Beheersen van extreme waterstanden in het IJsselmeer, een nieuw perspectief voor een veilig en klimaatbestendig IJsselmeergebied

Abstract

In 2008 kwam de tweede Deltacommissie met het voorstel om het waterpeil van het IJsselmeer in de toekomst met 1,5 m te verhogen. Door de verwachte zeespiegelstijging zal het namelijk steeds moeilijker worden om het overtollige water van het IJsselmeer af te voeren naar zee. Om dit onder vrij verval te kunnen blijven doen is een peilopzet noodzakelijk, met ingrijpende dijkverhogingen tot gevolg. In dit afstudeeronderzoek zijn een aantal alternatieve maatregelen onderzocht, waarmee in een betere beheersing van het IJsselmeerpeil kan worden voorzien. Op deze manier kan grootschalige dijkverhoging wellicht worden voorkomen. Het afstudeeronderzoek spitst zich toe op twee zgn.“Alternatieve Beheersmaatregelen” waarmee, tijdens en voorafgaande aan een hoogwater op het IJsselmeer, het peil kan worden verlaagd. 1. Reduceren van de IJsselafvoer met behulp van een nieuw regelwerk in de Pannerdensche Kop; 2. Vergroten van de uitstroom door tijdens extreem hoog water in het IJsselmeer, het Markermeer (incidenteel) als Noodbuffer in te zetten. Naast deze alternatieve beheersmaatregelen is tevens gekeken naar de optie van bemaling via de Afsluitdijk. Hiervoor is, op basis van het meest extreme klimaatscenario volgens het KNMI, een schatting gemaakt van de maximaal benodigde pompcapaciteit bij verschillende combinaties met beheersmaatregelen. Daarnaast zijn ook globaal de (pomp)kosten berekent om het huidige peil in de toekomst te kunnen handhaven.