Onderwateroeversuppletie noord-Ameland

More Info
expand_more

Abstract

Tijdens de voorjaarsstormen van 1990, is de duinvoet van de Noordzeekust van Ameland op enkele plaatsen tot 25 meter landwaarts verplaatst. Als gevolg van deze kustachteruitgang voldeed de kust in het gebied tussen de rijksstrandpalen 10 t/m 17 niet meer aan de gewenste veiligheidseisen. Daarom is er in de laatste maanden van 1990 een grote strandsuppletie uitgevoerd. Bij de voorbereiding van de volgende suppleties, waarvan de eerste waarschijnlijk in 1992 zal plaatsvinden, wordt een vooroeversuppietie overwogen. Bij de uitvoering van de verrichte strandsuppletie, was het nodig een pijpleiding aan te leggen vanaf het strand, tot ongeveer 2 km zeewaarts hiervan, waar een aan de leiding gekoppelde cutterzuiger het door sleephopperzuigers aangevoerde zand naar het strand verpompte. Verder werd er een kade op het strand aangelegd waarachter het zand gespoten werd. Bij vooroeversuppleties is de aanleg van een pijpleiding niet nodig: het zand wordt onder water aangebracht door de kleppen onder in de baggervaartuigen te openen. De kosten per kubieke meter zand kunnen hierdoor flink lager worden, maar daar staat tegenover dat, door de grotere verliezen van zand naar de diepere gedeelten, het uiteindelijke effect kleiner zal zijn. Een andere eigenschap van vooroeversuppietie is dat het zand pas enkele jaren na de suppletie de ligging van de kustlijn gaat beïnvloedt. In deze studie is onderzocht wat de effectiviteit en levensduur van een eventueel in de toekomst voor de Noordzeekust van Ameland aan te brengen vooroeversuppletie zal zijn.