Print Email Facebook Twitter Bouwstenen voor alarmberichten in het kader van NL-Alert: Rapportage over de ontwikkeling van berichtgeving voor burgeralarmering via cell broadcast Title Bouwstenen voor alarmberichten in het kader van NL-Alert: Rapportage over de ontwikkeling van berichtgeving voor burgeralarmering via cell broadcast Author Jagtman, H.M. Sillem, S. Ale, B.J.M. Faculty Technology, Policy and Management Department Values and Technololgy Date 2011-07-06 Abstract In dit rapport zijn de resultaten beschreven van de opdracht van het Ministerie van Veiligheid en Justitie aan de TU Delft om een aanzet te leveren tot een berichtendatabase ten behoeve van de implementatie van NL-Alert. In het kader van deze opdracht zijn opgesteld en onderzocht: Een basisstructuur en een bibliotheek van berichtelementen die aan deze structuur invulling kunnen geven Toetscriteria en lessen rond het samenstellen van alarmberichten voor NL-Alert Voorbeeldberichten op basis van een zestal scenario’s De basisstructuur voor een NL-Alert bestaat uit 5 onderdelen: een aanhef, een omschrijving van de gebeurtenis, de locatie, het handelingsperspectief en een afsluiting (zie Figuur 7 in hoofdstuk 3). Om inhoud te geven aan de onderdelen zijn voor de beschrijving van gebeurtenis, de locatie en het handelingsperspectief berichtelementen vastgesteld. De invulling van de elementen is bestudeerd voor alarmberichten, die tot doel hebben de gevolgen voor de bevolking te beperken. Sommige elementen zijn essentieel, andere elementen zijn afhankelijk van de gebeurtenis die aanleiding geeft om een NL-Alert te verspreiden. De uitleg van berichtelementen en voorbeelden zijn opgenomen in hoofdstuk 5. Om de tekst van een NL-Alert te kunnen samenstellen en te bepalen of de tekst bruikbaar is, zijn toetscriteria opgesteld (zie hoofdstuk 4). Een verkorte weergave staat op de pagina v. Deze criteria helpen als richtlijn om een berichttekst te maken zodat de ontvanger kan bepalen wat hij of zij moet doen, de ontvanger kan bepalen dat het bericht op het moment van lezen voor hem/haar haar van belang is en de inhoud van het bericht overeenkomt met het op moment van versturen geldende gevaar. De toetscriteria zijn gebruikt in een workshop waarin met mensen uit het veld zelf berichten hebben opgesteld. De criteria gaven de deelnemers aan de workshop houvast en werden als handig en praktisch bestempeld, mits ze een handreiking zijn en geen doel op zich worden. In hoofdstuk 6 staan voorbeelden van alarmberichten centraal die in een workshop zijn opgesteld voor een zestal incidenten. Analyse van de berichten leert dat de toetscriteria een bijdrage hebben geleverd aan berichten die in de geschetste incident-setting bruikbaar kunnen zijn. Aangezien iedere rampgebeurtenis uniek op zich is, kunnen deze voorbeelden niet als algemeen zonder aanpassing worden gebruikt. Analyse van de berichten laat zien dat professionals geneigd waren tekst toe te voegen buiten de 5 onderdelen van de basisstructuur. Dit betrof het verwijzen naar andere informatie bronnen. Als uitbreiding op de basisstructuur is dit mogelijk, indien de andere bron daadwerkelijk informatie geeft en de verwijzing voor het eerste ‘alarm’ niet afleid van het hoofddoel van boodschap: handelingsperspectief om in veiligheid te komen of blijven. Daarnaast werden door de professionals uit het veld ‘overige’ tekstpassages toegevoegd met aanvullend (deels facultatief) handelingsperspectief en oproepen opgenomen over hoe in het algemeen te handelen bekend uit de risicocommunicatie. Aangezien rampencommunicatie handelt over het ‘hier & nu’ verschilt dit van risicocommunicatie die zich richt op ‘als, dan’. Op dit moment is er geen ervaring met grootschalige tekstuele waarschuwing aan de bevolking. Ervaring met NL-Alert bij werkelijke dreigingen en incidenten in combinatie met nader onderzoek naar de waardering door de bevolking (zie hoofdstuk 7) moet uitwijzen of dit type aanvulling aan de basisstructuur gewenst is of als verstorend wordt ervaren door de bevolking die een NL-Alert ontvang, daarna leest en op basis hiervan beslist al dan niet (te reageren) in actie te komen. Naar aanleiding van de bevindingen, zijn drie strategieën gedefinieerd die gevolgd kunnen worden om de berichttekst voor een NL-Alert samen te stellen (zie paragraaf 6.5). De activerende & lerende aanpak, die gebruik maakt van de criteria en berichtelementen sluit aan bij de onzekerheden waarmee het optreden van crises en rampen gepaard gaat. Deze aanpak vergt opleiding, training en continue oefening. Voorts is het opstellen van tekstberichten een onderdeel van de keuzes rond de inzet van NL-Alert. De inhoud en de manier waarop een tekstbericht tot stand zal komen, is daarom afhankelijk van de inbedding van NL-Alert in het beleid en in de processen van de uitvoerende organisaties (zie hoofdstuk 8). Subject burgeralarmeringNL-Alertcell broadcastcitizens warningcrisiscommunicatie To reference this document use: http://resolver.tudelft.nl/uuid:02a01623-2131-472e-97ab-f5e146a2dcb2 Publisher TU Delft ISBN 9789056382568 Part of collection Institutional Repository Document type report Rights (c) 2011 Jagtman, H.M.; Sillem, S.; Ale, B.J.M.; Ministerie van Veiligheid en Justitie Files PDF 201107_BouwstenenVoorAlar ... LAlert.pdf 634.28 KB Close viewer /islandora/object/uuid:02a01623-2131-472e-97ab-f5e146a2dcb2/datastream/OBJ/view