Leidraad voor de beoordeling van de veiligheid van duinen als waterkering

More Info
expand_more

Abstract

De leidraad, die in eerste instantie bedoeld is voor de beoordeling van de veiligheid van duinen als primaire waterkering, is opgebouwd uit de volgende drie hoofdelementen: - Een rekenmodel voor de verwachting van duinafslag tijdens stormvloed. Dit rekenmodel vormt een belangrijk onderdeel van de hierna genoemde toetsingsmethodes (hoofdstuk 3) en wordt daarom eerst beschreven (hoofdstuk 2). - Een methode voor het toetsen van een duinkust aan de vastgestelde veiligheidsnormen voor duinen als primaire waterkering. - Een methode voor het toetsen van een duinkust aan lagere veiligheidsnormen. Op grond van uitgebreid model- en prototype-onderzoek werd het rekenmodel van de richtlijn van 1972 aanzienlijk verbeterd. Met behulp van het nieuwe rekenmodel kan de mate van duinafslag ten gevolge van een willekeurige stormvloed worden berekend met een bepaalde nauwkeurigheid. De voor de berekening benodigde gegevens zijn het stormvloedpeil, de significante golfhoogte, de korreldiameter van het duinzand en het kustprofiel vlak voor de stormvloed. Het rekenmodel kan, behalve bij de toetsingsmethodes, ook gebruikt worden voor evaluatie- en studiedoeleinden, zoals bijvoorbeeld het narekenen van opgetreden duinafslag. Ten behoeve van de veiligheidsbeoordeling is een toetsingsmethode ontwikkeld op basis van een probabilistische veihgheidsbeschouwing. Hierbij wordt rekening gehouden met de nauwkeurigheid van het rekenmodel en het stochastische karakter van de duinafslagbepalende factoren die van belang worden geacht. Behalve de hierboven reeds aangegeven factoren zijn dit de stormvloedduur en het optreden van buistoten en bui-oscillaties.