Onderzoek en Strategie Fysica, Getijden en Golven

Bodem

More Info
expand_more

Abstract

Bij de vergelijking van de bestaande bodemschematisaties 'Continental Shelf Model' en het 'Kuststrookmodel' met een nieuwe bodemschemalisatie, kan geconcludeerd worden dat de bestaande bodemschematisaties representaties zijn van een op ondiepte gefilterde bodem met een roosterafstand van enkele kilometers. De gemiddelde diepte van de nieuwe schematisatie ligt in het gebied rond Europlatform ongeveer 20 % lager dan die van de bestaande bodemschematisaties. Het verschil van ongeveer 6 m is het gevolg van de aanwezigheid van zandgolven. Een zandgolf is bij benadering een sinusvormige bodemprofiel, met een lengte van ongeveer 300 meter en een golfhoogte van 2 tot 10 meter. De voornaamste oorzaak voor het grote verschil tussen de bodemschematisaties is dat geleverde lodingsdata in het verleden door ondieptefiltering alleen de toppen van de zandgolven representeerden. Hierdoor zijn de bestaande schematisaties te ondiep. Dit laatste was wel in enige mate bekend, het was daarom gebruikelijk de bestaande schematisaties in de Noordelijke zuidzee met ongeveer 10% te verdiepen. Er bestaan twijfels of de huidige bodemdiepte schematisaties wel voldoende betrouwbaar en juist zijn. Daarom is een case studie gestart waarbij voor een klein gebied de bestaande bodemschematisaties met een nieuwe bodemschematisatie vergeleken wordt. Het onderzoek naar bodemdieptes is een project van het Rijksinstituut voor Kust en Zee (RIKZ). Voor het krijgen en verwerken van brondata is er samengewerkt met de Dienst der Hydrografie (onderdeel van de Koninklijke Marine) en met Directie Noordzee. De bodemschematisatie van het gebied dat in dit project wordt beschouwd bevindt zich rond het meetstation Europlatform. Bij dit project moet in acht genomen worden dat Europlatform zich zover buiten de kust bevindt dat het NAP. niveau niet is ingemeten. De lodingsdata werden geleverd ten opzichte van het middenstandsvlak. Het verschil tussen NAP. en het middenstandsvlak is bij Europlatform niet bekend. Het referentievlak in dit verslag is dus middenstandsvlak. Het verschil tussen middenstandsvlak en NAP. is klein, maar verschilt wel van plaats tot plaats. Het verschil is ongeveer een decimeter en aangenomen kan worden dat dit verschil bij Europlatform verwaarloosbaar is. Dit kan omdat bij dieptes van 30 m, één dm een fout betekent van 0,33 %. De gemiddelde diepte van het 'Kuststrookmodel' voor het gebied rond Europlatform is 25,5 m, de nieuwe bodemschematisatie heeft een gemiddelde diepte van 32,5 m. Het 'Kuststrookmodel' heeft dus een gemiddelde diepte die zo'n 20 % kleiner is dan de gemiddelde diepte van de nieuwe bodemschematisatie.