Watervogels in de Zoute Delta 2001/2002

More Info
expand_more

Abstract

In dit rapport worden resultaten gepresenteerd van watervogeltellingen in de zoute en brakke wateren van het Deltagebied van Zuidwest-Nederland (figuur 1) in de periode juli 2001-juni 2002 (verder aangeduid als 2001/2002). De ‘Zoute Delta' omvat de Voordelta, het Grevelingenmeer, de Oosterschelde, het Veerse Meer en de Westerschelde. Dit rapport dient te worden beschouwd als aanvulling op eerdere rapportages. In voorliggend rapport worden de meest opmerkelijke recente ontwikkelingen in de watervogelpopulaties van de Zoute Delta beknopt toegelicht. De maandelijkse tellingen worden verricht in het kader van het Biologisch Monitoringprogramma van de zoute Rijkswateren, uitgevoerd door het Rijksinstituut voor Kust en Zee (RIKZ) in nauwe samenwerking met andere organisaties en vrijwilligers. Uit de resultaten kan worden geconcludeerd dat voortdurend veranderingen optreden in aard en omvang van watervogelpopulaties in de zoute wateren van Zuidwest-Nederland. Geconstateerde aantalsveranderingen zijn vaak signalen uit het systeem, dat er veranderingen optreden in de functies voor vogels. Soms zijn er direct relaties te leggen met andere functies, zoals toenemend recreatief medegebruik en schelpdiervisserij. In het geval van onverwachte negatieve veranderingen kunnen deze aanleiding zijn voor nader onderzoek, waarvan de resultaten kunnen bijdragen aan een duurzaam beheer en gebruik van deze Deltawateren. In de wintermaanden zijn in de zoute Deltawateren tegenwoordig ruim 500 000 watervogels aanwezig. Het gebied is in alle maanden van het jaar van grote internationale betekenis voor watervogels. In totaal overschrijden één of meerdere deelpopulaties van 34 soorten jaarlijks de 1%- norm in de Zoute Delta. Gemiddelde aantallen en normoverschrijdingen in dit rapport zijn gebaseerd op tellingen in de periode 1999/2000-2001/2002. In de Voordelta zijn de intergetijdengebieden van Westplaat en Kwade Hoek internationaal gezien de belangrijkste gebieden. De 1%-norm wordt in de Voordelta door vijf soorten overschreden, in aflopende volgorde van belang zijn dit: Lepelaar, Pijlstaart, Tureluur, Krakeend en Kluut. Bij de herbivore eenden vertonen zowel de Wilde Eend als de Wintertaling de laatste jaren een duidelijke toename. Van de Pijlstaart (2400) en de Krakeend (560) werden in 2001/2002 recordaantallen vastgesteld. Bij de steltlopers nam het aantal overwinterende Scholeksters verder af, maar Bonte Strandlopers kenden daarentegen een goed seizoen. Diverse viseters waren goed vertegenwoordigd, zoals Fuut en Middelste Zaagbek. Opvallend is verder de recente toename van het aantal Knobbelzwanen (max. 224) in de zomermaanden. In het Grevelingenmeer wordt de hoogste normoverschrijding bereikt in de winter. Het gebied is van internationaal belang voor tien soorten, waarvan de Lepelaar, Fuut en Brandgans de belangrijkste zijn. Bij de viseters, de belangrijkste soortgroep in het Grevelingenmeer, hebben zich de laatste jaren opmerkelijke aantalsveranderingen voorgedaan. Fuut, Aalscholver en Middelste Zaagbek namen flink in aantal af, terwijl de Geoorde Fuut spectaculair toenam. Van laatstgenoemde soort werd dit seizoen wederom een recordaantal vastgesteld (5278 in augustus). Bij de benthivoren bleven de aantallen van de Brilduiker redelijk stabiel, na een sterke afname in 1999/2000. Voor herbivore watervogels was het in het algemeen een goed seizoen. Met name Brandgans, Grauwe Gans, Wilde Eend, Wintertaling, Krakeend en Meerkoet waren in grote aantallen aanwezig. De Oosterschelde is binnen de Zoute Delta het gebied met de meeste soorten die de 1%-norm overschrijden. Van de twintig soorten die hier in internationaal belangrijke aantallen voorkomen zijn Kanoetstrandloper, Rosse Grutto, Scholekster, Brandgans en Slobeend de belangrijkste. De belangrijkste soortgroep in de Oosterschelde zijn steltlopers. Bij de Scholekster was sprake van een lichte toename, met name in het westelijke en noordelijke deel van de Oosterschelde. Ook de Kluut, Zilverplevier, Rosse Grutto, Bonte Strandloper en Tureluur kenden een goed seizoen, maar het aantal Kanoetstrandlopers was duidelijk lager dan in voorgaande jaren. Bij de herbivore eenden vertoonden vooral de Wintertaling en Smient een toename. Beide soorten hebben sterk geprofiteerd van de aanleg van grootschalige natuurontwikkelingsgebieden (prunjepolder, Scherpenissepolder). Ook namen diverse viseters in aantal toe: Fuut, Geoorde Fuut en Middelste Zaagbek. In het Veerse Meer, het kleinste watersysteem in de Zoute Delta, werd evenals vorig seizoen bij vijf soorten watervogels de 1%-norm overschreden: Brandgans, Middelste Zaagbek, Kleine Zwaan, Smient en Meerkoet. Bij de herbivoren, de belangrijkste groep watervogels in het Veerse Meer, werden geen afwijkende aantallen vastgesteld. Alleen de Wilde Eend was wederom beduidend talrijker (max. 13 400), terwijl het aantal Rotganzen al langere tijd een dalende trend vertoont. Bij de viseters nam het aantal Aalscholvers toe, vooral al gevolg van de groei van de broedkolonie op de Middelplaten. Daarentegen kreeg de vorig seizoen ingezette afname bij de Middelste Zaagbek in 2001/2002 een vervolg. Opvallend bij de benthivore eenden waren de relatief grote aantallen van de Kuif- en Tafeleend. In de Westerschelde werd door veertien soorten de 1%-norm overschreden. De belangrijkste soorten waren Grauwe Gans, Pijlstaart, Lepelaar, Bergeend en Drieteenstrandloper. In de Westerschelde zijn vooral steltlopers en herbivoren talrijk. Bij de steltlopers vertoonde het aantal Scholeksters geen herstel na de grote terugval in 1999/2000. Bonte Strandloper, Grutto, Wulp, Tureluur, Groenpootruiter en Oeverloper kenden een goed seizoen: bij al deze soorten werden recordaantallen vastgesteld. Het aantal Strandplevieren in de nazomer nam daarentegen weer verder af, geheel in overeenstemming met de ontwikkeling van de Noordwest-Europese broedpopulatie. Bij de herbivoren lijkt het aantal Grauwe Ganzen de laatste jaren te stabiliseren, maar bij diverse eendensoorten (Smient, Wintertaling, Wilde Eend, Pijlstaart) is sprake van een toename.

Files

Rikz2003001.pdf
(pdf | 1.6 Mb)
Unknown license