Randstad Overleg Ruimtelijke Ordening
Een onderzoek naar interprovinciale samenwerking
More Info
expand_more
Other than for strictly personal use, it is not permitted to download, forward or distribute the text or part of it, without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), unless the work is under an open content license such as Creative Commons.
Abstract
De bestuurlijke indeling van de Randstad staat volop in de belangstelling. Behalve discussies over bestuurlijke vernieuwing zijn er in de Randstad al daadwerkelijk veranderingen waar te nemen. Zo hebben de vier grote steden Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht met de hen omringende gemeenten overlegorganen ingesteld. En ook de provincies Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht en Flevoland zijn voor diverse beleidsterreinen overlegverbanden op Randstadniveau aangegaan. In dit boek staat een van deze interprovinciale overlegverbanden centraal: het Randstad Overleg Ruimtelijke Ordening. De gedeputeerden ruimtelijke ordening uit de vier provincies komen regelmatig bijeen om hun beleid voor de ruimtelijke ontwikkeling van de Randstad op elkaar af te stemmen. Tegen de achtergrond van het Randstadconcept en de maatschappelijke en bestuurlijke context wordt het functioneren van het Randstad Overleg Ruimtelijke Ordening, met zijn ambtelijke ondersteuning door het Randstadprojectteam, belicht. Centraal daarbij staat de in 1990 uitgebrachte Interprovinciale Verstedelijkingsvisie op de Randstad: de Randstad maakt zich op. Vormt deze ruimtelijke visie meer dan de 'som der provinciale delen'? Op basis van een case-studie naar het Randstad Overleg Ruimtelijke Ordening doet de auteur uitspraken over een planningsubject voor de Randstad als geheel. In hoeverre is het Randstad Overleg Ruimtelijke Ordening een Randstadorgaan dat verantwoordelijk is voor de ruimtelijke planning van de Randstad? Een planningsubject is een belangrijke voorwaarde voor een planningdóctrine voor het gebied. Tot slot kijkt de auteur naar de toekomst van het Randstad Overleg Ruimtelijke Ordening en doet ze enkele aanbevelingen over het functioneren ervan.