Kustverdediging na 1990 (Kustnota 1990)

Technisch rapport 20: Zeewaartse kustverdediging

More Info
expand_more

Abstract

Op verzoek van de hoofddirectie van de Rijkswaterstaat en onder verantwoordelijkheid van de Dienst Getijdewateren is de "nota Kustverdediging" opgesteld. Deze nota moet de basis vormen voor het te voeren Rijks-beleid inzake de kustverdediging. Gaandeweg de werkzaamheden zijn een drietal beleids-alternatieven ontwikkeld. Elk van deze alternatieven is gebaseerd op het al dan niet (geheel) compenseren van landwaartse verplaatsingen van de kust. Een vierde, meer in de volksaard liggend alternatief, te weten het zeewaarts verdedigen van de kust, kreeg aanvankelijk de minste aandacht. Reden hiervoor was met name de verwachting dat dit soort oplossingen dermate duur zouden worden, dat de kosten nooit konden opwegen tegen de belangen. Echter, toen de nota kustverdediging z' n voltooing naderde en er een schat aan nieuwe kennis en gegevens beschikbaar kwam, werd het toch wenselijk geacht alsnog een degelijk zeewaarts alternatief nader te concretiseren. Reden dan ook voor de hoofddirectie om aan de Dienst Getijdewateren te vragen alsnog de mogelijkheden en consequenties hiervan te onderzoeken. Gezien de hiervoor beschikbare tijd ligt het abstractieniveau waarop e.e.a. uitgewerkt is hoger dan bij de overige Technische Rapporten voor de discussienota "Kustverdediging". Het hierbij gehanteerde uitgangspunt is uiteraard hetzelfde als dat van de "Nota Kustverdediging", te weten de handhaving van de veiligheid tegen overstroming door de zee. Kustverdediging staat dus centraal. Dit zeewaarts alternatief is dan ook primair gericht op die delen van de kust die zo sterk aan erosie onderhevig zijn dat zelfs bij een kustachteruitgang van slechts een tiental meters de Deltaveiligheid al in gevaar komt. Dit zeewaarts alternatief onderscheidt zich dan ook duidelijk van de bestaande kustuitbreidingsplannen zoals "Waterman", omdat die juist daar gesitueerd zijn waar van nature aanzanding optreedt of de onderhouds -inspanning minimaal is. Bij het zeewaarts alternatief is een eventuele landwinst dus bij-product. Het zeewaartse alternatief komt er derhalve op neer, dat: * kustachteruitgang, net als bij "handhaven", nergens wordt toegestaan. * anders dan bij de drie overige alternatieven hier een meer actiegerichte vorm van kustverdediging wordt nagestreefd. * door middel van initiele ingrepen en de respons hierop van het natuurlijk morfologisch systeem, verlegging van de kustlijn in zeewaartse richting wordt bewerkstelligd.Als resultaat van de uitgevoerde studie kan het volgende worden geconcludeerd er kunnen zondermeer een aantal aan erosie onderhevige locaties langs de Nederlandse kust worden aangewezen, waar toepassing van een zeewaarts alternatief tot de mogelijkheden behoort. - er bestaat geen algemeen toepasbare "zeewaartse" maatregel. De verschillen in morfologische systemen op de respectievelijke probleem-locaties zijn daarvoor te groot. - aan de hand van een brainstorm-sessie zijn voor de verschillende probleem-locaties oplossings-mogelijkheden geschetst. De meest kansrijke staan weergegeven in onderstaande tabel. Vermeld zijn het doel van de ingreep, de wijze waarop getracht wordt dit effect te bereiken en de mate waarin verwacht wordt dat dit ook daadwerkelijk kan/zal lukken.