Toepassing van Dynamisch Verkeersmanagement op specifieke problemen van rondwegen

More Info
expand_more

Abstract

Files op de Nederlandse rijkswegen is een dagelijks terugkerend tafereel. Vooral in de spitsperioden ontstaat er veel congestie doordat dan de vraag naar de infrastructuur tijdelijk groter is dan de capaciteit. Bij onvoldoende buffercapaciteit voor het knelpunt kan de congestie terugslaan op andere delen van het netwerk en ontstaat geïnduceerde congestie. Voor een goede bereikbaarheid van de steden zijn op rondwegen vaak veel aansluitingen met het onderliggende wegennet en knooppunten met andere snelwegen aanwezig. Deze punten vormen vaak bottlenecks in de rondweg. Daarnaast is het juist op deze wegen tijdens de spitsperiode erg druk door het woon-werk verkeer dat de stad in of uit wil. Deze combinatie van veel knelpunten en hoge intensiteiten op de rondweg zorgen vaak voor congestie. Dynamisch Verkeersmanagement (DVM) is naast het fysiek uitbreiden van de infrastructuur een alternatieve oplossing voor de congestie op rondwegen. Met behulp van DVM kan op basis van actuele gegevens het verkeer bijgestuurd worden en zodoende kan de infrastructuur beter benut worden. In dit afstudeeronderzoek wordt getracht met behulp van DVM de congestieproblemen op en rond de stedelijke rondwegen te minimaliseren. De doelstelling van dit afstudeeronderzoek is het analyseren van de congestieproblemen van de rondwegen en het vinden van voornamelijk Dynamisch Verkeersmanagement maatregelen die zorgen voor een betere benutting van de infrastructuur en toegepast kunnen worden in deze steden. Voor de analyse van rondwegen worden de vier steden Beijing, Rotterdam, Amsterdam en Shanghai (BRAS) bestudeerd. Structurele congestie met als oorzaak knelpunten in de infrastructuur kunnen op verschillende manieren opgelost worden. In dit onderzoek worden een drietal oplossingsrichtingen gebruikt: verkleinen van het verkeersvolume, vergroten van de capaciteit en het vergroten van de buffercapaciteit. Voor deze oplossingsrichtingen zijn diverse DVM maatregelen beschikbaar die toegepast kunnen worden op rondwegen. Uit de analyse van de vier BRAS steden blijkt dat deze steden veel overeenkomsten hebben wat betreft de weginfrastructuur. De congestieproblemen op deze wegen tonen dan ook duidelijk overeenkomsten. De twee grootste problemen van deze netwerken zijn capaciteitsproblemen en de turbulentie op de weg. Deze problemen treden vooral op bij opritten, knooppunten en bij kruispunten onder aan afritten. Een afgeleid probleem bij deze capaciteitsproblemen is het tekort aan bufferruimte dat voor geïnduceerde congestie zorgt. Indien er op stedelijke netwerken sprake is van verschillende wegbeheerders met ieder hun eigen doelstelling, moeten de wegbeheerders eerst gezamenlijke tot een probleem- en doelstelling komen voordat oplossingen aangedragen kunnen worden. Kenmerkend voor geïnduceerde congestie is namelijk dat het zich niet beperkt tot een afzonderlijk netwerk. Een goede samenwerking tussen de verschillende beheerders is dus vereist om problemen op de stedelijke netwerken op te kunnen lossen. In de casestudie van het knooppunt Kleinpolderplein in Rotterdam worden een aantal DVM maatregelen toegepast om de specifieke problemen in dit studiegebied te aan te pakken. Eenvoudige maatregelen als het aanpassen van de belijning op de weg kunnen al vermindering van reistijden opleveren. Door het homogeniseren van samenvoegend verkeer en creëren van extra bufferruimte worden grote reistijdwinsten op delen van het netwerk behaald en wordt geïnduceerde congestie voorkomen. De resultaten van de gebruikte DVM maatregelen in de casestudie zijn echter niet eenduidig voor zowel het hoofdwegennet als het onderliggende wegennet. Afhankelijk van het doel van de wegbeheerders kan er gestreefd worden naar een maximaal effect voor een van de twee wegennetten afzonderlijk of juist naar een optimum voor het netwerk als geheel. De resultaten uit de casestudie beloven goede resultaten bij het toepassen van dezelfde DVM maatregelen op de overige BRAS steden aangezien de problematiek op de rondwegen voor een groot deel overeen komt. Een goede analyse van de problemen blijft echter nodig om alle invloedsfactoren van de verschillende problemen in beschouwing te nemen. Bij deze analyse en het opstellen van maatregelen om ze te verhelpen is het van groot belang dat de verschillende betrokken wegbeheerders samenwerken.

Files

Unknown license