Aanpassing toetsmethodiek afschuiving bij steenzettingen

More Info
expand_more

Abstract

Het faalmechanisme “Afschuiving van een steenzetting evenwijdig langs een dijktalud” vormt onderdeel van het Onderzoeksprogramma Kennisleemtes Steenbekledingen. Op grond van de onderzoeksresultaten heeft de ENW-klankbordgroep Steenbekledingen ingestemd met aanpassing van de huidige toetsmethodiek Afschuiving. De huidige (gedetailleerde) toetsmethodiek is oorspronkelijk ontworpen voor steenzettingen die op zand liggen. De toetsresultaten bij steenzettingen op een kleilaag kwamen daardoor onvoldoende overeen met de ervaring van de beheerders. De afschuiving bij een kleilaag is nader onderzocht met Deltagootproeven bij WL Delft Hydraulics en in een afstudeeronderzoek bij Geodelft (inmiddels beiden Deltares). Deze onderzoeken en de beheerservaring leidden tot het inzicht dat een eventuele afschuiving ingeleid wordt door het opdrijven van de bekleding door grote statische wateroverdrukken (hoge grondwaterstand) in de dijk. Zware golfaanval zou vervolgens schade toe kunnen brengen aan de bekleding. Het proces van falen en bezwijken verloopt daarbij erg traag. In de aangepaste toetsmethodiek wordt de waterkering (dijk of dam) kwalitatief beoordeeld op statische waterdrukken: 1. Indien er in het dagelijks beheer grote statische overdrukken zijn, wordt de bekleding afgekeurd wegens slecht gedrag; 2. Als het gedrag goed is, maar de geometrie van de waterkering zou kunnen leiden tot grote statische overdrukken hoger op het talud, wordt de bekleding geavanceerd getoetst; 3. In de overige gevallen zijn de statische overdrukken klein of treden alleen laag op het talud op, waar ze worden genivelleerd door welvorming. Deze situaties worden getoetst met een gedetailleerde rekenregel.