"uuid","repository link","title","author","contributor","publication year","abstract","subject topic","language","publication type","publisher","isbn","issn","patent","patent status","bibliographic note","access restriction","embargo date","faculty","department","research group","programme","project","coordinates" "uuid:3cf4af50-a3c9-46d5-9c73-082672c3eea6","http://resolver.tudelft.nl/uuid:3cf4af50-a3c9-46d5-9c73-082672c3eea6","Dijkhoogte langs voorhaven Den Oever","Dekker, H.R.E.","Rijkswaterstaat","1988","De dijkhoogten langs de voorhaven van Den Oever variëren van NAP + 5.20 m tot 5.30 m aan de oostzijde en van NAP + 5.33 m tot 6.00 m aan de westzijde. Het ontwerppeil bij Den Oever bedraagt NAP + 5.25 m (met een overschrijdingsfrequentie van 7*10-4 per jaar). Rekening houdend met een zeespiegelrijzing van 0.1 m en (waarschijnlijk niet optredende ) bui-oscillaties met een amplitude van 0.25 m, kan de waterstand plaatselijk 0.4 m boven de aanwezige kruinhoogte liggen. In deze notitie zal worden nagegaan welke stroomsnelheden hierbij op het talud aan de IJsselmeerzijde te verwachten zijn. Aan de hand van de te berekenen snelheden moet vervolgens de ""overloopbestendigheid"" van de bedoelde dijkvakken worden beoordeeld. Geconcludeerd kan worden dat de ""overloopbestendigheid"" van het beschouwde profiel onvoldoende is indien de waterstand boven NAP + 5.32 m komt. Indien uitsluitend met het ontwerppeil ( van NAP + 5.25 m ) en een zeespiegelrijzing van 0.10 m zou worden gerekend, is een kruinhoogte van NAP + 5.35 m voldoende. Het optreden van bui-oscillaties zal in dat geval leiden tot te hoge stroomsnelheden op het talud aan de ijsselmeerzijde. Gelet op de vrij hoge en continu optredende stroomsnelheden bij overlopen ( H > 0.1 m ) wordt geadviseerd de dijken rond de voorhaven op traditionele wijze ( = met grond ) te verhogen tot de ""maatgevende waterstand"" + 0.5 m. Alhoewel het toepassen van keermuurtjes als een effectieve maatregel kan worden gezien om de hoeveelheid overslag te beperken, lijkt het niet logisch om deze rond de voorhaven te gebruiken. De dijken rond de voorhaven zijn immers al voor een groot deel voorzien van een harde bekleding. Voor de verbindingsdijken tussen de kunstwerken is de toepassing van keermuurtjes wèl goed te verdedigen. Door muurtjes toe te passen tot dezelfde hoogte als de betonwanden van de kunstwerken ( NAP + 7.00 m ) wordt in technische en visuele zin een aantrekkelijke oplossing verkregen omdat grote discontinuïteiten in ""kruin"" hoogte worden vermeden.","dijkhoogte; Den Oever; stroomsnelheden; overloopbestendigheid; dijkbeoordeling","nl","report","Rijkswaterstaat, DWW","","","","","","","","","","","","C.86.09/03",""