Ontwerprichtlijnen voor bodemernergiesystemen

Optimale verticale scheiding voor monobronsystemen

More Info
expand_more

Abstract

Dit BSc eindwerk is opgesteld om de optimale verticale afstand tussen de warmte- en koudebron van monobronnen te onderzoeken. Hiervoor is kennis over grondwaterstromingen en stijghoogteveranderingen vereist. Deze zijn beide afhankelijk van de systeemdimensies en lokaal geldende bodemkarakteristieken.
In dit rapport is onderzocht hoe de systeemdimensies en bodemparameters de optimale bronscheiding van monobronnen beïnvloed. Doormiddel van een varierende capaciteitsrage van 2.5 – 50 m3/h zijn verschillende monbronnen gesimuleerd onder anisotropie-waarde 2, 5 en 10. Daarnaast is onderzocht hoe de systeemdimensies afhankelijk zijn van de dikte van de aquifer en voor welke dimensies geldt dat warmteverliezen geminimaliseerd worden.
Uit de simulatie volgde dat de optimale bronscheiding profijt heeft van een hoge anisotropie en lange filterlengte. De filterlengte is echter weer van invloed op de vorm van de thermische bel en zo ook bepalend voor warmteverliezen. Bij een hoger vergund volume moeten een langere bronscheiding gehanteerd worden. Een verhoging van het volume gaat gepaard met een minder sterke toename in warmteverliezen. Er geldt dus dat voor grotere systemen een hoger rendement behaald kan worden.
In 5.3 zijn de systeemdimensies gegeven voor minimale systeemlengte en in 5.4 de dimensies voor minimale warmteverliezen.