezoomd op de woningmarkt in Rotterdam. Er zijn vijf doelgroepprofielen opgesteld.
Vervolgens komt de ontwikkeling aan de orde van een instrumentarium voor de match tussen aanbod en vraag. Met dit instrument kan de transformatiepotentie van leegstaande kantoorpanden worden vastgesteld, van snel en grof (quick scan) naar gedetailleerd en meer arbeidsintensief. Het instrument is ontwikkeld op basis van literatuurstudie en interviews met experts.
Daarna worden de financiële implicaties van transformatieprojecten besproken, i.c. de kosten (transformatiekosten, verwervingskosten, exploïtatielasten) en opbrengsten (verhuur, verkoop).
Op basis van de analyses van vraag en aanbod, het instrument voor de match tussen beide, en de wijze waarop beslissingen over (de haalbaarheid van) transformatie van kantoren naar woningen in de praktijk plaatsvinden, is een stappenplan opgesteld voor het in kaart brengen van de transformatiepotentie van leegstaande kantoorgebouwen: van initiatief tot een go/no go-beslissing.","","nl","report","Faculteit Bouwkunde, TU Delft","","","","","In opdracht van FGH Bank.","","","","","Design & Construction Management","","",""
"uuid:e381fd1c-b4fe-46e7-b093-8d20ffbad824","http://resolver.tudelft.nl/uuid:e381fd1c-b4fe-46e7-b093-8d20ffbad824","Transformatie-onderzoek: Bijlagen","Geraedts, Rob P. (TU Delft Design & Construction Management); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management); van Doorn, A.J. (TU Delft Human Information Communication Design)","","1999","","","nl","report","Faculteit Bouwkunde, TU Delft","","","","","In opdracht van FGH Bank.","","","","","Design & Construction Management","","",""
"uuid:dc1c4b0c-e314-4194-8b1b-3c2a6b67b55a","http://resolver.tudelft.nl/uuid:dc1c4b0c-e314-4194-8b1b-3c2a6b67b55a","Wonen en GGZ. Een verslag van een kwalitatief onderzoek naar zes projecten gericht op het nonnaliseren van het wonen voor chronische psychiatrische patiënten","Hoekstra, E.K.; Liempd, H.M.J.A.; van der Voordt, D.J.M.","","1998","Wonen met zorg voor chronische psychiatrische patiënten varieert in de praktijk van zelfstandig wonen met begeleiding en / of psychiatrische thuiszorg tot intramuraal verblijf met intensieve behandeling. Extramuralisering en vermaatschappelijking van de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) heeft inmiddels geleid tot een toename in zorgvernieuwingsprojecten gericht op het normaliseren van het wonen. Omdat over deze projecten nog relatief weinig bekend is, zijn in opdracht van de Stuurgroep Experimenten Volkshuisvesting zes aansprekende projecten gedocumenteerd en geanalyseerd.","","nl","book","AKTA, onderzoeks- en adviesbureau voor ruimte gebruik, Utrecht","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:00400afb-e5ff-44b2-86e2-922d657c3e3c","http://resolver.tudelft.nl/uuid:00400afb-e5ff-44b2-86e2-922d657c3e3c","Reshaping the traditional system","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","1998","","","en","conference paper","STAKES","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:fa6a55eb-08f9-48ed-a370-06014b0c8ebe","http://resolver.tudelft.nl/uuid:fa6a55eb-08f9-48ed-a370-06014b0c8ebe","Overheid moet herbestemming kantoren stimuleren","Hulsman, CL; Knoop, FAM; van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","1998","Langdurige leegstand van kantoorgebouwen is maatschappelijk en economisch onge-wenst. Herbestemming naar woonfuncties kan een goede oplossing zijn. Onderzoek van de Technische Universiteit Delft wijst uit, dat de overheid en marktpartijen de noodzaak tot stimulering van herbestemming onderschrijven. Integrale gebiedsontwikkeling, fis-cale maatregelen zoals verlaging van het BTW-tarief bij herbestemming of reductie van overdrachtsbelasting, versoepelen van bestemmingsplanwijzigingen en ondersteuning door gemeenten staan hoog op de verlanglijstjes. Een verslag van de bevindingen.","","nl","journal article","","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:89567ff8-70a5-4439-8997-ca9fddd16ac6","http://resolver.tudelft.nl/uuid:89567ff8-70a5-4439-8997-ca9fddd16ac6","Integrale toegankelijkheid","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van der Voordt, D.J.M. (editor); van Eck, R. (editor); Geurtsen, A. (editor); Janzen, A. (editor); Visser, J. (editor)","1998","","","nl","book chapter","Bohn Stafleu van Loghum","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:8419c375-09c8-40ec-9f55-e8d63eeaaa0c","http://resolver.tudelft.nl/uuid:8419c375-09c8-40ec-9f55-e8d63eeaaa0c","Bouwstenen voor het verpleeghuis nieuwe stijl","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van der Voordt, D.J.M. (editor); van Eck, R. (editor); Geurtsen, A. (editor); Janzen, A. (editor); Visser, J. (editor)","1998","","","nl","book chapter","Bohn Stafleu van Loghum","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:84c870a5-ab03-4350-852d-f6355266f121","http://resolver.tudelft.nl/uuid:84c870a5-ab03-4350-852d-f6355266f121","Ruimtelijke oriëntatie","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van der Voordt, D.J.M. (editor); van Eck, R. (editor); Geurtsen, A. (editor); Janzen, A. (editor); Visser, J. (editor)","1998","","","nl","book chapter","Bohn Stafleu van Loghum","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:7023eebc-e6b9-45de-a0f0-59373f0f991b","http://resolver.tudelft.nl/uuid:7023eebc-e6b9-45de-a0f0-59373f0f991b","Spatial Implications of Policy Trends and Changing Concepts of Housing and Care for the Elderly, Current Trends in the Netherlands","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","J Andel, van (editor)","1998","","","en","conference paper","EIRASS","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:c0d88706-aea9-40af-adb4-4bc2eb03735b","http://resolver.tudelft.nl/uuid:c0d88706-aea9-40af-adb4-4bc2eb03735b","Architectuur en woonzorgvoorzieningen","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van der Voordt, D.J.M. (editor); van Eck, R. (editor); Geurtsen, A. (editor); Janzen, A. (editor); Visser, J. (editor)","1998","","","nl","book chapter","Bohn Stafleu van Loghum","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:3bbc1338-aa0c-4960-a52a-11e53f6d9ce2","http://resolver.tudelft.nl/uuid:3bbc1338-aa0c-4960-a52a-11e53f6d9ce2","Begrippen wonen en zorg","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van der Voordt, D.J.M. (editor); van Eck, R. (editor); Geurtsen, A. (editor); Janzen, A. (editor); Visser, J. (editor)","1998","","","nl","book chapter","Bohn Stafleu van Loghum","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:c9ca5573-9f05-4b8f-879d-02479913e4f8","http://resolver.tudelft.nl/uuid:c9ca5573-9f05-4b8f-879d-02479913e4f8","Wonen met zorg in de jaren tachtig en negentig","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van der Voordt, D.J.M. (editor); van Eck, R. (editor); Geurtsen, A. (editor); Janzen, A. (editor); Visser, J. (editor)","1998","","","nl","book chapter","Bohn Stafleu van Loghum","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:9959a871-ad05-41b5-af8a-787f7330c6f8","http://resolver.tudelft.nl/uuid:9959a871-ad05-41b5-af8a-787f7330c6f8","Privacy en sociaal contact","Plaisier, Ad (NZI, Utrecht); van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van der Voordt, Theo (editor); van Eck, Ron (editor); Geurtsen, Aart (editor); Janzen, Annemiek (editor); Visser, Jos (editor)","1998","Richtlijnen voor het ontwerpen en beheren van woonzorgvoorzieningen voor ouderen die voorzien in de behoefte aan privacy en contact. [Guidelines to incorporate the needs for privacy and social interaction in facilities for assisted living for the elderly]","privacy; sociaal contact; woonzorgvoorziening","nl","book chapter","Bohn Stafleu vam Loghum","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:dfcc2581-2690-4407-b477-26215a5504e6","http://resolver.tudelft.nl/uuid:dfcc2581-2690-4407-b477-26215a5504e6","Sociale veiligheid","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","van der Voordt, Theo (editor); van Eck, Ron (editor); Geurtsen, Aart (editor); Janzen, Annemiek (editor); Visser, Jos (editor)","1998","Richtlijnen voor sociaal veilig ontwerpen en beheren van woonzorgvoorzieningen voor ouderen","sociale veiligheid; woonzorgvoorziening","nl","book chapter","Bohn Stafleu vam Loghum","","","","","Accepted manuscript","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:d3bde5d0-0713-4e22-a8ab-e8f5379ef0f5","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d3bde5d0-0713-4e22-a8ab-e8f5379ef0f5","Methoden en technieken van onderzoek","van der Voordt, Theo (TU Delft Real Estate Management)","","1998","De faculteit Bouwkunde is een instelling voor wetenschappelijk onderwijs en onderzoek. Dit houdt in dat het onderwijs zoveel mogelijk gebaseerd is c.q. zou moeten zijn op resultaten van wetenschappelijk onderzoek en de faculteit ook zelf onderzoek verricht. Van de bouwkundig ingenieur wordt verwacht dat deze zijn beslissingen in de beroepspraktijk waar mogelijk mede baseert op resultaten van wetenschappelijk onderzoek. En niet slechts steunt op eigen ervaringen, intuïtie en idealen en verder werkt ‘met vallen en opstaan’. Bovendien wordt van ingenieurs verwacht dat zij in staat zijn om een inspirerende bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van hun vakgebied en het wetenschappelijk onderzoek dat daarvoor nodig is (zie de Eindtermen van de opleiding). Vandaar dat in het curriculum enige ruimte is opgenomen voor kennis en vaardigheden op het gebied van wetenschappelijk onderzoek en studenten zelf oefenen in het opzetten en uitvoeren van een (bescheiden) onderzoek. Met de onderhavige bijdrage wordt beoogd om inzicht te geven in de eisen aan (wetenschappelijk) onderzoek, de plaats van onderzoek in het bouwproces, de structuur van een onderzoeksproces en de vele keuzen die te maken zijn bij de onderzoeksopzet en het type onderzoek. De informatie is bedoeld als hulpmiddel bij de voorbereiding van eigen onderzoek, b.v. in het kader van een scriptie of tijdens het afstuderen, om bewust en weloverwogen keuzen te kunnen maken. Tevens kan de bijdrage behulpzaam zijn bij het tussentijds toetsen van eigen onderzoek op een methodologisch verantwoorde opzet. Tenslotte dient de bijdrage als referentie voor het kunnen beoordelen van de waarde van (uitkomsten uit) onderzoek van derden.","","nl","report","Publikatiebureau Bouwkunde","","","","","","","","","","Real Estate Management","","",""
"uuid:4a6c2e7c-d803-4d3f-bb44-748289f1426a","http://resolver.tudelft.nl/uuid:4a6c2e7c-d803-4d3f-bb44-748289f1426a","Comparative floorplan-analysis in programming and architectural design","van der Voordt, D.J.M.; Vrielink, D.; van Wegen, H.B.R.","","1997","Every floorplan may be regarded as a reflection of the goals and activities of the users as interpreted by the architect. By comparing a wide range of building layouts for similar organizations one may achieve a good understanding of the ways in which goals and values can be expressed in spatial solutions. It offers the opportunity to develop a spatio-functional typology of design solutions. Post-Occupancy Evaluations focussing on underlying arguments and user experiences with different design solutions give insight into relevant points of decision, (dis)advantages for use and perception, and (dis)congruencies between spatial systems and social systems. This article demonstrates how an integration of Comparative floorplan-analysis (CFA) and Post-occupancy evaluation (POE) may contribute to more soundly based solutions in programming and architectural design. The relationship between spatial and social configurations is illuminated by an analysis of floorplans of two schools with different educational systems and the spatial implications of a shift from a medical care concept into a residential care concept in nursing homes.","spatio-functional analysis; floorplans; design evaluation; POE","en","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:9f3aba52-65e5-42a2-9444-efba563a0cdd","http://resolver.tudelft.nl/uuid:9f3aba52-65e5-42a2-9444-efba563a0cdd","Gebouwde omgeving en het leer- en leefklimaat op scholen","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1997","De sfeer op school wordt vooral bepaald door de houding en werkwijze van de leraren en het aantal en soort leerlingen dat de school bevolkt. Maar ook het gebouw levert een belangrijke bijdrage. Het gebouw en de buitenruimten vormen het decor waarin alle activiteiten zich afspelen. De uitstraling die van een gebouw uitgaat heeft grote invloed op hoe men zich erin voelt. Een adequate vormgeving en inrichting kunnen het onderwijssysteem ondersteunen en bijdragen aan welbevinden en veiligheid.","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:51ee4fc9-fcd5-4366-8374-3c04924e1cbf","http://resolver.tudelft.nl/uuid:51ee4fc9-fcd5-4366-8374-3c04924e1cbf","Environmental Crime Prevention in the Netherlands: Theory and Practice (auteursversie)","van der Voordt, D.J.M.","","1997","","","en","conference paper","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:89109ec8-5b85-4400-a86c-0278e3ceb288","http://resolver.tudelft.nl/uuid:89109ec8-5b85-4400-a86c-0278e3ceb288","Ruimte voor opplussen - Empirisch onderzoek naar de gewenste bedieningshoogten en manoeuvreerruimte bij deuren voor ouderen die een stok of rollator gebruiken","Kahmann, L.R.M.; Nolte, E.A.H.; van der Voordt, D.J.M.","","1997","","","nl","book","Publikatieburo Faculteit der Bouwkunde, Technische Universiteit Delft","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:1a80d59d-6362-444c-8dd0-4ef673d3127b","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1a80d59d-6362-444c-8dd0-4ef673d3127b","Integrale toegankelijkheid: Evaluatie van de aanpasbaar gebouwde wijk Galecop in Nieuwegein","Verkroost, S.; van der Voordt, D.J.M.; van der Werf, S.","","1997","Bezoekbaarheid voor iedereen en aanpasbaarheid aan individuele toegankelijkheidsbehoeften van bewoners met fysieke beperkingen. Dát zijn de doelstellingen voor integrale toegankelijkheid van de nieuwbouwwijk Galecop in Nieuwegein. Daartoe heeft de gemeente een eisenpakket ontwikkeld, met als randvoorwaarde kostenneutraliteit. Inmiddels is een flink deel van de wijk opgeleverd. Stereotiepe vooroordelen over aanpasbaar bouwen worden weerlegd door de reacties van de bewoners. De aanpasbaar gebouwde woningen blijken prima verhuurbaar, extra aantrekkelijk in het gebruik, en niet of nauwelijks duurder. Toetsing van de plattegronden aan het eisenpakket laat enkele tekortkomingen zien. Er kunnen kanttekeningen worden geplaatst bij de aanpasbaarheid voor langdurige bewoning door mensen die volledig rolstoel-gebonden zijn. De auteurs pleiten voor differentiatie in prestatieniveaus.","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:f0fc4969-c359-47ff-9b33-4cde67f3de44","http://resolver.tudelft.nl/uuid:f0fc4969-c359-47ff-9b33-4cde67f3de44","Design for All: Towards a Barrierfree Environment for Everyone","van der Voordt, D.J.M.","","1997","","","en","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:5c830b83-7504-499c-a393-71fea8318027","http://resolver.tudelft.nl/uuid:5c830b83-7504-499c-a393-71fea8318027","Checklist for Adaptable Renovation","van der Voordt, D.J.M.; Drenth, J.G.; Nolte, E.A.H.","","1996","","","en","report","Delft University of Technology","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:da8476f6-e2c8-4859-b972-dc522f283040","http://resolver.tudelft.nl/uuid:da8476f6-e2c8-4859-b972-dc522f283040","Doctorates in Different Countries: a Comparative Analysis","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1996","","","en","conference paper","Publikatieburo Bouwkunde","90-5269-201-5","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:1923552c-5d02-420d-87de-5efb3bfb6526","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1923552c-5d02-420d-87de-5efb3bfb6526","Manoeuvreerruimte voor scootmobielen","van der Voordt, D.J.M.","","1996","","","nl","report","Delft University of Technology","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:0ce895d3-0dd1-481e-9660-c0a8592e2cca","http://resolver.tudelft.nl/uuid:0ce895d3-0dd1-481e-9660-c0a8592e2cca","Doctorates in Design and Architecture. Conference book","van der Voordt, D.J.M.; Hoogdalem, H.; van Wegen, H.B.","","1996","","","en","book","Publikatieburo Bouwkunde","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:fd66f5f8-3b89-4732-b17a-d7bb99705882","http://resolver.tudelft.nl/uuid:fd66f5f8-3b89-4732-b17a-d7bb99705882","Doctorates in Design and Architecture. Proceedings Volume 2. Results and reflections","van der Voordt, D.J.M.; Hoogdalem, H.; van Wegen, H.B.","","1996","","","en","book","Publikatieburo Bouwkunde","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:7e0fecf0-9139-4b52-b106-49354acdece3","http://resolver.tudelft.nl/uuid:7e0fecf0-9139-4b52-b106-49354acdece3","Doctorates in Design and Architecture. Volume 1. State of the art","van der Voordt, D.J.M.; Hoogdalem, H.; van Wegen, H.B.","","1996","","","en","book","Publikatieburo Bouwkunde","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:6035e22f-fc7a-442f-a8c0-fac598bec5a1","http://resolver.tudelft.nl/uuid:6035e22f-fc7a-442f-a8c0-fac598bec5a1","Manoeuvring space for electric wheelchairs and scooters","van der Voordt, D.J.M.; de Jong, G.E.; Verkroost, S.","","1996","To be universally accessible the built environment must be adequately adapted to the needs of the widest possible range of users and to the use of mobility aids such as walking sticks, rollator walkers, manual wheelchairs and electric scooters. Delft University of Technology regularly conducts research into the spatial configurations for integral accessibility. This paper summarises the results of a small study of the turning space required by electric wheelchairs and scooters. Drawing on these results, we argue that the manoeuvring space for wheelchair users in public spaces should be based on a turning circle of at least 1.80 m, and preferably 2.00 m.","","en","report","Delft University of Technology","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:83e93128-cd55-4f29-a1ca-448655d19e90","http://resolver.tudelft.nl/uuid:83e93128-cd55-4f29-a1ca-448655d19e90","Ruimte voor de badkamer: Bouwstenen voor 'sanitair op maat'","van der Voordt, D.J.M.; van Eck, R.","","1996","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:a500549e-4cd8-4e0b-aac1-014ac3be734d","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a500549e-4cd8-4e0b-aac1-014ac3be734d","Woonvarianten voor dementerende ouderen: Vier projecten nader bekeken","van der Voordt, D.J.M.","","1996","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:244c4f21-92de-4cd5-9b95-013e6507a599","http://resolver.tudelft.nl/uuid:244c4f21-92de-4cd5-9b95-013e6507a599","Doctorates in Design and Architecture in the Netherlands","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1996","","","en","conference paper","Publikatieburo Bouwkunde","90-5269-201-5","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:1f5a7024-ef78-4cb8-9ebb-885a3bd2235d","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1f5a7024-ef78-4cb8-9ebb-885a3bd2235d","Doctorates in Design and Architecture: An Outline of Issues","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1996","","","en","conference paper","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:1a60da8f-72c1-42b6-8e3c-80c80b7be9c8","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1a60da8f-72c1-42b6-8e3c-80c80b7be9c8","Dutch research and standards on accessibility","van der Voordt, D.J.M.","","1995","Design guidelines and standards can be helpful in enforcing the application of knowledge. However, dissemination of information and standardisation are in themselves insufficient. Prerequisites for a widespread application of knowledge are a clear and attractive presentation, certitude about the correctness of the information and consensus over the objectives. In this paper, a brief review will be given of the history of the development and dissemination of information on accessible environments in the Netherlands. Furthermore, some recommendations will be presented for an international research agenda.","","en","conference paper","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:3dd642d4-d07a-4aa4-837b-b2cd61ba9186","http://resolver.tudelft.nl/uuid:3dd642d4-d07a-4aa4-837b-b2cd61ba9186","Wonen op Maat","van der Voordt, D.J.M.","","1995","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:d68d779e-f4f4-4172-b54f-0401661bf8b3","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d68d779e-f4f4-4172-b54f-0401661bf8b3","Verpleeghuizen: Varianten en alternatieven","van der Voordt, D.J.M.; Terpstra, D.","","1995","","","nl","book","Publikatieburo Faculteit der Bouwkunde, Technische Universiteit Delft","","","","","","","","Architecture","","","","",""
"uuid:4da43b60-49d2-402a-8055-7ad0234af167","http://resolver.tudelft.nl/uuid:4da43b60-49d2-402a-8055-7ad0234af167","Toetsing checklist aanpasbaar verbouwen: Reakties van doelgroepen","van der Voordt, D.J.M.; Niclaes, M.N.; Drenth, J.G.; Nolte, E.A.H.","","1995","","woningaanpassing; gehandicapten; onderzoek","nl","book","Publikatieburo Bouwkunde","","","","","","","","","Vakgroep Architectuur","","","",""
"uuid:400af34c-a49f-496d-8aac-f6874685e208","http://resolver.tudelft.nl/uuid:400af34c-a49f-496d-8aac-f6874685e208","Checklist aanpasbaar verbouwen getoetst","van der Voordt, D.J.M.","","1995","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:dcf8e286-77cb-4f1e-880f-0b1314c22734","http://resolver.tudelft.nl/uuid:dcf8e286-77cb-4f1e-880f-0b1314c22734","ADA en de lange weg naar integrale toegankelijkheid: Americans with Disabilities Act een forse stap voorwaarts","van der Voordt, D.J.M.","","1994","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:c297f453-5951-4485-b753-31c8083698c8","http://resolver.tudelft.nl/uuid:c297f453-5951-4485-b753-31c8083698c8","Bouwstenen voor Geboden Toegang: Verslag van een onderzoek","van der Voordt, D.J.M.","","1994","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:dce96fd1-7f43-413b-a62a-af580889d4d8","http://resolver.tudelft.nl/uuid:dce96fd1-7f43-413b-a62a-af580889d4d8","Van gebruik naar initiatief","van der Voordt, D.J.M.","","1994","","","nl","book chapter","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:344c241f-a832-4b88-8947-c7f7d40d606d","http://resolver.tudelft.nl/uuid:344c241f-a832-4b88-8947-c7f7d40d606d","Ouderen in ziekenhuizen - Problemen en oplossingen voor bouw en inrichting","Lüthi, P.; Niclaes, M.N.; van der Voordt, D.J.M.","","1994","","","nl","book","Publikatieburo Faculteit der Bouwkunde, Technische Universiteit Delft","","","","","","","","Architecture","","","","",""
"uuid:dcc2f4cb-fe78-4036-ba17-eb522c89cd5e","http://resolver.tudelft.nl/uuid:dcc2f4cb-fe78-4036-ba17-eb522c89cd5e","Zelfredzaamheid van ouderen in ziekenhuizen: Problemen en oplossingen voor bouw en inrichting","Lüthi, P.; Niclaes, M.N.; van der Voordt, D.J.M.","","1994","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:bb1671fd-9bde-4ad0-a562-83171fd409b6","http://resolver.tudelft.nl/uuid:bb1671fd-9bde-4ad0-a562-83171fd409b6","Ruimte voor integrale toegankelijkheid van gebouwen","van der Voordt, D.J.M.; de Jong, G.E.","","1994","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:3230d17c-2229-4be3-915a-9ce282fc4ad6","http://resolver.tudelft.nl/uuid:3230d17c-2229-4be3-915a-9ce282fc4ad6","Ruimte voor toegankelijkheid: Bouwstenen voor het breder gemiddelde","van der Voordt, D.J.M.; de Jong, G.E.; Drenth, J.G.; Nolte, E.A.H.; Sanders, L.","","1993","","gebouwen; toegankelijkheid; lichamelijk gehandicapten; technische voorzieningen","nl","book","Publikatieburo Bouwkunde","","","","","","","","","Onderzoeksinstituut voor Stedebouw, Planologie en Architectuur OSPA","","","",""
"uuid:1e4a88b1-1868-46c3-88dc-729eb665217b","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1e4a88b1-1868-46c3-88dc-729eb665217b","Amerika op weg naar een toegankelijke samenleving: Een kwestie van beschaving...","van der Voordt, D.J.M.","","1993","Verslag van een studiereis naar de opzet en implementatie van de Americans with Disabilities Act (ADA) . 14 t/m 22 november 1992","","nl","book","Ministerie van WVC","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:9b603b27-31a8-455c-900c-4238c915bad6","http://resolver.tudelft.nl/uuid:9b603b27-31a8-455c-900c-4238c915bad6","Openbare gebouwen","van der Voordt, D.J.M.","","1993","","","nl","book chapter","Ministerie van WVC","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:1d523495-8e01-47f2-85a4-1eb68b67286f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1d523495-8e01-47f2-85a4-1eb68b67286f","Experiment aanpasbaar verbouwen. Eindrapport theoretische fase","Aarts, C.G.; Drenth, J.G.; Nolte, E.A.H.; van der Voordt, D.J.M.","","1993","","","nl","book","Nationale Woningraad","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:3a983bb0-af4a-4176-93e1-82d91d233956","http://resolver.tudelft.nl/uuid:3a983bb0-af4a-4176-93e1-82d91d233956","De weg kwijt in het verpleeghuis: ruimtelijke oriëntatie in bouwkundig perspectief: Een overzicht","van der Voordt, D.J.M.","","1993","","oriëntatie; oriëntatie; dementie; verpleeghuis; gebouw; ontwerpen","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:91c62780-a8f8-4b3e-a7e1-25c4231fc958","http://resolver.tudelft.nl/uuid:91c62780-a8f8-4b3e-a7e1-25c4231fc958","The Delft checklist on safe neighborhoods","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1993","","","en","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:22173de0-29a1-4a3f-acd9-6450341b5ab3","http://resolver.tudelft.nl/uuid:22173de0-29a1-4a3f-acd9-6450341b5ab3","New combinations of housing and care for the elderly in the Netherlands","Houben, P.P.J.; van der Voordt, D.J.M.","","1993","","","en","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:48d36c6c-b46e-4afb-8e6c-0a05b366e31f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:48d36c6c-b46e-4afb-8e6c-0a05b366e31f","Prioriteiten in aanpasbaarheid","van der Voordt, D.J.M.","","1993","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:f0691a7f-b00d-4172-8f1a-ea52cb95fd49","http://resolver.tudelft.nl/uuid:f0691a7f-b00d-4172-8f1a-ea52cb95fd49","Accessibility and knowledge: Connection between research, design guidelines and standards","van der Voordt, D.J.M.","","1993","Workshop Accessibility and Research - Much knowledge is acquired by trial and error. Scientific research can help to acquire this in a methodical manner. The dissemination of information takes place in different ways too, by means of lectures, video presentations, books and articles. Design guidelines and standards can be helpful in enforcing the application of knowledge. However, dissemination of information and standardisation are in themselves insufficient. Prerequisites for the widespread application of knowledge are a clear and attractive presentation, certitude about the correctness of the information and consensus over the objectives. For designers, another important issue is freedom of choice. Information and standardisation should not stand in the way of innovative solutions. In this paper, a brief review will be given of the history of the development and dissemination of information on accessible environments in the Netherlands. Furthermore, some recommendations will be discussed for an international research agenda.","","en","conference paper","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:e20a0dd5-e1dd-4135-809f-c75a7090153f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:e20a0dd5-e1dd-4135-809f-c75a7090153f","Nieuwe woonzorgvoorzieningen voor ouderen","Breuer, G.S.; van de Donk, B.; van Hoogdalem, H.; Houben, P.P.J.; van der Voordt, D.J.M.","","1992","Documentatie en beknopte evaluatie van zeven (semi-)intramurale projecten","","nl","book","Publikatieburo Bouwkunde","","","","","","","","","Onderzoeksinstituut voor Stedebouw, Planologie en Architectuur OSPA","","","",""
"uuid:471ffe1d-879a-44af-855a-4fc1bf1532e5","http://resolver.tudelft.nl/uuid:471ffe1d-879a-44af-855a-4fc1bf1532e5","Design for all: Building adaptable housing","van der Voordt, D.J.M.","","1992","","","en","conference paper","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:2bdb4a0d-df18-47c5-82df-88d3e35e7df7","http://resolver.tudelft.nl/uuid:2bdb4a0d-df18-47c5-82df-88d3e35e7df7","Bouwkundige implicaties van nieuwe woonzorgconcepten","Breuer, G.S.; van der Voordt, D.J.M.","","1992","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:11e7fd93-5ef3-4703-9a12-d518b47e86c2","http://resolver.tudelft.nl/uuid:11e7fd93-5ef3-4703-9a12-d518b47e86c2","Ruimtelijke consequenties van verschillende onderwijstypen","van der Voordt, D.J.M.","","1992","","","nl","book chapter","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:6a390255-a9de-4ae6-a190-afcdb8acba0c","http://resolver.tudelft.nl/uuid:6a390255-a9de-4ae6-a190-afcdb8acba0c","Enquete aanpasbaar verbouwen","Boekhorst, F.W.; van der Voordt, D.J.M.; Aarts, C.G.; Geraedts, R.P.","","1992","Survey adaptable rehabilitated housing. Necessity of adaptation measures In 1985 the National Housing Counsil (NWR) started the experiment Building Adaptable Housing to assess which requirements dweUings have to meet in order to make them suitable for handicapped people, both as visitors and as occupants. First, a list of Requirements for Building Adaptable Housing has been drwan up (NWR 1987). Next, 40 projects with adaptable dwellings have been realized. In the beginning of 1992 on the basis of these experiences and the comments upon the first vers ion of the Requirements a Manual Building Adaptable Housing is published. This manual comprises not only data on the market for Adaptable Housing and on the applicability of the principles, but als a review of various example projects. Besides an adjusted version of the Requirements for Building Adaptable Housing is included in the Manual. These requirements are more directly focussed on newly built dweUings than before. For the rehabilitation of the existing stock the NWR wiU develop special requirements. To this end in 1990 an experiment 'Adaptable Rehabilitated Housing' has been started. The present survey is part of a follow-up experiment and its aim is above all to get more understanding of which adaptability measures should be given priority.","","nl","book","Onderzoeksinstituut voor Stedebouw, Planologie en Architectuur OSPA","","","","","","","","","Onderzoeksinstituut voor Stedebouw, Planologie en Architectuur OSPA","","","",""
"uuid:e0f0c347-185a-4919-977e-8f583829878e","http://resolver.tudelft.nl/uuid:e0f0c347-185a-4919-977e-8f583829878e","Psychologische aspekten van de openbare ruimte","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1992","","","nl","book chapter","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:b0e4f3b7-f28c-4887-93b3-200bee2b0600","http://resolver.tudelft.nl/uuid:b0e4f3b7-f28c-4887-93b3-200bee2b0600","Metamorphoses in housing, nursing and caring for the elderly in the Netherlands","Breuer, G.S.; van Hoogdalem, H.; van der Voordt, D.J.M.","","1992","","","en","conference paper","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:b6132b63-62c6-4186-8c9a-e33ce6c671ed","http://resolver.tudelft.nl/uuid:b6132b63-62c6-4186-8c9a-e33ce6c671ed","Sociale veiligheid en gebouwde omgeving: Theorie, empirie en instrumentontwikkeling","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","Priemus, H. (promotor)","1991","","stedebouw en criminaliteit; onderzoek","nl","doctoral thesis","","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:740b1872-053c-4f75-aa60-714fb1281edf","http://resolver.tudelft.nl/uuid:740b1872-053c-4f75-aa60-714fb1281edf","Aanpassen bij verbouw: uitbreiden of inpassen?","van der Voordt, D.J.M.","","1991","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:e75d9f03-17c8-4165-a9ca-0b9ddea75899","http://resolver.tudelft.nl/uuid:e75d9f03-17c8-4165-a9ca-0b9ddea75899","De toekomst van de drie hoven","Breuer, G.; van Hoogdalem, H.; Houben, P.P.J.; van der Voordt, D.J.M.","","1991","Een programmeringsstudie naar de toekomstige gebruiksmogelijkheden van een multifunctioneel wooncomplex voor ouderen","","nl","book","OSPA","","","","","","","","","Onderzoeksinstituut voor Stedebouw, Planologie en Architectuur","","","",""
"uuid:e6183a02-aefb-40e3-a897-1ddbbbb1ddb2","http://resolver.tudelft.nl/uuid:e6183a02-aefb-40e3-a897-1ddbbbb1ddb2","Aanpasbaar bouwen: van idee tot werkelijkheid","van der Voordt, D.J.M.","","1991","Inclusief naschrift reacties van Ir. Henriëtte van Eys en van de auteur in Stedebouw en Volkshuisvesting 1992 (73) no. 1, p. 35-36.","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:d9500a17-9412-4cd1-8015-2fbb0da03a2c","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d9500a17-9412-4cd1-8015-2fbb0da03a2c","Sociale veiligheid en Rotterdam: Toetsing van drie voorbeeldplannen op sociale veiligheid","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1990","","","en","report","Stichting voor Sociaal-Ruimtelijk Onderzoek Delft (SROD)","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:d819c9ab-01dd-4e81-9c26-99a920218273","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d819c9ab-01dd-4e81-9c26-99a920218273","Homelike houses for mentally retarded adults: Current developments in the Netherlands","van der Voordt, D.J.M.; Aarts, C.G.","","1990","Authors version","","en","conference paper","Delft University of Technology","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:1b13956f-1132-4c84-89ad-0bf1724ed31b","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1b13956f-1132-4c84-89ad-0bf1724ed31b","Kleine criminaliteit en (stede)bouwkundig ontwerp","van der Voordt, D.J.M.","","1990","","","nl","book chapter","Gouda Quint","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:f06db7cb-e94b-40d5-a4be-9b4b786dbcc2","http://resolver.tudelft.nl/uuid:f06db7cb-e94b-40d5-a4be-9b4b786dbcc2","Building Adaptable Housing: From Theory to Practice. Current developments in the Netherlands","van der Voordt, D.J.M.","","1990","In order to realize housing which is suitable for use by physically handicapped people, the following two approaches have been employed, up to now, in the Netherlands: 1. The individual approach, aimed at housing which, once built, or at a later stage, is adapted to the individual requirements of a disabled occupant (""adapted housing""). 2. The categorical approach, by which is meant that a limited number of homes have already been adapted, during construction, to meet the assumed needs of a specific category of disabled people (in practice, usually people in wheelchairs), without the future occupant being known (""adapted housing in stockpile""). Because of the drawbacks incurred by both these approaches, such as high adaptation costs, a limited choice of homes, and people being forced to move, a new approach is now under experimentation in the Netherlands: building adaptable housing. This concept refers to a design approach which offers the possibility of adapting ordinary housing, when necessary, to the needs of a (prospective) handicapped tenant, in a relatively simple and inexpensive manner. In this paper, a review is presented of current developments in research and practice.","","en","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:0876f108-dfa7-41bf-9202-36f521514d5e","http://resolver.tudelft.nl/uuid:0876f108-dfa7-41bf-9202-36f521514d5e","Aanpasbaar bouwen in de praktijk: Woongebouw Reuvenslaan Voorburg","van der Voordt, D.J.M.; Aarts, C.G.","","1990","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:f56fd77b-532b-441a-a05f-50d21e8c24a8","http://resolver.tudelft.nl/uuid:f56fd77b-532b-441a-a05f-50d21e8c24a8","Towards an international checklist on safe neighbourhoods","van der Voordt, D.J.M.","","1990","","","en","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:90753560-2c78-42aa-8665-07ba78eecd3a","http://resolver.tudelft.nl/uuid:90753560-2c78-42aa-8665-07ba78eecd3a","Checklist sociale veiligheid in de praktijk goed bruikbaar","van der Voordt, D.J.M.","","1990","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:a8912277-5a8b-4faf-bcf7-6f334e64bb8c","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a8912277-5a8b-4faf-bcf7-6f334e64bb8c","Sociaal veilig ontwerpen - Checklist ten behoeve van het ontwikkelen en toetsen van (plannen voor) de gebouwde omgeving","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1990","","","nl","book","Publikatieburo Faculteit der Bouwkunde, Technische Universiteit Delft","","","","","","","","Architecture","","","","",""
"uuid:75b31566-d893-4c52-9d34-ff9a1b9d4ab3","http://resolver.tudelft.nl/uuid:75b31566-d893-4c52-9d34-ff9a1b9d4ab3","Veilig parkeren in de woonomgeving: mogelijkheden en beperkingen van ruimtelijke maatregelen","van der Voordt, D.J.M.","","1990","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:1ce1f85a-d867-4d62-ba38-fad060238062","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1ce1f85a-d867-4d62-ba38-fad060238062","Testing building plans for public safety: Usefulness of the Delft checklist","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1990","","","en","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:26766a4b-d9da-4b8e-98f4-eeebc85f92fe","http://resolver.tudelft.nl/uuid:26766a4b-d9da-4b8e-98f4-eeebc85f92fe","Aanpasbaar bouwen: Normmodellen en aanpasbaarheidsmatrices","Boekhorst, F.W.; Geraedts, R.P.; Aarts, C.G.; van der Voordt, D.J.M.","","1990","","","nl","report","Delft University of Technology","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:ae72a78e-fa72-4ac9-8167-55003680945a","http://resolver.tudelft.nl/uuid:ae72a78e-fa72-4ac9-8167-55003680945a","Onderbouwd bouwen: Achtergronden, programma en perspectieven van het onderzoek op Bouwkunde/TU Delft","van der Voordt, D.J.M.","","1989","","","nl","book","Publikatieburo Bouwkunde","","","","","","","","","Algemene Wetenschapskommissie","","","",""
"uuid:193f4863-4a5c-4fb8-b35c-1e400ede7b0f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:193f4863-4a5c-4fb8-b35c-1e400ede7b0f","Effekten van grootschalige ingrepen. Een programmeringsstudie","van der Voordt, D.J.M.; Thieme, J.C; van Wegen, H.B.R.","","1989","","","en","book","Research Institute of Urban Planning and Architecture OSPA","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:0267f4e4-7b0e-45f6-82a8-88015fac7493","http://resolver.tudelft.nl/uuid:0267f4e4-7b0e-45f6-82a8-88015fac7493","Effectmeting van bestuurlijke preventie: Enkele ervaringen uit Engeland","van der Voordt, D.J.M.","","1989","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:eb11d32a-deef-418e-a58a-ea7755b0be40","http://resolver.tudelft.nl/uuid:eb11d32a-deef-418e-a58a-ea7755b0be40","Measuring the effectiveness of crime prevention projects: Some experience from England","van der Voordt, D.J.M.","","1989","","","en","report","The Tavistock Institute of Human relations","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:871cc537-7619-4920-bf0d-72bd614c72e5","http://resolver.tudelft.nl/uuid:871cc537-7619-4920-bf0d-72bd614c72e5","Van gebruik naar initiatief: Gebruikersonderzoek en functionele analyse","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1989","Auteursversie","","nl","book chapter","Publikatieburo Bouwkunde, TU Delft","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:ece0cfb1-ad41-41da-943e-625d68a1f9ed","http://resolver.tudelft.nl/uuid:ece0cfb1-ad41-41da-943e-625d68a1f9ed","Aanpasbaar bouwen en de vereiste woninggroote: Vergelijking van verschillende normstelsels","Van der Most van Spijk, A.; van der Voordt, D.J.M.","Aarts, C.G. (contributor)","1989","In deze publikatie wordt een antwoord gezocht op de vraag, wat voor konsekwenties'aanpasbaar bouwen' heeft voor het minimaal benodigde vloeroppervlak. Aanpasbaarbouwen wil zeggen, dat reeds in de ontwerpfase rekening wordt gehouden met mogelijke bewoning door iemand met een lichamelijke handicap. Deze publicatie is opgedragen aan Job Kroon, architect (1924-1987)","RIW; OSPA; woningbouw","nl","book","Delftse Universitaire Pers","","","","","","","","","OSPA Onderzoeksinstituut voor Stedebouw, Planologie en Architectuur","","","",""
"uuid:287d4a76-40f7-40c0-9b86-5f47784ffb6d","http://resolver.tudelft.nl/uuid:287d4a76-40f7-40c0-9b86-5f47784ffb6d","Sociaal veilig ontwerpen: Voorbeeld opzet checklist/ontwerphandleiding","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1989","Intern rapport in opdracht van SOGZ Den Haag.","","nl","report","Delft University of Technology","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:39d02bc9-455e-41ff-989a-80222b365950","http://resolver.tudelft.nl/uuid:39d02bc9-455e-41ff-989a-80222b365950","Voorbeeldopzet checklist sociaal veilig ontwerpen","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1989","Intern rapport in opdracht van SOGZ Den Haag.","","nl","report","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:a7877102-821f-45e2-ab3d-1fd00c287f98","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a7877102-821f-45e2-ab3d-1fd00c287f98","Gesloten bouwblok + portiekafsluiting -> diskussie gesloten?","van der Voordt, D.J.M.","","1989","Verslag van een studiedag.","","nl","book chapter","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:3a37cee7-4c7f-43a4-8461-a4b3c37a7df0","http://resolver.tudelft.nl/uuid:3a37cee7-4c7f-43a4-8461-a4b3c37a7df0","Sociaal veilig recreëren vraagt om zorgvuldig ontwerp en beheer: Geïntegreerde en gecoördineerde aanpak vereist","van der Voordt, D.J.M.","","1989","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:b227a3f0-8c06-4426-87da-47c9799516e6","http://resolver.tudelft.nl/uuid:b227a3f0-8c06-4426-87da-47c9799516e6","Aanpasbaar bouwen slaat aan: Nieuwe aanpak blijkt kostenbesparend","van der Voordt, D.J.M.","","1989","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:f9470398-7ca7-40ce-b1ef-1243fe233e01","http://resolver.tudelft.nl/uuid:f9470398-7ca7-40ce-b1ef-1243fe233e01","Stedelijke recreatie en sociale veiligheid","van der Voordt, D.J.M.","","1989","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:ac36b433-9fbb-4ec0-8ffb-49dc3f70bbd7","http://resolver.tudelft.nl/uuid:ac36b433-9fbb-4ec0-8ffb-49dc3f70bbd7","Toetsing van de interim-checklist. Sociale veiligheid en gebouwde omgeving. Eindrapportage","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1988","","stedebouw en criminaliteit; 's-Gravenhage; onderzoek","nl","book","Delftse Universitaire Pers","","","","","","","","","Onderzoeksinstituut voor Stedebouw, Planologie en Architectuur OSPA","","","",""
"uuid:17455659-9211-42b1-8175-7b352ba9bceb","http://resolver.tudelft.nl/uuid:17455659-9211-42b1-8175-7b352ba9bceb","Looking back to the future: Proceedings of the tenth bienal conference of the International Association for the Study of People and their Physical Surroundings, Delft, the Netherlands, July 5-8, 1988. Vol. II: Symposia and Papers","van Hoogdalem, H.; Prak, N.L.; van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1988","","buildings; building interiors; urban space; squares","en","book","Delft University Press","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:6d0d6971-d7c0-417d-bf0b-0b1d078bab08","http://resolver.tudelft.nl/uuid:6d0d6971-d7c0-417d-bf0b-0b1d078bab08","Looking back to the future: Proceedings of the tenth bienal conference of the International Association for the Study of People and their Physical Surroundings, Delft, the Netherlands, July 5-8, 1988. Vol. I: Program and Abstracts","van Hoogdalem, H.; Prak, N.L.; van der Voordt, T.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1988","","buildings; building interiors; urban space; squares","en","book","Delft University Press","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:9cd7eb83-1293-4263-a0be-1a5f0949eabb","http://resolver.tudelft.nl/uuid:9cd7eb83-1293-4263-a0be-1a5f0949eabb","Toetsing van de interim-checklist. Sociale veiligheid en gebouwde omgeving. Deelstudie Bouwlust, Den Haag","van den Berg, A.G.; van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1988","","stedebouw en criminaliteit; 's-Gravenhage; onderzoek","nl","book","Delftse Universitaire Pers","","","","","","","","","Onderzoeksinstituut voor Stedebouw, Planologie en Architectuur OSPA","","","",""
"uuid:4ca88d91-eeac-4715-b0fe-f4c9871518fa","http://resolver.tudelft.nl/uuid:4ca88d91-eeac-4715-b0fe-f4c9871518fa","Sociaal-ruimtelijk onderzoek in het bouwproces","van der Voordt, D.J.M.","","1988","","","nl","book","OSPA","","","","","","","","","Onderzoeksinstituut voor Stedebouw, Planologie en Architectuur OSPA","","","",""
"uuid:067ea3d3-00e0-4600-942c-8aa6049731c4","http://resolver.tudelft.nl/uuid:067ea3d3-00e0-4600-942c-8aa6049731c4","Bouwen en wonen in een voormalig havengebied: Naar een beter woon- en leefklimaat in Delfshaven Buitendijks","Starmans, I.H.J.; van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1988","","stedebouw; planologie; TU Delft; Delfshaven","nl","book","Delftse Universitaire Pers","","","","","","","","","Real Estate & Housing","","","",""
"uuid:feed5593-1094-4f40-865c-aab85de5a0c7","http://resolver.tudelft.nl/uuid:feed5593-1094-4f40-865c-aab85de5a0c7","Ontwerpprijsvraag Aanpasbaar Bouwen: Toegankelijkheid en vormgeving","van der Voordt, D.J.M.","","1988","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:2856ea27-4309-49d2-b69d-8c846ac4ef36","http://resolver.tudelft.nl/uuid:2856ea27-4309-49d2-b69d-8c846ac4ef36","Surveillance- en preventiebeleid per computer?: Bespiegelingen van een buitenstaander","van der Voordt, D.J.M.","","1988","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:91b469a0-9673-4326-b4bf-8ad398261f41","http://resolver.tudelft.nl/uuid:91b469a0-9673-4326-b4bf-8ad398261f41","A checklist on crime prevention through environmental design: Usefulness and limitations","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1988","","","en","conference paper","Delftse Universitaire Pers","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:904ab303-4a8d-4d9a-ac40-f464f286f2e8","http://resolver.tudelft.nl/uuid:904ab303-4a8d-4d9a-ac40-f464f286f2e8","Toetsing van de interim-checklist: Sociale veiligheid en gebouwde omgeving: Eindrapportage","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1988","","","nl","book","Delftse Universitaire Pers","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:04b1a8f1-3437-4682-95b3-43a4d1b6422f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:04b1a8f1-3437-4682-95b3-43a4d1b6422f","Toetsing van de interim-checklist: Sociale veiligheid en gebouwde omgeving; deelstudie Transvaal, Den Haag","Kopinsky, M.K.; van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1987","","architectuur; criminaliteit; gebouwen; omgeving; sociale veiligheid; woonomgeving","nl","book","Delftse Universitaire Pers","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:216ccb01-886c-4183-8e77-bc48cd0e65a6","http://resolver.tudelft.nl/uuid:216ccb01-886c-4183-8e77-bc48cd0e65a6","Toetsing van de interim-checklist. Sociale veiligheid en gebouwde omgeving. Deelstudie Transvaal, Den Haag","Kopinsky, M.K.; van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1987","","stedebouw en criminaliteit; 's-Gravenhage; onderzoek","nl","book","Delftse Universitaire Pers","","","","","","","","","Onderzoeksinstituut voor Stedebouw, Planologie en Architectuur OSPA","","","",""
"uuid:9b274bc1-d9ea-429c-9fd2-a91522d90700","http://resolver.tudelft.nl/uuid:9b274bc1-d9ea-429c-9fd2-a91522d90700","Kosten kwaliteit wijkwelzijnsaccomodaties","van der Voordt, D.J.M.; Vrielink, D.","","1987","Een onderzoek naar een rechtvaardiger budgettering in Rotterdam.","","en","book","Delftse Universitaire Pers","","","","","","","","","Onderzoeksinstituut voor Stedebouw, Planologie en Architectuur OSPA","","","",""
"uuid:0d59fc06-bf8b-4c1f-8b8a-1486f10cca1f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:0d59fc06-bf8b-4c1f-8b8a-1486f10cca1f","Toetsing van de interim-checklist. Sociale veiligheid en gebouwde omgeving. Doel en werkwijze van het veldonderzoek","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1987","","stedebouw en criminaliteit; onderzoek","nl","book","Delftse Universitaire Pers","","","","","","","","","Onderzoekinstituut voor Stedebouw, Planologie en Architectuur OSPA","","","",""
"uuid:19c34c4a-7105-4725-8881-d6d3a2a339d9","http://resolver.tudelft.nl/uuid:19c34c4a-7105-4725-8881-d6d3a2a339d9","Dokumentatie gezondheidscentra. Periode 1980-1985","van der Graaff, P.; van Hesteren, B.; van der Meulen, H.; van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1987","","","nl","book","Delftse Universitaire Pers","","","","","","","","","Onderzoeksinstituut voor Stedebouw, Planologie en Architectuur OSPA","","","",""
"uuid:05a1f061-7915-44b5-a22a-6fd6fab84836","http://resolver.tudelft.nl/uuid:05a1f061-7915-44b5-a22a-6fd6fab84836","Kosten-kwaliteit van wijkwelzijnsaccommodaties: Een onderzoek naar een rechtvaardiger budgettering in Rotterdam","van der Voordt, D.J.M.; Vrielink, D.","","1987","OSPA-rapport nr. 6 (Onderzoeksinstituut voor Stedebouw, Planologie en Architectuur, Fakulteit der Bouwkunde, Technische Universiteit Delft)","","nl","report","Delft University Press","90-6275-368-X","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:b48276f8-49ce-4fe0-86f3-8a31fa3c6f00","http://resolver.tudelft.nl/uuid:b48276f8-49ce-4fe0-86f3-8a31fa3c6f00","Preventie in de praktijk: Maatregelen en effekten","van der Voordt, D.J.M.","","1987","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:9274934d-20c1-4ba4-9ac9-a2df52a0677d","http://resolver.tudelft.nl/uuid:9274934d-20c1-4ba4-9ac9-a2df52a0677d","Residential crime and environmental design","van der Voordt, D.J.M.","","1987","","","en","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:c617583a-e7a8-4226-8b75-3ba0f9c9093e","http://resolver.tudelft.nl/uuid:c617583a-e7a8-4226-8b75-3ba0f9c9093e","Ruimtelijke structuur en kleine criminaliteit: Interim-checklist van aandachtspunten bij de beoordeling van (stede)bouwkundige plannen","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1986","Boek in opdracht van Centrum voor Architectuuronderzoek, Faculteit Bouwkunde, Technische Universiteit Delft.","woonomgeving; criminaliteit","nl","book","Delftse Universitaire Pers","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:bf393853-2abd-45b2-aff0-d0b4d62fe5ab","http://resolver.tudelft.nl/uuid:bf393853-2abd-45b2-aff0-d0b4d62fe5ab","Tussen pen en potlood. Over ontwerp en onderzoek van de omgeving. Aangeboden bij het afscheid van Prof. dr. D. de Jonge","van der Voordt, D.J.M.; van Hoogdalem, H.; van Wegen, H.B.R.","","1986","","","en","book","Delft University Press","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:c269ed58-62fe-4279-93c4-a1e780e1e3ed","http://resolver.tudelft.nl/uuid:c269ed58-62fe-4279-93c4-a1e780e1e3ed","Vandalism: The price of a praised paperclip","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1986","","","en","conference paper","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:26b0d32d-0ffe-4b16-a2b6-d2a21723b5c0","http://resolver.tudelft.nl/uuid:26b0d32d-0ffe-4b16-a2b6-d2a21723b5c0","Op zoek naar duurzame kwaliteit: Over woningen met toekomstwaarde","van der Voordt, D.J.M.; Thomson, A.","","1986","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:3b524897-3cc3-47e8-b5b3-6cd1af9537c3","http://resolver.tudelft.nl/uuid:3b524897-3cc3-47e8-b5b3-6cd1af9537c3","Le Corbusies c.s. in the dock","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1986","","","en","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:5541a4c9-7bb4-436e-b532-547ba6a8f521","http://resolver.tudelft.nl/uuid:5541a4c9-7bb4-436e-b532-547ba6a8f521","Dagverblijven en gezinsvervangende tehuizen voor geestelijke gehandicapten. Achtergronden, dokumentatie en analyse","van der Voordt, D.J.M","","1986","","","nl","report","Centrum voor Architectuuronderzoek, Technische Universiteit Delft","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:47c9a0c8-eb51-43ad-a1e7-5091bc84aeba","http://resolver.tudelft.nl/uuid:47c9a0c8-eb51-43ad-a1e7-5091bc84aeba","Ontwerpkritiek tussen journalistiek en wetenschap: Bij het afscheid van Diek de Jonge","van der Voordt, D.J.M.","","1986","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:e73c65f7-6a20-49bf-b1a0-87b0b33a8e98","http://resolver.tudelft.nl/uuid:e73c65f7-6a20-49bf-b1a0-87b0b33a8e98","Van Bijlmermeer tot Venserpolder: Interview met Carel Weeber","van Hoogdalem, H.; van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1986","","","nl","book chapter","Delft University Press","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:72f56e9c-a2f7-49a4-a96b-baba25d7c091","http://resolver.tudelft.nl/uuid:72f56e9c-a2f7-49a4-a96b-baba25d7c091","EDRA 17. Persoonlijke impressies van een internationale conferentie","van der Voordt, D.J.M.","","1986","","","nl","report","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:bac5bd13-942a-4ec1-9bb7-0d287d63949c","http://resolver.tudelft.nl/uuid:bac5bd13-942a-4ec1-9bb7-0d287d63949c","Het spanningsveld tussen ontwerpers en bewoners: Bespiegelingen bij het afscheid van een pionier","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1986","","","nl","book chapter","Delft University Press","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:5ab5400a-acde-4eed-8956-47a7081bea04","http://resolver.tudelft.nl/uuid:5ab5400a-acde-4eed-8956-47a7081bea04","Zorgvisie en indeling van het gebouw","van der Voordt, D.J.M.","","1986","","","nl","conference paper","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:26fe1e80-c28e-44ab-817d-15d3eb7daaff","http://resolver.tudelft.nl/uuid:26fe1e80-c28e-44ab-817d-15d3eb7daaff","Bouwen aan gezondheidscentra. Functionele grondslagen voor programma en ontwerp","van der Voordt, D.J.M.; van Hoogdalem, H.; van Wegen, H.B.R.","","1985","","gezondheidscentra","en","book","Delft University Press","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:d45f82e4-7f47-4aa5-9042-0471bc663812","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d45f82e4-7f47-4aa5-9042-0471bc663812","Onderzoek basis ontwikkeling ontwerprichtlijnen","van der Voordt, D.J.M.","","1985","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:2bf0d6d0-180e-47c0-b48e-3ab04e2a96ec","http://resolver.tudelft.nl/uuid:2bf0d6d0-180e-47c0-b48e-3ab04e2a96ec","Comparative floorplan-analysis as a means to develop design guidelines","Van Hoogdalem, H.; van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1985","This study explores the usefulness of comparative floorplan-analysis for the development of spatio-organizational concepts in architectural design processes. Each floorplan can be considered as a reflection of the goals and activities of the users as interpreted by the architect. By comparing a wide range of building layouts for similar organizations one may achieve a good understanding of the way organizational characteristics are (can be) expressed in spatial solutions. In the study reported here, in which 50 Dutch health centres were analysed comparatively, definite relationships between organizational and spatial concepts were found. This information is used both as a means to make organizational principles more explicit as well as data for briefwriting and design guidelines.","","en","journal article","Elsevier","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:1c62ff66-ebea-4bf7-a3be-11e2a261fa6a","http://resolver.tudelft.nl/uuid:1c62ff66-ebea-4bf7-a3be-11e2a261fa6a","Vandalisme in grootschalige wooncomplexen: Maatregelen en effecten","van Dijk, C.; van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1985","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:8c4bef63-b4a5-4c9b-9450-cbca37a42411","http://resolver.tudelft.nl/uuid:8c4bef63-b4a5-4c9b-9450-cbca37a42411","Kinderdagverblijven: Richtlijnen voor de bouw","van der Voordt, D.J.M.; Vrielink, D; van Wegen, H.B.R.","","1984","","","en","book","Delft University Press","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:520e5b2d-fc27-4d4d-bee0-cab7633be9e5","http://resolver.tudelft.nl/uuid:520e5b2d-fc27-4d4d-bee0-cab7633be9e5","Aanpasbaar bouwen <-> Aangepast wonen","van der Voordt, D.J.M.; Kroon, J.J.","","1984","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:95ef4707-b802-4101-91a3-531de3d57f0b","http://resolver.tudelft.nl/uuid:95ef4707-b802-4101-91a3-531de3d57f0b","Ruimtegebruik in Gezondheidscentra: De nota Accommodatiebeleid nader bekeken","van Hoogdalem, H.; van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1984","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:a6e65c56-e8b1-494d-b42b-fe767d5bd31f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a6e65c56-e8b1-494d-b42b-fe767d5bd31f","Gebouwen voor kinderdagverblijven: Dokumentatie en plattegrond-analyse","van der Voordt, D.J.M.; Vrielink, D.; van Wegen, H.B.R.","","1984","","","nl","report","Delft University of Technology","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:f96adc0f-c705-4d95-9148-a9a5f02d35fc","http://resolver.tudelft.nl/uuid:f96adc0f-c705-4d95-9148-a9a5f02d35fc","Ruimtelijke-functionele analyse gezondheidscentra: Evaluatie van het advies van de Subcommissie Accomodatiebeleid","van Hoogdalem, H.; van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1983","","","nl","book","Centrum voor Architektuuronderzoek","","","","","","","","","Centrum voor Architektuuronderzoek","","","",""
"uuid:7c5c4a22-56d2-4322-bb98-a6fbe888777f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:7c5c4a22-56d2-4322-bb98-a6fbe888777f","Kinderdagverblijf Pieter Bas te Den Haag: Dokumentatie en beknopte evaluatie","van der Voordt, D.J.M.; Vrielink, D.; van Wegen, H.B.R.","","1983","","","nl","book","Centrum voor Architektuuronderzoek","","","","","","","","","Centrum voor Architektuuronderzoek","","","",""
"uuid:dad50621-00ec-4ef9-ac3f-4fbc0aac0321","http://resolver.tudelft.nl/uuid:dad50621-00ec-4ef9-ac3f-4fbc0aac0321","Kinderdagverblijf Honki Ponk te Schiedam: Dokumentatie en beknopte evaluatie","van der Voordt, D.J.M.; Vrielink, D.; van Wegen, H.B.R.","","1983","","","nl","book","Centrum voor Architektuuronderzoek","","","","","","","","","Centrum voor Architektuuronderzoek","","","",""
"uuid:b6cbed52-3760-4bd7-adc3-3288c93382f3","http://resolver.tudelft.nl/uuid:b6cbed52-3760-4bd7-adc3-3288c93382f3","Kinderdagverblijf Tuttemetot te Almere: Dokumentatie en beknopte evaluatie","van der Voordt, D.J.M.; Vrielink, D.; van Wegen, H.B.R.","","1983","","","nl","book","Centrum voor Architektuuronderzoek","","","","","","","","","Centrum voor Architektuuronderzoek","","","",""
"uuid:ca4b0fdb-a665-4bc7-b3ce-d3bf160d4e94","http://resolver.tudelft.nl/uuid:ca4b0fdb-a665-4bc7-b3ce-d3bf160d4e94","Ruimtelijk-functionele analyse van gezondheidscentra: Ervaringen van gebruikers met hun gebouwen","van Hoogdalem, H.; van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1983","","","nl","book","Centrum voor Architektuuronderzoek","","","","","","","","","Centrum voor Architektuuronderzoek","","","",""
"uuid:7de8f047-97ff-4374-8d49-09393ab432e2","http://resolver.tudelft.nl/uuid:7de8f047-97ff-4374-8d49-09393ab432e2","Kinderdagverblijf Roezemoes te Delft: Dokumentatie en een beknopte evaluatie","van der Voordt, D.J.M.; Vrielink, D.; van Wegen, H.B.R.","","1983","","","nl","book","Centrum voor Architektuuronderzoek","","","","","","","","","Centrum voor Architektuuronderzoek","","","",""
"uuid:7653468b-3163-4679-820d-cd4946d60970","http://resolver.tudelft.nl/uuid:7653468b-3163-4679-820d-cd4946d60970","Kinderdagverblijf Pinkeltje te Rotterdam","van der Voordt, D.J.M.; Vrielink, D.; van Wegen, H.B.R.","","1983","een casestudy naar de gebruikerservaringen met het gebouw","","nl","book","Centrum voor Architektuuronderzoek","","","","","","","","","Centrum voor Architektuuronderzoek","","","",""
"uuid:293669ed-5a7f-4724-aae0-2675a8f5b4b1","http://resolver.tudelft.nl/uuid:293669ed-5a7f-4724-aae0-2675a8f5b4b1","Rotterdammers brengen hun stad in beeld","de Jonge, D.; van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1983","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:a26155dd-3253-4fd7-b381-467a7c8335a7","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a26155dd-3253-4fd7-b381-467a7c8335a7","Gebouwen voor gezondheidszorg: Ruimtelijk-functionele analyse van een nieuw gebouwtype","van Hoogdalem, H.; van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1983","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:491e9ee4-9e0d-4b24-b0a5-35ac53ecf0a7","http://resolver.tudelft.nl/uuid:491e9ee4-9e0d-4b24-b0a5-35ac53ecf0a7","Underpasses for pedestrians and cyclists: User requirements and implications for design","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1983","In The Netherlands growing attention is being paid to slow traffic facilities. In order to increase road safety many municipalities build or intend to build underpasses for pedestrians and cyclists. However, such traffic solutions have disadvantages, too. Often people manifest feelings of being fenced in or express fear of violence. Nevertheless, in many situations there is no better alternative. In this article designers, planners and users are presented with a checklist of user requirements and design objectives aiming at optimal solutions. In particular attention is paid to the possibilities of avoiding feelings of anxiety by means of appropriate design","","en","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:fb91ac96-3fa4-4d69-a57b-58c785316be4","http://resolver.tudelft.nl/uuid:fb91ac96-3fa4-4d69-a57b-58c785316be4","Gebouwen voor Gezondheidscentra: Op zoek naar een optimale afstemming van organisatie en gebouw","van Hoogdalem, H.; van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1983","","","nl","book chapter","Samson, Alphen a/d Rijn","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:d1727885-96ef-498f-9f96-5cfabcc1dda8","http://resolver.tudelft.nl/uuid:d1727885-96ef-498f-9f96-5cfabcc1dda8","Ruimtelijk-functionele analyse van gezondheidscentra: Dokumentatie en plattegrond-analyse","van Hoogdalem, H.; van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1982","","","nl","book","Centrum voor Architektuuronderzoek","","","","","","","","","Centrum voor Architektuuronderzoek","","","",""
"uuid:5c2570bd-d9d5-4229-b438-9b657821ae19","http://resolver.tudelft.nl/uuid:5c2570bd-d9d5-4229-b438-9b657821ae19","Kinderdagverblijf Hummeltje te Utrecht","van der Voordt, D.J.M.; Vrielink, D.; van Wegen, H.B.R.","","1982","Binnen het kader van het onderzoek naar richtlijnen voor het bouwen van kinderdagverblijven is een proefonderzoek verricht dat primair als doel heeft om een evaluatie-methodiek te ontwikkelen en te toetsen. Het gaat daarbij om inzicht te krijgen, welke informatie nodig is om de gebruikswaarde van een gebouw als totaliteit en van de verschillende ruimtelijke voorwaarden afzonderlijk te kunnen beoordelen. Daarnaast is dit proefonderzoek van belang om te weten te komen op welke wijze de benodigde informatie het best verzameld kan worden.","","nl","book","Centrum voor Architektuuronderzoek","","","","","","","","","Centrum voor Architektuuronderzoek","","","",""
"uuid:63076fae-e865-4157-b2e6-ea30eb568a49","http://resolver.tudelft.nl/uuid:63076fae-e865-4157-b2e6-ea30eb568a49","Ruimtelijk-funktionele analyse van gezondheidscentra. Deel 1: Onderzoekprocedure en proefonderzoek ter evaluatie van het Advies van de Subcommissie Accommodatiebeleid Wijkgezondheidscentra","van Hoogdalem, H.; van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1981","","","nl","book","Centrum voor Architectuuronderzoek","","","","","","","","","Centrum voor Architectuuronderzoek","","","",""
"uuid:4f832bd5-6279-4ffa-af4a-0c0026f2745f","http://resolver.tudelft.nl/uuid:4f832bd5-6279-4ffa-af4a-0c0026f2745f","Gewoon wonen voor gehandicapten","van der Voordt, D.J.M.","","1981","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:366ec3b1-d589-40a4-82e1-c242d1199d47","http://resolver.tudelft.nl/uuid:366ec3b1-d589-40a4-82e1-c242d1199d47","Ruimtelijk-funktionele analyse van gezondheidscentra: Deel 1. Onderzoekprocedure en proefonderzoek ter evaluatie van het Advies van de Subcommissie Accommodatiebeleid Wijkgezondheidscentra","van Hoogdalem, H.; van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1981","In 1979 verscheen het definitieve 'Advies van de Subcommissie Accommodatiebeleid Wijkgezondheidscentra'. In deze publikatie van het Ministerie van Volksgezondheid en Milieuhygiëne worden richtlijnen verstrekt omtrent de benodigde hoeveelheid ruimte in een gezondheidscentrum, uitgedrukt in m2 en gespecificeerd per discipline. Op basis van dit advies is het mogelijk om voor een bepaalde samenstelling van het werkverband te berekenen hoeveel m ruimte in totaal nodig zal zijn. Het ministerie beschouwt haar cijfers als richtlijnen waar een ieder gebruik van zal kunnen maken. Om te kunnen komen tot dwingende richtlijnen beveelt de Subcommissie evaluatie-onderzoek van de bouwkundige opzet van gezondheidscentra ten zeerste aan. Hoewel vanuit 'het veld' waardering is uitgesproken voor het bij elkaar brengen van een hoeveelheid informatie t.b.v. de bouw van gezondheidscentra, is ook veel kritiek geuit. Met name de onderlinge situering van ruimten en het gemeenschappelijk ruimtegebruik vindt men in het advies onvoldoende terug. Daarom is ook door de hulpverleners zelf aangedrongen op evaluatief onderzoek.","","nl","report","Delft University of Technology","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:96714f3d-a0f6-4c8d-b486-0f57795c7369","http://resolver.tudelft.nl/uuid:96714f3d-a0f6-4c8d-b486-0f57795c7369","Accessibility by means of ramps: Some research data from The Netherlands","van der Voordt, D.J.M.","","1981","","","en","conference paper","Swedish Council for Building Research","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:af685e0d-76f9-4fd9-894e-0d933d5781fd","http://resolver.tudelft.nl/uuid:af685e0d-76f9-4fd9-894e-0d933d5781fd","Het stadsbeeld van Delft","Steffen, C.; van der Voordt, D.J.M.","","1980","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:121fdca9-c77d-4974-af62-3552fcc89f3a","http://resolver.tudelft.nl/uuid:121fdca9-c77d-4974-af62-3552fcc89f3a","Onderdoorgangen voor fietsers en voetgangers. Aandachtspunten bij het ontwerpen","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1980","","","en","report","Centrum voor Architectuuronderzoek","","","","","","","","","","","","",""
"uuid:a0128837-36c1-4f5d-8fdd-0e7086373004","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a0128837-36c1-4f5d-8fdd-0e7086373004","Onderdoorgangen voor fietsers en voetgangers: Aandachtspunten bij het ontwerpen","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1980","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:229f00ac-116f-45ed-bfed-1c358a666199","http://resolver.tudelft.nl/uuid:229f00ac-116f-45ed-bfed-1c358a666199","Interpreting Modal Frequencies To Measure Social Norms","Jacobsen, C.; van der Voordt, D.J.M.","","1980","The empirical study of social norms has been hampered b y a lack of standardized quantitative measures and criteria for the interpretation of research data. Two such criteria are suggested, both of them derived from the modal proportion of responses. The first, pk1rep, signifies a modal proportion large enough to represent a population norm The second criterian, pk1prom, is less stringent and indicates the presence of a prominent norm. Minority norms and plurality norms are also quantitatively defined. Two empirical examples are given to illustrate the utility of the suggested criteria.","","en","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:f3b95393-5848-4dbe-bf1e-ab24866e3847","http://resolver.tudelft.nl/uuid:f3b95393-5848-4dbe-bf1e-ab24866e3847","Civiele Techniek in het Vizier","van Hoogdalem, H.; van der Voordt, D.J.M.","","1979","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:738ab857-a175-4ee1-9926-3b4e76dcb7c8","http://resolver.tudelft.nl/uuid:738ab857-a175-4ee1-9926-3b4e76dcb7c8","Ondergrondse verkeersoplossingen en sociale controle: Een onderzoek naar het gebruik en de beleving van een tunnel voor voetgangers en (brom)fietsers","van der Voordt, D.J.M.; Vrins, R.P.; van Wegen, H.B.R.","","1979","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:7b05857d-64d5-46fd-b5f4-7da8552d2090","http://resolver.tudelft.nl/uuid:7b05857d-64d5-46fd-b5f4-7da8552d2090","Delft, een analyse van de belevingswaarde","Steffen, C.; van der Voordt, D.J.M.","","1979","","","nl","book","Centrum voor Architectuuronderzoek","","","","","","","","","Centrum voor Architectuuronderzoek","","","",""
"uuid:c000e573-a5b9-4c3b-9821-b55de472ec2e","http://resolver.tudelft.nl/uuid:c000e573-a5b9-4c3b-9821-b55de472ec2e","Antwerpen, de beleving van een stadscentrum","Steffen, C.; van der Voordt, D.J.M.","","1979","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:a31ab596-2e7c-4d3a-b1d3-2ee24f269617","http://resolver.tudelft.nl/uuid:a31ab596-2e7c-4d3a-b1d3-2ee24f269617","Hellingbanen op bruikbaarheid onderzocht","van der Voordt, D.J.M.","","1979","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:ffcba314-046b-43c5-8e14-8941d16b3ed6","http://resolver.tudelft.nl/uuid:ffcba314-046b-43c5-8e14-8941d16b3ed6","Feelings of anxiety and environmental design","van der Voordt, D.J.M.; van Wegen, H.B.R.","","1979","","","en","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:f5cb1f4e-d4d8-475b-aa2a-2d8287e69cc1","http://resolver.tudelft.nl/uuid:f5cb1f4e-d4d8-475b-aa2a-2d8287e69cc1","Belevingsonderzoek stedelijk milieu- methoden en technieken","Steffen, C.; van der Voordt, D.J.M.","","1979","","","nl","book","Centrum voor Architectuuronderzoek","","","","","","","","","Centrum voor Architectuuronderzoek","","","",""
"uuid:fd656fc0-5f7a-48d6-aa4c-362fde155da8","http://resolver.tudelft.nl/uuid:fd656fc0-5f7a-48d6-aa4c-362fde155da8","De Binckhorsttunnel brug of barriere","van der Voordt, D.J.M.; Vrins, R.P.; van Wegen, H.B.R.","","1978","Een onderzoek naar het gebruik en de beleving van de fietsers-/voetgangerstunnel tussen Schenkkade en Weteringkade in 's-Gravenhage","","nl","book","Centrum voor Architectuuronderzoek","","","","","","","","","Centrum voro Architectuuronderzoek","","","",""
"uuid:8f579e42-89c1-4429-90b0-eb66552d7fb3","http://resolver.tudelft.nl/uuid:8f579e42-89c1-4429-90b0-eb66552d7fb3","TH-wijk voor verbetering vatbaar","van der Voordt, D.J.M.","","1978","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""
"uuid:68cc68a0-a4e6-47b4-b441-91b51bcf11a6","http://resolver.tudelft.nl/uuid:68cc68a0-a4e6-47b4-b441-91b51bcf11a6","Belevingsonderzoek in Antwerpen","Steffen, C.; van der Voordt, D.J.M.","","1978","Een onderzoek naar de mentale stadsvoorstelling van Antwerpen bij bewoners en bezoekers van de stad - een integratie van onderwijs en onderzoek met als uitgangspunt de methode van Kevin Lynch","","nl","book","Centrum voor Architectuuronderzoek","","","","","","","","","Centrum voor Architectuuronderzoek","","","",""
"uuid:bea78428-79ef-44a4-8469-13cbe3a5d796","http://resolver.tudelft.nl/uuid:bea78428-79ef-44a4-8469-13cbe3a5d796","De stabiliteit van een middelhoog gebouw zonder kern","Riehl, F.A.; van der Voordt, D.J.M.","Eisma, W. (contributor)","1974","","","nl","journal article","","","","","","","","","Architecture and The Built Environment","","","","",""