Robots have been found to be effective tools for programming instruction, although it is not yet clear why students learn more using robots as compared to receiving ‘traditional’ programming instruction. In this study, 121 nine- to twelve-year-old children received a programming training in pairs, in one of two conditions: using either a robot or a virtual avatar. The training was videotaped to study differences in children’s cooperation. Furthermore, children’s learning outcomes and motivation were assessed through questionnaires. Children were found to learn more from programming the robot than the avatar, although no differences in their cooperation during the training or self- reported motivation were found between the two conditions. Thus, future research is required to further understand how exactly robots lead to higher learning outcomes than ‘traditional’ tools.@en

Integrated language, science and technology (ILS&T) instruction is a complex task for primary school teachers that requires professional development. Task-centered educational approaches such as the four-component instructional design (4C/ID) model are well suited for the development of complex professional skills. This article describes the application of the Ten Steps approach to the 4C/ID model in the domain of teacher education. The findings describe a blueprint for a 4C/ID-based teacher professional development program aimed at equipping in-service primary school teachers with the competences for ILS&T instruction, which can support instructional designers, teacher educators and researchers in making informed instructional design decisions. @en

In fantasiespel doen jonge kinderen middels hun verbeeldingskracht de wereld van grote mensen na. Maar hoe komen ze aan hun kennis over die wereld? En hoe kun je als professional de ruimte inrichten om hen via spel te leren hoe de wereld werkt?@en

Dit manifest betreft ontwikkelingen in het primair, secundair, en beroepsonderwijs die betrekking hebben op verbindingen tussen de domeinen kunst, wetenschap en technologie. In het onderwijs wordt dit hybride leergebied ook wel aangeduid met termen als onderzoekend leren, ontwerpend leren, STEAM of Maker Education.@en

Philip Kohnstamm hechtte belang aan zelf- standig leren denken van alle leerlingen, deed daar onderzoek naar en formuleerde didac- tische aanwijzingen voor het onderwijzen van zelfstandig leren denken. Volgens Kohn- stamm is denken een dynamisch proces dat richting krijgt door een taak, die een individu zichzelf stelt. De taak betreft het zoeken naar de oplossing van een probleem. Zijn ideeën over zelfstandig leren denken en hoe dat kan worden ontwikkeld zijn interessant als het gaat over kritisch denken, als belangrijke 21ste-eeuwse vaardigheid. In deze bijdrage staat de vraag centraal wat kritisch denken is en hoe kritisch denken vorm kan krijgen in hedendaags onderwijs. Op basis van de ideeën van Kohnstamm en recente literatuur zijn kenmerken van effectieve instructie ge- identificeerd die kritisch denken bevorderen. Aan de hand van specifieke benaderingen van aspecten van kritisch denken in diverse onderwijssectoren illustreren we hoe deze instructiekenmerken vorm kunnen krijgen in de onderwijspraktijk. Tot slot gaan we na hoe deze aanpakken kunnen worden geïmplemen- teerd in het reguliere onderwijs.@en

Primary schools in many countries are faced with the challenge to prepare children for participation in our highly technological society. Pressure is put upon schools to show more young people the way towards careers in science and engineering, for the sake of the economy. This is contested by scholars who fear a loss of humanisitic values when STEM-related subject come to dominate the curriculum. This paper argues that the empirical design cycle from engineering is a rich pedagogical framework for the attainment of learning objectives from STEM, the humanities and 21st century skills.@en

Het grootste deel van de masteropleidingen van de Graduate School of Life Sciences in Utrecht bestaat uit 2 onderzoeksstages en een thesis, individuele onderdelen die door verschillende instituten in binnen- en buitenland worden aangeboden en beoordeeld. Door de diversiteit aan beoordelaars is het niet eenvoudig om de uniformiteit en betrouwbaarheid van de beoordeling te garanderen, reden voor een explorerend onderzoek naar eventuele verschillen in beoordeling tussen programma’s, tussen aanbieders en tussen studieonderdelen. In de analyse is gebruik gemaakt van 1339 cijfers verspreid over 11 programma’s in de studiejaren 2010/2011 en 2011/2012. De resultaten legden een opvallend verschil bloot tussen de in Nederland gegeven cijfers en die in het buitenland. In de discussie wordt nader ingegaan op de mogelijke oorzaken van de hogere cijfers die studenten in het buitenland behalen, waaronder het verschil in cijfercultuur.@en

Objecten trekken de aandacht, roept behoefte tot exploratie op, verkennen van de ruimte zonder ‘boundaries’ (Goldschmeid, 1989; Gascoyne, 2012). Dit kan worden ingebed in een spelverhaal met een handelingschronologie  zo ontwikkelen kinderen zelfsturing (Bodrova & Leong, 2007). De materiaal-gefundeerde acties roepen taal op: Hoe heet het? Hoe gebruik je het? Op welk moment gebruik je het? Wat heb je ervoor nodig? Vraagt om structuur en spelplanning: ‘Wat hebben we nodig om dit spel te spelen?’ (Pellegrini, 2019). Echte voorwerpen leiden tot rijkere ervaringen, preciezer taalgebruik, beter begrip: het boundary object trekt kinderen een nieuwe wereld in waarmee zij zich kunnen identificeren (Van Keulen & Venema, 2021). @en

Professionals are increasingly involved in attempts to under- stand and address problems with wicked tendencies, which require crossing boundaries between disciplines, organisa- tions and stakeholder perspectives. This multiple-case study investigated six higher professional education courses in order to develop better understanding of how teachers fos- ter the development of students’ boundary-crossing exper- tise through enhancing relevant learning processes in courses focussing on wicked-problem-solving in interdisci- plinary and multi-stakeholder contexts. We viewed students’ relevant learning processes as learning mechanisms that foster boundary awareness (identification and reflection) and boundary work (coordination and transformation) and considered teachers to be enablers of such learning pro- cesses. Data came from semi-structured interviews with tea- chers, students and stakeholders, observations and document study. We identified nine interrelated enabling strategies teachers used. To foster students’ observation of wickedness through boundary awareness, they encouraged mutual acquaintance, open exploration, opportunities for learning, and multi-perspectivity. To foster students’ action through boundary work, they encouraged initial contact, joint action and multifaceted perspectives on value creation. To foster the interplay between boundary awareness and work, they encouraged successive refinement and structure while embracing wickedness. Balancing the tension that stu- dents experience at boundaries when navigating complexity, uncertainty and value divergence was identified as an impor- tant element of these enabling strategies.@en

Hoe deze lessenserie werkt Je leest nu de docenthandleiding, hier vind je een overzicht van de opbouw van de lessenserie en de bijbehorende materialen. Deze lessenserie bestaat uit zes thema’s. Ieder thema duurt een week en heeft eigen doelen op het gebied van samenwerken en programmeren. Bij ieder thema hoort een docentkaart en leerlingkaarten. Op de docentkaart staan de leerdoelen en wat jouw rol is gedurende dat thema. Op de leerlingkaarten staan opdrachten voor de leerlingen. Op deze kaarten staan ook alle benodigdheden. Voor zowel de vaardigheid samenwerken als het werken met de robot zijn hulpkaarten voor de leerlingen aanwezig. De hulpkaarten kunnen de leerlingen helpen de problemen zelfstandig op te lossen voordat ze jou om hulp hoeven te vragen. Iedere les volgt dezelfde opzet: introductie, opdracht en reflectie. Deze onderdelen staan hieronder toegelicht. De kinderen werken tijdens de lessen in twee- of drietallen.@en