Erosieproeven op klei beïnvloed door weer en wind

More Info
expand_more

Abstract

Er is een experimenteel onderzoek uitgevoerd naar de erosie van monsters van een klei-onderlaag van een blokkenglooiing in Zeeland. De erosie van ongeroerde monsters is vergeleken met die van ongeroerde monsters die zijn geconditioneerd door afwisselend respectievelijk vriezen en drogen, bevochtigen en drogen, zout- en zoetwaterbaden. Tevens is de erosie van de grond gemengd met polyacrylamide nagegaan. Tenslotte is de erosie van de ongeroerde grond met en zonder conditioneren met zout-zoetwisselingen nagegaan. De opgelegde belasting komt ongeveer overeen met die in een 3 mm spleet onder en tussen blokken bij een belasting met golven van Hs = 1.5 m en bedraagt ongeveer 2 m/s op 35 mm van het oppervlak van de monsters. De gemiddelde erosiesnelheid neemt door conditioneren in het laboratorium met omstandigheden als onder gezette steen slechts zeer weinig toe. Deze slechts geringe toename is in overeenstemming met de omstandigheid dat de ongeroerde monsters reeds in de natuur zijn geconditioneerd en daardoor een bodemstructuur hebben verkregen. Conditioneren met meer extreme omstandigheden, intensief bevriezen en wisseling in zoet- en zoutwaterbaden leidt tot zeer sterke toename van erosie en tot geheel uiteenvallen van monsters. Uit de waarnemingen blijkt dat onderlinge beweging van aggregaatjes in de bodem optreedt bij de opgelegde belasting, waardoor erosie wordt versterkt. Bedekking met geotextiel doet de gemiddelde erosiesnelheid sterk afnemen. Het conditioneren met zoutzoetwisselingen van met geotextiel bedekte monsters doet de erosiesnelheid zeer sterk dalen. Deze zeer geringe erosiesnelheid is, naar het zich laat aanzien het gevolg van het zeer nauw aaneensluiten van het geotextiel met het grondoppervlak in die omstandigheid. Het fijnere geotextiel zoals thans wordt toegepast in dijk verbetering in Zeeland bij Borssele resulteerde in een zeer geringere erosiesnelheid na conditioneren. Niet met geotextiel bedekte monsters hadden erosiesnelheden die in een periode van 1 tot enige tientallen jaren tot gemiddeld 0.1 m ontgronding zouden kunnen leiden. Monsters bedekt met het geotextiel dat in de dijkverbetering bij Borssele wordt toegepast (0,,,= 105um, non woven) hadden gemiddelde erosiesnelheden waarbij in niet geconditioneerde toestand in 70 jaar 0.1 m ontgronding zou optreden en in met zoutzoetwisselingen geconditioneerde toestand pas na enige duizenden jaren 0.1 m ontgronding zou optreden.