Ontwerp en uitvoering ondergronds station Delft
More Info
expand_more
Abstract
Het plan Rail 21 van de NS voorziet in een viersporig spoorwegnet in de gehele Randstad. Op vele spoortrajecten moeten spoorverdubbelingen worden gerealiseerd. Dit betekent voor het baanvak door Delft een uitbreiding naar vier sporen. Voor Delft is door de studiegroep NSBTC1 hiervoor een twee sporige tunnelvariant uitgewerkt, met hierin opgenomen een geboorde tunnel. In de toekomst zullen twee sporen (de huidige sporen) gebruikt worden als 'stoptrein'- sporen. De twee nieuwe (ondergrondse) sporen zullen gaan dienen voor sneltreinen en Intercity-treinen, de z.g.n. 'snelsporen'. Ter hoogte van het huidige NS-station zal een ondergronds station in dit tunneltracé worden aangelegd: het onderwerp van deze afstudeeropdracht. In het afstudeerproject is een ruimtelijk ontwerp gemaakt voor dit ondergrondse station. Daarnaast is een mogelijke uitvoeringsmethode voor dit station, het afzinken van tunnelelementen, nader uitgewerkt. Het totale tunneltracé is opgedeeld in een aantal delen. Van Noord naar Zuid gerekend zijn dit respectievelijk: - een ca. 1600 m lange geboorde tunnel, bestaande uit twee buizen - het ondergrondse station met een lengte van 340 meter - een zuidelijk tunneldeel van ca. 1500 meter, in een open bouwkuip gebouwd. Het boortunneltracé volgt grotendeels het bestaande stratenplan, en loopt vanaf het station gerekend in noordelijke richting onder de Phoenixstraat. In zuidelijke richting kruist het tunneltracé de Irenetunnel. Bij dit zuidelijke tunneldeel komt de oostelijke tunnelbuis geleidelijk aan boven de grond, terwijl de westelijke tunnelbuis eerst de huidige sporen ondergronds zal kruisen, alvorens boven de grond te komen. Het nieuwe station in Delft zal bestaan uit een bovengronds gedeelte met drie perronzijden en een ondergronds gedeelte met twee perronzijden. In de toekomstige situatie zal een verbinding van het ondergrondse station met het huidige stationsgebouw worden gerealiseerd. Het voorstel van de studiegroep NS-BTC is om het ondergrondse station, evenals het zuidelijke tunneldeel, in een droge open bouwkuip te bouwen. Aangezien het stationsgedeelte zich midden in en tussen drukke verkeerswegen bevindt is de overlast, veroorzaakt door een open bouwkuip, langdurig en vrij groot. Binnen het afstudeerproject is onderzocht of een alternatieve uitvoeringsmethode beschikbaar is, zodat de door de aanleg van het ondergrondse station veroorzaakte overlast tot een minimum zou kunnen worden beperkt.