SBW Piping - Hervalidatie piping B4. Methode voor bepaling zandeigenschappen voor piping

More Info
expand_more

Abstract

Er is een SBW programma betreffende het invullen van de belangrijkste kennisleemtes ten behoeve van de toetsing van primaire waterkeringen. Onderdeel hiervan het onderzoeksspoor SBW Hervalidatie Piping, opgezet om de onzekerheden binnen de huidige piping toetsingsregels in beeld te krijgen en deze eventueel te verkleinen of elimineren in welk verband dit rapport is opgesteld. In dit rapport wordt een procedure beschreven voor het opstellen van schematisaties van de ondergrond voor evaluatie van het optreden van piping bij waterkeringen in Nederland. De procedure is gericht op het kunnen vaststellen van de eigenschappen van de ondergrond die voor de relevante componenten van het mechanisme belang zijn. In de procedure wordt in aanvulling op de thans gebruikelijke werkwijzen, aandacht besteed aan het vaststellen van de aard en verbreiding van zandvoorkomens in de ondergrond in een wat groter gebied. Deze stap is toegevoegd om efficient tot de voor het mechanisme benodigde detaillering te kunnen komen op locaties waar piping kan optreden en om deze locaties inderdaad met voldoende zekerheid alle op te sporen. De beschreven procedure omvat 3 stappen waarin in toenemend detail de omstandigheden bij de waterkering worden vastgesteld. De 1ste stap, Stap 1, betreft het verkrijgen van een globaal overzicht van zones waar piping mogelijk aan de orde is. De Stap 2 betreft het begrenzen van de zones waar piping mogelijk aan de orde is en karakterisering van de aard van de zandvoorkomens. De Stap 3 betreft het vaststellen van de parameters over opbouw van de ondergrond en de eigenschappen van de betreffende grondlagen. De stappen 2 en 3 komen overeen met veel van de huidige praktijk bij het toetsen en geven richtlijnen ter aanvulling op de huidige praktijk