In de bouwsector wordt al jaren gesproken over het verbeteren van ‘samenwerking’ als dé oplossing voor de uitdagingen waar de bouw voor staat. Ook bouwrechtjuristen doen hier volop aan mee door de aandacht te vestigen op concrete instrumenten3 die coöperatief gedrag van de bij ee
                                ...
                            
                         
                        
                        
                            In de bouwsector wordt al jaren gesproken over het verbeteren van ‘samenwerking’ als dé oplossing voor de uitdagingen waar de bouw voor staat. Ook bouwrechtjuristen doen hier volop aan mee door de aandacht te vestigen op concrete instrumenten3 die coöperatief gedrag van de bij een bouwproject betrokken actoren zouden kunnen faciliteren en zelfs stimuleren. We weten echter nog weinig over hoe die instrumenten in de aanbestedings- en contractuitvoeringsfase juridisch het best kunnen worden geoperationaliseerd om tot de gewenste gedragseffecten te leiden. Die vraag lijkt zowel in de theorie als in de praktijk nog onvoldoende te zijn beantwoord. Het gaat hier bovendien om een vraag die zich niet leent voor beantwoording door juristen alleen: daar is ook expertise vanuit andere disciplines voor nodig.
In deze publicatie beantwoorden wij de bovenstaande vraag evenmin.
Wat deze publicatie echter wél biedt, is een aanzet voor een raamwerk met behulp waarvan het mogelijk is om de werking van concrete op samenwerkingsgedrag gerichte en juridisch geoperationaliseerde instrumenten te onderzoeken, binnen de bredere context van omstandigheden waarbinnen zij worden toegepast, teneinde uitspraken te kunnen doen over hun effectiviteit. [...]