Starters van nu kunnen als de verloren generatie op de woningmarkt worden beschouwd (Boelhouwer & Schiffer, 2019). Diverse beleidsmaatregelen voor het verkrijgen van een hypotheek, hoge studieleningen, een vaak te korte inschrijftijd voor een sociale huurwoning en de concurrentie met particuliere beleggers zorgen ervoor dat deze groep tussen wal en schip valt. Daarnaast is er een trend gaande waarin men uit de randstad naar intermediaire zones en perifere gebieden vertrekt. De verhuisbewegingen naar deze gebieden hebben ervoor gezorgd dat de prijzen van de woningen bijvoorbeeld in het noorden en oosten van Nederland tot wel 20% zijn gestegen. Veel van de starters die in dorpen en landelijke gebieden zijn opgegroeid hebben de voorkeur om in een vergelijkbare woonomgeving te gaan wonen, terwijl het vinden van een geschikte woning ook in de landelijke gebieden lastig lijkt te zijn. In deze scriptie is onderzocht in hoeverre het lukt in de casus gemeenten om woningbouw(initiatieven) voor starters te realiseren. Hierbij is onderzoek gedaan naar de woonwensen en verhuiswensen van starters, welk beleid provincies en gemeenten hebben op het gebied van woningbouw voor starters en hoeveel woningen er worden gerealiseerd en hoeveel woningen er in voorbereiding zijn voor starters. Vervolgens is onderzocht of de wensen van de starters overeenkomen met het aanbod van het aantal voor starters bedoelde woningen in de gemeenten. Tot slot is onderzocht hoe het verschil in vraag en aanbod te verklaren is en hoe dit kan worden aangepakt.