Bestuurskunde en bestuur

Een verstoorde relatie?

More Info
expand_more

Abstract

Paul Frissen, hoogleraar in Tilburg en decaan en bestuursvoorzitter van de Nederlandse School voor Openbaar Bestuur (NSOB), heeft na vijf dienstjaren het redactievoorzitterschap van Bestuurskunde overgedragen aan Hans de Bruijn, hoogleraar aan de TU Delft. In het decembernummer van 2009 reflecteerde hij op de toestand van de Nederlandse bestuurskunde:‘Bestuurskundigen hebben een kenobject dat terugpraat.’ De dialoog tussen wetenschappers en practitioners is onmisbaar voor de bestuurskunde, maar deze dialoog staat onder druk. Frissen wijt het haperen daarvan in belangrijke mate aan de wetenschap zelf, waarin internationaal publiceren de eenzijdige norm voor kwaliteit lijkt te zijn geworden. Wetenschappers besteden hun tijd liever aan het schrijven van Engelstalige publicaties dan aan het deelnemen aan het publieke debat met vakgenoten in eigen land en taal. Saillant detail daarbij is dat de gemiddelde publicatie in een Engelstalig journal 1,7 maal wordt gelezen – en waarschijnlijk niet door practitioners, want die hebben veelal geen toegang tot deze bladen.

Files