Afvoerkrommen 1948-1951

Van de Bovenrijn en zijn takken

More Info
expand_more

Abstract

De afvoerkrommen '48-'51 werden samengesteld aan de hand van een groot aantal afvoermetingen met behulp van Ottmolens. Bij de afvoermetingen tot een waterstand van 14.82 m +NAP te Lobith werden geen bezwaren ondervonden ten gevolge van achteruitslaan van de molen, nadat overgegaan was tot het gebruik van één-aderig snoer, waarbij de ophangdraad als +-geleider fungeerde. De meetresultaten werden eerst verwerkt tot onvereffende afvoerkrommen, waarna deze met behulp van betrekkingslijnen en volgens de methode van de kleinste kwadraten vereffend werden. De afwijkingen tussen de afvoerkrommen '47-'48 en '49-'50 bij standen hoger dan 13.- m +NAP te Lobith moeten grotendeels geweten worden aan het achteruitslaan van de molen wanneer 2-aderig snoer wordt gebruikt en aan de moeilijkheid om hierdoor onstane fouten in dieptebepaling zonder hulp van een goed functionerend echolood te corrigeren.