1 |
|
Risicobeoordeling : Europese campagne 2008/2009
Goede praktijken week.
|
[PDF]
[Abstract]
|
2 |
|
Klantkenmerken in relatie tot succes in het traject Experiment Subsidiebanen
|
[PDF]
|
3 |
|
De Europese wetgeving over veilig en gezond werken: wat weten kleine en grote bedrijven in Nederland ervan?
|
[PDF]
|
4 |
|
Tripod® Delta Optimaliseringsinstrument voor aanpak veiligheid
In uw onderneming wordt veilig gewerkt, maar u heeft het gevoel dat er nog verbeteringen mogelijk of noodzakelijk zijn. Tripod® Delta biedt u de mogelijkheid om pro-actief te zoeken naar de achterliggende oorzaken van ongevallen en kwetsbare onderdelen van uw veiligheidsorganisatie. Een Tripod® Deltameting geeft u meer inzicht en helpt u prioriteiten te bepalen bij de verdere aanpak veiligheid. Tevens krijgt u de mogelijkheid om periodiek verbeteringen te meten en hierover te communiceren met uw medewerkers. Door een nadrukkelijke relatie met de bedrijfscultuur van uw organisatie te leggen onderscheidt TNO Arbeid zich in het gebruik van deze methode.
|
[PDF]
[Abstract]
|
5 |
|
De toekomst van sensing voor veiligheid: hoe ontwikkel je een visie op sensing voor jouw domein?
Nog geen 20 jaar geleden voer ik voor het eerst zelf met mijn 30 voet zeiljacht naar Engeland. Om de dreiging van de grote zee een beetje weg te nemen had ik mezelf een luxe veroor-loofd: een hand gps. Het apparaat gaf alleen de coördinaten, die we dan zelf op de papieren kaart moesten intekenen, waarna we konden bepalen waar we waren. Geen gedoe meer met sextanten, Loran-peilingen etc. Toen we ‘s nachts voor Harwich waren en ik met slecht zicht, harde wind en stroom een verkeerde inschatting maakte over de te volgen koers om de zand-banken, kwam vanuit de kajuit – op basis van de GPS- de duidelijke instructie dat we echt een andere route moesten varen. Vertrouw je dan op jezelf of op je elektronica? Het vertrouwen in dat kleine apparaat werd beloond en ondertussen hebben we allemaal geleerd dat sensoren en de bijbehorende technologie ons leven gemakkelijker en veiliger maken. Een auto zonder achteruit-rij-sensor is toch maar behelpen, je telefoon zit er vol mee, bewegingssen-soren schakelen je verlichting aan of uit en ouderen kunnen langer zelfstandig wonen doordat sensoren hun omgeving waarschuwen als er iets aan de hand is. De sensor geeft alleen maar een signaal. Het gaat erom wat er met dat signaal gebeurt. De navigator die het signaal inte-kent op de kaart en aan de hand daarvan de koers plot, of de slimme software die het signaal van een val-sensor oppikt en een bericht naar de hulpverlener stuurt. Sensing is niet alleen waarnemen, maar ook interpreteren en opvolgen. Een sensingtoepassing is zo goed als degene die de interpretatie uitvoert en heeft geen enkele toegevoegde aarde als er geen actie volgt of bewust wordt gekozen om geen actie te ondernemen. Hoe groot is de kans dat de interpretatie niet correct is? Wat zijn de kosten van een actie of het uitblijven van een actie op basis van een verkeerde inter-pretatie? Wie vertrouwt u toe om die interpretatie te maken?
|
[PDF]
[Abstract]
|
6 |
|
Technisch onderzoek Stint
Op 20 september 2018 vond er op een spoorwegovergang in Oss een tragisch ongeluk plaats met een ‘Buitenschoolse Opvang (BSO)-Stint’. Naar aanleiding van dit ongeval heeft de Inspectie Leefomgeving en Transport (hierna: “ILT” ) aan TNO op 16 oktober 2018 opdracht gegeven om een veiligheidsanalyse van de ‘BSO-Stint’ uit te voeren op de hieronder genoemde vragen. Deze veiligheidsanalyse doet uitspraken over het veiligheidsniveau van het voertuig in het algemeen en doet geen uitspraken over de mogelijke oorzaken van het ongeval in Oss. In dit onderzoeksrapport doet TNO verslag van de veiligheidsanalyse van de BSO-Stint. Het onderzoek is gebaseerd op de analyse van drie voertuigen. Deze zijn door ILT beschikbaar gesteld. Het gaat om het voertuig waarvan aangenomen is door TNO dat dit model aangeboden is geweest aan de RDW (het ‘keuringsvoertuig’) en twee nieuwere modellen. Eén van die voertuigen is volgens informatie van ILT twee dagen later gebouwd als het voertuig dat betrokken was bij het ongeval in Oss. Alle drie voertuigen zijn ‘BSO-Stints’ en bedoeld voor het vervoer van passagiers.
|
[PDF]
[Abstract]
|
7 |
|
Analyse verbetervoorstellen BSP Stint
Op 20 september vond er op een spoorwegovergang in Oss een tragisch ongeluk plaats met een Buitenschoolse Opvang (BSO) Stint. Naar aanleiding van dit ongeval is aan TNO opdracht gegeven om een veiligheidsanalyse van de ‘Stint’ uit te voeren. Hierin moet onder andere antwoord worden gegeven op de vraag – in het geval TNO het veiligheidsniveau van de Stint op zichzelf dan wel in relatie tot het beoogde gebruik – welke mogelijkheden TNO aanwezig acht om de Stint alsnog op een maatschappelijk aanvaardbaar veiligheidsniveau te krijgen. Op 16 november 2018 is op verzoek van de minister van Infrastructuur en Waterstaat door de ILT in samenspraak met TNO een bijeenkomst georganiseerd waarbij personen en bedrijven, op uitnodiging van de ILT, concrete verbetervoorstellen hebben aangedragen met als doel het veiligheidsniveau van de Stint te verhogen.Dit rapport biedt een systematische indeling van de gepresenteerde probleempunten en verbetervoorstellen op onder andere de aspecten als: (i) reminrichting, (ii) aandrijflijn, (iii) stuurinrichting en (iv) het hiermee samenhangende gebruiksgemak en gebruiksveiligheid van de BSO Stint.
|
[PDF]
[Abstract]
|
8 |
|
Veiligheidsrisico’s en versterkingsopgave: Advies van TNO bij een verlaagd niveau van gaswinning in Groningen
Advies veiligheid bouwwerken bij verlaagd niveau gaswinning. TNO(-AGE) wordt gevraagd naar het effect van veranderende seismische dreiging op de omvang van de versterkingsoperatie in aantallen gebouwen als ook de orde grootte van de versterkingsmaatregelen. Beoogd middel hiervoor zijn risicoanalyses, aangevuld met de vraag hoe deze uitkomst zich verhoudt tot de praktijk waarin op basis van de Nederlandse Praktijk Richtlijn (NPR) wordt versterkt. Kernvragen hierbij zijn: Wat is het effect van een lagere seismische dreiging op het seismischerisico van bouwwerken in het Groningse aardbevingsgebied? Hoe verhoudt de uitkomst van de risicoanalyses zich met de praktijkwaarin op basis van de NPR wordt versterkt en hoe kunnen eventueleverschillen worden verklaard vanuit de risicoanalyses (NPR inzichten zijnseparaat belegd bij NEN)? Hoe kan, gezien het verwachte uitvoeringstempo van maatregelen, eenbalans worden gevonden tussen tijdelijke en permanenteversterkingsmaatregelen?
|
[PDF]
[Abstract]
|
9 |
|
Vertil je niet!
|
[PDF]
|
10 |
|
Vertil je niet!
Goede praktijken week.
|
[PDF]
[Abstract]
|
11 |
|
Start veilig
Goede praktijken week.
|
[PDF]
[Abstract]
|
12 |
|
Veiligheid in de peiling : een epidemiologisch onderzoek naar determinanten van ongevallen die in- en om huis plaatsvinden bij ouderen (65-84)
COP
|
[PDF]
[Abstract]
|
13 |
|
Symposium audiologische aspekten van gehoorbeschermingsprogramma's 27 en 28 november 1985. Samenvattingen van de voordrachten
|
[PDF]
|
14 |
|
Risicogeneigdheid bij bouwvakkers in vergelijking tot enkele andere groeperingen in de Nederlandse samenleving
In dit artikel wordt de risicogeneigdheid van een groep bouwvakkers (N=284) vergeleken met die van een groep mannelijke alpine-skiers (N= 150) en een groep mannelijke huisartspatienten (N=6 l). Twee subschalen van een gevalideerde Nederlandse versie van de SBL (Spanningsbehoeftelijst) worden gebruikt, namelijk de TAS-schaal ('Thrill and Adventure Seeking') en de 0/5-schaal ('Disinhibition'). De resultaten van deze studie kunnen ook een eerste indicatie opleveren voor de toepasbaarheid van de 'risico-homeostase' theorie op de veiligheid in de werksituatie. Om de vergelijkbaarheid tussen de drie groepen te verhogen, is er gecorrigeerd voor geslacht, opleiding en leeftijd. Op basis van de resultaten kan met enige voorzichtigheid geconcludeerd warden dat de veel gehoorde opvatting, dat bouwvakkers een relatief hoge risicogeneigdheid zouden hebben, niet wordt bevestigd. Het tegendeel lijkt eerder het geval te zijn. Ten aanzien van de 'risicohomeostase' theorie kunnen vraagtekens gezet warden bij de toepasbaarheid ervan op de veiligheid in de werksituatie.
|
[PDF]
[Abstract]
|
15 |
|
Technologie voor terrorismebestrijding: overzicht van technologiegebieden om de gezamenlijke aanpak van contra-terrorisme, extremisme en radicalisering te versterken
De huidige dreiging vraagt om ontwikkeling van oplossingen voor de korte maar vooral ook de langere termijn. Daarvoor is niet alleen de inzet van de mens nodig, maar ook ondersteunende technologie.
|
[PDF]
[Abstract]
|
16 |
|
Productketenanalyses ammoniak chloor en LPG. Fase 1: Technische / grondstoffelijke / economische en externe veiligheidsaspecten van de ketens
|
[PDF]
|
17 |
|
Groepsrisico, stedelijke ontwikkeling en mediamarkt
|
[PDF]
|
18 |
|
De Inspectiemethode Arbeidsomstandigheden
|
|
19 |
|
Wegverkeersongevallen in Nederland : een epidemiologische studie [Road traffic accidents in the Netherlands : an epidemiological analysis]
|
[PDF]
|
20 |
|
Arbo & milieu jaarboek 1999
|
[PDF]
|