Onderzoek zandmeevoerende wellen, rapportage modelproeven

Anonymus, A.

Onderzoek zandmeevoerende wellen, rapportage modelproeven

Title

Onderzoek zandmeevoerende wellen, rapportage modelproeven

Author

Anonymus, A.

Corporate name

Rijkswaterstaat

Project

TAW/ENW

Date

1984-07-01

Abstract

Dit rapport is het resultaat van een onderzoek, uitgevoerd door het Laboratorium voor Grondmechanica te Delft in opdracht van het Centrum voor Onderzoek Waterkeringen te 's-Gravenhage teneinde het verschijnsel piping te doorgronden en te komen tot aanbevelingen waardoor het mogelijk wordt piping-veilige waterkeringen te ontwerpen. Het onderzoek omvat: een literatuurstudie, gevolgd door modelonderzoek in het laboratorium; beproeving van schaalmodellen, alsmede analytische berekeningen en monsterbeproeving. Piping of zandmeevoerende welvorming komt voor in zowel cohesieve als niet cohesieve grondslag. Het onderzoek betreft alleen het verschijnsel optredend in niet cohesieve grondslag daar dit de in Nederland meest voorkomende situatie is. Onderzocht zijn modellen van dijken gefundeerd op een doorlatende ondergrond. De keuze van de modellen is gebaseerd op in Nederland voorkomende situaties.Bij diverse geometrieën is behalve de invloed van de schaal ook de invloed van de aard en de opbouw van de ondergrond in het onderzoek betrokken. Het optreden van piping blijkt behalve van de geometrie van de waterkerende constructie, sterk af te hangen van de aard en de dikte van de doorlatende ondergrond, de grootte van het verval en de lengte van de kwelweg. Theoretisch is voor een aantal geometrieën een schaalfactor bepaald, welke getoetst is in de modellen. Het blijkt mogelijk te zijn om door middel van het uitvoeren van proeven op schaalmodellen een beeld te verkrijgen.De geometrie van de waterkering/ de aard van de ondergrond en de diepte ervan dienen dan bekend te zijn. Wanneer theoretisch een schaalfactor is bepaald kunnen de resultaten van een modelproef als basisgegevens gebruikt worden. In de proef wordt het verval bepaald, waarbij zandmeevoerende weivorming aanvangt. Vervolgens wordt dit verval geëxtrapoleerd. Op deze wijze kan aangegeven worden bij welke buitenwaterstand aan de benedenstroomse zijde van de waterkering zandmeevoerende wellen kunnen optreden.

Subject

piping
zandmeevoerende wellen

Classification

TPN100400

To reference this document use:

http://resolver.tudelft.nl/uuid:2096342d-ac87-4395-8e18-9ec7b441fb69

Publisher

Deltares (Geodelft)

Source

CO-220887/10 van LGM voor TAW (B1-84.08)

Part of collection

Hydraulic Engineering Reports